WAGGELENDE MARTELGANG
Irena Szewinska
hield woord met
unieke prestatie
Alberto Juantorena
eerste eindproduct
van „lopende band"
Is goud roofbouw waard?
Blessure Schutter dieptepunt atletiekprestaties
MONTREAL'76.
Medailleverdeling
HERMENS! ZO HOEFT HET VAH MIJ NIET MEER
MONTREAL Ook tfenkam-
per Eltjo Schutter is in de
poel der ellende terecht ge
komen. geblesseerd gegles-
seerd verliet de Nifmegenaar
gisteravond de Olympische
piste van Montreal. Op zijn
dijbeen lag een kolossale hoeveelheid ijs: de
enige manier om een opkomende spier-bles-
sure onder controle te krijgen. Oe start van
de 400 meter, het laatste onderdeel van de
eerste tienkampdag, was het trieste einde
geworden van een dag vol teleurstellingen.
„We bekijken nnog eens of ik nog aan de
tweede dag kan beginnen", was het enige
wat Eltjo Schutter nog wilde vertellen.
De Nijmegenaar geloofde zelf al lang niet
meer in een tweede Olympische dag. Want
direct nadat het startschot voor de 400 meter
was gevallen, remde Schutter het aanvangs-
tempo af. Lopen met een blessure was onder
deze omstandigheden niet verantwoord.
Schutter stapte zelfs naar de startlijn terug.
„Maar ineens ging door mijn hoofd dat wan
neer ik de 400 meter niet zou volbrengen, ik
in ieder geval niet voor de laatste vijf onderde
len mocht starten. En daarom heb ik de 400
meter toen maar vol geslenterd". Na 2 minu
ten en 20.43 seconden kwam Schutter door
de finish. Maar het kon bijna niet anders of
die slenterpassen zijn de laatste bewegingen
geweest die Schutter in zijn eerste en mogelijk
ook wel laatste Olympische tienkamp heeft
gezet.
Al vanaf het eerste onderdeel van het Olym
pisch mammoet-nummer, de 100 meter, viel
de Nijmegenaar in het „graf", dat eerder zijn
landgenoten in het stadion hadden „gegra
ven". Bijna huilend zat Schutter al vroeg in
de middag zijn ellende te verwerken. Na een
matige 100 meter (11.17 sec), een zwakke 7.12
meter bij het verspringen, een kogelstoot die
niet verder reikte dan 11 meter 74 centimeter,
struikelde Schutter daarna volledig bij het
hoogspringen.
Lijkbleek
Driemaal probeerde hij over de 1,84 meter
te komen. Maar tevergeefs. De man die als
beste persoonlijke prestatie 1.92 meter ach
ter zijn naam heeft staan, bleef bijna een
Eltjo Schutter bezig aan een van
zijn zwakke prestaties. Het kogelsto
ten was in verhouding tot de 400
meter nog briljant. Het laatste num
mer van gisteren eindigde in een
martelgang die ruim twee minuten
duurde.
Door
JackArentsen
uur lang lijkbleek op de bank zitten. Als één
van de eerste tienkampers moest hij het
hoogspringen staken.
„Het is droevig", was de eerste reactie van
Schutter, „maar ik kan het ook niet helpen
dat vandaag alles tegen zat. Tijdens de 100
meter merkte ik ineens dat er iets in mijn
bovenbeen niet helemaal in orde was. Tijdens
de training was me dat ook al een keer
opgevallen, maar bij de normale massage kon
men niets ontdekken. Maar toen ik fors voor
de sprint aanzette, kwam de pijn ineens weer.
En vanaf dat moment was het feitelijk mis".
Eltjo Schutter schrijft de plotseling opgeko
men blessure toe als gevolg van de enkelbles
sure die hij enige tijd geleden in Kopenhagen
had opgelopen en waardoor hij tijdens de
training in Montreal andere spieren weer extra
heeft moeten belasten of ontzien. „Maar dat
is natuurlijk allemaal gepraat achteraf. Erger
is het dat mijn ideaal, om eens in mijn leven
een Olympische tienkamp af te werken, ernstig
in gevaar is gekomen".
Radio
De strijd in het stadion heeft Schutter vanaf
de eerste nummer^ al leen maar teleurstellin
gen gebracht. „Je moest eens weten hoe ik
me voelde toe ik daar op de bak zat na het
fiasco bij het hoogspringen". Op dat moment
dacht Schutter nog niet aan opgeven, maar
de radio, die Schutter in zijn tas had verbor
gen, speelde toch al niet meer. Tussen het
kogelstoten en het hoogspringen had Schutter
een nieuwe cassete in zijn draagbare radio
gezet. Niet te hard, want dat zou de andere
27 deelnemers kunnen storen.
