\mmi Federatie gaat woningen toewijzen Leiderdorpse Balletschool van Els Joosten: "1 gracieuze discipline Günter Korfmann leeft zich uit in de donkere kamer Doe iets aan achterstanden in Zuid-Holland PROVINCIAAL BESTUUR IN NOTA AAN FORMATEUR: NA VOORDRACHT GEMEENTE C-spelers verweren zich krachtig STAD/REGIO LEIDSE COURANT WOENSDAG 15 JUNI 1977 PAGINA 5 Vol overgave en volledig geconcentreerd acteren de pupillen van Els Joosten-Habbé. Natuurlijk zijn er mensen die van een hobby hun be roep hebben gemaakt en er zijn er altijd nog die hun beroep als een hobby be schouwen. Maar vaker komt het voor, dat men naast de beroepsuitoefe ning een vrijetijdsbeste ding nodig heeft om zich helemaal „happy" te kun nen voelen. Zo iemand is bijvoorbeeld Günter K. W. Korfmann uit Sassenheim. Het dagelijks brood ver dient Korfmann (die van Vuisuit geen Sassemer is, maar afkomstig is van het lage Noordduitse land en een aantal jaren geleden zich in de Bollenstreek ves tigde) als elektrotechnicus in een ruimtevaartlabora torium van Estec. Een zeer smakelijke boterham, maar Korfmann wilde zich geestelijk ook ontplooien en hij vond die ontspan ning in de fotografie. Een bezigheid die inmiddels is uitgegroeid tot. meer dan een vrijblijvende hobby. Fotograferend is Günter Korfmann zo'n beetje een semi-professional gewor den. Voor Korfmann is fotografie niet alleen maar een kiekje maken. „Onee, het gaat veel verder. Voor mijzelf is het niet minder dan een instrument waarmee ik mijn levensvisie tot uitdrukking kan brengen, een visie die ik op deze manier wil overdragen op mijn mede mensen. Niet met woorden doe ik dat, maar met het medium fotografie. Zo zijn mijn foto's reëel en irreëel, werkelijkheid en droom, verleden en toe komst." Korfmann (35 jaar) groeide op in de omgeving van de havenstad Kiel, waar hij in het landschap leefde tussen planten en dieren, wat hem tot eerl groot minnaar van de na tuur maakte. „Het liefst was ik kunstschilder geworden, maar mijn ouders zagen daar niet veel heil voor me in. Ik ging me toen maar ontwikkelen in de techniek. Maar m'n liefde Gurinter Korfmann op zijn voor-expositie. Eén foto, genomen door één van zijn leerlingen. Peter Dobson tot de natuur en de wijze om hieraan uitdrukking te geven lieten me niet met rust. Het werd niet het schilderspalet, maar de camera die mijn visie op de natuur tot werkelijkheid bracht." Ofschoon Korfmann, als zove- len, als autodidact opmerkelij ke resultaten behaalde in de fotografie, voelde hij er toch voor om zijn kennis die hij verdiepte door zelfstudie te verrijken met een systemati sche opleiding, waarvoor hij 's avonds de laatste jaren de Vrije Academie voor Beelden de Kunsten in Den Haag be zoekt. Al enkele maanden geeft hij ook les aan een stuk of acht foto-amateurs; „en het mooie daarvan is, dat ik hier van zelf het meeste leer." Vori ge week gaf Korfmann in z'n atelier aan de Sassenheimse Kagerdreef een kleine voor-ex positie van een aantal zeer fraaie studies die een duidelij ke weergave waren van zijn kijk op mens en natuur. Onder de tentoongestelde fotografi sche produkten waren land schapsopnamen uit Ierland waar hij vorig jaar inspiratie putte uit een wereld die hem boeide; er waren verder hoen ders te zien, hoenders naast het „Koningshuys" in zijn woonplaats, maar ook abstrac te en surrealistische opnamen, knappe werkstukken en vaak intrigerend. Op het ogenblik exposeert Günter Korfmann voor enkele weken in Galerie „Vijf komma Zes," in het Bel gische Gent, een tentoonstel ling waarvoor hij een uitnodi ging had ontvangen. Het ko mend seizoen gaat Korfmann naar Scandinavië om daar zijn „accu" weer eens met nieuwe indrukken op te laden. In Leiderdorp werd maandagavond wat je noemt een „mijlpaal" bereikt. Dat ging gepaard met het overhandigen van een redelijke ruiker aan de vrouw van burgemeester