OMWEGEN
7
betekende I
-arzan op
elgische
ex-toer
ÏGS
Nederlands Madrigaalkoor
tal vele Yorkse harten
Kon. Instituut voor Taal-, Land- en
Volkenkunde groeide 125 jaar in relaties
Hangende slipjes in jodelend Tirol
TRATEGIERS FLUÏDUM DEED WONDEREN
Roof en doodslag met
„De karate brigade"
flflNGENflflM.
V
19b
IJDAG 4 JUNI 1976
I EIDSF COIR ANT
DOOR Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen. Élke
T_ morgen tussen negen en tien uur'kunt u mij telefonisch vertellen wie
IUN u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Het nummer van mijn
PIETERS geduldige telefoon is 071 —12 22 44; u kunt dan naar toestel 19 vragen.
t Nederlands Madrigaalkoor uit Leiden kwam, zong
j overwon. In vier dagen tijd kregen de goed bij
zijnde vrouwen en mannen een Éngels publiek
Jnder. Dat gebeurde in York, de oude munsterstad,
i Hemlvaartsdag tot en met afgelopen zondag. Het
|s een tegenbezoek aan het Chapter House Choir,
op zijn beurt weer naar Leiden komt, het volgend
Br, want zingen verbroedert en verzustert. En zolang
pingt kun je weinig kwaad doen. Hoewel. Hoe dan
|c, ik laat een koorlid aan het woord: Jan Doove,
eerst een paar dagen moest bijkomen alvorens
uitlatingen aangaande „the party" die „over is
y" prijs te geven. Ik ontvang hem graag binnen
I kader van omwegen. De omweg van ht Madrigaal-
pr via York ging recht op het doel af. Dat wel.
~n zeer geslaagde concert-
vertelt Jan Doove me. In
laad: een concertreis: „In
en was het een aaneenscha-
ng van repetities, concerten
jok nog wat vrije tijd. Muzi-
I bezig zijn stond op de eer
plaats. Ook op de boot werd
Jngen tijdens een korte repe-
omdat de burgemeester
York direct na onze aan-
ïst op een officiële ontvangst
pist worden toegezongen. Zo
];g de goede hoofd-Yorker te
Len met de gezongen vraag
fflarom de boeren de pap zo
dun maken" (zetting van Felix
de Nobel), om daarna te kunnen
constateren, dat iedereen zich
wilde „verblyden in desen soe-
ten tyt". Volgens Jan Doove vol
deed de ontvangst in de Guild
hall aan de verwachtingen: „De
burgemeester sprak versleten
zinnen van welkom. Er werden
erg lang formele handen ge
schud omdat fotografen een
plaatje moesten schieten. De
plantsoenendienst had een goe
de versiering aangebracht, die
op de exacte tijd van het sche
ma werd weggehaald ten over
staan van de gasten. „Tijd is
geld", moet men gedacht heb
ben".
Doove beschrijft voorts hoe de
ere-voorzitter van het Madn-
gaalkoor, P. Schrama, schitter
de in zijn dankwoorden aan
York. „Hij deed dat op een hem
eigen wijze, tot genoegen ook
van de burgemeester, die voor
de zoveelste keer moest probe
ren om zijn koffiekopje op de
grond te zetten. Het is misschien
een suggestie voor het volgende
bezoek aan York om de stad een
bijzettafeltje aan te bieden in
plaats van de meer gebruikelij
ke brieven van burgemeesters
aan elkaar".
Op de avond van Hemelvaarts
dag zong het Madrigaalkoor in
de Maria-priorij te Malton voor
het eerste concert. Een stamp
volle kerk, versierd met bloe
men en reprodukties van schil
derijen van Hollandse meesters:
opgesierde klompen rond een
met bloemen opgetuigde doop
vont. Jan Doove snuift: kitsch.
„Het Madrigaalkoor deed zeer
geïnspireerde dingen, waardoor
het concert beter was dan dat
in Leiden op 11 mei. Dirigent
Jan van der Meer ontving te
recht verdiende hulde, die hij
graag deelde met componist
Herman Strategier, fluitiste
Lous Oosterdijk, sopraan, Est
her Hillinga en organist Henk
Weber, die bepaald niet het ge
makkelijkste orgel te bespelen
kreeg. De leden van het Chapter
House Choir kregen een lesje in
uitspraak van het Latijn. Het
koor, dat vorig jaar een prijs
van de BBC won, viel dit jaar
uit de mand vanwege de uit
spraak.
