Laatste uitvoering door jarig Leids Toonkunstkoor Vitale grijsaard 99 Crescendo" blaast nog altijd deuntje mee ALS GEMEENTE NIET MEER SUBSIDIE GEEFT w£~m*+ NOORDWIJKSE HARMONIE VIERT 80-JARIG BESTAAN MET GROOTS MUZIEKFEEST - ZATERDAG 23 OKTOBER 1976 LEIDSE COURANTP\GIN| De oudste foto van het 80-jarige Crescendo". Het korps rond 1900 op het Lindenplein. De man met bolhoed (links) is dirigent Oostelaar Jeroen. Dit korps is ter ziele gegaan. De fanfare heeft er nog aan bijgedragen dat de piepjonge harmoniekapel „blaas" wijs werd gemaakt. „Crescendo" slaagde er spoe dig in een voorlopig onderdak te vinden voor haar repetities en beslag te leggen op een aantal instrumenten. Verder vond men Johan Oostelaar. stafmuzikant van het Leidse vierde regiment van de Infan terie. bereid het dirigentschap op zich te nemen. En zo kon het gebeuren, dat de kapel reeds op de 5e mei van het oprichtingsjaar met haar repe tities begon. Omdat de leden toen nog geen behoorlijk stuk je muziek konden blazen, was de Fanfare Sint Jeroen zo wel willend om tijdens een repeti tie op de instrumenten van „Crescendo" enkele nummers te laten horen. Nog in hetzelf de jaar bleken de muzikanten van de harmoniekapel zulke goe^e vorderingen te hebben gemaakt, dat men een optre den naar buiten aandurfde. Dit gebeurde op 17 november met het brengen van een sere nade aan mr. F. A. G. Graaf van Limburg Stirum, uit dank voor het feit, dat hij bescherm- heér van de harmonie wilde worden. Vaandel Omstreeks diezelfde tijd beslo ten twaalf dames een vaandel te gaan borduren. In 1898 kon het worden aangeboden. Als eerste vaandeldrager fungeer de Samuel Kloos. Toen er in dat jaar kroningsfeesten wer den gehouden, was het jhr. mr. J. H. J. Quarles van Uf- ford, die aan Xde harmonie haar eerste Uniformpetten schonk. Het eerste officiële concert had plaats op 25 mei 1898 en wel in het „Hof van Holland". Een der nummers was de feestmars „Groot Of- fem". opgedragen aan de Graaf van Limburg Stirum. Ook in latere jaren gaf „Cres cendo" bij vele gelegenheden acte de presence. Zo vermel den de annalen van het korps hetj brengen van een serenade aan ds. Verhoeff uit dankbaar heid voor het afzeggen van twee beroepen, een aan pas toor Honing bij diens 50-jarig priesterschap in 1900 en een serenade aan oud-wethouder C. Alkemade, die in 1925 89 jaar werd. Hoogtepunten In de jaren van haar bestaan leverde de harmoniekapel meer dan eens muziekpresta- ties op een opmerkelijk hoog niveau. Daaraan is onverbre-. kelijk de naam van dirigent W. Smolders verbonden, de man die de kapel niet alleen uit een dieptepunt haalde, maar haar ook weer naar de top voerde. Een hoogtepunt beleefde Smolders, toen hij in 1938 met z'n korps op het concours te Aalsmeer een eerste prijs be haalde voor het concert, voor de mars en voor de dirigent Behalve door de heren Ooste laar en Smolders, is de diri geerstok nog gehanteerd'door G. Verhey, G. Dik, Ripke, Boo gaards, N. van Ammers en Alb. Mey, soloklarinettist van de Koninklijke Militaire Ka pel. Zijn zoon J. Mey is de a tegenwoordige muziekleider van de kapel. li Een ander hoogtepunt is de i viering van het 65-jarig be- U staan geweest. Crescendo gaf 'c toen een jubileumconcert. De ir Noordwijkse burgerij bracht i| de harmonie op ovationele wij- Ir ze hulde tijdens een receptie is in het Casino. Het feest werd i bovendien luister bij gezet ic door een nationaal muziekcon- t cours dat werd g'ehouden. ff Y Accommodatie Van de oprichting af is het 5' tobben geweest met het ver- krijgen van een behoorlijke accommodatie om te kunnen repeteren. Slechts aan weini- gen zal het bekend zijn dat er I reeds in 1903 tekeningen wer den gemaakt voor de bouw van een eigen repetitielokaal LEIDEN Het Leids Toonkunstkoor bestaat dit jaar een kwart eeuw. Ter gelegenheid hiervan zal voor de achttiende keer, in no vember van dit jaar Bachs „Hohe Messe" worden uitgevoerd in De Hooglandse Kerk. De uitvoering betekent tevens het afscheid van de huidige dirigent Ge rard Akkerhuis. Hij zal worden opgevolgd door André Kaart, de huidige dirigent van Collegium Musicum. Het Toonkunstkoor ontstond in het najaar van 1951 uit het Leids a capella (zonder muzi kale begeleiding) koor, toen nog onder leiding van Willem Mizee. Voorzitter van het toon kunstkoor, G. A. A. van Ma- strigt: „Het a