Zou ik u
een paar
vragen
mogen
stellen?"
kraan kan niet altijd open blijven staan
een leger van enquêteurs trekt door het land
WE ZULLEN
ZUINIG
MOETEN ZIJN
MET ONS
GRONDWATER
OOK TANTE
ROSALIE
MOET HET
KUNNEN
BEGRIJPEN
oersei
■l De
iperkt
ijft de
d. Hi
echt
is de
taakt
Ime 1
flauwt
vielo
0 tejmsterdam Juist ben je van plan om van
vn welverdiend drankje te gaan genieten of
gaat de bel. Wat nors en moeizaam verbef
„ij je ligstoel. Voor de deur staat een nette
rker met doelbewuste blik je op te nemen. In
êevop handen een klein diploma ten tas je. Elektrici-
fundtjtsmeter opnemen? Deurwaarder misschien?
eselmfee, heel wat anders, de tovenaarsleerling van
^Fen marktonderzoekbureau, de enquêtedr.teur.
ge
en 0*oede middag, meneer. Neemt u mij met kwa-
k dat ik u stoor, ik kom van marktonderzoek-
ireau A. Zou ik u een paar vragen mogen
?Uen?
kijkt de man aan, besluit dat hij het ook niet
m helpen dat 't warm is, bedenkt dat er nog
eer drank in de ijskast staat, de norse trek
rdwijnt, en je noodt hem binnen. Na wat
--Jeidende besprekingen, zoals dat officieel heet,
na nog een keer proost te hebben gezegd,
•ekt hij van wal.
of waf heb hier een lijstje met een aantal eigen-
happen van artikelen die u normaal in de
koopt Welke van deze eigenschappen'
■keert.*4 volgens u een artikel beslist hebben om een
ht merkartikel te kunnen zijn? Welke eigen-
lappen zijn dus voor een merkartikel beslist
odzakelijk?"
man zet ijverig kruisjes, stelt nieuwe vragen,
it merkprodukten op een plaatje zien.
in zoveelste vraag, je hebt al eens op je horloge
„Wat doet u als u een klacht over een
.•rkartikel hebt?", beantwoord je al matter, en
hij dan ook nog opgewekt zegt: „Dan zou
u ook nog een paar vragen over de politiek
Uen stellen....", begin je medelijden met jezelf
bewondering voor de mechanische blijmoedig-
-id van de man te krijgen.
bent het slachtoffer van de marktonderzoeker,
opinietester, de achtergrondgraver, de diep-
n itter-om-den-brode geworden. En je hebt maar
i troost: op nagenoeg datzelfde moment onder-
an ergens in Nederland duizenden hetzelfde
Er zijn nog duizenden lijdenden met u.
int marktonderzoek en opiniepeiling worden
Ook over het wel en wee van het verkeer kan uw mening gevraagd worden.
CUV LEIDSE COURANT
De wereld bestaat bij de gratie
van water. Het eerste leven op
aarde is in het water ontstaan en
nog is er zonder water geen leven
denkbaar. Men hoeft in deze dro
ge zomer niet eens aan de Sahel-
landen te denken om te zien dat
dorst de dodelijkste bedreiging
vormt voor planten- en dierenwe
reld.
Water genoeg in Nederland-wa
terland? Vergeet het maar. We
hebben onze plassen en rivieren,
onze kanalen, beken en sloten.
Maar als het een paar weken niet
regent, begint op de zandgronden
het gewas te verdrogen.
Het is met onze watervoorziening
ongelijk verdeeld, ook al hebben
we sinds de oorlog een bijna vol
maakte waterbeschaving opge
bouwd. Geen huis in Nederland,
of men kan er water tappen. Een
formidabele prestatie, als men be
denkt dat de eerste openbare wa
terleiding nog maar goed hon
derd jaar geleden werd aangelegd
en dat nog in het begin van deze
eeuw de waterleidingbedrijven
nog niet het tiende leverden van
de huidige produktie
De mens heeft altijd water nodig
gehad, maar heel lang heeft hij
zich beholpen met de primitiefste
manieren om het te winnen en in
grote delen van de wereld doet
hij dat nog. Zware epidemieën
van cholera, typhus of buikloop
hebben de Westerse mens geleerd
hoe belangrijk een hygiënische
watervoorziening is.
Nog geen honderd jaar geleden is
de samenhang tussen slecht wa
ter en ziekte ontdekt Geen won
der dat in de waterleidingwereld
de kwaliteit van het water uit de
kraan voorop staat Die kwaliteit
is het best door gebruik van
grondwater.
