,PPR SOMS
ZWEMVERENIGING
MET WATERVREES
PvdA-leider Leo Meijer
Leiden Vandaag pre
cies twee jaar geleden
toog Nederland naar de
stembus om nieuwe ge
meenteraden te kiezen.
Op deze dag, 29 mei 1974
werd ook voor Leiden de
politieke toekomst be
paald. Die toekomst zou
bestaan uit een links pro
gramcollege, dat in een
periode van vier jaar zou
laten zien dat het ook
anders kon in Leiden. De
vloer werd aangeveegd
met alles wat liberaal-
confessionele colleges de
jaren daarvoor hadden
gepresteerd. Leiden werd
„rood". Dat was twee
jaar geleden.
Inmiddels zijn we twee
jaar verder en Leiden is
nog altijd „rood". Het
links programcollege is
al half weg en dat geldt
in meer dan een opzicht.
De wethouders Van
Aken, Van Dam, Ooster
man, Tesselaar, Verboom
en Waal hebben er inder
daad de helft van hun rit
zowat opzitten. Aan de
andere kant is de meer
derheid waarmee zij des
tijds aantraden intussen
geslonken door het bre
ken van de PSP in janua
ri. Daarbij tekenen zich
deze dagen nieuwe on
weerswolken boven de
hoofden van het progres
sieve zestal af: op 18 juni
aanstaande beslissen de
PPR-leden over het al
dan niet voortzetten van
de steun aan dit college.
Zoals bekend zetten de
Leidse radikalen hun col
lege in december op ter
mijn. Aan de hand van
drie belangrijke toetsing
scriteria zou de club in
juni opnieuw beoordeeld
worden. Er zou ernst ge
maakt moeten worden
met de democratisering,
met het verbeteren van
de contacten tussen over
heid en burgerij en de
burgerbelangen zouden
niet meer mogen wijken
voor economische belan
gen. Of, zoals PPR-voor-
zitter het stelde in een
interview met de Leidse
Courant van 31 januari:
„Met name het beleid ten
aanzien van de democra
tisering en de inspraak
moet drastisch worden
omgebogen. In juni zul
len we het hele beleid,
opnieuw toetsen. De laat
ste zes maanden zullen
dan echter de doorslag
moeten geven. De mis
sers van de eerste ander-
DOOK;
ARJEN
BKOEKHÜIZEN
half jaar zullen daarin
duidelijk moeten zijn ge
compenseerd. Het moge
lijk ontbreken van blun
ders in die laatste zes
maanden acht ik onvol
doende reden om onze
steun dan nog voort te
zetten".
Dat zei de PPR-voorzitter
toen. zes maanden gele
den. Voordat zijn partij
over drie weken haar be
sluit neemt laten we in
deze kolommen op drie
achtereenvolgende zater
dagen enkele sleutelfigu
ren uit de Leidse gemeen
teraad aan het woord.
Voor een kleine terugblik
op de afgelopen twee jaar
en hun visie op de politie
ke toekomst van de stad.
Vandaag verdedigt de Pv-
dA-fractievoorzitter in de
Leidse gemeenteraad,
Leo Meijer, het voortbe
staan van dit college. Vol
gende week komt de lei
der v,an het CDA in de
raad, mr. H. Driessen aan
het woord en op 12 juni,
zes dagen voordat de
PPR beslist, proberen we
door een vraaggesprek
met een aantal voorlieden
uit deze partij een indruk
te geven van de menings
vorming in deze partij, en
zo mogelijk een voorspel
ling te doen over het ant
woord op de vraag: gaat
dit college binnenkort he
lemaal weg..
Leiden „Ik vind, dat
het college redelijk in
staat is geweest een be
langrijk deel van de ver
wachtingen die ik er van
had te realiseren". Dat
zegt Leo Meijer, de 28-ja
rige full-time fractielei
der van de PvdA in de
Leidse gemeenteraad,
wanneer hij terug kijkt
op twee jaar progressief
bewind.
