De gehele dag op het veld voor misschien tien minuten vliegen j „Gezelligheid alleen staat niet meer voorop" BIJ 20—0 STOKTE HET „Rijkdom kan leidei tot vadsigheid" Hoe duur is zweefvliegen RENZO CANDIDO, AANVOERDER VAN LEIDEN AV ANTI-VOORZITTER AARTJAN VAN DER POEL: LEIDSE COURANT ZATERDAG 23 OKTOBER lj, Van onze sportredactie VALKENBURG Hoe duur is de zweef vliegsport nu eigenlijk? De ge dacht e, dat zweefvliegen één van de duurste sporten in Nederland is, is volkomen fout. Het lidmaatschap van de Zuid Hollandse Vlieg Club bedraagt twee honderd en vijftig gulden per jaar. Daarnaast wordt voor elke lierstart vier gulden in rekening gebracht, terwijl boven dien het eerste jaar een entréegeld van twee honderd en vijftig gulden wordt gevraagd. Een zelfde bedrag is men ook verschuldigd voor een startabonnement, waarvoor per jaar een onbe perkt aantal starts gemaakt kan worden. Voor scholieren is zweefvliegen een bijzonder aan trekkelijke sport. Er bestaan scholierensursus- sen, die door het rijk worden gesubsidieerd. Daardoor is het mogelijk dat de scholier die zelf honderentachtig gulden contributie moet betalen, vijftig gratis starts krijgt. Brevetten Naast het vliegbrevet, dat door de Rijks Luck vaartdienst wordt uitgegeven, is het mogeli; verschillende clubbrevetten te halen, die vastj steld zijn door Federation Aeronautic Interr tional ZHVCbestuurslid Alex Deetman: J clubbrevetten geven geen rechten. Zij get alleen aan hoever je gevorderd bent". Na solovluchten komt men in het bezit van 1 Bbrevet Blijft men bovendien nog een ha) uur in de lucht dan is men verzekerd van 1 C—brevet. Voor het D—brevet (ook wel zilvei C genoemd) bestaan drie eisen: duizend met% hoogtewinst halen, vijf uur blijven vliegen 4 een overland vlucht van minstens vijftig kilom ter maken. Het gouden C—brevet of E—brevet stelt aai zienlijk zwaardere eisen: drie duizend metï hoogtewinst (in Nederland bijna een onmogf lijkheid), vijf uur vliegen en een overlandvluq van drie honderd kilometer. „Moederziel alleen in de lucht. Dan denk je wel eens: waar maak ik mij op de grond zo druk over". (Van onze sportredactie) VALKENBURG De zweefvliegsport be vindt zich letterlijk en figuurlijk in hoge re sferen. Ongewild kleeft aan de zweef- vliegsport een elitair etiket. Het feit, dat een aantal leden van de verschillende vliegclubs het te behalen brevet als een statussymbool zien, zou hiervoor een klei ne indicatie kunnen zijn. Dit wordt boven dien nog versterkt door de vercommercia lisering bij enkele vliegclubs in Neder land, waardoor de gedachte wordt aange wakkerd, dat de vliegsport c.q het zweef vliegen een vrij dure sport is. Het tegen deel is echter waar voor zover het het zweefvliegen betreft. Gerekend per uur „sportgenot" is zweefvliegen relatief ge zien één van de goedkoopste manieren van sportbeoefening. Want bij de Zuid Hol landse Vliegclub, die zijn basis heeft op het marinevliegkamp Valkenburg, kun je voor minder dan vijf honderd gulden on der de pannen zijn. Bovendien doet een middagje zweefvliegen in Valken burg dat elitaire karakter van het zweefvliegen volko men verdwijnen. Dan dient eerder de vergelijking met een groep verkenners zich aan. Vanaf de vroege ochtend tot zonsondergang op een winderig en verla ten grasveld vertoeven voor misschien tien minuten luchtplezier (in het ongunstigste geval) zullen velen niet als een elitaire sportbeoefening ervaren. Vooral niet als het verenigingsleven zich moet afspelen in een opgekalefaterde oude barak. Het is