Maar helaas: daarvan komen wc
steeds meer te kort
ADRIAAN BUTER
op grote schaal gedaan in Nederland en verder
in de gehele beschaafde wereld. Een leger van
ondervragers enquêteurs of interviewers, het
verschil in benaming zit in de wijze waarop ze
hun vragen stellen, van een papiertje oplezend
of „vrij" trekt door het land, volgens een strikt
patroon, uitgestuurd door een groot aantal mark
tonderzoekbureaus of bureaus voor opiniepei
ling, die weer hun opdracht hebben gekregen van
fabrikanten, grote instellingen, politieke partijen,
noem maar op. De gegevens die binnenkomen
worden keurig in staten, grafieken, statistieken
verwerkt en de opdrachtgever krijgt een zeer
getrouw beeld van dat wat het Nederlandse volk
denkt overVult u zelf maar in. En dat on
danks het feit dat een oude volkswijsheid zegt:
„Er zijn leugenaars, er zijn grote leugenaars, en
er zijn statistieken". Over volkswijsheid mag
men niet te gering denken.
Om nu eens precies te weten hoe zo'n markton
derzoek in zijn werk gaat, hebben wij de opinie
gevraagd van de bekendste, al 31 jaar bestaande
instelling op dat gebied, het NIPO, het Neder
lands Instituut voor de Publieke Opirue en het
Marktonderzoek b.v., een particulier bedrijf, dat
in 1945 bescheiden werd opgezet door de recla
me-expert J. Stapel en de econoom drs. W. de
Jonge. Drs. G. C. Schild, üd van de onderzoekdi-
rectie van het NIPO, vertelde ons graag over de
„geheimen" van marktonderzoek en opiniepei
ling. Dan wordt meteen duidelijk dat het niet
zomaar even een steekproefje is dat wordt geno
men.
Stel, eer. fabrikant van wasmiddelen wil weten
hoe de Nederlandse huisvrouw over zijn prod uk-
ten of over die van de concurrent denkt. Hij geeft
het NIPO opdracht om dat uit te zoeken. Nu zijn
er zo'n 4.425.000 gezinnen in Nederland. Vragen
gaan voorleggen aan al die gezinnen is een
ondoenlijke taak. Maar steekproefsgewijze, zoda
nig dat elke gemeente vertegenwoordigd is, aan
een aantal gezinnen vragen wat die ervan den
ken, is wel te doen. De zaak is dat de vragen
kunnen worden voorgelegd aan honderd maar
ook aan vierduizend gezinnen. Het laatste onder
zoek zal uiteraard meer kosten. Het is dus afhan
kelijk van de fabrikant hoeveel gezinnen er
ondervraagd moeten worden over wasmiddelen.
Dan gaat de molen draaien. De fabrikant wil de
mening van tweeduizend huisvrouwen hebben,
verspreid over heel Nederland, die de Nederland
se bevolking, althans de huisvrouwen daarvan,
het best vertegenwoordigen. Uit de kaartenbak
bij het NIPO, waarin alle Nederlandse gezinnen
zijn ondergebracht, worden willekeurig, maar zo
dat elke gemeente in Nederland procentsgewijs
evenredig vertegenwoordigd is, tweeduizend
adressen getrokken. Ieder Nederlands gezin heeft
op die manier een gelijke kans in de steekproef
opgenomen te worden.
De vragenlijst is of door de fabrikant of door
het marktonderzoekbureau gemaakt in samen
werking met de fabrikant. Resteert nog het
stellen van de vragen aan de willekeurig gekozen
deelnemers van de steekproef. Daarvoor komen
de enquêteurs of -trices in actie. Zo'n ondervra
ger of ondervraagster moet een consciëntieus
wezen zijn. Rustig, volhardend, niet bereid tot
discussie, moeten zij letterlijk de vragen stellen
zoals die voor hen staan op de vragenlijst Vra
gen die niet suggestief mogen zijn, duidelijk en
helder geformuleerd moeten worden, zodanig dat
niet alleen de vrouw van de dominee, de dokter
en de notaris ze kan begrijpen, maar ook tante
Rosalie van driehoogachter.