capella koor was uitgegroeid van dertig naar zestig man, en toen was het eigenlijk te groot geworden om nog een a capella koor te kunnen worden genoemd; we konden toen ook grotere wer ken gaan uitvoeren". Dirigent was inmiddels Iskar Aribo ge worden, die dat twintig jaar, lot 1971, zou blijven. Het koor werd in zijn oprich tingsjaar lid van de landelijke Maatschappij tot bevordering van de Toonkunst. Dat duurde echter maar een jaar, want toen ging men over naar de plaatselijke Leidse Maar- schappij voor Toonkunst, ge vestigd in het gebouw van de huidige streekmuziekschool aan het Rapenburg en eigen lijk ook een bestanddeel van de Leidse muziekschool uitma kend. In 1969 werd de Leidse maatschappij opgeheven en keerde het Toonkunstkoor weer terug naar de landelijke maatschappij. De heer van Mastrigt hierover; „We vonden dat het min of meer verplicht was om aangesloten te zijn bij de Leidse maatschappij. De Maatschappij tot Bevordering van de Toonkunst heeft echter meer faciliteiten, zoals een muziekbibliotheek. Bovendien ontvangen we van haar subsi die". Mutaties De bezetting van het (gemeng de) koor groeide in die 25 jaar van 60 naar een top van 104, maar zakte later terug tot een aantal van 70 tot 80 personen nu. De heer P. Verver, voorzit ter van de jubileumcommissie: „Dat komt omdat ongeveer tien procent van het koor uit studenten bestaat, die door af studeren voor enig verloop zorgen". De gemiddelde leef tijd is zo rond de veertig jaar. grote aantal werken dat in die jaren werd uitgevoerd; „Messa da Requiem" van G. Ver'di, met Gré Brouwenstyn; de Kro- nungsmesse van W. A. Mozart; de première van St. Joris van Sem Dresden; het Requiem van Mozart; Te Deum Lauda- mus van A. Brückner; Missa Solemnis van Ludwig von Beethoven; The Messiah van G. F. Handel; die Jahreszeiten van J. Haydn; Jeanne d'Arc au Bücher van A. Honegger, Orféo van Chr. W. von Gluck en als laatste concert in no vember vorig jaar de Messe Solemnelle van G. Rossini. Het belangrijkste werk dat bijna jaarlijks werd uitgévoerd, het standaardwerk, was echter Bachs „Hohe Messe". De „Hohe Messe" is het meest besproken werk bij het Toon kunstkoor. Het koor voerde het werk voor het eerst uit in 1953, na er twee jaar óp gestu deerd te hebben. „Het is een erg moeilijk werk", zegt me vrouw C. W. Deurloo, secreta resse van het Toonkunstkoor. De heer van Mastrigt: „We zijn het enige Leidse koor dat de „Hohe Messe" durft uit te voe ren". De belangstelling voor het werk is ook altijd erg groot geweest. De heer Verver: „Gemiddeld kwamen er 1375 mensen naar de uitvoeringen van de Hohe Messe". De Hohe Messe is behalve een zwaar werk wat betreft de uit voering ook financieel gezien een veelbesproken werk. Tot in 1972, de zestiende uitvoe ring werd de kapitaalintensie ve „Hohe Messe" gedeeltelijk bekostigd uit de begroting voor het Hollandfestival. Daarna werd het financieel ge zien erg moeilijk (solisten, or kest en bijkomende kosten) om de „Hohe Messe" uit te voeren. De heer van Mastrigt: „De gemeente Leiden gooit ons standaardwerk over de balk, en is zich eigenlijk nooit bewust geweest van de waarde ervan". Het heeft vier jaar ge duurd voordat de „Hohe Mes se" weer ten uitvoer kan wor den gebracht. De gemeente geeft naast de jaarlijkse subsi die een extras-subsidie voor de uitvoering in november; die subsidie is overigens wel de helft van waarom het bestuur gevraagd heeft. „Dit zou wel eens de laatste Hohe Messe kunnen zijn", zegt mevrouw Deurloo. Behalve kritiek op het subsi diebeleid van de gemeente, on der meer ook nog tot uitdruk king komend in de klacht over de repetitieruimte in de Pie terskerk, die niet al te groot schijnt te zijn, is het koor over de kaartverkoop ook met hele maal tevreden. De heer Ver ver; „We hebben over het ge heel genomen 600 bezoekers per uitvoering, maar de kaar ten moeten vooral via de leden aan de man gebracht worden. De bezoekers komen boven dien voor het merendeel uit de randgemeenten, en soms zijn er ook veel vakantiegangers uit het buitenland bij". Positieve punten De heer Verver: „We merken wel veel belangstelling van jongeren op". Het koor hoopt op veel belangstelling in no vember. „De sfeer in het koor is goed", zegt de heer Van 1 Mastrigt. Hij denkt nog met veel genoegen terug aan een koorreisje, toen de buschauf feur door zijn