„Zaterdagmorgen traden beide
koren aan voor een gezamenlij
ke repetitie in de kathedraal.
Voor het eerst in de geschiede
nis betrad een niet-Engels koor
de immens grote Minster om er
te zingen. De vreugde van deze
belevenis kreeg een geduchte
klap, toen een Amerikaanse be
zoeker ter plaatse overleed aan
een hartaanval. „Media vita in
morte sumus": midden in het
leven staan we in de dood. Tij
dens het concert op zaterdag
avond vond ik Mengelbergs
„Media vita" een van de meest
geïnspireerde hoogtepunten van
het concert. Echter naar de me
ning van de Engelse toehoor
ders was de „Echo" van Lassus
het begin van het einde. Je
vraagt je dan af, of de Engelsen
behalve een andere manier van
zingen ook een andere manier
van luisteren en appreciëren
hebben".
„Je kon horen, dat jullie die
Echo volledig beheersen", zei
Doove's gastheer, die in York en
omgeving de faam geniet een
goede bas-solist te zijn, „dat
klonk zo gepolijst". Wanneer er
één werk op het programma
voorkwam dat aan polijsten nog
niet was toegekomen, dan was
het die Echo". Maar Jan Doove
klapte voor Herman Strategier,
die beide koren leidde in zijn
Missa Cathedralis. „Ik zeg niets
ten nadele van Jan van der
Meer. Jan heeft geweldige din
gen met het koor gedaan. Het
is jammer, dat hij weggaat.
Maar het fluïdum dat van Stra
tegier uitgaat wanneer hij staat
te dirigeren, kun je alleen maar
begrijpen wanneer je dat zelf
ooit hebt ervaren. Naast mij in
het koor stond een zanger die
in het Chapter House Choir di
kwijls als solist optreedt. Hij
heeft een prachtige stem, maar
zingt zo scherp als een mes. Op
de repetitie zong hij een kwart
van een maatslag te laat".
„Kijk, ik zal het je uitleggen:
Engelsen zingen nó de slag van
Het Madrigaalkoor tijdens een repetitie in York Minster
een dirigent en Nederlanders
zingen óp de slag. Toen Strate
gier dirigeerde tijdens het con
cert was de stem van die jongen
als fluweel en zong hij en alle
leden van het Yorkse koor de
den dat exact óp de slag. En
dót fluïdum, dat van werkelijk
grote meesters uitgaat, heeft
Strategier. En in de voetsporen
van dat gebeuren, tijdens de
zang van de Missa Cathedralis,
bereikte Andriessens Te Deum
Laudamus iets bovenmenselijks.
Engelse kennissen van mij wa
ren gekomen, al hadden ze er
120 km. voor moeten rijden. Ze
waren blij, dat ze waren geko
men. Andere mensen bedankten
later leden van het koor voor
het concert".
Zaterdagavond na afloop was er
een feest, dat Doove ook met
geen pen wenst te beschrijven.
Twee bevriende koren in een
entourage om jaloers op te zijn:
souper, veel zingen, speechen,
gesinterklaas met cadeaus, ont-
CONCERT
Het Madrigaalkoor treedt mor
genavond op in de St. Lode-
wijkskerk aan de Leidse Steen-
schuur. Men is daartoe uitgeno
digd door de Rotary-club die
vijftig jaar bestaat. Ook het
Leidse Jeugdorkest en diverse
prominente solisten werken aan
het concert mee.
zettend veel gelachen „Korto-
m..ach, laat maar", wappert
Jan Doove weg. Zondagmorgen
vroeg bedwaarts, maar om elf
uur stond het koor al weer klaar
voor de eucharistieviering in de
katholieke kerk aan Dalton Ter-
race. De pastoor was een Ier. De
Madrigaaldames zongen hier de
mis van Jan Mul „als engelen
zang". Ook Psalm 138 van
Sweelinck klonk. Jan Doove:
„Muzikaal gezien was dat een
top van een slot. Daarna zou
nog menig uur volgen. En nu is
het voorbij. Volgend jaar komt
het vervolg, want dan komt het
Chapter House Choir naar Lei
den".