Het NIPO alleen al, en er zijn nog meer markton
derzoekbureaus, heeft zo'n negenhonderd partti
me enquêteurs en -trices in dienst Minimum
toelatingseis: twintig jaar oud zijn en minstens
mavo gehad hebben. Ze werken op uurbasis en
krijgen reiskostenvergoeding. Bescheiden man
nen en vrouwen, die stukje bij beetje de gegevens
bij elkaar brengen die samen de grafiek moeten
maken, waarvan die wasmiddelenfabrikant
straks kan aflezen, dat produkt X uiteindelijk
toch beter heeft aangeslagen dan zijn eigen
produkt en dat bijvoorbeeld alleen maar omdat
zijn verpakking de huismoeders niet bevalt
Dit was het voorbeeld van een wasmiddelenfabri
kant Een bureau als het NIPO onderzoekt na
tuurlijk nog veel meer. In de lange periode van
31 jaar sinds de oprichting komt meri onderzoe
ken tegen op het gebied van de politiek, maar
even goed op het gebied van de sport de cultuur,
de mode en wat al niet De resultaten zijn vaak
verrassend.
Zo bracht een onderzoek in 1963 aan het licht
dat in de provincie Friesland, de schaatsproviiv
cie bij uitnemendheid zoals men denkt in de
strenge winter van '62 en '63 in slechts 59 procent
van de Friese gezinnen één of meer personen
geschaatst had. In Noord-Holland was het 56
procent van de gezinnen.
Over minirokken: In 1966 bleek uit een onder
zoek dat veertig procent van de vrouwen die niet
mooi vond, maar 21 procent van de mannen wel.
Slechts negen procent van de vrouwen vond de
minirokken fantastisch, attractief, gezellig, enzo
voorts. maar 25 procent van de mannen was die
mening toegedaan.
Trouwens, wist u dat van alle volwassen vrou
wen 42 procent een kunstgebit draagt en van de
mannen 38 procent en dat elf procent van de
mannen Jan heet, zeven procent Piet en vier
procent Henk? Bij de meisjes overheersen Annie
of Ans met zes procent Kijk dat zijn ook
gegevens die bij zulke onderzoeken aan het licht
komen.
Slotvraag: Moet dat dan zo nodig, dat steeds
maar doorgelicht worden, proefkonijn zijn? We
kunnen de zaak ook omdraaien. Het is een
manier van werken, waardoor de consument een
zekere inspraak krijgt Bijzonder democratisch
dus.
Het NIPO zelf zegt: „Het is een vorm van
inspraak waarnaar meer geluisterd wordt dan
men weieens denkt In die gevallen waarin het
onderzoek in opdracht plaats vindt is dat vanzelf
sprekend: De opdrachtgever laat het onderzoek
verrichten, en betaalt ervoor, om het oor te
luisteren te leggen. Maar ook met de uitkomsten
van onderzoek op initiatief van het NIPO zelf
wordt op vele plaatsen meer rekening gehouden
dan de ondervraagden en zelfs de onderzoekers
zich doorgaans realiseren. Dat blijkt meestal veel
later of wanneer zo af en toe ministers of
kamerleden NIPO-cijfeis citeren".
GERARD CRONE
maai
Nu vraagt de boer zich af, of de
waterleiding niet de schuld is van
het verlaagde grondwaterpeil. En
inderdaad: dat kan m veel geval
len worden aangetoond. De boer
krijgt dan een schadevergoeding.
De waterleidingbedrijven zijn
echter geneigd om de invloed van
cultuurtechnische werken en der
gelijke hoger aan te slaan dan
hun eigen activiteiten. Per geval
moet schade worden aangetoond
en vastgesteld eer zij betaald
wordt Dat gaat langzaam. Het
stuit vaak ook af op het ontbre
ken van statistische gegevers
Pas de laatste jaren worden op
wat grotere schaal door waterlei
dingmaatschappijen en water
schappen peubuizen aangebracht
en gecontroleerd.
inkc eeuwige kringloop van het
stfer doet de regen vallen en
gewijqg via beken en rivieren naar
Jn da stromen. Een ander deel ver
dat ipt Weer en weer een deel
fsvoertt de grond in. Dat laatste
huunrmt een waterleidingman de
agen ttige neerslag". Het is duide-
dat je al dat grondwater niet
„de bodem kunt halen. Land-
tw en natuur, maar ook de
MMogische gesteldheid ter plaat-
iepalen de grenzen. Men gaat
an uit dat in Nederland een
fle deel van de nuttige neer-
en dan ook nog voorzover
op duinen en zandprovincies
t, als drinkwater gewonnen
p worden. Bij elkaar altijd
7 zo'n 1900 miljoen kubieke
0 ter per jaar. In feite werd in
0 I aan grondwater 1200 miP
1 kubieke meter aan de bo-
0 i onttrokken, waarvan 650
0e 2joeu door de drink water be-
2 iven en 550 miljoen door de
ustrie.
