TOM wel geluk gehad" Zusjes Verlaan willen eindelijk kunstrij- titel AirtTPP Tien jaar prof tennisser aweg 3 3-2291 tNKSTE Doe e< 17. ipartneLlk vind dat ik de top wel heb bereikt. Ik behoor al jaren tot de beste nst dar**N HAAG „Ja, ik kan als ik stop wel »n paar jaar vooruit". Tom Okker zegt het bJet lichte voldoening in zijn stem. De Dlgende maand 33 jaar wordende Okker reikerjt op zijn gemak onderuit in één van de 3smakkelijke stoelen van de kantine van innispark Mariahoeve. De ruimte, die 's omers gonst van drukte is vrijwel veria ën. Aan de bar hangen twee mannen die ennelijk met hun tijd geen raad weten, luiten maakt het park een trieste indruk, let rode gravel gaat hier en daar schuil bder plassen water, restant van een poging hJw een tennisbaan tijdelijk een ijsbaan te R laken. De dooi wierp evenwel roet in het en. X- om Okker is in een uitstekende stemming, oewel hij aanvankelijk wat gereserveerd ■ageerde op het verzoek voor een interview IJ n zelfs de wenkbrauwen fronste bij het oren van de mededeling dat het gesprek logelijk een uur zou kunnen duren blijft ij op zijn gemak zitten als zijn electroni- che horloge het passeren van drie kwartier (I angeeft. Geen moment maakt hij geduren- e de uiteindelijke ruim zestig minuten du- laatst en(je gedachtenwisseling de indruk op hete '/o ex- °^en te zitten. Iets dat hem niet vreemd is w. n andere omstandigheden. Tom Okker is goed uitgerust. Sinds novem- '*j ber heeft hij niet meer gespeeld na een druk ^Lj I seizoen dat hem weinig sportieve successen j bracht, maar dankzij zijn contract bij San M Francisco voor de stedencompetitie finan- cieel aanzienlijke revenuen opleverde. „Ja, WW* Aeb eigenlijk wel geluk gehad", zegt 'kker bedachtzaam. „Spelers die tien jaar erder aan de top stonden hebben met ïnnis nauwelijks iets verdiend. Juist in de jd dat ik wat begon te presteren, en daarna igenlijk in steeds omvangrijker mate, wam er geld beschikbaar. Op het ogenblik, elfs in deze moeilijke periode, stromen de Sponsors toe. Dat is natuurlijk erg plezierig, want op zo'n manier kun je nog iets over >uden voorlater". ■liet onredelijk jaarna Okker hetzelfde relaas afsteekt dat wk profvoetballers zo vol overtuiging vaak pertellen, over de korte tijdspanne waarin het allemaal verdiend moet worden, de hoge belasting .enzovoort. Daarom vindt [Tom Okker het helemaal niet onredelijk lat hij en zijn collega's soms astronomische «dragen incasseren. De mensen horen alleen van het prijzen- geld. Dat mag soms behoorlijk hoog lijken, maar als alle kosten er af zijn blijft er echt niet zo gek veel over". Desgevraagd wil Okker wel meedelen dat hij sinds zijn eerste schreden op het profpad toch wel een be drag van een miljoen dollar bij elkaar heeft geslagen. „Maar dat is dus wel bruto", voegt hij er onmiddellijk aan toe. Vandaag stapt Tom Okker in het vliegtuig naar Amerika. Daar gaat hij deelnemen aan het toernooieneiretdt van World Championship Tennis (WCTl dat hem eind maart ook nog weer even in Neder land (Ahoij) brengt. Behalve een eventuele deelneming aan het Davis Cupduel Ne- derland-Joegoslavië aal dat tot het eind van dit jaar de enige keer rijn dat Okker, die na WCt voor de steden- competitie in Amerika gaat spelen, in ons iand aal zijn. Het is tien jaar geleden dat Okker begon aan het prof- avontuur dat bem, naast eni ge sportieve sueoessen, geen windeieren heeft gelegd. In bijgaand verhaal kijkt Okker terug op die tien jaar en een beetje vooruit. van de arbitrage, vindt zichzelf de laatste jaren rustiger geworden. De soms kregelige tennisser, wiens stemmin gen zeer sterk onderhevig waren aan zijn prestaties, ging volgens verhalen altijd ge bukt onder een complex als hij in eigen land moest aantreden. Dat gebeurde de laatste jaren slechts sporadisch, zodat wanneer hij zich eindelijk weer eens hier liet zien de verwachtingen doorgaans hoog gespannen