Hollywood,
En Nederland gingen al
„2500 voetbalvelden" in vlammen op
WAAR
DE SCHIMMEN
UIT HET
VERLEDEN NOG
RONDWAREN,
EN
HET LEVEN
IS BLIJVEN
STILSTAAN
vers'a26evers) naam ook in deze hitte voor de mensen- is minder bij iets meer dan 400 branden al rond 2.500 h<
APFinnORM rttiHnnlrs Ho ptitactrnfalc KronH
(Van een onzer verslaggevers)
APELDOORN Ondanks de catastrofale brand
van deze week op de Veluwe acht Staatsbosbeheer
het nog niet noodzakelijk om voor het Nederlandse
natuurgebied in zijn geheel dezelfde krasse maatre
gelen te nemen als Denemarken, dat besloten heeft
al het staatsbosbezit tot verboden gebied te verkla
ren. Misschien zal men wel enkele moeilijk te
controleren gebieden afsluiten. Enkele gemeenten
in Zuid Limburg nemen evenwel na de serie bran
den van de afgelopen weken geen enkel risico meer
en hebben hun bosgebied hermetisch voor het
publiek afgesloten.
Woordvoerder Jan Kuiper van Staatsbosbeheer, niet
minder onder de indruk van het record aantal
bosbranden dat Nederland dit jaar reeds heeft
getroffen als menig ander natuurminnaar, verliest
het menselijk aspect dat aan een dergelijke harde
maatregel kleeft niet uit het oog: „het zou in deze
vakantieperiode ook wel bijzonder hard aankomen.
Je kunt de vele duizenden vakantiegangers op de
Veluwe bijvoorbeeld toch moeilijk ineens allemaal
het bos uitsturen".
Wel hamert Staatsbosbeheer er (voor de zoveelste
keer) op, dat vuur in natuurgebied momenteel le
vensgevaarlijk is, voor mens, flora en fauna. Het
huidige weertype is catastrofaal. De combinatie van
langdurige droogte en grote hitte maken van het
bos een groot kruitvat. Bovendien staat er dag in
-dag uit een vrij sterke wind. Die wind -hoe aange
naam ook in deze hitte voor de mensen- is minder
leuk voor het bos. De wind doet niet alleen de brand
extra snel oplaaien, maar blaast bovendien het
laatste druppeltje vocht uit bos en natuurgebied.
Volgens Jan Kuiper beseffen de mensen nog te
weinig dat momenteel het bos te vergelijken is met
een benzinepot. Een vonk erbij en onmiddellijk
staat de boel in vuur en vlam. Het is vreemd, zegt
Jan Kuiper, de mensen piekeren er niet over een
brandende lucifer in een plas benzine te gooien,
maar ze werpen wel zonder er bij na te denken
een peukje weg in een grotdroge hei.
Volgens Staatsbosbeheer wordt 98 procent van alle
bosbranden veroorzaakt door een menselijke fout,
al dan niet opzettelijk gemaakt. Brandweer, alarm
systemen kunnen nog zo goed georganiseerd zijn,
maar zo lang de mensen onnadenkend of noncha
lant met het toch al zo schaarse natuurgebied in
ons land opspringen, blijft het blussen geblazen.
Over dat „blussen geblazen" weten met name de
brandweerkorpsen op de Veluwe de laatste tijd mee
te praten. De coördinatie bij grote bosbranden ligt
bij de Apeldoornse brandweer, waar ook het centra
le meidcentrum is gevestigd. Brandweercomman
dant ing. A. Heijnen: „In deze warme en droge
tijden gaat er bijna geen dag voorbij of we moeten
in deze bosrijke ongeving uitrukken voor een brand;
in de meeste gevallen halen ze de publiciteit niet
eens"
Inmiddels is al een record aantal bosbranden ge
haald. Op dit moment halverwege het jaar, ging
bij iets meer dan 400 branden al rond 2.500 hectare
natuurgebied verloren. Wat meer plastischer uitge
drukt: tot nu toe zijn dit jaar alles bij elkaar al
2.500 voetbalvelden in vlammen opgegaan
Het dierenleed dat hierbij is veroorzaakt is nauwe
lijks voor te stellen
Over de hele Veluwe verspreid staan zestig tankwa
gens klaar om ingezet te worden bij bos- en heide
branden. Bosbranden werden op de Veluwe van
oudsher bestreden door het Veluws brandweercomi
té, dat een groot aantal bosbrandploegen had, veelal
gevormd uit bosarbeiders en andere vrijwilligers die
op de Veluwe woonden en het vuur nog bevochten
met de schop, maar de techniek heeft de blusmetho
den van weleer achterhaald en veranderd.