dan ook niet verwonderlijk, dat de Zuid Hollandse Vlieg Club voor een groot deel uit zeer jeugdige leden bestaat. Zij zijn het vooral die op die vroege zaterdagmorgen op het vliegveld in Valkenburg aanwezig zijn. Dat wil niet onmiddellijk zeggen dat de ZHVC een jeugdclub bij uitsterk is. Het jongste lid mag dan veertien jaar geleden het levenslicht aanschouwd hebben, de nestor van de vereniging telt maar liefst 82 jaar. „Zweefvliegen kost je een hoop tijd", stelt algemeen bestuurslid en instructeur Alex Deetman. „Je zult veel geduld moeten opbrengen, want voor twee vluchten ben je de hele dag op het vliegveld aanwe zig". De zeven kisten van de ZHVC moeten 's mor gens van de hangar naar de startplaats gesleept worden, de lier moet bediend worden, na elke start moeten de kabels weer opgehaald worden, er moeten grondinstructies gegeven worden en de binnengeko men kisten moeten weer naar de startplaats gebracht worden. Wil je op zo'n dag een of meerdere starts maken, dan zul je wel degelijk een aandeel in die werkzaamheden moeten verlenen. Anders zul je ach ter de rij „van werkers van het eerste uur" moeten aansluiten. Zweefvliegen. Een sport of een tijdrovende hobby? Clubgrondinstructeur Edward Voorham (22) kiest on- middelijk voor het eerste. „Voor mij is het wel degelijk een sport: Proberen om hoogte te winnen met behulp van een vliegtuig zonder motor. Later ga je dan ook nog eens proberen om binnen een bepaal de tijd een zekere afstand af te leggen. En als je aan wedstrijden deelneemt bestaat er wel degelijk een competitie met andere vliegers. Tijdens de Nederland se- of wereldkampioenschappen krijg je een aantal opdrachten, waarmee je punten kunt behalen, binnen een half uur zijn er dan dertig kisten in de lucht. Die gaan dan termiek zoeken en moeten over een startlijn komen. Dan moet je bijvoorbeeld een drie hoek van met een omtrek van drie honderd kilometer vliegen en de hoekpunten fotograferen". Voor Alex Deetman bevat het zweefvliegen naast het sportieve element ook enkele opvoedende eigenschap pen. Hij somt er drie op. „Bij het zweefvliegen leer je discipline, omdat je je moet houden aan vastgestel de regels. Doe je dat niet, dan krijg je de rekening bijzonder snel gepresenteerd. Het maakt je ook be sluitvaardig. Het vereist, dat je heel snel kunt hande len. Dat je.bij voorbeeld bij een noodlanding een vastomlijnd plan maakt en daar niet meer vanaf wijkt. Tenslotte kweekt het vliegen teamgeest. Je zult alles met elkaar moeten doen. Dat moet vooral bij de jongeren gestimuleerd worden". De vliegsport is bepaald niet plaats gebonden. Vele leden van de ZHVC vinden hun domicilie in Den Haag, Leiden, Haarlem, Hendrik Ido Ambacht en andere van Valkenburg ver verwijderde plaatsen. Deetman: „Wij zijn wijd vertakt, omdat de clubs in andere plaatsen allemaal een ledenstop gehad hebben en de ZHVC in het verleden niet". Die tijden zijn echer veranderd, want ook de ZHVC kent nu) 1 wachtlijst. De aspirantleden behoeven echter lang op hun lidmaatschapskaart te wachten, want verloop binnen de ZHVC is erg groot. Deetman^ denk zeker vijftien procent". Edward Voorham jl aan: „Een aantal mensen heeft het er niet voor om .de hele dag hard te werken en op het 1 n aanwezig te zijn voor misschien een vlucht vani* minuten. Bovendien zijn er nog een aantal leden^ alleen lid geworden zijn om een brevet te halen". De grootste wens van een zweefvlieger is een skc start Door een motorvliegtuig (een Piper) op de Jxi jou gewenste hoogte gebracht worden, daar