Driftkikker terug van weggeweest Smakelijk kerstdiner met herrezen Louis de Funès ZATERDAG 18 DECEMBER 1976 LEIDSE COURANT Onder de vele bioscooppremières, die in de donkere dagen voor Kerst mis „de pan uitvliegen" zijn er te genwoordig altijd wel een paar, die vrijwel overal in het land te zien zijn. Filmverhuurders maken met de film, waar zij veel van verwach ten liever meteen een grote klap, door met veel copieën uit te gaan, dan dat ze eerst de kat uit de boom kijken om dan wat extra copieën na te bestellen als de vette dagen al voorbij zijn. De re-make van de klassieke mon ster-thriller uit 1933 „King Kong" komt in volle breedte en in kleur in alle windstreken van ons ui zijn angstaanjagende kop opstek Blake Edwards' derde Inspect* Clousea u-a von tuur met Peter jsi Iers „The pink panther strüll again" is in elke wat grotere jij meente te zien en de Disney-tey| filmstudio's hebben het sproofeS „Assepoester" maar weer 'ns vanp plank gehaald en er nieuwe copj# van getrokken. Voor de smakelijke hap zorgt vel der Louis de Funès, terug van jaar weggeweest, met zijn nieuw» komedie „L'aile ou la cuisse", i„y. liefst op 26 plaatsen in ons In tegelijk te zien zal zijn. Coluche beleeft weinig plezier aan de synthetische wijn van de heer Tricatel, tot groot vermaak van papa-gourmet Louis de Funès in Claude Zidi's „L'aile ou la cuisse" Charles Duchemin (Louis de Funès) is schrijver en samensteller van de jaarlijkse Guide Duchemin, waarin alle Franse res taurants met sterren worden gewaardeerd. Fijnproever Duchemin is dus een machtig heer voor wie het hele Franse horecawe- reldje siddert. Jarenlang heeft Duchemin al proevend en keurend in allerlei vermommingen het land doorgezworven, maar hij acht nu de tijd gekomen dat zijn zoon de zaak over neemt, niet vermoedend dat deze elke avond als hobby optreedt als clown in 'n eigen armetierig circusje en niets voor pa's beroep voelt. Maar als de levensmiddelenfabriek van de heer Tricatel de restaurants in de provin cie dreigt over te nemen en ze met inferieu re synthetische maaltijden wil exploiteren, groeien vader en zoon Duchemin dichter naar elkaar toe. Seniorwil Tricatel als laatste daad nog 'n vernietigende klap toebrengen door hem in een populair tele visieprogramma te ontmaskeren. Maar o wee, juist voor de uitzending raakt Duche min zijn wereldberoemde smaak kwijt na een hem opgedrongen slechte maaltijd. Claude Zidi? die ook voor de regie zorgde heeft voor 'n ijzersterk verhaal gezorgd, dat de wat scenario's betreft berucht-lasti- ge De Fuuès meteen deed besluiten om voor de rol van fijnproever te tekenen met de kanttekening „Perfect, niets aan veran deren". En zo kreeg Zidi na de Chariots en Pierre Richard Frankrijks meest gevier de komiek onder zijn hoede, met liefst 112 films tussen 1945 en 1963 op zijn saldo en vervolgens 24 films, die stuk voor stuk kassuccessen werden onder regisseurs als Jean Girault (de Gendarme-serie), André Hunebelle (De Fantomas-serie) en niet te vergeten Gerard Oury, wiens „De eend en de Cadillac" alleen al 11 miljoen bezoekers over heel de wereld trok om van „Samen uit, samen thuis" met 16,5 miljoen kijkers nog maar niet te spreken. En toen kwam door De Funés' ziekte alles plotseling op losse schroeven te staan. Na het voorspoedige herstel van z'n hoofd rolspeler waren er weer nieuwe proble men. Men had geen bindende afspraken voor studioruimte kunnen maken en alles zat „volgeboekt". In de omgeving van Trappes werd echter 'n grote hangar ont dekt, die met enige goede wil de hoogte was slechts 6 meter in plaats van de gebruikelijke 10 en aan de akoestiek moest druk gesleuteld worden tot studio kon worden omgebouwd, waar 90 procent van de opnamen zouden plaats vinden. In een dagboek, dat