HOE HOUD IK DE DIEF BUITEN?
Fout is: hoe pak ik hem als hij binnen is?
ï-
Inbrekers
lachen om
beunhazerij
in alarm
installaties
Politie
staat voor
Jandoedel
bij 92 proeent
loos alarm
Slechts het versturen van uitnodigin
gen lijkt te ontbreken, zo gemakkelijk
maakt Nederland het zijn geboefte.
Eén simpele beweging met een
schroevedraaier, boortje of ijzer
draadje was vorig jaar in 95 procent
van de ruim 100.000 gevallen van
diefstal met braak ruim voldoende
om ongestoord het waardevolste ge
deelte van het Hollandse huisraad of
de kantoorinboedel te kunnen be
machtigen. Een kwart van de heren
inbrekers nam brutaalweg de voor
deur, 65 procent was voorzichtiger en
koos de achterdeur. Het percentage
geveltoeristen, dat vervolgens via het
dak binnendrong, bleek in 1975 maar
drie te bedragen. Via ramen aan de
zijkant baande zich zeven procent
van het inbrekersgilde een weg naar
de lokkende buit.
Van de weeromstuit ontstond er een
hausse m alarminstallaties: ruimtelij
ke beveiliging met radar of infrarood
licht, elektronische ogen, contacten
aan deuren en ramen, sirenes', zwaai
lichten, bellen of een stil alarm naar
de politie, subsidiair een particuliere
bewakingsdienst. De handel zag brood
in de nationale paniek. In een oog
wenk lieten 600 bedrijven zich regi
streren bij de kamers van koophandel
als specialist op dit (onbeschermde)
terrein. Maar de installaties blijken
ondeugdelijk: niet minder dan 92 pro
cent van alle elektronische alarmen is
vals. De politie gaat het danig de keel
uithangen telkenmale voor Jandoedel
uit te moeten rukken. Vaak 's nachts,
wanneer de bureaus toch al een mini
male bezetting hebben, en vaak naar
afgelegen villa's of bungalows, met
alle tijdroof van dien. Er wordt natio
naal getimmerd aan een regeling die
de gever van een vals alarm gaat
verplichten de kosten van het onnodi
ge uitrukken (1000 tot 1500 gulden) te
betalen. In Duitsland is dit sinds lang
al een normale zaak. Ook de politie
van Delfzijl heeft een juwelier al een
rekening van 700 gulden gepresen
teerd. Vals alarm wordt mogelijk
reeds komend jaar een kostbare grap.
Toch kan men er vaak weinig aan
doen, zoals komiek André van Duin
ondervond toen hij onlangs de politie
van de Haarlemmermeer voor niets
naar zijn kapitale molen liet uitrukken
omdat iemand per ongeluk op het
knopje van zijn stil alarm had ge
drukt. Overijverige werksters kunnen
daar een handje van hebben bij het
uitmesten van de kleinste hoekjes,
maar het zijn vooral honden, katten,
muizen en ratten die alarmsystemen
in werking zetten.
„De beunhazerij op het gebied van de
elektronische beveiliging is de belang
rijkste boosdoener". Dit zegt Wim van
Leuverden, die aan het hoofd staat
van het Amsterdamse bedrijf Inbraak
preventie BV. „Die installaties zijn
ingenieuze dingen. Ze zijn ontworpen
door ingenieurs, maar iedere koeke-
bakker mag ze ophangen. Er zijn nota-
bene doe-het-zelf-pakketten op de
markt, bestaande uit contactjes voor
deuren en ramen, een sirene, een scha
kelkast en honderd meter elektrische
draad. Weggegooid geld meestal, want
de onderdelen worden vaak op ver
keerde plaatsen gebruikt met als ge
volg een golf van valse alarmen. Daar
probeert het Technisch Bureau Bevor
dering Schadepreventie, dat de verze
keringsbedrijven hebben opgericht, nu
iets aan te doen. Men stelt richtlijnen
vast waaraan elektronische alarmap-
paratuur moet voldoen en men be
schikt over een lijst van betrouwbare
installatiebedrijven die men boven
dien streng controleert. Daar staan
maar 40 van de 600 geregistreerde
firma's op".
Dan nog is Wim van Leuverden verre
van tevreden „Vroeger dachten we dat
je een inbreker met zo'n installatie
kon pakken. Dat is niet zo. Het ding
geeft alleen een signaal. Voordat de
politie ter plaatse is, kan de dief zijn
slag al geslagen hebben door bij voor
beeld een greep uit de etalage te doen.
Dat zien we meer en meer gebeuren.
Ik heb klanten die al jaren over elek
tronische apparatuur beschikken.Toch
krijgen ze keer op keer inbrekers op
bezoek. Ze grissen binnen enkele se
conden kostbare schilderijen van de
muur en zijn weer verdwenen. Maar
zelfs al betrap je ze na het afgaan van
het alarm. De inbreker schrikt. Er kan
een escalatie van geweld^ ontstaan,
waarbij gewonden vallen, zelfs doden.
