Stampeimakers
leven
zich uit
in en rond
voetbal
stadions
Engelse toestanden in net verschiet
„net zijn vaak
de trouwste supporters"
Zoveel mogelijk voetbalsupporters in zo wei
nig mogelijk veewagens stouwen. Gratis rook
bommen verstrekken en de luchtgaten goed
afsluiten. Aldus één van de meer radicale
suggesties die de N.S. de afgelopen week be
reikten om het personen-vervoer op voetbal
zondagen voortaan voor rellen te vrijwaren.
Het voorstel is terzijde geschoven, wat vanuit
christelijk standpunt bezien wel begrijpelijk
is. Maar wat moet er dan gebeuren? De agres
sie van de jonge stampeimakers in en rond
de stadions laten voor wat ze is en gewoon
wachten tot de bui overdrijft lijkt erg gevaar
lijk. Als je de afgelopen jaren in ogenschouw
neemt is in het voetbal-vandalisme een duide
lijke toename aanwijsbaar.
De verwachting dat die tendens zal doorzetten
wanneer er geen doeltreffende tegenactie wordt
ondernomen is niet onredelijk. Engelse toestan
den liggen dan in het verschiet. Om niet te
spreken van een ontwikkeling als die in Zuid
Amerika, waar een voetbalwedstrijd in Sao
Paulo vorige maand nog veertien supporters
het leven kostte. In Engeland zijn de omwonen
den van grote stadions al jaren genoodzaakt
bij belangrijke wedstrijden deuren en ramen
te barricaderen en hun automobiel in een ande
re wijk te parkeren. Matches tussen top-clubs
waarbij minder dan tien bezoekers gewond
raken zijn er een uitzondering. Bij een wed
strijd eind vorig jaar tussen Aston Villa en
Glasgow Rangers vielen maar liefst 70 gewon
den en werden 100 arrestaties verricht
Dat de rellen in Engeland en Zuid-Amerika
zo'n omvang hebben genomen dat een doeltref
fende bestrijding erg problematisch is gewor
den, is duidelijk. In Nederland staan we nog
aan het begin van een te vrezen overeenkomsti
ge ontwikkeling. Hier hebben we te doen met
groepjes van hooguit enkele tientallen rad
draaiers. In ons land lijkt een snelle aanpak
om de baldadigheid in te dammen dan ook nog
een reële kans te bieden.
Tegen deze achtergrond stelt de laconieke reac
tie van de Nederlandse voetbal-bestuurders op
het vandalen-onweer dat ons afgelopen zondag
trof (ruim 70 arrestaties - 35.000 gulden schade),
enigszins teleur. „De problematiek zal aan de
orde worden gesteld op de al afgesproken
rayon-vergaderingen tussen de KNVB en het
betaalde voetbal en tijdens het aangekondigde
overleg tussen de supporters-verenigingen", zo
heeft de KNVB laten weten. Op een grote
daadkracht wijst zo'n bekendmaking niet. Ten
grondslag aan de geringe voortvarendheid ligt
niet zozeer zorgeloosheid als wel een gevoel van
onmacht. Voorzover het agressief gedrag zich
binnen de voetbalstadions manifesteert voelen
de clubbestuurders zich direct betrokken en
zien ze mogelijkheden om de baldadigheden in
te perken. Maar waar de stampei zich buiten
het eigen terrein afspeelt, achten de meesten
zich kansloos.
„Verdere escalatie van het vandalisme vormt
een directe bedreiging voor het betaalde voet
bal", zo onderschrijft het FC-Utrecht-bes-
stuurslid G. Elsendoorn de mening van vrijwel
al zijn collega's. „Je naam gaat naar de knop
pen en je publiek blijft weg, met alle financiële
consequenties van dien. Maar ik zie niet wat
wij in hemelsnaam tegen de terreur die onze
supporters in treinen uitoefenen zouden kun
nen ondernemen.
Binnen het stadion kun je zorgen voor voldoen
de politie-bewaking en bij de ingang kun je je
bezoekers verplichten hun fietskettingen en
wurgstokjes in bewaring te geven maar op wat
men vóór en na de wedstrijd doet hebben wij
geen vat. We kunnen toch geen privé-knokploe-
gen in de treinen mee laten reizen? De enige
instanties die aan deze maatschappij-verwilde
ring - want dat is het - een eind kunnen maken,
zijn politie en justitie. De herrieschoppers moe
ten veel en veel harder worden aangepakt. Ze
moeten sneller en in grotere getale worden
gearresteerd en zwaarder worden gestraft".
Het geVoel van machteloosheid dat de voorzit
ter van FC Den Haag, de heer H. Choufoer
bekruipt als hij aan de rel-makers denkt is zo
mogelijk nog groter. Ook al beklemtoont hij dat
de Haagse club de situatie binnen het stadion
sinds het begin van dit voetbalseizoen goed in
de hand heeft. „We beschikken over een contro
leurskorps van zo'n 45 man, over vier suppoos
ten met honden, een bewakingsploeg van 20
man en daarnaast over politie-assistentie die
kan oplopen tot zonodig 40 50 man. Dat
functioneert. Maar hoe je moeilijkheden op
straat, op de stations en in de treinen kunt
voorkomen, is me volstrekt onduidelijk. Als
club kunnen we er zeker niets aan doen. Op
het eerste gëzicht zou je zeggen: laat de politie
ingrijpen in de treinen. Maar ik denk dat dat
door de jongelui als een uitdaging zou worden
ervaren en averechts zou werken. Kortom: ik
heb geen oplossing. Nu zijn het nog coupés
waar de jongeren hun agressie op uitleven,
straks gaat het om mensen. Maar wat je er
tegen kunt doen zou ik echt niet weten".