„In de eerste plaats kenmerkt
deze club zich door een grotere
besluitvaardigheid dan hun
voorgangers. Zaken die onder
vorige colleges jarenlang voort-
sudderden zijn door dit zestal
aangepakt Ik denk aan de ver
koop van gronden in de Leeu
wenhoek aan de universiteit, de
bouw van de runderhal, het
zwembad De Zijl, de Sumatra-
brug, het buurtcentrum in de
Meren wijk en de bebouwing
van het gebied Herengracht/-
Zijlsingel. Daarnaast was er
ruimte voor nieuwe zaken, par
ticuliere initiatieven die dankzij
het inspeten van de wethouders
met éénzelfde politieke achter
grond in Leiden konden worden
binnengehaald: de ijshal en de
Tour de France-start".
„Bovendien heeft het college de
basis gelegd voor een beleid op
langere termijn. De linkse poli
tieke lijn vind ik terug in het
binnenstads- en renovatiebeleid,
daar ligt voor mij het belang
„CDA GAAT DE
LIBERALE KOERS AAN
RECHTERZIJDE VOORBIT'
van een links programcollege:
door het weinige geld dat je
hebt moet je scherpe prioritei
ten stellen, je beleid concentre
ren op belangrijke politieke is
sues om zo de vicieuze cirkel
waarin Leiden zich bevindt te
doorbreken".
Overigens vindt de socialisti
sche fractieleider dat een aantal
beleidspunten pas op langere
termijn zichtbare vruchten zul
len gaan afwerpen, zoals deaan-
pak van de binnenstad.
Van Aken
Dat geldt volgens Meijer ook
voor de daden van wethouder
Van Aken, een van de meest
bekritiseerde figuren uit dit col
lege.
„Wat er in de economische sec
tor moest gebeuren, was alle
maal werk voor één man. Er
was geen ambtelijke ondersteu
ning op het stadhuis beschik
baar. Die komt er pas over eni
ge tijd. Maar toch heeft Van
Aken zich met een enorme inzet
geworpen op het aankopen van
goede contacten met de vakbe
weging en het bedrijfsleven, en
heeft hij zich ingespannen voor
de sierbestrating van de Haar
lemmerstraat, de bouw van de
Sumatrabrug en voor de run
derhal."
En de kwesties waarin hij deze
twee jaren verwikkeld was?
„Voor een groot deel betroffen
die gewoon collegebeleid. Ik ge
loof dat erg veel kwesties min
of meer naar hem zijn toege
schreven. terwijl er nooit sprake
van is geweest dat fractie en
college (onder meer in de zaak-
Endegeest) op verschillende lij
nen zaten".
Ook Verboom met zijn in
spraak en renovatiebeleid,haal
de nog wel eens de verontwaar
diging van met name PPR en
PSP op zijn hals: voor hem was
hij eigenlijk te hard en te eigen
wijs. De oppositie vindt hem
fijTan
!^RD
minderheidscollege, nadat de PSP in januari
Het programcollege van burgemeesters en wethouders. Van links naar rechts: Arie Verboom I van PvdA en PPR/D'66. Eigenlijk een minderheidscollege, nadat de PSP in januariBerS
(volkshuisvesting) Cees Waal (ruimtelijke ordening), Tinus van Aken (economische zaken), WO§
vervolgens de burgemeester geflankeerd door de gemeentesecretaris, en daarnaast Hans Maar dankzij regelmatige steun van deze partij en de CPN en ook door het ontbestl
van Dam (financiën), Dick Tesselaar, (onderwijs, sport en samenlevingsopbouw) en Bert van een krachtige oppositie nog altijd op het wethouderlijk pluche. De vraag is aen
Oosterman (cultuur). Zes wethouders gerecruteerd uit en steunend op de 18 raadsleden voor hoe lang nog?
nscl
5. 1
Merkwaardig
„Ik vind het trouwens merl^O.
waardig dat de PPR zich zMCl
druk maakt over vragen
„heeft de PvdA-fractie wel gfse
noeg kritiek op het college fysc
hebben de PvdA-leden wel g^er
noeg kritiek op de fractie". He*
is me opgevallen dat wethoude
Oosterman zich nog nooit o|W01
een PPR-ledenvergadering heef^u
vertoond. Als er dan zoveel knerg
tiek is op het college, waaroru^,
heeft de PPR dan niet wat meeL v
de fractie en haar eigen wethoifrje
der achter de broek gezeteiL: v
Dat lijkt me eerder een hoofd,tlja
taak dan zich druk maken ove^ Z£
wat de PvdA allemaal wel e^nd(
niet doet".
-
Mi! - - <?-• iw.
i.V:: -;>K V -
i V! JVi-V
Ai
i f iff .ff
v:.
een van de zwakste wethou
ders.