Van der Have. Voor de rest moesten de kinderen het zelf doen. Dat waren de leerlingen van de Leiderdorpse Balletschool, die sinds vijf jaar onder Els Joosten-Habbé een meer dan redelijk patroon op de vloer van de gymnastiekzaal aan de Hoogmadeseweg leggen. Het is een jonge balletschool, met kinderen van een uur les per week. Els Joosten vindt, dat het voor een amateurschool „een beetje op peil is", na vijf jaar. Zelf had zij haar academi sche opleiding bij Nel Roos in Amsterdam. En verder is Els Joosten dol op kinderen. Dat heeft zij maandag in die openbare les duidelijk laten blijken. Ze geeft uitsluitend klassiek. Voor modem ballet heeft ze nooit zoveel belangstelling gehad. Door haar werken met kinderen is de interesse voor de volwassene wat naar de achtergrond verdrongen. „Voor kinderen vanaf vier jaar heb ik ontzettend leuke aangepaste kleuterlessen. Die vaste kern houd je vast in de school. Zo heb ik voor vanavond een selectie gemaakt tussen 7 en 16 jaar. Ik heb wel succes. Vier van de meisjes gaan naar een voortgezette balletopleiding: één gaat naar de Rotterdamse ballet Academie en drie gaan dit jaar naar de Haagse afdeling Danskunst van het conservatorium, na een zeer strenge selectie. Achteraf is het wel leuk, dat je in die korte periode iets hebt voortgebracht". En dat met enkele honderden leerlingen. Het begon met een dansklas klassiek, wat reusachtig veel plezier gaf. Op het ogenblik is er ook een jazzklas voor dames, op basis van klassiek. „Zo krijgen we gemotiveerde leerlingen, zo jong als ze zijn. Uniform gekleed, disciplinair, zoals het toch wel moet zijn", vindt Els Joosten, die geen enkele concessie wil doen aan Leidse „voorbeelden". Maar de resultaten zijn er wel naar: in een paar gevallen kinderen op weg naar een balletcarrière. Het was in de gymzaal een beetje aanpassen, maar de resultaten van de keurgroep van kleine en meer gevorderde danseressen waren een weerspiegeling van de kwaliteit die Els Joosten in haar pedagogisch werk heeft gelegd. „Ik hoop nou maar, dat men in Leiderdorp beseft, dat dit ballet er een beetje bijhoort. In eerste instantie is het voor een amateurschool van belang, dat de kinderen er plezier in hebben". Om de drie maanden houdt Els Joosten met haar leerlingen een „open dag"; ieder kind kan dan de vriendinnetjes, ooms, tantes en buurvrouwen meenemen. Bij die gelegenheden zit de gymzaal eivol. Els vindt, dat ze zo een prettig contact houdt. „Rlaar daartussendoor ben ik erg streng, dan is het niet mogelijk om mensen op de bank aan de kant te hebben. We hebben op onze woensdagse lessen een bepaalde rust". De neerslag van die positieve rust hebben de ouders en aanver wanten deze week kunnen zien in een poppendansje, een adagio en in een mazurka. Charmant, gracieus en gedegen. „We willen gewoon leuk dansen, hoewel ik kritische kinderen hier heb die zelfs wat „streberisch" zijn boos op zichzelf als het niet helemaal begrepen wordt en het tóch willen uitvoeren", weet Els Joosten, die het wel een fijn idee vindt, dat vanuit de Leiderdorpse Balletschool kinderen in de richting van een danstoekomst gaan omdat ze door dat ballet gegrepen zijn. Els Joosten („de concentratie valt in deze school op wat mij het meest zegt: klassiek; ik ben een beetje van de „oude stempel" en hou van wat discipline in de klas met een gezellige sfeer waarin niet „geknepen wordt") geeft de danseres met een hogere intelligentie meer kansen in een balletcarrière dan een danseres die minder intelligent is, ook al zou de techniek misschien beter zijn: „met bezieling kom je een heel eind". Zuid-Holland dreigt een gebied te worden waarvan de proble men uitgroeien boven die in bet noorden, het oosten en zuiden van het land. Het bestuur van de provincie heeft niet voldoen de bestuurlijke en financiële middelen voor handen om deze ontwikkeling