waape termiek goed is. Edward Voorham: „Een aantal jtas gelden maakten wij ook sleepstarts met behulp^ een Piper van de Marine. Door bezuinigingsmaatill 1 len zijn die echter uit de lucht genomen. Er bestS nu wel plannen om zelf een Piper te kopen. Dat] ei het starten natuurlijk wel duurder maken. Dan |nt een start twaalf gulden. Maar je hebt dan wel q mogelijkheden. Nu kunnen we haast niet van het] afkomen". piET VAN (Van onze sportredactie) LEIDEN Het ontbreken van jeugdig talent, de omschakeling naar een „echte" trainer en de aanpassingsmoeilijkheden, die dat bij sommige spelers teweeg bracht zijn voor Leiden-aanvoer- der Renzo Candido de belangrijkste oorzaken voor de matige start van de Pomona-club. Die zwakke competitie-ouverture staat in schril con trast met de hoge verwachtingen, die binnen de Leiden-gelederen aan het begin van het seizoen geventileerd werden. Renzo Candido: „Je krijgt een uitstekende trai ner en je werkt een uitstekend oefenprogramma af. Dan denk je, dat het allemaal wel zal lukken. Jan Bekkering is echter de eerste „echte" trainer van Leiden. Een aantal spelers keek daar nogal hoog tegen op. Vooral in het begin ontbrak bij die jongens het zelfvertrouwen. Zij gingen risico loos voetballen, te bang om hun plaats in het eerste elftal te verliezen". Voor Renzo Candido bestonden dit soort „kinderziekten" niet. Hij, die achtereenvolgens de selecties van UVS, Rooden- burg, wederom UVS en Lugdunum bemande, voelt zich juist nu helemaal thuis bij het meer op prestaties gerichte Leiden. „De eerste twee jaar, dat ik bij Leiden speelde, waren de traimngsfaciliteiten gewoon beneden peil. Alles ging op zijn Jan Boerenfluitjes. De gezelligheid stond voorop en dat is nu zeker veranderd. De prestatie staat nu meer op de voorgrond, hoewel dat niet wil zeggen, dat het bij Leiden nu minder gezellig geworden is. Alle spelers zijn veel meer gemotiveerd en zijn condi tioneel beduidend sterker geworden. Onder die omstandigheden vind ik het zelf prettiger voet ballen". Desondanks meent Renzo Candido, dat Leiden nog een grote achterstand heeft op andere afde lingsclubs. „De andere verenigingen zijn de za ken al jaren geleden anders gaan aanpakken. Toen ik voor het eerst in de zaterdag-afdeling speelde, waren er maar twee clubs, die er boven uit staken. Dat is nu veranderd. Er wordt veel meer getraind en de meeste verenigingen hebben een sterke jeugdafdeling. Bovendien hebben zij sterke spelers van buitenaf gekregen. Vroeger won je in deze afdeling op wilskracht, maar dat is nu wel veranderd. De Sleutels is de laatste vereniging geweest, die op wilskracht kampioen is geworden. Nu wordt je kampioen met goed uitgevoerd systeemvoetbal en een paar brutale spelers in je elftal". De toekomst ziet Renzo Candido niet helemaal optimistisch tegemoet. Vandaar dat hij voorlopig rekening houdt met een nederlaag vandaag tegen Sportclub Lisse. „Van de tweede helft van de competitie verwacht ik veel meer. De opgaande lijn zit er nu al in. Als iedereen gemotiveerd blijft spelen, komen de resultaten na verloop van tijd vanzelf". De sombere toekomstverwachting van Renzo Candido betreft echter niet zozeer de resultaten van Leiden in de eerste klasse van afdeling Leiden-zaterdag. „De voetvalvereniging Leiden zit op Pomona in een dode uithoek van Leiden. De toekomst als voetbalvereniging gaat er gewoon op achteruit. Je trekt bijna geen nieuwe leden meer aan, geen nieuwe jeugdleden in ieder geval. We hebben momenteel twee jonge spelers in het