„Volgens mij behartigt Ver
boom de belangen van de mens
waar het om gaat heel goed.
Door z'n hele achtergrond staat
hij van alle wethouders ook het
dichtst bij hen: hij spreekt hun
taal en kent met name de Kooi
als zijn broekzak. Je moet je bij
de inspraak over renovatie al
leen wel afvragen waarover die
inspraak gaat: de bomen
groeien niet tot in de hemel. Er
is voor mij nog wel een verschil
tussen inspraak en je zin krij
gen. De kritiek van het CDA op
Verboom komt alleen maar
voort uit het feit dat ze alleen
voor hem een duidelijke tegen
kandidaat hebben (ex-wethou
der Ham-red)".
Pluche
Een positief oordeel over het
college dus. Maar van de leider
van de PvdA kan je natuurlijk
weinig anders verwachten. Hoe
oordeelt Meijer echter over de
andere partijen in de raad. En
dan met name CDA en VVD.
„De WD opereert in de raad
veel minder dan het CDA uit
rancune over het verloren wet
houdersschap. In tegenstelling
tot het CDA hebben we met de
WD soms goede zakelijke con
tacten. Het CDA heeft de afge
lopen jaren duidelijk op rechts
gekoerst en gaat zelfs de libera
len ter rechterzijde voorbij. Alle
oproepen van onder meer ex-
raadslid PietCr Stróink ten spijt
Ik zie regeren met de WD in
Leiden in deze periode niet zit
ten, maar sluit deze mogelijk
heid voor de toekomst zeker
met uit. Voor de gemeenteraads
verkiezingen van 1978 zulle we
ook met de WD gaan praten
in hoeverre er na de verkiezin
gen samen geregeerd kan wor
den. Uitgangspunt zal dan al
leen wel dit collegebeleid moe
ten zijn. We zijn er niet gaan
zitten omdat pluche zo lekker
aanvoelt, maar omdat we gelo
ven dat dit beleid antwoord
geeft op een aantal problemen
van de stad. Daarom moet dit
beleid ook inzet van de verkie
zingen zijn. En wat het CDA
betreft: het bestaansrecht van
deze partij is mij nog altijd niet
duidelijk. Voorzover ze iets aan
dragen zit er niets bij dat mij
overtuigd van een eigen chris
ten-democratische identiteit".
Toetsen
Nu gaat de PPR op 18 juni een
beslissing nemen: de toetsing
van de daden van het college
aan zijn verkiezingsbeloften.
Wat je van PPR wilt zal ieder
wel duidelijk zijn, de vraag is
alleen of je het ook verwacht
dat ze doorgaan.
„Als je kijkt naar de toetsing
scriteria heeft de PPR geen en
kele reden om de samenwerking
of de steun aan dit college op
te zeggen. Waar ging het om: ze
noemden drie dingen. De in
spraakprocedures, de relatie
overheid-burgerij en het econo
misch beleid in relatie tot de
belangen van burgers. Welnu de
afgelopen periode is er wel de
gelijk aan de inspraak gewerkt,
Er is een werkgroep voor het
uitwerken van de inspraakpro
cedure ingesteld, er ligt een ont
werpregeling van de inspraak
bij topambtenaren. Er worden
wijkraden voorbereid. Ook de
relatie overheid-burgerij is ver
beterd: de besluiten van het col
lege zijn openbaar geworden. Er
komt een informatiecentrum
voor de burgerij in de hal van
het stadhuis. Het probleem van
het niet-beantwoorden van brie
ven is aangepakt en elke vrijdag
kan men in de krant in een
grote advertentie lezen, wat er
allemaal op het stadhuis ge
beurt."
„En wat die economische belan
gen betreft: dat vind ik een
gammele probleemstelling. De
PvdA heeft ook de behartiging
van de belangen van de kleine
middenstand, werknemer en
consument op zich genomen. En
geen 10 partijen ais de PPR
brengen er ons vènaf om dit te
doen. Ook bij de nieuwbouw
van C en en A in de Breestraat
waar hier opgedoeld wordt ging
het om belangen van werkne
mers en consumenten. Daar
staan wij óók voor.
Overigens verwijs ik naar de
laatste begrotingsbehandeling.