Zachtjes speelde de muziek en Schutter vond
er de afleiding in die een tienkamper nodig
heeft in zijn urenlange arbeid in het stadion.
Heel vroeg in de morgen, toen de tribunes
nog schamel bezet waren, tot het moment dat
70.000 toeschouwers hem in de loop van de
middag volslagen zagen falen bij het hoog
springen, waren de meest geharde mannen in
de atletiek aan hun twee dagen durende
programma begonnen.
Verprtst
„Er zal erg veel moeten gebeuren, wil ik op
de tweede dag nog iets goed kunnen maken
van hetgeen ik allemaal al verprutst heb",
was de laatste reactie van Schutter voor hij
gisteren op weg ging naar de dokterskamer
in het stadion. Voor de start van de 400
meter wilde hij toch wel weten wat er aan
de hand was in het bovenbeen.
MONTREAL Na de twaalfde wedstrijddag
van de Olympische Spelen in Montreal waren
de medailles als volgt verdeeld:
De Westduitser Guido Kratschmer leidde na de eerste dag van de
tienkamp. Dankzij onder andere deze vertesprong.
De oplossing van het vraagstuk kon niet
worden gegeven. En daarom vertrok Schutter
voor het laatste nummer van de dag. Het werd
een martelgang. De manier waarop de volsla
gen gedesillusioneerde Schutter naar de finish
waggelde, bracht in beeld hoe ongelukkig
deze man zich feitelijk al de hele dag had
gevoeld.
Aan de staart van het klassement prijkt de
naam van Eltjo Schutter. Totaal 2869 pnt. De
koplopers Guido Kratschmer (West/Duitsland),
de Rus Avilov en de Amerikaan Jenner hebben
respectievelijk 4333, 4315 en 4298 punten.
„Met die mensen had ik me nooit kunnen
meten. Ik was al dolgelukkig geweest met een
plaats bij de eerste vijftien." En onder normale
omstandigheden had dit gerealiseerd kunnen
worden, want de recordscore van Schutter, na
de eerste dag, bedroeg kort geleden nog 4040
punten. In Montreal reeds toereikend voor een
twaalfde plaats. „Maar het wordt niks. Ik zal
alles wel moeten vergeten", liet Schutter zich
nog ontvallen, met de wetenschap, dat de
Nederlandse doktoren voor een startverbod
waren. De tweede Nederlander die gisteren
nog in het strijdperk mocht verschijnen was
Evert Hoving. De 800 meter loper was ook
voor de 1500 meter ingeschreven.
In de series werd Hoving met een tijd van
3.45.00 naar een kansloze vijfde positie te
verwezen. In het totale veld van 42 lopers was
voor Evert Hoving de 27ste plaats het hoogst
haalbare.
LAND:
Rusland
Oost-Duitsland
Verenigde Staten
West-Duitsland
Bulgarije
Japan
Polen
Hongarije
Zweden
Roemenië
Groot-Brittannië
Finland
Italië
Tsjecho-Slowakije
Cuba
Frankrijk
Joego-Slavië
Noorwegen
Jamaica
Denemarken
Trinidad
Mexico
Canada
Nederland
België
Portugal
Zwitserland
Spanje
Australië
Zuid-Korea
Iran
Oostenrijk
Nieuw-Zeeland
Brazilië
te w
O lij z 3
2 >t
O -J £E O
O N O H
34 33 25 92
32 20 19 71
23 28 21 72
10 8 11 29
5 7 8 20
5 5
5 3
7 17
6 14
6 11
(Van onze speciale verslag
gever)
MONTREAL De gouden
medaille die zij gisteren op
de 400 meter dames won,
krijgt ongetwijfeld de ere
plaats tussen de zes andere
Olympische plakken, die Irena Szewinsha
tijdens vier Olympische Spelen won. Niet
aHeen omdat het de laatste zal zijn, maar
veel meer omdat hij verdiend werd met een
wereldrecord van 49,29 seconden. Irena Sze
winska is gewend aan goud. In Tokyo toen
zij als 18-jarige debuteerde nadat zij enkele
maanden tevoren op een atletiekbaan in
Warschau was ontdekt, mocht zij er al drie
medailles meenemen: goud op de 4x100
meter en twee maal zilver op de 200 meter
en het verspringen. Vier jaar later was goud
op de 200 meter en brons op de korte sprint
voor haar weggelegd.