eerste elftal lopen. Dan hoor je wel eens gelui den, dat zij ook wel eens met jonge knapen willen voetballen. Maar dat is moeilijk, want er zijn gewoon weinig talentvolle jeugdspelers". Renzo Candido en Ad van Kaam (links): „De gezelligheid stond voorop en dat is nu vpranrtprri" Prognose Renzo Candido meent in samen werking met se lectiespeler Ad van Kaam hoge ogen te gaan gooien in onze af- delingshoek. Voorlopig blijft Nick Verwoerd van Alphense Boys echter de ranglijst aanvoe ren met een score van 56,66%. Groep A: Am- merstol—N ieuwer- kerk 2; Warmun- da—Oranje Groen 3; Bergambach- t—Alphia 3; KR- V—Stompwijkse Boys 1; Alphense Boys—Schoonho ven 1; Goudera k—Stolwijk 1; Leidse Boy- s—VTL 2. Groep B: VN- L—Esto 2; Soccer BoysWO A 3; BVPJ7V4 1- Kickers '69—SJZ 1; Weteringse Boy- s—Floreant 1 Unitas Leiden— Nicolaas Boys 1; Meerburg—ZLC 1. Eerste klasse-za terdag: WSB Kagia 3; Wou- bruggeValken '68 3; KR- VOegstgeest 1; SC Lisse—Leiden 1; GWS—Hazers- woudse Boys 1. Tweede klasse: Unitas Leide- n—Alphia 3; VN- L—Stompwijkse Boys 2; SJZ—Ber- nardus 1; Abbene- s—Meerburg 1; Kickers '69LSW '70 1. Gouda: Rijnstree k—Si veo 2; Roh- da—Sportief 1; Oudewater—Wad- dinxveen 1; Gou da—Aarlander- veen 3; Florean- t—Bergambacht 1; Zwammerdam „Brigitte Kooter heeft nog steeds Annemieke Smits: „Vijftien uur plezier in de training". trainen per week, maar toch gaat de school voor". (Van onze sportredactie HAZERSWOUDE In de ereklasse van de tafeltenniscompetitie telt het dames team van het Hazerswoudse Avanti ge ducht mee. Na zes wedstrijden nemen Bettine Vriesekoop (15), Brigitte Kooter (16) en Annemieke Smits (19) de eerste plaats op de ranglijst in. Daaraan moet wel worden toegevoegd, dat de pupillen van trainer Gerard Bakker en coach Nico Smits die plek moeten delen met regerend landskampioen Delta Lloyd. De Amsterdamse formatie was overigens de ploeg, die Avanti in de zesde wedstrijd van dit seizoen de ongeslagen status ontnam. De koplopers Avanti en Delta Lloyd hebben in de competitie van de ereklasse elk nog twee wedstrijden te gaan, alvorens bekend is welk team zich „herfstkampioen" van Nederland mag noemen (de titelhoudster verwerft zich het rrcht om aan het eerstvolgende Eu ropa Cup 2 toernooi mee te doen). De twee kemphanen ontmoeten elkaar niet meer; elke ploeg heeft in dit seizoen één keer de volle winst voor zich op geëist. Doorslaggevend is de rol van Tem po Team in de slotfase. Sonja Heltzel en de haren staan namelijk op vier punten achterstand van Avanti en Delta Lloyd. Tegen beide ploegen moet echter nog eenmaal worden aangetreden. Avanti kan op 27 november, wanneer Tempo Team in Hazerswoude zal trach ten om de op 9 oktober geleden neder laag te wreken, op een meer dan gemoti veerde Sonja Heltzel en haar kompanen kan rekenen. Overigens: op die zelfde zevenentwintigste november luidt de bel voor de laatste competitieronde Wel of geen herfstkampioen, dat is slechts betrekkelijk „in the game". Maar hoe komt het dat Avanti, met de jonge speelsters, dit seizoen de „groten" van het damestafeltenniswereldje in ons land, Delta Lloyd en Tempo Team, het vuur zo na aan de schenen legt? Avanti-voor- zitter Aartjan van der Poel heeft wel een verklaring voor de goede prestaties van „zijn ploeg. „Een kwestie van trainings uren maken. Vervolgens: een deskundige oefenmeester (Gerard Bakker). En een goede begeleiding (Nico Smits)". Van de Poel, samenvattend: „Waar gewerkt wordt, vallen prestaties te verwachten". Minimaal vijftien uur training per