Claude Zidi tijdens de volgende drie maanden bijhield vinden we dat daarmee nog niet alle moeilijkhe den van de baan waren. Niet tussen de hoofdpersonen, want zo weet Zidi zich te herinneren: „Het klikte meteen tussen De Funès en zijn film-zoon Coluche. Coluche is een groot bewonderaar van Louis en komt daar openlijk voor uit. De Funès beschouwde hem als een geadopteerd kind en deed alles om zijn jongere collega alle fijne kneepjes van het vak bij te brengen. Ik moet er niet aan denken wat voor 'n sfeer er rond (le opnamen had gehangen als die twee niet zo goed met elkaar over weg gekund hadden". Coluche had in juli Louis de Funès kijkt bestraffend naar film-zoon Coluche, die liever met eieren jongleert, dan de culinaire carrière van zijn vader te volgen. en augustus nog 'n contract lopen voor 'n optreden in de provincie en moest elke avond na de opnamen per auto of particu lier vliegtuig naar een of andere uithoek getransporteerd worden. De volgende och tend was hij dan weer om negen uur present. De Funès stond om zes uur op en hield op medisch advies een arts begeleidde de filmploeg een middagdutje. „Dan zetten we de opnamen stil tot hij wakker was", weet Zidi zich te herinneren. De Funès hield een strikt dieet, maar Coluche genoot zichtbaar van deze vreetfilm. „Hij had een onvoorstelbare eetlust en het was altijd uitkijken met hem dat je van de duizenden gerechten niet een kippevleugel- tje of een paar oesters kwijt was", zegt Zidi. Nog bonter maakte hét personeel van een ziekenhuis het tijdens de opnamen. „Aan het eind van een draaidag in de kliniek, lieten we een uitgebreid diner op de kamer van Louis de Funès achter met een briefje „Niet aankomen". De volgende dag was alles weg en lag er een briefje, getekend Fantomas. Weer 'n dag later ver dween de hele lunch van de filmploeg uit de kantinewagen. Toen lag er een briefje met „Fantomas slaat weer toe" bij. Grote moeite hadden we ook met het goed hou den van alle uitgestalde lekkernijen onder de hete schijnwerpers en vaak moesten wij ze vervangen omdat ze er niet meer fris uitzagen. Het meeste verdriet had ik nog om een sierlijke zwaan van roomijs. Die moesten we uit de film laten omdat zijn lange nek het telkens begaf voor we de camera's in beweging hadden gezet", zegt Zidi, die meestal met twee of drie camera's tegelijk werkt. Vandaar dat de montage- ploeg voor de niet geringe klus kwam te staan van 50.000 meter film een 105 minu Christian Bourqui, die votf- effecten moest zorgen, kw vuren te staan. „Zidi vroeg: gen aan me. Zo moest ii ontwerpen, waar levensmidi worden. Machines van driei die vis aan de graat spoten e band waar braadkippen gefe den. Of rubber slablaadje groententuin geen gek figua ben geslagen. Voor de clc televisiestudio nagebouwd, e presentator Philippe Bouvs film zichzelf speelt, hem eigen studioruimte had willet: Een andere kostbare grap* dagen dat er op het kantoon kant Tricatel moest worden? was een échte kantoorruinfc al die lampen al spoedig zo we drie dagen lang de ain voor het hele gebouw op1 moesten laten werken om rtf Ik heb gelukkig de rekening' zegt Zidi, die nu de film zf door Europa is begonnen wal' ademhalen. Zo ook de 32-jarige produce Fechner, die zegt „Dat fiks steenrijk zijn is voor mij een: ken ze niet en als je geldt kan je beter in de kledingte dan deze gok wagen. Stel je aan 'n project van 2 miljard: francs bezig bent dat binnen5 klaar moet zijn, terwijl je ne! de eerste vijf weken bij elkaar.' maar wat blij dat Zidi zich s het schema heeft gehouden". Vermomd als Amerikaan tracht Louis de Funès de onwillige naar om de tuin te leiden in ,,Wie dan leeft, wie dan zorgt". Hij is er weer, het kleine kaalhoofdige Fransmannetje met de mimiek en het temperament van