Vier jaar geleden toen zij in München derde
werd op de 200 meter, haar favoriete afstand,
werd Irena Szewinska internationaal
schreven. München was dan weliswaar niet
zo'n succes geworden maar Irena Szewinska
wist er de oorzaak van. Zij was ruim twee
jaar uit de roulatie geweest om met succes
haar graad in de economie te halen en wat
nog veel belangrijker was de komst van haar
zoon Andrezj.
Hoe belangrijk haar kind is bleek gisteren.
„Toen ik in de startblokken knielde, hoorde
ik Andrezj in gedachten in mijn oren roepen:
Hup mamma". Na de teleurstelling van Mün
chen waar zij overigens grote indruk maakte
in de 4x400 meter estafette zij liep haar
kwart met vliegende start in 48.6 seconden
kwam de Poolse gazelle in 1974 bij de
Europese kampioenschappen in Rome weer
volledig terug. Zij versloeg Renate Stecher, die
haar de sprinthegemonie ontnomen had, zo
wel op de 100 als 200 meter. Zij hield zich
toen nog afzijdig van de 400 meter waarop
zij met 49,9 seconden inmiddels al wel wereld
recordhoudster was.
„In Rome was de tijd nog niet rijp voor de
400 meter. Dat komt in Montreal." verklaarde
de Poolse toen. Wat dat betreft heeft Irena
Szewinska woord gehouden. De weg naar het
Olympisch kampioenschap was zorgvuldig
voorbereid. In het voorseizoen waagde Irena
Szewinska zich maar een enkele maal aan de
wedstrijd over een ronde. De test werd op 22
juni in Bydgoszcz gedaan. Het resultaat loog
er niet om. Met 49,75 seconden haalde zij het
wereldrecord terug, dat haar zes weken tevo
ren in Dresden door de Oostduitse Christine
Brehmer (49,77) ontnomen was.
Gisteren moest Christina Brehmer opnieuw
voor Irena Szewinska buigen.
afgë- Kansloos
He! was de enige maal dat Oost-Duitsland
gisteren naast de gouden medailles greep,
die bij de dames te verdelen waren. Johanna
Schalier stond op de 100 meter horden klaar
om de taak van Anneli Ehrhardt over te
nemen. De Olympische kampioene van Mün
chen en wereldrecordhoudster was in de
halve finale, die gistermiddag moest worden
overgelopen, kansloos tenonder gegaan.
Johanna Schalier, die pas eind mei hoorde
dat zij waardig was bevonden aan de Oostduit
se selectiewedstrijden deel te nemen, nam de
taak die haar door de eliminatie van Ehrhardt
op de schouders werd gelegd, zeer serieus.
Het krachtsverschil tussen Irena Szewinska en de anderen op de 400
meter blijkt niet genoeg uit deze foto. De tijd (49.29, ruim een seconde
sneller dan nummer twee) was veel sprekender.
De voormalige vijfkampster, door een hinderlij
ke polsblessure gedwongen over te schakelen
naar de hordenloop, zegevierde met nauwe
lijks waarneembaar verschil. De elektronische
tijdwaarneming plaatste haar met 12,77 0,25
seconde sneller dan zij ooit had gelopen
eenhonderdste voor Tatjana Anisimova en
tweehonderdste voor Natalia Lebedeva.
De andere gouden dames medaille, die bij het
discuswerpen, ging naar Evelin Schlaak. De
20-jarige sportinstructrice uit Oost-Berlijn
op de ranglijst van haar land derde maakte
al in haar eerste worp (69,00 m) de concurren
tie kansloos. Ook wereldrecordhoudster Faina
Melnik, die in Montreal niet kon verliezen beet
zich stuk op die afstand. De Olympische
kampioene van München bleef vechten, maar
verder dan 68,60 meter in haar voorlaatste
worp kwam de Russin toch niet meer. Later
werd Melnik
(Van onze speciale verslagge
ver)
MONTREAL Het goud op
de 800 meter had hl) al opge
dragen aan Fidel Castro. Met
een bestemming van de ere
prijs van de 400 meter had
Alberto Juantorena al evenmin moeite: „Aan
het Cubaanse volk en het internationale
socialisme," zo liet hij «veten. Na regerings
hoofden en ambitieuze burgemeesters heb
ben enkele atleten ontdekt dat de Olympi
sche Spelen een podium kunnen vormen
voor heel andere zaken dan het sneller,
hoger en verder, waarmee de officials bezig
zijn en de verbroedering, «vaarvan de heren
van het IOC de mond vol van hebben.