week gooien de Hazerswoudse dames er, vol gens de Avanti-praeses, tegenaan. Anne mieke Smits: „Inderdaad, vijftien uur trainen per week, maar vaak zijn het er meer. Wil je aan de top kortien, dan moet je dat wel doen". Annemieke, die aan haar derde seizoen .Avanti 1" bezig is, studeert Kinder- en Opvoedkunde („Ik moet nog vier jaar"). Zegt dat studeren en topsport moeilijk te combineren val len. „Zeker, voor mij gaat de school voor. Maar als je in staat bent om te trainen, dan moet je dat gewoon doen". Annemie ke, de verdedigster die in deze competitie tegen de topclubs ook zelf tot scoren kwam: „Het is puur een kwestie van trainen, trainen en nog eens trainen". Bij Avanti is er op geen enkele manier sprake van vergoeding. Voorzitter Van der Poel: „Rijkdom kan leiden tot vadsig heid". Zijns inziens gaat men niet extra trainen, als men voor een wedstrijd wordt betaald. „Wij, van Avanti, probe ren de leden zo goed mogelijk te motive ren". Over sponsoring: „We zijn nog nooit door één of ander bedrijf hierover bena derd". Hij wijst het overigens niet af: „Het ligt er helemaal aan. Op welke manier komt die sponsoring tot stand? Kijk, als de organisatie van de club perfecter wordt en de trainer meer uren kan gaan maken, omdat er geld is om hem te betalen In elk geval: Avanti weert zich thans in de tafeltenniswereld zonder sponsoring. Van der Poel: „Onze meisjes zijn schien tegen die betaalde speelsters extra gemotiveerd alsof ze willen zeg „Zo zie je, wat wij, amateurs, kunq En wellicht gaan die teams wel zeg_ „Tegen dit Avanti is geen eer te beha) Kijk om je heen: er zijn toch gespons] verenigingen die eigenlijk rijp voorjj sloop zijn. Kijk, zoiets streven wij nu i f] niet na". Avanti knokt derhalve verder. Met Bettine Vriesekoop, die ondanks leeftijd (15) vriend en vijand in bin!2 en buitenland steeds weer verrast (1 ze begin dit jaar niet de Limburg C pe?). Met Annemieke Smits, Brigitte I v ter en Bettine Vriesekoop, die D Lloyd en Tempo Team in hun topbesl bedreigen. Met de andere leden var, j club, waarvan uiteindelijk twee mei] t en een jongensteam in de landelijke d petitie knap aan de weg timmeren. I zijn grandioze accommodatie. En all eens wat mis loopt, dan is er altijd I de slogan .Avanti vecht wel terug", de club van voorzitter Aartjan van Poel is daardoor groot geworden. I clubhuis aan de Sportlaan is één van voorbeelden van worstelen. En dat U aanvankelijk vechten tegen de bierlh (van de gemeente) LEIDEN „Bij 20—0 stokte het toch wel", stelde DOCOS 7— voerder John van der Holst na het ontvangen van de fel begf Leidse Courant—bal. ,3ij de rust stonden we al met 8—0 voor. In het eerste half L van de tweede helft scoorden wij nog eens twaalf maal. Dan het toch minder lopen. De meeste spelers gaan egoïstisch voetto en dan vallen er nog maar weinig doelpunten". Tegensta Roodenburg 9, dat op een bepaald moment door een ongelul blessure van één van zijn spelers de strijd met tien man r voortzetten, vond die twintig treffers al meer dan genoeg. C was DOCOS 7 zo sportief om in de tweede helft de strijd )e tien man te vervolgen. Cees Hoogduin, die voor onze fotograaf speciaal bij sporthuis V Bergens een nieuwe voetbalbroek aanschafte, toonde zich 1' Roodenburg de meest produktieve speler. Hij nam maar liefst vijf treffers voor zijn rekening. De 1 treffers kwamen op naam van Rar Bakker (4x), Jan van I' (4x), Cees van der Bosch (3x), Ruud Amoldi (2x), Ben C Gerard van der Kooy.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 6