Donald Duck. Drie jaar na zijn laatste kassucces „De avonturen van rabbi Jacob" heeft Louis de Funès weer een film gemaakt en als zijn Neder landse schare bewonderaars net zo rea geert als de Fransen en de Belgen, dan zouden de 26 copieën waarmede de film „L'aile ou la cuisse" in ons land met de kerstdagen rouleert wel eens niet toerei kend kunnen zijn om aan de vraag te voldoen. We staan er niet zo gauw bij stil, maar ook sterren van het witte doek worden ouder. Maurice Chevalier bleef ook niet zijn hele leven de jeune-premier uit de Ernst Lubitsch-operettes maar switchte tij dig naar de rol van de grijze charmeur, op leeftijd. Joan Crawford en Lana Turner bouwden 'n nieuw filmleven op in de rol van moeder van een bijna volwassen doch ter en Bette Davis paste haar steeds meer verleppend uiterlijk met succes in haar .carrière door griezelige oude vrouwtjes te gaan spelen. Met filmkomieken ligt de zaak moeilijker. Chaplin hing in 1940 na „The great dicta tor" zijn bolhoed aan de kapstok en ruilde zijn onvergetelijke zwerver in voor 'n glad de vrouwenmoordenaar, een vergeten va riété-artiest en een gevluchte koning. Bus ter Keaton maakte na jaren als circus clown de wereld te hebben rondgezworven als een uitgedoofde man zijn come-back in twee-acters en kleine bijrollen. Het meest opvallende voorbeeld van plotseling ouder worden is te zien aan Stan Laurel en Oliver Hardy, de „dikke en de dunne" die je na 1940 met elke film meer in oude mannen ziet veranderen. Drie jaar weg zijn van het witte doek is voor de thans 68-jarige Louis de Funès een heel lange tijd. Bijna hadden we hem helemaal niet meer in een nieuwe film gezien, want na het tekenen van het con tract voor „L'aile ou la cuisse" op 6 januari 1975 werd De Funès getroffen door een hartinfarct, die de hele speciaal door Clau de Zidi voor De Funès geschreven film op losse schroeven zette. Ook na zijn genezing bleef het plan nog enige tijd in de ijskast liggen, want wie durfde het risico van twaalf zware draaiweken, met De Funès elke dag noodzakelijk op de set, aan? Achter het driftige baasje, dat op het witte doek zo ongecontroleerd naar het schijnt kan uitvallen, schuilt echter een nauwgezet acteur, die zijn rol steeds perfect kent, een half uur voor de anderen in de studio arriveert en dan precies weet welke bewe ging of grimas hij straks zal maken. Die ijzeren discipline vindt u ook terug in De Funès' privé-leven en dat is dan ook mis schien het geheim, waardoor we de Franse driftkikker weer „als nieuw" op het doek zien verschijnen, geen dag ouder lijkend dan rabbi Jacob. De scherpe opmerker zal wèl 'n kleine verandering bespeuren, want al zijn de grimassen er niet minder om. het zware kluchtwerk is toch 'n beetje in de schoenen van Louis' film-zoon Michel Coluche geschoven, die onder honderd kilo brooddeeg bedolven wordt en dan letterlijk „gebakken" zit. Ook het dritiige is er een beetje af en op een gegeven moment zegt Louis de Funès zelfs in de film „Ik kan me niet eens meer kwaad maken". Voor het opvliegerige karakter is echter wat anders in de plaats gekomen. In enkele ingetogen scènes, zoals het op 't oog bepa len van soort en jaartal van een wijntje, bemerk je, welk een voortreffelijk acteur er achter dit eigenwijze mannetje schuil gaat. L'aile ou la cuisse", een vraag die betrek king heeft op welk deel van de kip men gereserveerd wil hebben „Vleugel of kontje" noemen de Belgen de film dan ook gaat zoals de titel reeds aanduidt over lekker eten. En hoe! ten durend werkje te, mal Zidi zit alles zo logisch in volgorde dat het best mee Robert en Monique Isnardf kregen ruim 47.000 meter i „We hadden er nog wel twe films van kunnen maken", i wekt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 22