gaspedaal heen- trapte en de reis alleen kon v. worden voortgezet wanneer één van de koorleden door middel van het trekken aan een touwtje het gaspedaal zou bedienen. Hetgeen gebeurde. f Als jubileumgeschenk a wil het koor de broodno- _dige piano aankopen. J Het Anjerfonds heeft in,- middels al toegezegd in de kosten te zullen bij- s dragen. Het Toonkunst- i£ koor gaat enthousiast J door met de nieuwe diri- |s gent André Kaart, en hoopt uiteindelijk toch ft het troetelkind, de Hohe Messe, weer regelmatig in Leiden te laten terug- keren. F. M. BUURMAN De heer Verver: „De stemmen vullen elkaar goed aan" Wat betreft de indeling in de ver schillende stemmen, sopranen, alten, tenoren en bassen was en is nog altijd het gebrek aan tenoren een klein probleem, „maar dat is het zwakke punt bij de meeste koren", zegt de heer van Mastrigt. Het Toonkunstkoor gaf in al die jaren gemiddeld twee voorstellingen per jaar, waar voor dan gedeeltelijke of gehe le Nederlandse orkesten wer den ingehuurd. Ook kwamen veel bekende zangsolisten naar Leiden. Een paar van het NOORDWIJK De harmoniekapel „Crescendo" bestaat in februari a.s. tachtig jaar. Dit jubileum wenst de vereniging niet onopgemerkt te laten voorbijgaan. Want al is de kapel een grijsaard in de rij van de Noordwijkse culturele organisaties, hij blaakt nog van een verbijsterende vitaliteit. Dat blijkt wel uit de plannen. Ter gelegenheid van haar 80-ste verjaardag is „Crescendo" voornemens de Noordwijkse bevolking op zaterdagavond, 26 februari a.s. in de Northgo-sporthal een groots opgezet muziekfeest aan te bieden. Men heeft daartoe aan alle Noordwijkse verenigingen, die zich met muziek bezig houden of daarmee relatie hebben, verzocht medewerking te ver lenen. De reacties waren ver rassend. Niet minder dan acht verenigingen zegden spontaan de gevraagde medewerking toe. Het zijn de Christelijke Muziekvereniging „De Echo der Duinen", het RK fanfare korps „Excelsior", de christe lijke zangvereniging „Soli Deo Gloria", de zangvereniging „The Seaside Singers", het be jaardenkoor „Zang en Vriend schap", de operette vereniging „Mozaïek", de mondaccor- deonvereniging „Concordia" en de volksdansvereniging „Bela Rada". Samen met deze verenigingen gaat „Crescen do" nu een groot gevarieerd programma opbouwen, waarin plaats is voor zoveel mogelijk samenspel en, uiteraard, een grandioze finale van alle me dewerkenden. Dat de jarige kapel ook een gedeelte van het programma voor haar reke ning neemt, spreekt vanzelf. St. Jeroen blies voor „Crescendo" is Noordwijks oudste muziekkorps. Tachtig jaar geleden om precies te zijn op 24 februari 1897 besloten de initiatiefnemers, de heren G. J. G. van Parijs, D. van Wouw en K. de Bes, tot oprichting van de harmo niekapel, die zovele jaren een vooraanstaande plaats m het culturele leven van hun woon plaats zou gaan innemen. Al is „Crescendo" thans de oud ste, het was niet het eerste Noordwijkse korps. Ten tijde van de oprichting bestond na melijk reeds de fanfare Sint Ook later kwam de wens een „eigen huis" te bezitten meer dan eens naar voren, maar ze j ging tot nog toe niet in vervul- R ling. In de loop van haar tach- tigjarig bestaan heeft „Cres- cendo" vele malen moeten ver- e huizen. Vond men aanvanke- n lijk onderdak in de schuur van Van Slooten, later werd er ge- repeteerd in het pand van Van Hattem aan de Van Limburg Stirumstraat, vervolgens ver- huisde de kapel naar de Poort van Cleef waar een bovenzaal speciaal voorhem werd ge- bouwd, daarna repeteerde men in Sartorius om tenslotte j. via verschillende schoolloka- D len een rustpunt te vinden in de oude Wilhelminaschool. Nog altijd is dit de oefenplaats r van „Crescendo". n Een specifiek kenmerk" van de harmoniekapel is,e de trouw van haar le-* den. Muzikanten, die 25,ei 30, 40 en zelfs 50 jaar* meeblazen zijn in de his-J torie van „Crescendo" u geen uitzonderingen. Deltl liefde voor de muziek enci de goede geest in het£ korps zorgen voor een£ hechte band, die niet|( licht is te vebreken. Van links naar rechts: mevrouw Deurloo. de heer Verver en de heer Van Mastrigt. Het korps in '1901 in de tuin van „Hof van Holland". „Crescendo" telde zesentwintig leden „Crescendo" in actie op de taptoe die in augustus van dit jaar werd gegeven in NoorawijK

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 4