Alberto Juantorena, opgegroeid ten tijde van
het incident in de varkensbaai en de Ameri
kaanse blokkade van Cuba. Hij is de verper
soonlijking van het nieuwe Cuba van Castro.
Heeft geholpen bij het binnenhalen van de
suikeroogst. Wil als hij eenmaal doctor in de
economie is geworden „de idealen uitdragen
van degenen, die de grote socialistische revo
lutie op Cuba mogelijk hebben gemaakt."
Evenals Oost-Duitsland dat al vanaf een eerder
tijdstip doet, probeert Cuba via de sport
internationale erkenning te venverven. Een
legertje geschoolde trainers uit Polen, Honga
rije, Rusland en vooral Oost-Duitsland heeft
in enkele jaren tijd honderdduizenden Cuba
nen met de sport in aanraking gebracht. Een
miljoen van de in totaal negen miljoen zielen
doet aan atletiek. De lopende band is er op
gang gebracht en Alberto Juantorena is het
eerste eindprodukt. Toen de Pool Sigmund
Zabirowski hem ontdekte, speelde hij basket
bal. Zabirowski bracht hem de kunst van het
sprinten bij, maar allengs werd de 1.90 meter
lange atleet ingezet op de midden-afstanden.
Het was ir. Ad Paulen, die op een van zijn
vele wereldreizen Juantorena de raad gaf bij
de Olympische Spelen van Montreal in te
schrijven voor zowel de 400 als de 800 meter.
Gisteren werd de Cubaan de eerste atleet uit
de geschiedenis, die beide nummers op zijn
naam schreef. Superieur lopend versloeg hij
de Amerikaan Fred Newhouse en Herman
Frazier. „Waarmee maar weer eens bewezen
is, dat de Amerikanen niet onoverwinnelijk
zijn." kon hij niet nalaten op te merken.
„Nu ga ik werken," verklaarde Arnie Robinson
nadat hij het goud bij het verspringen had
gekregen. „Ik heb de laatste jaren al mijn
aandacht aan de atletiek kunnen besteden
dankzij de steun van mijn ouders en het feit
dat mijn vrouw werkte. Ik was dus wel ver
plicht om na het brons van München hier
goud te halen." Arnie Robinson deed het op
overtuigende wijze. In zijn eerste, sprong kwam
de 28-jarige Amerikaan, die met 8.32 meter
de wereldranglijst aanvoerde, al tot 8.35 meter.
MONTREAL In de altijd no
gal besloten wereld van de
lange afstandslopers heerst
sinds de olympische finale
van de tien kilometer en de
series van de vijf kilometer
grote onrust. Over en weer
worden beschuldigingen geuit en de ene kras
se uitspraak, vooral als het gaat om de
prestaties van de Fin Lasse Viren te bekritise
ren, na de andere rolt uit de mond van de
atleten die meestal in alle rust en eenzaam
heid dagelijks hun stevige trainingsprogramma
afwerken. Miel Puttemans, de Belgische we
reldrecordhouder op de vijf kilometer heeft al
ontmoedigd aan de openbaarheid prijs gege
ven dat hij nooit meer in de atletiekstadions
zijn acties zal laten zien. "Ik zal alleen nog
starten voor crosswedstrijden in herfst en
winter". En Jos Hermens liet horen: "Als
iedereen ten koste van zijn gezondheid sport
gaat bedrijven, hoeft het voor mij niet meer".
Een van de weinigen die zich de afgelopen
dagen erg stilletjes heeft gehouden en zich
secuur heeft voorbereid op de zwaarste loop
van de Spelen, de marathon die zaterdag
avond op het programma staat, is de kleine
bleke Belg Karei Lismont. "Voor mij is niet
belahgrijk wat anderen doen. Ik trek mijn
eigen plan en we zullen wel zien hoever mijn
mogelijkheden reiken", is zijn simpele verkla
ring voor de intensieve trainingsarbeid die hij
vooral de laatste tijd heeft moeten uitvoeren.