In uitstekende samenwerking
tussen de progressieve partijen
is deze verlopen. Daarom zie ik
geen enkele reden voor de PPR
om nu het samenwerkingsver-
Belachelijk
Op de ledenvergadering van de
PPR heb je gezegd dat je van
deze partij een duidelijke be
slissing verwacht. Wat versta je
in dit verband onder „duide
lijk"?
„Ik heb er toen op gewezen dat
de radikalen al zo'n jaar of zes
met de PvdA in Leiden samen
werken. In de vorige periode
zaten ze weliswaar niet in de
raad maar woonden vertegen
woordigers wel steeds de fractie
vergadering van de PvdA bij.
Na zes jaar vind ik dat je wel
eens duidelijk mag zeggen wat
je nu eigenlijk wilt. Hoe zien ze,
als ze breken, de positie van
wethouder Oosterman - hun ei
gen wethouder - en van hun
fractie, die steeds gezegd heeft
zonder samenwerking de PPR-
ideeën niet te kunnen realise
ren? Of willen ze koersen naar
een PPR-meerderheid in de
raad. Mij best, maar laten ze dat
dan zeggen. Ik heb uitgerekend
dat wanneer de PPR er bij elke
verkiezing twee zetels bij zou
krijgen ze in het jaar 2010 de
meerderheid in Leiden zullen
hebben. Laurens Beijen is dan
63 en zou ongetwijfeld een rijp
en bekwaam man zijn om aan
het eerste PPR-college leiding te
geven. Ik bedoel maar: laten ze
zeggen waar het op staat. Bij
een opnieuw uitstellen van de
beslissing maken ze zich volko
men belachelijk."
Behalve een beslissing als bre_
ken of doorgaan zou je
schien een tussenmogelijkheid;
niet uit mogen sluiten. Wat zoc
je daarvan vinden? Ik denk aai
voorwaardelijk of gedeeltelij);
breken."
„Als je zoals de PPR met on
al zes jaar samenwerkt dai
heeft het volgens mij geen enke
le zin een beslissing voorwaar
delijk te nemen en bijvoorbet-U
nog eens een half jaar uit t
stellen. De PPR moet ni
duidebjke keuze maken. Als j-
dat met durft dan functionee
je niet als een politieke partij
De PPR lijkt nog wel eens oj-
een zwemvereniging met water
vrees
En als ze nu het vertrouwen ii
een paar wethouders zouden
opzeggen?
Tan
„Dat zou ik een laf besluit vinïll
den. Bovendien is het in strijd Hi
met de samenwerkingsovereen^ z
komst, die ook de PPR heefkg^
ondertekend, en waarin je
op eigen houtje wijzigingen iir
kunt gaan brengen. Aan de verPCl
vanging van een of meer wet-jck
houders zullen wij op geen emetl
kele wijze meewerken. Ik zoi^qj.
dat een „move" van de PPRcr
vinden om nog enigszins heir
gezicht te redden. Het onttrek]®1"'
ken aan een duidelijke keuzöP»
afwentelen op de ruggen varifd
een paar wethouders" ai"
„Overigens verwacht ik niet datjjgj
het zover zal komen. Ik kan rne_6
niet voorstellen dat Laurens en
Frits (de beide PPR-raadsleden»®1
red.) zich niet zouden houdenlt
aan de samenwerkingsovereen-hg
komst. Bovendien: ze hebbende
nimmer in een fractieberaad de,n
positie van een wethouder ter'
diskussie gesteld, dus zou zo'n'r 1
beslissing voor mij wel uit dek I
lucht komen vallen. De PPR-u\
fractie zou zich zelf een brevet»
van onvermogen geven als ze^n
een breekbesluit van de leden-.,
vergadering zou gaan uitvoeren.
Ze plaatst zich volkomen buiten|"J
spel, net als Anne van de Zande,|
(het PSP-raadslid dat in januari^ d
met het college brak red.) in een^
spek-en-bonen-positie.
,Als de PPR breekt moet ze ookf g€
maar aangeven wat er dan moetLj,
gebeuren: een reconstructie van^g
het college, zoals in Amsterdampf
of verder gaan met een socialis-L^
tisch minderheiscollege dat be-f e
stuurt met wisselende meerder-
heden. Daar zou ik zelf nog hetjgn
meest voor voelen; de kiezers^
kunnen dan over twee jaar oor-tón
delen en ik ben daar zeker nietfen,
benauwd voor