0 zullen zuiniger moeten om-
Q ingen met onze bodemschat-
Q zo leren ons de ecologen. Op
0 j bergtocht kun je het je nog
Q oorloven om midden in het
Q -j^tje te gaan staan waaruit je
O idenvol water schept, waarvan
blijft drinken omdat het zo
ker is. Maar in Nederland
0 jpten we ons ernstig afvragen
Q .jpe de industrie kunnen blijven
0 waan een van onze kostbaar-
0 bodemschatten, het grondwa-
0 11 te verspillen door het te ge-
0 5liken voor koelen en spoelen.
0 1 zijn daar trouwens al mee
0 4ig. Sinds enkele jaren kennen
0 1| provincies verordeningen die
0 lustriële waterwinning van
5er dan 100.000 kubieke meter
0 l jaar aan provinciale toestem-
^rvoorziening, een planologi-
ie kernbeslissing uit 1972,
ifeekt duidelijk uit dat het kos-
#ke grondwater gereserveerd
ht te worden voor drinkwater
dat het wat de industrie be-
_Jt alleen procesmatig gebruikt
g worden.
ch staat de waterwetgeving
in de kinderschoenen. Drink-
terbedrijven moeten op grond
i een speciale wet vergunning
5ben om grondwater op te
hpen. De industrie kan bene-
i bepaalde hoeveelheden onge-
Bij Bergambacht (Zuid-
Holland) wordt het opper
vlaktewater uit de Lek ge
pompt. In de filterbekkens
wordt het water gereinigd
waarna het naar Den Haag
gestuwd wordt.
hinderd haar gang gaan en het
zelfde geldt voor huishoudelijk
gebruik, voor putten om vee te
drenken, voor beregening van
landbouwgronden en voor de wa-
terverspillende bronvermaling.
Historisch gezien is het begrijpe
lijk dat de waterleidingwereld
veruit de voorkeur geeft aan
schoon grondwater boven (mees
tal vuil) oppervlaktewater. Maar
een ministeriële nota uit 1974
over de problemen rond de ont
trekking van grondwater, maar
ook de groene nota's van CRM,
zetten zich min of meer af tegen
grondwaterwinning. De waterlei
dingmaatschappijen, verenigd in
de Vb WIN, zijn daar allerminst
gelukkig mee. Zonder meer ver
wijzen naar oppervlaktewater
vinden zij onverantwoord, hoewel
zij ook wel inzien, dat voor de
geschatte waterbehoefte in het
jaar 2000 ons grondwater, zelfs
bij optimaal gebruik, tekort
schiet. Er zal dan, zo rekent men.
per jaar 4500 miljoen kubieke
meter water nodig zijn.
In de eerste plaats (en dat wil ook
de regering) moet elke verspilling
van grondwater voorkomen wor
den. Dus niet meer koelen en
spoelen met leidingwater. Men
zou zich zelfs af kunnen vragen
of we op den duur ook in de
huishouding geen twee waterlei
dingsystemen naast elkaar die
nen te hebben. Een voor het
spoelwerk en een voor de con
sumptie.
Maar eerder rijst de vraag of ook
ander dan industrieel gebruik
van grondwater aan banden ge
legd moet worden. De bronbema
ling bij bouwwerken bijvoorbeeld
is een grote slokop. Ongetwijfeld
onmisbaar, maar moet al dat wa
ter nu zo maar weglopen?
De beregening die nu bij de boe
ren zo in de mode i6, kan minder
kwaad. Het opgepompte water
zakt immers de grond weer in. Er
hoeft dan ook geen vergunning
voor aangevraagd te worden. Ai-
leen wanneer er meer dan tien
kubieke meter per uur wordt ge
pompt, dient men zich te melden
bij de provincie. Een kwestie van
registratie, waardoor de over
heid zicht op de zaak hoopt te
houden. Wie beregent met be
hulp van oppervlaktewater
moet uiteraard wel een vergun
ning hebben, maar dan van het
betrokken waterschap.
De zomers van de laatste vijf jaar
zijn (met uitzondering van 1974)
erg droog geweest, maar in 1921
was het nog veel droger. Toen
kon men op de fiets door het
Zuidlaardermeer rijden. In die ja
ren echter schikte men zich in
wat van boven kwam of uitbleef.