Vroeger was het de kampeerder die al vuurtje
stokend meteen het bos in brand kon zetten, of de
stugge roker die ook in het meest kurkdroge woud
het sigaretje niet wilde doven, maar tegenwoordig
is daar nog dat nieuwe welvaartsverschijnsel van
de barbecue bijgekomen. Het brandgevaar is daar
bij erg groot.
Van een rookverbod wil brandweercommandant
Heijnen niet horen. Dat vindt hij niet haalbaar. „Het
heeft geen zin een verbod in te stellen als je er
toch niet op kunt toezien of het wordt overtreden.
Een hartstochtelijk roker zal het roken heus niet
laten omdat hij toevallig in een brandgevaarlijk bos
loopt. Zo'n verbod kan trouwens nog averechts
werken ook. Stel dat iemand een sigaret rookt en
een boswachter ziet aankomen. Dan kan hij de
brandende peuk vlug weggooien voor hij gesnapt
wordt en de boel raakt gegarandeerd in brand..."
Brandweercommandant Heijnen ziet veel meer heil
in het advies om helemaal niet te roken, of om
peukjes niet zomaar weg te gooien, maar ze uit te
trappen in het zand. Niet in veenachtige grond, want
die kan dan juist aan het smeulen en branden gaan.
Het verhaal dat een in de zon liggende glasscherf
of fles als brandglas gaat werken en zodoende de
zaak in brand steekt, wordt door de deskundigen
naar het rijk van de fabeltjes verwezen. Altijd is
de mens de oorzaak van de bosbrand, al dan niet
met opzet.
Nog altijd staan er op de Veluwe 22 brandtorens,
van waaruit brandwachten in deze droge tijden
doorlopend de omgeving in de gaten houden. De
Veluwse brandweerkorpsen willen eigenlijk wel van
dit systeem af: niet alleen valt het tegenwoordig niet
mee om voldoende personeel te vinden dat bereid
Vliegtuig kan taak van
brandtorens beter en
goedkoper overnemen
is om de hele dag boven in zo'n hoog bouwsel over
de toppen van de bomen heen te kijken, ook schiet
op veel plaatsen het jonge bos zo hoog op, dat het
uitzicht belemmerd wordt. Vandaar dat men er over
is gaan denken de brandtorens op te ruimen en hun
taak over te laten nemen door een vliegtuig.
Op die manier kan niet alleen het hele Veluwse
gebied goed in de gaten worden gehouden, het is
ook goedkoper. Men wil beginnen met een proef,
als er tenminste voldoende geld op tafel komt.
Tegen dit plan is inmiddels al verzet gerezen van
de werkgroep-Teuge, een actiegriep die zich verzet
tegen het lawaai dat de toestellen van het bij
Apeldoorn liggende vliegveld Teuge produceren. De
actiegroep is bang, dat een boven de Veluwe rond-
/liegende „brandweermachine" de rust in Neder-
ands grootste natuurtuin nog verder zal verstoren
lan nu al gebeurt door de helicopters van de
vliegbasis Deelen, rondcirkelende sportvliegers en
jverdreunende reclamevliegtuigen.
Brandweercommandant Heijnen ziet dat lawaai niet
zo zitten. Het zal immers uiteindelijk maar gaan om
een dag of veertig per jaar en het „brandweer-toe
stel" zal hoog genoeg vliegen om geen overlast te
bezorgen. Bovendien gaat het hier uiteindelijk om
een milieubeschermende taak.
Of het vliegtuig er dit jaar nog zal komen zal
afhangen van financiële steun van het Rijk.
„Het systeem van de brandtorens werkt wel, maar
we willen kijken of het nog beter kan", zegt ing.
Heijnen. De natuurtuin Veluwe is dat wel waard.
Graumans Egyptisch theater, een van de filmpaleizen van Hollywood bij de aanvang
van een gala-première. Dikke rijen bewonderaars verdringen zich bij de ingang om
maar 'n glimp van hun favoriete ster te kunnen opvangen. Zo was het.
plotseling ongekende bloei
beleeft om vervolgens in een
„ghost town" te veranderen.