waren. „Je speelt inderdaad een beetje on der druk hier, maar zoals het vaak werd voorgesteld is het toch nooit geweest. Een probleem hier evenwel vind ik de negatieve houding van de pers. Men ziet alleen je fouten, maar de goeie dingen worden verge ten. Ik heb wel begrip voor het vaak be staande gebrek aan deskundigheid in Neder land. Tenslotte heb je hier niemand die, zoals bijvoorbeeld in Engeland of Amerika, louter tennis verslaat. Pas als je een paar maanden constant meeloopt in die wereld ben je tot oordelen bevoegd. Maar dat is kennelijk niet haalbaar". In tegenstelling tot een aantal gereputeerde collega's (Newcombe, Roche) is Tom Okker altijd bespaard gebleven voor ernstige bles sures. Slechts een buikspierblessure en een verzwikte enkel noopten hem enige tijd tot non-actief, maar voor het overige bleek de ooit door de Engelsen tot Flying Dutchman gedoopte Nederlander fysiek altijd voor honderd procent in orde. „Ik geloof dat het een kwestie van lichaams bouw is", meent Okker. „Rosewall is ook nooit geblesseerd geweest, terwijl stevig ge bouwde figuren als Roche en Fairlie veel vaker aan de kant staan". Okker prijst zich met deze eigenschap gelukkig. Rustig ach teruit leunend, af en toe naar voren overbui- gend als een wat kritische vraag wordt gesteld, vertelt hij zijn verhaal. Het flesje appelsap dat hij wenste na als „sparring- partner" van de Nederlandse Kings Cup- ploeg te hebben gefungeerd is snel leeg gedronken. „Ja, ik heb wel wat geluk ge had", herhaalt hij. Nogal vaag Over zijn toekomstplannen is Okker nogal vaag, evenals over de wijze van beleggen van zijn in de loop der jaren bij elkaar geslagen dollars. „Ik heb op St. Maarten een appartement dat wordt verhuurd als ik er niet zelf ben", verklaart hij slechts. „Ik wil wel iets in tennis blijven doen, maar wat, daar heb ik geen idee van. Er zijn nogal Vandaag is Tom Okker vertrokken naar Amerika waar het tennisseizoen van start gaat met het WCT-circuit. Het betekent het tiende profjaar voor Okker. wat mogelijkheden, hoewel lesgeven daar niet bij is. Daar ben ik niet zo gek op. Een korte periode gaat nog wel, maar ik moet er niet aan denken voortdurend les te geven. Daar ben ik niet geduldig genoeg voor. Ik moet altijd iets om handen hebben, steeds iets nieuws doen. Daarbij ben ik overigens zeker niet impulsief. Ik overleg eerst wel degelijk wat de gevolgen zijn van iets dat ik doe". Op dit moment is Tom Okker weer even de bedachtzame, zorgvuldig formulerende, weinig glimlachende koele zakenman. Zijn aandacht voor het gesprek wordt wat min der, zijn blik glijdt af en toe in de richting van de aan de bar staande mensen. Het is duidelijk: Okker heeft zijn verhaal verteld. Hij blijft echter de vriendelijkheid zelve en maant niet tot spoed. Even later stapt hij in zijn Jaguar („Deze is kennelijk door de week gemaakt en niet op vrijdag, ik heb er nooit problemen mee gehad zoals sommi ge andere mensen die ik ken", grapt hij tot slot), op weg naar de volgende jachtige fase in zijn bestaan als tennisser. Eerder had hij gezegd dat bij het publiek wel een wat verkeerde indruk bestond van een tenni- sprof. „Het lijkt allemaal wel erg mooi, met die hoge bedragen aan prijzengeld. Maar het is buitengewoon vermoeiend. Waarmee ik overigens niet wil zeggen dat we het slecht hebben. Dat zeker niet". FRANK WERKMAN >DEN HAAG - De weg naar de nationale kunstrijtitel is open voor de zusters Ver laan, nu Dianne de Leeuw zaterdag 15 januari voor het eerst sinds jaren niet N meedoet aan het Nederlands kampioen- schap in de Edenhal in Amsterdam. P De vjièr dochters van slager Jan Verlaan uit IJmuiden trainer hard voor het kampioen schap. Annemarie (17) en de kleine dertien jarige Monique onder moeders toezicht in Frankrijk en Sophia (19) en de „praatpaal" van de familie Corry op De Uithof. Pas dinsdag zal Corry de beslissing nemen of ze het tegen haar