tegen te gaan. De steeds slechter wordende situa tie in deze provincie wordt door regering en parlement niet als zorgwekkend ervaren, ter wijl het juist als een paal bo ven water staat dat wanneer Zuid-Holland niet een ruimer aandeel krijgt van de rijkssteun die aan Nederland in zijn ge heel wordt gegeven, de totale situatie1 in Nederland er slech ter op zal worden. Dit is de kern van een nota die het provinciaal bestuur van Zuid-Holland in de vorm van een open brief heeft gestuurd „aan de kabinetsformateur". In deze nota wordt melding ge maakt van een groot aantal „achterstandssituaties" die de provincie zou hebben ten op zichte van de overige Neder landse provincies. Ook wordt in deze nota bijzondere aandacht van het te formeren kabinet ge vraagd voor de regio Zuid-Hol land. In de nota worden vooral de teruglopende werkgelegenheid en het nijpende tekort aan wo ningen gesignaleerd als de grootste problemen waarmee de provincie te kampen heeft. Ge steld wordt dat Zuid-Holland van alle provincies het grootste aantal werklozen heeft (39.840), terwijl de provincie een groep L van 58.000 ontvangers van bij standsuitkeringen telt. Boven dien is de bestaande werkgele genheid in de provincie in tal van sectoren niet gewaarborgd. Vooral in het Rijnmondgebied doet zich volgens de nota een stijgend verlies aan arbeids plaatsen voor. De provincie heeft volgens de nota bovendien te lijden onder de hevige internationale concur rentie van industriële vestigings- gebieden, de teruglopende be reidheid om grote arbeidsver- schaffende investeringen te doen, de nog steeds dreigende verplaatsing van bedrijven in de sector van de dienstverlening over de provinciale grenzen, het kwalitatief stèeds slechter op el kaar aansluiten van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt en de aantasting van het milieu, waardoor het nieuwe maar rru- lieuvijandige bedrijven niet kan worden toegestaan zich in de provincie te vestigen. Ook de woonsituatie is volgens de nota in vergelijking met die in overige provincies in zuid- Holland „ongunstig". Vooral in de grote steden Rotterdam en Den Haag is het tekort aan ge schikte woningen nijpend. Er zijn in de provincie minder eengezinswoningen en minder nieuwe huizen dan in de overige provincies, terwijl ook het per centage woningen zonder eigen toegangsdeur en eigen badgele genheid het hoogste is van Ne derland. Het ontbreekt de pro vincie daarbij aan voldoende geld en mankracht om deze pro blemen het hoofd te bieden, al dus de nota. In de nota worden ook achter standen van de provincie gesig naleerd in het aantal huisartsen, tandartsen en wijkverpleegkun digen per 100.000 inwoners; het aantal bedden in de bejaarden verzorging, het aantal verpleeg tehuizen voor geestelijk gestoor de bejaarden; het aantal aange paste woonvormen voor blij vend lichamelijk ehandicapten; de mogelijkheden tot opvang van verslaafden aan alcohol en drugs, het aantal maatschappe lijk werkers; het aantal ruimten voor sociaal-cultureel werk; het aantal bibliotheken; het aantal zon- en rustgelegenheden en het aantal overdekte sportaccom modaties. Hiertegenover staat volgens het bestuur van de provincie een „stijgend gevoel van onmacht om tegen dit complex van pro blemen op te roeien". Het bestuur van de provincie dringt er bij het te formeren kabinet op aan een aantal maat regelen in het programma op te nemen voor de komende vier jaar. Deze maatregelen zijn: snel een wetsontwerp over de aanpassing van het Provin ciefonds aanvaarden. Hierdoor zou volgens het bestuur het aan deel van de Zuid-Holland uit dit fonds stijgen van 13,5 naar ruim 14 procent. Het bestuur merkt hierbij op dat Zuid-Holland in vergelijking met de andere pro vincies toch al minder geld per hoofd van de bevolking ont vangt. het stimuleringsbeleid van de regering mede op Zuid-Hol- j