Wie nu door Hollywood dwaalt
zal met een zekere nostalgie nog
alles aantreffen wat aan een
roemrijk verleden herinnert.
Spectaculaire premièretheaters,
luxueuze villa's rondom Beverly
Hills, waar eens de grote sterren
elkaar trachtten te overbluffen
met gigantische feesten.en
dan de studiocomplexen, waar
voor zover ze nog in gebruik
zijn meer televisieseries dan
werkelijke mammoet-filmpro
ducties worden vervaardigd.
Harry Cohn's Columbiahallen
worden gebruikt voor indoor-
tennis, Universal heeft z'n ach
tertuin omgetoverd in een toe
ristenattractie, die herinnert aan
de gloriedagen van Hollywood,
die nooit meer weerom zullen
komen.
Hollywood, drie lettergrepen die
jarenlang menig meisjeshart
sneller deden kloppen, is een
„ghost town" geworden, waai
de schimmen uit het verleden
nog rondwaren maar het leven
is blijven stilstaan.
Een blik op dat deel van
de oude sprookjesstad Hol
lywood, waar Universal Stu
dios zijn opnamestudio's
heeft, nu voor het meren
deel in gebruik voor de pro-
duktie van series voor de
Amerikaanse televisie. Van
droomfabriek tot van klater
goud ontdaan televisiecom
plex.
rend de openge/allen plaatsen
kon innemen.
In het midden der jaren dertig
voegde Nathalie Kalmus met
een nieuw en houdbaar drie
kleurenprocédé Technicolor
daar nog een extra dimensie
aan toe. Niets scheen Hollywood
op z'n grondvesten te kunnen
doen schudden. Ook de groeien
de populariteit van het medium
televisie niet, want de studioba
zen hadden rap hun antwoord
klaar: cinemascope, een beeld
groter en overweldigender dan
het scherm in de huiskamer ooit
zou kunnen bieden.
De onverwachte dolksteek in de
rug kwam echter in het midden
van de jaren vijftig toen de
excentrieke miljonair Howard
Hughes plotseling alle belang
stelling in film verloor en zijn
RKO-studio's van de hand deed,
waardoor onverwacht enkele
hermetisch voor de televisie ge
sloten kluizen wijd open ston
den en oude speelfilms de beeld
buis bereikten.
Door de omstandigheden ge
dwongen volgden andere grote
studio's het voorbeeld van RKO.
Daarbij kwam dat meer en
meer filmproducenten, ge
schrokken door de onrustba
rend gestegen kosten, Holly
wood de rug toekeerden om hun
geluk in Europa te beproeven.
Hollywood liep leeg. Net als in
een western een stadje, dat
door bijvoorbeeld 'n „goldrush"
Het zijn slechts drie lettergre
pen, maar hoe spraken zij ja
renlang tot de verbeelding van
de massa. Hollywood, de baker
mat van de film, de droomfa
briek waar onverschrokken
cowboy's, nobele zeerovers i
romantische sheiks de scepter
zwaaiden en het door schurken
belaagde meisje in bescherming
I namen. Waar de Keystone-agen-
j tjes de meest onmogelijke ach-
I tervolgingen tot een bevredi-
om i Sen<ï einde wisten te brengen
en Cecil B. de Mille zich de
al ni nodige vrijheden veroorloofde
er jj met zijn bijbelse spektakels.
:e rel 'ettergrepen, die een magi-
I sche klank hadden voor menig
in! meisje dat er van droomde om
>sst ontdekt te worden voor een
let is grandioze filmcarrière. Maar
Hollywood ontstond bij de gra
tie van enkele joodse zakenlie
den uit New York, die na een
kapitaaltje te hebben vergaard
in de textiel- of de schroothan-
del, interesse gingen tonen in
„het volksvermaak van de toe
komst", de bewegende fotogra
fie. Wilde men echter aan de
steeds groter wordende vraag
van de Nickel-odeons voldoen
dan had men allereerst zonlicht
nodig en juist dat wilde aan de
tendj Amerikaanse oostkust nog wel
eens verstek laten gaan.
den Aangelokt door de garantie dat
in Californié 355 dagen per jaar
de zon scheen èn door de voor
delige grondprijzen trok men
westwaarts, op onderzoek uit.