Voor de Engelsen is het dan te
hopen, dat er net zo'n kritische
geest als onze Jan Doove met
hun meereist om daarna de Yor
kers een boekje open te kunnen
doen over mister Vis, die van
het podium in de Leidse burger
zaal struikelde en om te vertel
len, dat Vaughan Williams de
„Haarlemse school" in de scha
duw stelt. Dat is natuurlijk niet
zo, maar een Engelsman zou het
aldus kunnen zien. En dan die
Yorkse koorleden allemaal vóór
de slag zingen en Jan er nó.
J)r. Noorduyn in het instituut.
Vandaag, 125 jaar geleden, werd in Delft opgericht
het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volken
kunde (anno 1976 in één adem KITLV genoemd). In
de Prinsenstad bevond zich de academie waar gouver
nementsambtenaren voor Nederlands tropische ge
biedsdelen een bestuursopleiding ontvingen. De huidi
ge algemeen-secretaris van het te Leiden jubilerend
instituut, dr. J. Noorduyn, die sinds '65 in functie is
en in feite een directeursplaats bekleedt, is er niet
bij geweest zoals hij zegt: „Maar ik neem aan, dat
men terdege besefte, dat het besturen van een kolonie
vereiste, dat men wat van de bevolking afwist. Blijk
baar". In dat besef begon het Koninklijke Instituut
zijn werkzaamheden op een wetenschappelijke basis.
In principe kan iedereen er lid van zijn, maar het
komt er op neer, dat alleen gespecialiseerde en kandi
daatspecialisten er hun kennis komen opsteken. Zij
worden daartoe in de gelegenheid gesteld door de
hoofddoelstelling van het KITLV: bevordering van de
studie van Taalkunde, Letterkunde, Geschiedenis en
dergelijke, betreffende Zuidoost- Azië, Oceanië en het
Caribische gebied, met de nadruk op Indonesië en
Suriname en de Antillen.
Het instituut bereikt die doel
stelling door publikaties van we
tenschappelijk werk op dat ter
rein en door het verzamelen van
literatuur daarover (in de biblio
theek, die 100.000 delen telt aan
literatuur over deze geografi
sche gebieden, volgens dr.
Noorduyn de beste bibliotheek
in Europa over Indonesië) ter
beschikking te stellen van het
onderzoek door studenten en
onderzoekers in het algemeen.
Formeel is het instituut geen
universitaire instelling, „maar",
aldus alg. secretaris Noorduyn,
„sinds 1966 zijn wij door de
Leidse universiteit in dit ge
bouw aan het Stationsplein 10
gehuisvest; de betrekkingen zijn
nauwer geworden".
„Die gouvernementsnoodzaak'is
natuurlijk verleden tijd. In onze
dagen hebben we te maken met
contacten betreffende ontwikke
lingshulp op wetenschappelijk
gebied. Er zijn relaties gelegd
met Indonesiche universiteiten,
zo ontstond ook een groeiende
samenwerking met een instantie
daar inzake „Indonesische stu
dies" (taal, letterkunde, volken
kunde, geschiedenis). Ons insti
tuut heeft tot geruime tijd na de
oorlog met eigen riemen moeten
roeien, maar thans worden we
praktisch geheel gesubsidieerd
door het ministerie van Onder
wijs. Daardoor krijgt het insti
tuut soms ook min of meer offi
ciële regeringsopdrachten in het
kader van het Cultureel Ak
koord tussen Nederland en In
donesië. Aan dat akkoord moe
ten wij inhoud geven", óldus dr.
Noorduyn.
De samenwerking tussen beide
landen op wetenschappelijk ter
rein is voor een behoorlijk deel
gewijd aan bijscholing van In
donesische deskundigen. Dr.
Noorduyn. „We hebben nu bij
voorbeeld een groep Indonesi
sche anthropologen hier die spe
ciale colleges krijgen in hun
vak. Half mei was in Noordwij -
kerhout het eerste congres van
Nederlandse en Indonesische
'geschiedkundigen. Dat zijn alle
maal zaken die van bijzonder
belang zijn voor de goede be
trekkingen tussen de Neder
landse en Indonesische weten
schappelijke wereld, na de min
der plezierige contacten die er
geweest zijn na het ontstaan van
de republiek Indonesia. Het
gaat niet vanzelf, maar we gaan
wel de gewenste richting op,
ook al door die regeringssteun".