zusters op het kampioen schap zal opnemen. Door een blessure was ze geruime tijd uitgeschakeld en ze is pas weer enkele dagen aan het trainen. Op De Uithof praten met Corry en Sophia Verlaan over de komende kampioenschap pen en over de biefstuk, die vader moet verkopen om zijn dochters de dure sport te kunnen laten beoefenen. Corry ontkent dat J het vlees bij haar vader enkele dubbeltjes duurder is, omdat deze „extra" munten no- j dig heeft voor het trainingsfonds van de „vier gezusters". „Bij ons in de winkel is het vlees goedkoper dan bij Albert Heijn. En de kwaliteit is erg goed", zegt Corry wat bits. Corry wil niet verder praten over de slagerij en de kosten van het kunstrijden en stelt dat het helemaal niet zeker is dat straks één van de Verlaan tjes kampioene van Nederland wordt. Ze Is echter wel blij dat Dianne de Leeuw met de wedstrijdsport is gestopt. Met Dianne ruilen wil ze nooit! „Ik moet er niet aan denken om met die Chapman getrouwd te zijn. Mijn moeder heeft het altijd gezegd, dat Dianne een romance had met haar eigen trainer. Wij hebben het nooit gezien. Maar toen Dianne naar de ijsrevue ging, werd hij daar ook snel trainer". Corry Verlaan doet de P.R. voor de familie. Bij elke vraag is ze haantje de voorste met haar antwoord. De meisjes hebben geen trainster of trainer in Nederland. „We leren gewoon van elkaar of trainen in het buiten land bij een buitenlandse trainer", aldus Corry. Omdat Sophia Verlaan, de oudste telg en vorig seizoen derde bij de Nederlandse kam pioenschappen, op de sportacademie in Den Haag zit, is het voor haar maar een klein stapje naar De Uithof. Zusje Corry moet echter steeds uit IJmuiden komen. De Am sterdamse ijsbaan is natuurrlijk veel dich terbij voor de Verlaantjes. Maar ze zijn lid van de Haagse ijsclub. Dat de dames moei Sophia Verlaan, de oudste uit het kunstrij- nest, praat over Monique Verlaan: „Ze heeft een enorme aanleg en een prachtige wed strijd-instelling. Ze maakt op het ogenblik een snelle groei door. Ze lijkt wel op een „bonestaak". Als ze straks uit Frankrijk terug komt is ze misschien weer groter geworden." Het kunstrijden en „het vlees" staan cen traal bij de familie Verlaan. Sophia denkt aan haar toekomst, een toekomst die ze zeker niet zal zoeken in één of andere ijsrevue of„Ze moeten met een heel vet contract komen. Dan zeg ik misschien wel ja". Maar voor zo'n contract is natuurlijk een Nederlands kampioenschap nodig en een internationale doorbraak. Ondanks de aanleg en trainingen in het buitenland van vele maanden is het er nog niet van geko men bij Annemarie en Sophia die al aan Europese en wereldkampioenschappen mee deden. Als Corry binnen een paar jaar niet aan de top zit, dan is het best mogelijk dat ze de kunstrij schaatsen gaat ruilen voor een paar hardrijschaatsen. Sophia: „Corry kan enorm hardrijden. Ze heeft al meer gezegd dat ze best wil hardrij den". Als Corry over enkele jaren die stap naar het koude buitenijs zou doen is het dan niet te laat? Corry: „Hoe oud was Atje Keulen-Deelstra niet toen ze aan het hardrijden begon. Ver geet niet dat ik enorm goed kan schaatsen. Het hardrijden zet ik echt niet uit mijn hoofd". Tijdens de training op De Uithof rijdt Corry een minder goede kür. „Het tweede gedeelte van mijn kür was een puin hoop. In het begin ging het goed. Voor de eerste maal na de blessure sprong ik een axel en ik kreeg weer pijn aan mijn voet. Ik wil echter doorzetten. Vorig seizoen kon ik ook door een blessure niet aan de start komen bij het kampioenschap. Dan train je in feite het hele jaar voor niets". Jurkjes Slager Jan Verlaan, stond het eerst op het Amsterdamse ijs. Zijn kinderen, de vier dochters, volgden hem en omdat moeder Verlaan, en dochters de jurkjes van de kunstrijdsters op de Edenbaan zo mooi von den zijn ze met kunstrijden begonnen. Na veel trainen, trainen en nog eens trainen,- sprongen hoog en