Of hij gaat in paniek over tot gijzeling.
Natuurlijk hoort elektronische bewa
king bij het totale beveiligingspakket.
Het is er een waardevolle aanvulling
op. Maar men heeft één grote fout
gemaakt. Toen de grote stap vooruit
van de electronica kwam, is men gaan
vergeten sloten op zijn deuren te zet
ten. Terwijl het eerste principe van
inbraakpreventie toch dient te zijn:
hoe houd ik de dief buiten? En niet:
hoe pak ik hem als hij binnen is."
Waarmee we zijn aangeland op het
terrein van de mechanische inbraak
beveiliging, de specialiteit van Wim
van Leuverden. Dr. E. Wessels, direc
teur van het Technische Bureau Be
vordering Schadepreventie, daarover:
„Beveiligen komt neer op het leggen
van een drempel tussen de inbreker
en de goederen die hij wil ontvreem
den. Zo'n drempel is bijvoorbeeld de
tijd die het gaat kosten om de inbraak
te realiseren. Inbrekers hebben geen
tijd. Hoewel de meeste beveiligingen
op de duur overwonnen kunnen wor
den, zal de dief zijn risico steeds
afwegen tegen zijn begeerte. Met an
dere woorden: hoe meer moeite hij
moet doen om binnen te komen, hoe
eerder hij van zijn plannen zal afzien".
Wim van Leuverden: „Onze filosofie
is heel eenvoudig en erg gezond. Wij
zeggen namelijk: Laat ze komen, maar
hou ze wel buiten. Dat kan alleen door
bouwkundige voorzieningen. Soms
door het aanbrengen van een speciaal
slot, soms door een beglazing van
onbreekbaar glas, soms zelfs door
pantserplaten in de grond te graven.
Ons bedrijf heeft daar 732 specifieke
materialen en onderdelen voor, waar
onder lexan. Dat is een kunststof die
je niet kunt onderscheiden van glas
- even helder, even doorzichtig - maar
waarop je met een moker kunt slaan
zonder dat het breekt en waarop je
bij een bepaalde dikte zelfs een uzzi-
mitrailleurpistool leeg kunt schieten.
We hebben er proeven mee genomen,
de kogels blijven in het spul steken
als krenten in een pudding".
Mechanische beveiliging heeft door de
eeuwen heen aan de inbraakpreventie
ten grondslag gelegen. Denk aan de
dikke muren van de duistere midde
leeuwen, het traliewerk, de slotgrach
ten, de ophaalbruggen, de minuscule
raampjes tegen inklimmers. Van Leu
verden: „Maar geleidelijk kwam Ne
derland in gezapig vaarwater.We wer
den een rustige natie, prat op haar
welvaart, 's avonds de gordijnen open
liet. We pronkten graag met onze rijk
dommen, we gingen ze tentoonstellen
achter royale ramen of in grote etala
ges. De beschermende rolluiken ver
dwenen omdat ze ontsierend werkten.
Allemaal pracht, die openheid, maar
zij liet criminele elementen wel precies
zien wat er in onze huizen, winkels en
banken te halen viel. En criminele
elementen kwamen er, door het tekort
aan gevangenissen en de lichte straf
fen die de rechtbanken uitdelen,
steeds meer. Dit gevoegd bij de feiten
dat men bij de bouw niet meer op de
inbraakveiligheid van de materialen
lette, dat men steeds goedkopere slo
ten ging gebruiken en dat het hang
en sluitwerk de sluitpost van de begro
ting werd, verklaart voor mij dat het
aantal inbraken in tien jaar tijd heeft
kunnen vervijfvoudigen. In 1960 nog
geen 8500 inbraken, dit jaar waar
schijnlijk meer dan 110.000. Die cijfers
spreken boekdelen."
Gezien de spectaculaire inbraken via
riolen en tunnels bij banken in Nice
en Parijs zijn dieven niet te stuiten als
het om een miljoenenbuit gaat. Van
Leuverden: „Met zo'n thermische lans
kom je inderdaad overal doorheen.
Maar de daders investeren zoveel in
een dergelijke inbraak dat ze alleen
doelen kiezen waar ze een maximale
buit kunnen verwachten. En dergelij
ke doelen eisen dus weer een optimale
beveiliging. Om bij de kluizen van de
Nederlandse Bank op het Frederiks-
plein in Amsterdam te komen, moet
je door verschillende gepantserde mu
ren breken, waartussen zich dan weer
elektronische apparatuur bevindt die
de klok rond door bewakers in de
gaten wordt gehouden. In Nice en
Parijs ontbrak die extra menselijke
bewaking. Je kunt uiteindelijk overal
doorheen komen, maar wat in Nice en
Parijs gebeurd is, zou bij de Neder
landse Bank nooit hebben kunnen ge
beuren. Het principe luidt: naarmate
de te halen buit groter is, moet je je
beveiliging verscherpen, want wat je
daaraan uitgeeft, staat in geen verhou
ding tot de omvang van je eventuele
verlies".