Het instituut heeft ook de be
schikking gekregen over docu-
mentatie-afdeling: Modern Indo
nesië en de Geschiedenis van
Indonesië. In een tijdschrift dat
twee keer per jaar verschijnt
worden korte inhoudsopgaven
gegeven van belangrijke pas
verschenen artikelen die betrek
king hebben op Indonesië. Ook
de Carabische afdeling is sterk
op de documentatie gericht. Dr.
Noorduyn: „Surinaamse studen
ten verschijnen hier vaak in de
leeszaal. Van het instituut uit is
ook een cursus Caraïbistiek op
gezet die in verschillende vor-
Het Kon. Instituut voor Taal-,
Land- en Volkenkunde heeft on
geveer 40 personeelsleden in
dienst, onder wie drie Nederlan
ders die in Jakarta een afdeling
vormen teneine in Indonesië
verschijnende publikaties aan te
kopen en naar Nederland door
te zenden. Dr. Noorduyn consta
teert: „Het is eeii heel bedrijf
geworden, duidelijk groter dan
het ooit in zijn 125-jarige ge
schiedenis geweest is. Het ligt
ook in de bedoeling, dat het
instituut wordt ondergebracht
in het nieuwe universitaire com
plex aan de Witte Singel: WSD,
noemen we dat hier, Witte Sin-
gel-Doelen-project. Daar zullen
te zijner tijd onze eigen studen
ten en wetenschappelijke staf,
maar ook de andere Nederland
se universiteiten en de vele bui
tenlandse onderzoekers beter te
recht kunnen dan op het ogen
blik".
ANN
at»
R. 207 B
UDIO Tarzoon, de schande van de jungle (18).
haar Jean Paul Walravens. Regie: Boris Szulzinger.
even en u kunt in de bio-
a een volkomen andere
gïn met aangepaste Jane en
ta zien, dan u nu al mis-
p een halve eeuw op het
doek gewend bént. Geen
?re-lid.°P de brede borst timme-
ielft stf superman, één bonk jun-
welkoii°erheid en viriliteit. Geen
datderdanige Jane, geen toege-
,et eef chimpansee. Nee, de held
irudit F jeugdjaren is nu geheel
net isisterd, een laffe slappeling
april v^ntoffels, te onhandig zelfs
irs iets'-ijn boomwoning te berei-
ij bekllf om van de ene liaan naar
noodzpdere te slingeren. En zijn
mg vai^de oerwoud-yell klinkt
jvoorb^. wanneer hij zich weer
and, F(in de nesten heeft gewerkt
nada pe van angstkreet.
Nog erger is het met Jane ge
steld, die een oversext brok ver
leiding is geworden, voor wie de
vrijwel impotente Tarzan allang
geen partij meer is. En daarop
is de Belgische tekenfilm „Tar
zoon" vooral gericht. Een verge
lijking met „Fritz the Cat"
dringt zich op, maar de makers,
tekenaar Jean-Paul Walravens,
alias Picha, en regisseur Boris
Szulzinger hebben zo'n geheel
eigen stijl, dat iedere vergelij
king mank gaat.
„Tarzoon, de schande van de
jungle" is met Tarzan als anti
held opgezet als een scherpe
eigentijdse zedensatire, die waar
het maar kan taboes doorprikt,
séxuele in de eerste plaats,
maar ook racisme, militairisme,
milieuhygiëne, overbevolking,
noem maar op, komen aan bod.
Scenarioschrijver Pierre Bar
tier, in nauwe samenwerking
met Picha, heeft hierbij geen
blad voor de mond genomen,
ook geen vijgeblad op een ande
re plaats, maar het blijft steeds
amusant. Dat geldt in nog meer
dere mate voor de talloze illus
tratieve grapjes, waarin Picha
zich onuitputtelijk toont, met
knipoogjes naar alle kanten,
Hollywood incluis.
Picha is een trouwe leerling van
„The New Yorker" en een fer
vente aanhanger van Mei
Brooks, de man van „Blazin'
Saddles" en „Young Franken
stein". Zijn karakteristieke te
kentechniek is bij uitstek ge
schikt voor zijn persiflerende
verteltrant. En het is duidelijk,
dat hij Tarzan teder mint, ook
al verguist hij hem schandalig.