dubbel en de verplichte figuren moet op 15 januari een hoofdstuk in het familieboek worden afgesloten. Wie wordt kampioene van Nederland 1977? An nemarie of Sophia. Corry durft er geen weddenschap op af te sluiten. Trouwens, een verrassing is ook nog mogelijk. Je weet het nooit met al die Rittbergers, axels en pi rouettes, om de verplichte figuren, de basis van het kunstrijden maar niet te vergeten. ARTHUR VAN RUSWyK tien spelers ter wereld." Het lijdt geen twijfel dat Okker goed heeft geboerd als tennisprof. Hij maakt een uiterst welvarende indruk, bezit een huis in Zwit serland („Het is maar een appartement") en rijdt in een dure Jaguar. Eind dit jaar wil hij in Nederland een huis kopen, waaruit kan worden afgeleid dat hij aan een geleide lijk afbouw van zijn carrière bezig is. In dat kader past ook de rust van enige maanden die Okker jaarlijks plant, waarin hij bij voorkeur op de ski's staat in de directe omgeving van zijn tweede woonplaats Engel berg. Wellicht ook dat vaderlands tennisam- bassadeur daarom drie jaar geleden een lucratief contract tekende bij de toen in de kinderschoenen staande, maar inmiddels tot een volwassen organisatie uitgegroeide Amerikaanse stedencompetitie. „Als ik geen gezin had gehad had ik dat nooit gedaan. Maar met vrouw en kind, onlangs heb ik er trouwens een dochter bij gekregen, wil je toch wat vastigheid. Daarom ligt die stedencompetitie me wel. Je bent gedurende enige maanden min of meer thuis, waardoor je enigszins een normaal gezinsleven kunt leiden". Zekerheid Door zijn keuze voor wat meer zekerheid heeft Okker bewust afstand gedaan van kansen op nog een aansprekend sportief resultaat. Na zijir opmerkelijke doorbraak in 1967, zijn eerste profjaar, waarna hij dc titels won van Zuid-Afrika en Rome en de finale bereikte van Forest Hills, drong hij weliswaar verscheidene keren ver door in belangrijke toernooien, maar de kroon op zijn werk kon hij nooit zetten. Toch vindt Okker dat hij de top heeft gehaald. „Ik behoor gedurende al die jaren bij de beste tien spelers ter wereld, terwijl ik in 1968 derde bij de wereldranglijst stond. Door mijn verplichtingen in de stedencom petitie heb ik inderdaad de laatste jaren nauwelijks andere toernooien kunnen spe len. Dat is in zeker opzicht jammer, maar een gevolg van een bewuste keuze. Ook dit jaar zal ik maar in een paar toernooien uitkomen: Wimbledon en Forest Hills in ieder geval". Rustiger Tom Okker, die op de tennisbaan nogal eens voor wat opschudding placht te zorgen als hij het niet eens was met een beslissing lijkheden hebben gehad met de Amsterdam se ijsclub wil Corry niet bevestigen. „Kijk, de trainingsomstandigheden in Am sterdam zijn gewoon slecht. Op die baan is telkens wat. De ijsbaan wordt regelmatig gebruikt voor popconcerten en dan kan je er niet rijden. Bovendien heeft de vereniging daar de instelling dat elke rijdster gelijk is. Of je nu aan topsport doet of niet dat maakt niet veel uit" Voor de zusters Verlaan is het trainen op Nederlands ijs gewoon een noodzakelijk kwaad. De studie van Sophia is belangrijker dan het trainen in Frankrijk, maar als Corry niet met haar enkel in het gips had gezeten, dan had ze zonder twijfel nu niet dagenlang op de Uithof getraind. Wil de sterkste dochter van Jan Verlaan straks op de hoogste trede van het schavo tje gaan staan? Corry Verlaan: „Het is natuurlijk duidelijk dat de strijd gaat tus sen Sophia en Annemarie. Sophia is twee maal tweede geweest achter Dianne en Annemarie ook. Vorig seizoen werd Anne marie achter Dianne de Leeuw tweede en Sophia derde. Het is best mogelijk dat Sophia straks Annemarie verslaat De beste moet winnen. Het is trouwens helemaal niet zeker dat één van ons straks kampioe- De trots van slager Verlaan: zijn vier dochters, v.l.n.r. Sophia, Annemarie, Monique en Corry.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1977 | | pagina 11