Niet iedereen is zo pessimistisch als de heren
Elsendoorii en Choufoer. Toch is 't opvallend
dat ook een man als de Amsterdamse psycho
loog drs. L. van der Brug, die al twee jaar bezig
is met een onderzoek naar het gedrag van
sportpubliek, een sceptische kijk heeft op de
mogelijkheden om aan de onlusten een eind te
maken. Voorop stelt hij in zijn analyse van de
problemen de naar zijn oordeel geringe betrok
kenheid van de relmakers bij de voetbalsport
„De wedstrijden zijn niet meer dan een aanlei
ding diewordt aangegrepen om een rel te
creëren. Net zoals een aantal jaren geleden de
TT-races in Assen te baat werden genomen om
rotzooi te schoppen. Ook de nieuwjaarsviering
is in dit opzicht lange tijd erg populair geweest.
Dat betekent dat het uit Engeland overgewaai
de verschijnsel waar we nu mee te maken
hebben, op een gegeven moment waarschijnlijk
weer vanzelf zal verdwijnen. Wanneer is na
tuurlijk niet te zeggen. De kansen voor een
succesvolle tegenactie sla ik daarom laag aan,
omdat je aan de oorzaken van het agressieve
gedrag op korte termijn weinig kunt doen. Het
gaat hier om mensen die onvoldoende geleerd
hebben, zich op een positieve manier te mani
festeren in de maatschappij. Ze komen uit een
milieu waar het nodig is agressief op te treden
om je te handhaven en ze vinden rellen leuk,
omdat ze er een kick van krijgen. Er is risico
aan verbonden en het is dus spannend. Nou,
dat verander je niet een-twee-drie. De voor
velen verleidelijkste benadering is natuurlijk:
er met de wapenstok tegenaan gaan. Als de
rellen echt ontoelaatbare vormen aannemen is
dat onvermijdelijk maar veel succes heeft het
niet Een harde aanpak lokt een harde reactie
van de andere kant uit en draagt bij aan de
verwachting dat er bij een volgende gelegen
heid opnieuw een rel zal komen. Misschien mag
je enig succes verwachten van begeleiding van
de herrie-schopper door potige en ervaren poli-
tie-mensen in burger die alleen in het uiterste
geval ingrijpen.
Maar de grootste kans op een positief resultaat
heb je volgens mij als je probeert de betrokken
heid van deze jongeren bij hun club, voorzover
die dan bestaat, te versterken. Haal ze uit de
anonieme massa en probeer ze om te vormen
tot echte supporters. Wijs ze de weg naar een
positieve deelname aan het maatschappelijk
gebeuren", zo zegt deze gedragswetenschapper,
tevens enthousiast Ajax-fan.
Pogingen in deze richting zijn in het verleden
al herhaalde malen gedaan en vaak met succes.
Bij Feyenoord bijvoorbeeld. „We hebben wel
eens een aantal van die notoire vandalen hier
in de bestuurskamer uitgenodigd", herinnert
Guus Brox zich. „Koffie met ze gedronken en
met ze gepraat Heel aardige jongens hoor, en
voorzover ik weet hebben we van hen ook geen
last meer gehad. Ik zie wel heil in zo'n aanpak,
maar ik vind een harder politie-optreden tege
lijkertijd ook gewenst Het een hoeft het ander
niet uit te sluiten". Bij F.C. Utrecht is ook wel
eens „gepraat", maar daar waren, volgens be
stuurslid Elsendoorn, de resultaten zeer mager.
„Bij sommige individuen hielp het, maar na een
tijdje brak de hel toch weer gewoon los".
„Natuurlijk houdt zo'n benadering geen garan
tie voor succes in", reageert de Haagse sport
wethouder P. Vink hierop, „maar ik verwacht
er toch veel en veel meer van dan van een
harde aanpak. Harder straffen, sneller ingrij
pen, meer prikkeldraad, dat lokt het geweld
juist uit En het gaat hier niet om boeven, maar
om in wezen heel aardige mensen. Ik geloof
wel degelijk in hun betrokkenheid bij de club.
Volgens mij zijn het vaak zelfs de trouwste
supporters. Mijn opvatting is dat je deze jon
gens inderdaad'moet uitnodigen voor een ge
sprek, maar dat je het niet bij één gesprek moet
laten. Je moet ze duidelijk maken dat ze hun
energie nu t£gen de club gebruiken en dat het
veel leuker is om je activiteiten echt in dienst
van de vereniging te stellen. Ik vind dat clubs
moeten proberen deze belhamels een duidelijke
plaats binnen de verenigingsgelederen te geven.
Maak ze lid en draag ze als vereniging de
verantwoordelijkheid op voor een ordelijk ge
beuren tijdens de voetbalzondagen", aldus de
opvatting van de heer Vink. Een opvatting die
des te overtuigender klinkt, omdat we, het zij
herhaald, nu nog aan het begin staan van een
ontwikkeling die tot een ontzettende hoop na
righeid kèin leiden. Nu kan er nog met zachte
hand gewerkt worden. Als de rellen eenmaal
de Engelse proporties hebben aangenomen is
het te laat
WILLEM SCHEER
Cetdae Somant