Door
JackArentsen
De 27-jarige Belg, die tijdens zijn eerste Olym
pische marathon in München direkt het zilver
voor zich op eiste, nadat hij twee jaar daar
voor in Helsinki verrassend als Europees kam
pioen uit de bus kwam, heeft een verschrikke
lijk moeilijke periode achter deug. Kort na zijn
aankomst in Montreal werd Lismont getroffen
door een vrij ernstige nieraandoening.
Ruit was het enige wat Karei Lismont op
de been kon houden. Maar de tengere (55
kilo) en kleine (1.68 meter) Belg wilde niet
luisteren. Bleef in training. En pas op het
moment dat bloedsporen bij hem in de urine
werden gevonden, sloeg de schrik hem in
de benen. Maar slechts voor zeer korte tijd.
Enkele dagen voor de series van de tien
kilometer trok Karei Lismont toch weer zijn
trainingsschoenen aan. "Want", was zijn
eenvoudige commentaar, "de tien kilometer
kan een goede training voor de marathon
worden".
Twee maal kreeg Lismont de kans om zijn
krachten te testen. En na de series riep hij
ook voluit: "Ik wist niet dat alles nog zo
gemakkelijk ging". Twee dagen later in de
finale bleef de kleine Belg volledig in het
spoor van Jos Hermens. En dat resultaat
sterkte zijn zelfvertrouwen. "Als er niets bij-,
zonder meer gaat gebeuren, kan ik in de
marathon mijn partijtje weer vrolijk meebla-
zen", was de snelle conclusie van de Belg.
Maar in het Belgische kamp wordt steeds
luider gesteld dat Karei Lismont met zijn
gezondheid spot. Dat hij zelf bezig is roof
bouw op zijn tengere lichaam te plegen. Een
mogelijk ongeneeselijke ziekte zou aan de
basis staan van de plotseling opstekende
verschijnselen in Montreal. De Belgische dok
toren zwijgen. Dries Claes, vroeger de lijfarts
van Rik van Looy, spreekt ook geen oordeel
uit over Lismont. Wel zegt hij: "Het zou niet
alleen voor Lismont, maar ook voor Miel
Puttemans veel beter zijn geweest als ze een
dag of acht of langer rust hadden gekregen.
Maar dat is in de wereld van de topsport
onmogelijk".
De mogelijkheden voor Karei Lismont om
nog eenmaal op de olympische voorgrond te
treden in een marathon, zijn volgens trainer
Frans Borremans klein op dit moment. "Karei
is in de training zo'n 150 kilometer tekort
gekomen. Pas wanneer hij na dertig kilome
ter marathon nog in de buurt is van favoriet
Shorter, die ook in München het goud won,
dan liggen er kansen voor Karei". Lismont
houdt zelf de boot af. "Ik hoop dat ik zonder
pijn blijf", is zijn weinig overtuigend commen
taar als naar zijn verwachting wordt ge
vraagd.
Karei Lismont onthoudt zich van kritiek als
het gaat om de kwaliteiten van de concurren
ten. Ook de naam Lasse Viren die van plan
was om naast de vijf en tien kilometer ook
in de marathon te starten, brengt hem niet
tot opzienbarende uitspraken. "Natuurlijk is
het vreemd dat Viren er in Montreal weer
helemaal bij is. nadat we lange tijd niets meer
van hem hadden gehoord". Verder zwijgt
Lismont. Jos Hermens wordt daarentegen erg
opgewonden als in zijn omgeving de naam
van Viren valt. Sport moet sport blijven. En
je moet niet met gevaarlijke lichamelijke ingre
pen gaan werken. Voor mij gaat de aardigheid
eraf. wanneer het mogelijk is dat iemand vier
jaar gelden al weet te vertellen nadat hij in
München goud won, dat hij ook in Montreal
de eerste plaats pakt. Dat heeft niets meer
met sport te maken. Dat is op een levensge
vaarlijke wijze experimenteren met het li
chaam".
En gelijktijdig staan dan weer de "bloedtrans
fusies" centraal, die hoewel niemand er
bewijzen van in handen heeft bij Lasse
Viren zijn toegepast. Het kort voor een wed
strijd binnen laten stromen van zuurstofrijk
bloed zou het lichaam van de Fin extra,
misschien wel bovenmenselijke, krachten be
zorgen. "Maar voor een gouden plak wil ik
niet voor altijd mijn lichaam vernielen. Wan
neer een normale, keiharde training niet vol
doende is om bij de grote top te blijven, is
het beter om te stoppen met sport op wereld
niveau", is de visie die nu al regelmatig door
het hoofd van Hermens speelt.