land richten. Hierdoor zou in i deze provincie een economisch ontwikkelingsbeleid gevoerd kunnen worden. het opheffen van de tekor ten in de sector van het wonen. het inhalen van de achter standen in de provincie op het terrein van het welzij a verbeteren van openbaar vervoer in de steden, stadsge westen en de streken en van de verkeerssystemen. verruiming van de groene „bufferzones tussen de Zuidhol landse steden. verbetering van de water kwaliteit ui Zuid-Holland. LEIDEN De federatie van wo ningbouwverenigingen zal in de toekomst, op voordracht van de gemeente, woningen toewijzen. Inmiddels is reeds een werk groep gevormd, die enkele be voegdheden wil hebben. Zo heeft de federatie onder meer bedon gen dat zij woningzoekenden, die niet als urgent bij het bureau huisvesting staan ingeschreven, toch een woning kan toewijzen. Tijdens de vergadering van de advies commissie inzake het huisvestingsvraag- stuk verzetten de leden zich gisteravond tegen deze voorwaarde van de federatie. Ook het op eigen houte doorschuiven van bewoners van het ene huis in het andere door de woningbouwverenigingen stuitte op verzet. Vooral van de heer K. Dekker, chef bureau huisvesting. Hij stelde dat met deze regeling het onmogelijk wordt gemaakt dringende gevallen, die toevallig niet bij een of andere woningbouwvereni ging zijn ingeschreven, te helpen. Ook de door wethouder A. Verboom geopperde mogelijkheid om bewoners van te dure flats, naar goedkopere woningen van de federatie te laten opschuiven, wees de chef huisvesting van de hand. Het toe te kennen recht van toewijzing door de federatie wierp ook wat vragen op bij het raadslid J. Duyvestein. Hij vroeg zich af in hoeverre de federatie haar veto-recht zal laten gelden. „De federatie moet er goed van doordrongen zijn dat zij ook de slechte gevallen een kans geeft, hetgeen in het verleden alleen van de Leidse woningstichting mocht worden verwacht." Het raadslid vreesde dat door telkens opnieuw aanvullen van de lijst van woningzoekenden een catego rie met de laagste inkomens uit de boot zou vallen. Tevens kwamen de problemen met be trekking tot het particuliere woningbezit aan de orde. De heer Duyvestein betoog de dat de gemeente meer grip op deze woningen moest zien te krijgen. Nu de leeftijdsgrens voor registratie bij het bu reau huisvesting zal worden verlaagd tot 18 jaar, zal de- spoeling voor oudere woningzoekenden dunner worden. In fei te zal het iedere particuliere eigenaar vrij staan zijn woning aan een 18-jarige te verhuren, zolang deze maar aan de door de gemeente vastgestelde bezettingsnor men voldoet. Wethouder Verboom stelde dat de particuliere eigenaren zich in de toekomst zullen moeten houden aan de datum van inschrijving van de woning zoekenden, waarmee toch in enigermate aan een bepaalde urgentiegraad zal wor den vastgehouden. De termijn waaraan de huiseigenaar zich te houden heeft zal worden gesteld in het kader van het soort woningen. Een en ander kwam ter sprake in ver band met een nieuwe regeling woonruim teverdeling waar met name een- en twee persoonshuishoudens volledig worden er kend. Volgens de nieuwe regeling kan behalve aan echtparen ook twee samen wonende personen een woning worden toegewezen, wanneer zij aan bepaalde normen voldoen. De woningvergunning die dan wordt afgegeven komt op twee namen te staan. Dit laatste dient onder meer om eventuele doublures in de regi stratie van woningzoekenden te voorko men. De leden van de adviescommissie signa leerden nog wel enige maeen in de rege ling. In de toekomst kan het namelijk gebeuren dat iemand van 18 jaar zich laat inschrijven als woningzoekende, ter wijl hij op dat moment nog geen woning nodig heeft. Wanneer dit wel het geval is, is de kans groot dat hij eerder aan de beurt komt, dan woningzoekenden die dringend om woonruimte verlegen zitten, maar