Een liefde-haat-verhouding, die
tot een kostelijk resultaat heeft
geleid: Tarzan contra de biljart-
LUXOR De karate brigade (18 met in de hoofdrollen-
Chang Yu, Wang Yu, Kam Kang en Chen Sing. Regie
Wang Yu.
balkale koningin Bazonga. die
met haar legertje phallus-mon-
stertjes de wereld wil veroveren,
Jane laat ontvoeren om haar
weelderige haardos en dan in
haar luchtschip door een steeds
maar blunderende Tarzan on
danks alles toch een kopje klei
ner wordt gemaakt.
Walravans- oftewel Picha (33)
was amper achttien, toen hij al
aan Belgische satirische tijd
schriften meewerkte. Later pu
bliceerde hij in buitenlandse
bladen als „Harpers", „Hara-Ki-
ri", „Time" en „Pardon" en in
ons land in „Vrij Nederland"
cartoons en politieke tekenin
gen. Met „Tarzoon" heeft hij nu
zijn eerste avondvullende speel
film (produktietijd twee jaar)
voltooid. En die hele echte film-
Tarzan uit de jaren dertig,
Johnny Weissmuller, was er zo
mee ingenomen, dat hij zijn
zoon beschikbaar stelde om zijn
stem aan de getekende anti-jun
gleheid te lenen...
Er zit werkelijk nog een vrij
aardig verhaal in de film „De
karate brigade". Hoewel ook
in deze Chinese vechtfilm
roof en doodslag de belang
rijkste ingrediënten zijn, is
het verhaal in de film beslist
aantrekklijker om te volgen
dan in mepig ander vechtfilm-
produkt.
Bezoekers zijn zelfs genood
zaakt om bij enige situaties in
de film hun lachspieren te
activeren. Het gegeven van
waaruit het verhaal is opge
zet, is oud en al even saai: een
roofmoord. De vier hoofdper
sonen zullen de roofmoord
gaan wreken. In eerste instan
tie doen zij dat allen afzonder
lijk. Ze komen echter van een
koude kermis thuis en trek
ken later met vereende kracht
ten strijde. Regisseur Wang
Yu leidt op deze manier het
verhaal naar de natuurlijk
onafwendbare climax.
Volgens de makers van de film
worden in deze filfn nieuwe
vechttechnieken gebruikt. Be
doeld wordt waarschijnlijk
een eiïg uitziende Chinese
persoonlijkheid, die met spe
ren en stokken zijn tegenstan
ders aftuigt. Alvorens deze
Chinees een gevecht aangaat,
verscheurt hij eerst zijn
waaiertje.
H.v.d.P.
kennis te maken met een krant waarin u óók het nieuws uit eiger
omgeving kunt vinden de Leidse Courant. 14 dagen krijgt u rr
toegestuurd, gratis en vrijblijvend, als u nu de bon invult.
dfl.
stuur de
LEIDSE COURANT
zonder verdere verplichting.
adres
woonpl
dagen gratis naar
Stuur deze bon in open envelop,
zonder postzegel naar:
Antwoordnr. 349, Leiden
Leidse Courant
I En Verder...
CAMERA -
(18);
I LIDO - One flew over the
I cuckoo's nest (18);
I TRIANON De drie dagen
I van de Condor (18).
Regisseur Walter Boos blijft
preluderen op het succes van de
REX In Tirol hangen Tiroler sexfilms. Ook dit keer
Easy Rider de slipjes aan de Alpen u u,i1'
(18). Met Franz Muxeneder,
Eva Gross en Jana Sindelar.
Regie: Walter Boos.
rukt hij een blik frivole deernen
open, die hij voorzien van wei
nig kledij jodelend over het bio
scoopdoek laat rennen. Van een
vermakelijke film is uiteraard
geen sprake, daarvoor missen
zowel hij als de spelers te veel
kwaliteit. Liefhebbers van de
Tiroler „kluchten" weten de
weg naar Rex wel te vinden, de
doorsnee bioscoopbezoeker
dient een omweg te maken om
een onsmakelijke vertoning van
mannen in vetlederen korte
broek en dames zonder, te ver
mijden.
W.B.