Buitenlandse ambassades (Israël, In
donesië) eisen evenzo een optimale
beveiliging, vaak met mensensluizen
die gijzelingen onmogelijk maken.
Van Leuverden: „Maar de visboer be
veiligen we desgevraagd ook. In de
Bijlmermeer en in Amsterdam-noord
hebben we die zinloze vernielingen
gehad in zaken waar niets te halen
viel. Pure baldadigheid, maar er ging
wel voor tienduizenden guldens verlo
ren. We hebben stomerijen beveiligd
alsof het juweliers waren. En beveili
ging wil helemaal niet zeggen dat je
van een zaak een bunker maakt. Je
hoeft er niets van te zien. We leveren
in samenwerking met architecten hele
puien die er prachtig uitzien, maar die
toch inbraakvrij zijn. Het scheelt na
tuurlijk kapitalen als je meteen bij de
bouw de nodige voorzieningen laat
aanbrengen."
Door de verzekeringswereld geregi
streerde, erkende en gestimuleerde fir
ma's als Inbraakpreventie bv hebben
hun clientèle in kringen waar het
doodgewoon is 50.000 tot 60.000 gulden
neer te tellen voor 'n beveiligings
pakket, dat dan ook helemaal com-
pleet is. („We gaan het hele pand
■bekijken, we praten met de buren, we
bestuderen de omgeving, we analyse
ren de vraag waar, waarom, bij wie
en hoe een inbreker zijn slag zou
willen slaan voordat we met ons bevei
ligingsplan komen"). Een belangrijk
onderdeel zijn computerruimtes ge
worden. Van Leuverden: „Daar ligt
letterlijk een schat aan informatie op
geslagen - moeizaam verzamelde en
onvervangbare gegevens. Bijna nie
mand beseft bijvoorbeeld hoe groot de
waarde is van een adressensysteem.
Hoe lang heeft het niet geduurd voor
zo'n systeem is vergaard en opge
bouwd? Hoeveel kosten zijn er niet
ingestoken aan tijd, mankracht en pu
bliciteit? Een baldadige inbreker kan,
gefrustreerd door het ontbreken van
buit, het werk van jaren teniet doen.
Legio is het aantal voorbeelden van
brandstichtingen, verscheuren, weg
smijten, waardoor een heel informa
tiesysteem ontredderd wordt of verlo
ren gaat. Een bedrijf kan maanden
plat komen te liggen.
Erger nog is het wanneer men het
bewust gemunt heeft op het vernielen
van informatie (bedrijfsspionage, ter
reurgroepen). Met slechts kleine hulp
middelen is het mogelijk ontstellende
schade aan te richten. Ik herhaal dat
er slechts één afdoend antwoord is:
inbrekers buiten houden dpor bouw
kundige beveiligingen. Zo kennen we
bijvoorbeeld controlock, een systeem
waarbij alleen bepaalde sleuteldragers
een ruimte kunnen betreden en verla
ten. Ze worden bovendien nauwkeurig
geregistreerd op dag en tijd van bin
nenkomen en weggaan. We beschik
ken ook over een trekmetaal dat er
uitziet als gewoon traliewerk, maar
dat je met geen mogelijkheid kimt
forceren. De maasopeningen en de
dikte van het materiaal zijn dusdanig
ontworpen dat een zware hydraulische
knijp schaar er geen vat op kan krij
gen, terwijl kleinere tangen te zwak
zijn om erdoorheen te komen."
Allemaal goed en wel, maar de gewo
ne particulier? Wat kan hij doen om
inbrekers te weren?
Van Leuverden: „Achterdeuren vor
men altijd een zwakke schakel. Ze zijn
uitgevoerd als binnendeuren - met het
slot van een binnendeur. Als je een
rijtje huizen hebt, zul je zien dat om
de zoveel huizen dezelfde sleutel op
een achterdeur past. Vaak zijn de
ventilatieraampjes te groot. Er zit te
veel glas in deuren. Openslaande ra
men laten zich gemakkelijk forceren
en glaslatten aan de buitenkant wip
je er heel gemakkelijk af. Bijna geen
huizen hebben afsluitbare spanjolet
ten. Een enkel afsluitpunt op ramen
is te weinig. Het hang- en sluitwerk
is te goedkoop en dus te zwak. In het
algemeen geldt: beveilig de woning zo
dat het een inbreker moeite kost om
binnen te komea Bedenk dat hij geen
uren de tijd heeft. En maak de beveili
ging zwaarder waar te verwachten
valt dat hij wel uren de tijd zal heb
ben".
PIET SNOEREN