zich niet voortijdig hebben laten inschrijven. LEIDERDORP „Laten we nog even snel de partij afspe len" riep Hein Hazenberg gis teravond om half elf in zijn partij tegen Ton Crepin. Crepin vond het best, maar van de partij afspelen kwam weinig terecht, want keer op keer was het Crepin, die in het schim menspel de belangrijke puntjes vergaarde^ Om kwart voor elf bij de stand 5—5 in de derde set werd de partij toen uiteind elijk toch nog verdaagd. Crepin had de eerste set in zijn voor deel beslist door middel van een tie-break, maar daarna had C-speler Hein Hazenberg het initiatief geheel naar zich toe getrokken, terwijl Crepin steeds meer fouten ging maken. Met 6—2 pakte Hazenberg de tweede set, met 5—2 kwam hij voor in de derde, maar toen bleek weer eens, dat een partij nooit afgelopen is voor de laat ste bal geslagen is. Ook in andere partijen lieten enkele C-spelers zien, dat het predikaat B-speler niet alles zegt. Edwin Bosch maakte het, dankzij zijn kanonharde service, Jan Theunissen erg moeilijk. TENNISTOERNOOI DE MUNNIK Met 6—2 kwam hij in de tie break van de eerste set voor, maar Theunissen kroop door het oog van de naald en won alsnog met 8—6. Daarna was de strijd gestreden: 8—2. Kuyck, een jeugdige derde klas se speler van Sassenheim, moest het opnemen tegen Adam, die voor OTC Overgangsklasse B speelt; een op het eerste gezicht behoorlijk krachtsverschil, maar daar was in de partij niets van te merken. Kuyck haalde iedere bal en durfde zelf ook geregeld in de aanval te gaan. De eerste set ging nog naar Adam (6—3), maar toen was niet meer te houden. Via Kuyck r 76, 62 speelde hij zich ver diend in de tweede ronde. Mun- niktrainer Adri v. Leeuwen en de als vijfde geplaatste Marinus Brooshooft hadden het gisteren ook verre van makkelijk. Vooral Van Leeuwen mag zich in de handen knijpen met de zege op Dick Hylkema. Met 62, 4—6, 35, 3040 stond hij achter, toen Hylkema, in plaats van de partij uit te serveren, een dub bele fout sloeg. Hiervan profi teerde Van Leeuwen goed en zegevierde alsnog via 7—5. Mari nus Brooshooft moest zich een set laten afnemen door Marcel de Bakker: 6—4, 2—6, 6—4. Zelfs voor Bram Madera was het te gen C-speler Collé geen inmaak partij 6—3, 6—3. Arnold v.d. Ca- j pellen won met 6—2, 7—5 van| Carl Schoon, tweede geplaatst in C. Ton Creijghton bleef J Bentum uit Zoetermeer net voor. De partijen in het damesenkel B waren bijna allen een spelle-1 tje van kat en muis. Tine Lange- veld rekende in sneltreinvaart i af met Marijke Brink: 6—1, 6—0. Joke v. Sas versloeg A. Collé 1 met dezelfde cijfers en Marjan de Groot won met 6—2, 6—3 van j Helma Kallenberg. Carien Hees- termans stuitte tegen Heieen v. Paridon op meer tegenstand: i 62, 76. In het herenenkel C i leverde Ron Groot een goede prestatie door Wouter Kuyck, I die in B later liet zien, wat hij I in zijn mars heeft, met 6—1, 6—4 te kloppen. Voor twee geplaat ste koppels in het herendubbel C kwam er een einde aan de aspiraties. De gebroeders Van Tongeren verloren kansloos van het Waddinxveense duo Sijthof/- Groot, terwijl Hazenberg en Gerrese met twee maal 6—3 ten onder gingen tegen Van Veen en Van Veen. PAUL THEUNISSEN Oververmoeidheid oorzaak ongeval aan Hoge Rijndijk LEIDEN Oververmoeid heid van de chauffeur is vol gens de politie vermoedelijk de oorzaak geweest van het dodelijke ongeluk in de nacht van maandag op dins dag, nabij het viaduct aan de Hoge Rijndijk in Leiden. Daarbij kwam de 22-jarige A.P. Theunissen uit Naald wijk, bestuurder van de trekker met oplegger, om het leven. De vrachtwagen, die was gela den met vrachtwagenmotoren raakte van de weg en boorde zich diep in het talud van het viaduct Als gevolg van de ge weldige kracht waarmee de vrachtwagencombinatie in het talud belandde, ontstond een diep gat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 5