Als sprinkhanen streek men
neer op de uitgestrekte sinaas
appelboomgaarden in de omge
ving van het vredige Los Ange
les, die al spoedig bezaaid wa
ren met bouwvallige openlucht
studio's, schuurtjes zonder dak
om toch maar zo veel mogelijk
zonlicht op te vangen voor het
langzame opname-materiaal.
Buitenaf, ver weg van alle bedrijvigheid van de filmstad lieten de filmsterren hun
luxueuze villa's bouwen. Het zijn nu nog slechts herinneringen aan een roemrijk
verleden, aan gigantische feesten ook. En niet te vergeten aan menselijke drama s.
Acteurs en actrices kende men
in de pioniersdagen nog niet.
Het waren allen onbekende
werknemers, die voor de came
ra stonden en braaf deden wat
de man daarachter hun voor
schreef. Pas toen bleek dat „het
publiek" bepaalde, telkens te
rugkerende figuren op het witte
doek ging herkennen, werden
de optredenden met name ge
noemd in de titels.
Het sterrensysteem was geboren
en in een steeds koortsachtiger
jacht op populariteit vielen ook
de eerste slachtoffers. Omdat er
in die dagen nog geen beroeps-
roddelaarsters waren als Louel-
la Parsons en Hedda Hopper,
die met hun giftige pennetjes
dagelijks hele kolommen vol
schreven over allerlei schan
daaltjes in het wereldje van kla
tergoud,' leek het leven in Holly
wood voor de massa daarbuiten
voor mooier dan het in werke
lijkheid was. De ambitieuze fo
tomodelletjes en schoonheidsko
ninginnetjes, die hopend op een
eclatante filmcarrière op het fel
le licht van de grote droomfa
briek afkwamen en er gedesillu
sioneerd afkwamen en er gedes
illusioneerd anoniem ten onder
gingen, zijn niet te tellen.
Slechts een enkele als Peg Ent-
wistle haalde de voorpagina,
maar zij moest daarvoor dan
wel een spectaculaire doden
sprong maken van de laatste
en dertiende van de meters
hoge letters HOLLYWOOD-
LAND, die de filmbonzen ter
aanduiding van hun nieuwe ne
derzetting hadden opgericht op
een der heuvels rond het Mekka
van de filmindustrie.
Terwijl in Hollywood de sterren
als vuurwerk omhoog schoten
kwam echter ook hun eerste
vuile was buiten te hangen. Wat
de studiobazen ook probeerden
om hun kostbare menselijke in
vesteringen buiten schot te hou
den, zij konden niet voorkomen
dat de populaire komiek Fatty
Arbuckle na de geheimzinnige
dood van het onbenullige sterre
tje Virginia Rappe in ongenade
viel, dat de nooit opgeloste
moord op William Desmond
Taylor vele vooraanstaande ac
trices in een vreemd daglicht
zette en dat de vroegtijdige
dood van de immens populaire
Wallace Reid door overmatig ge
bruik van stimulerende midde
len onthulde hoevele vedetten
zich ten koste van hun eigen
gezondheid overeind hielden in
Hollywoods droomfabriek.
Maar voor de menigte, die week
in week uit naar de bioscoop
trok om de dagelijkse sleur te
breken, bleef Hollywood 'n
toverwoord. Inmiddels waren de
krakemikkige schuurtjes ver
vangen door kapitale studiohal
len, waar vrijwel alles in scène
kon worden gezet, omgeven
door grote oppervlakten waar
ook vrijwel ieder decor in de
buitenlucht kon worden ge
bouwd om desnoods meerdere
malen te worden gebruikt.
De opkomst van de radio stelde
Hollywood niet al te lang voor
problemen. Het antwoord was
de geluidsfilm aanvankelijk
nog via grammofoonplaten, die
om de synchroniteit te bevorde
ren van „binnen naar buiten"
werden afgedraaid waardoor
de helden en heldinnen van het
witte doek ook in de bioscoop
te hóren waren.
Dat dit voor sommige „zwijgen
de" sterren het eind van hun
carrière betekende was een ver
velende bijkomstigheid, maar
Broadway zat vol talent, dat
zingend en duidelijk articule-