over „Zelfvertrouwen terug' „Grote rustbrenger" ,Team moet groeien" FRITS VAN DER HEIJDEN: KANTEBEEN: 'njBERT KORT: Het laatste voetbal-bolwerk in Leiden wankelt. UVS, na het wegvallen van LFC, Lugdunum en Roodenburg uit de hoogste zondagvoetbal-amateurafdelingen de enige Leidse vertegenwoordiger in de hoofdklasse, maakt moeilijke tijden door. In tegenstelling tot wat de blauwwitten in de loop der seizoenen als gewoonte hadden aangenomen (hoog meedraaien) is UVS nu wel degelijk in degradatiegevaar. Al vanaf de derde wed strijd in de zesentwintig duels tellende monster-compe- Tekst: Gert-Jan Onvlee en Piet van Dam Foto's: Jacques Bavelaar titie (trainer Gerard Dêsar: „Toen wist ik dat we het zwaar zouden krijgen") bungelt de Kikkerpolder-for matie in de onderste regionen van de ranglijst. Ge plaagd door blessures - doelman Wijnand Sloos moest twaalf wedstrijden aan de kant - en spelersproblemen (nieuwkomer John Verschoor vertrok halverwege het jaar naar LFC) leek de degradatie onafwendbaar naderbij te komen. Maar. Er is nog hoop. In de laatste drie wedstrijden tegen hooggeplaatste tegenstanders (Spartaan, Elinkwijk, Unitas) werden vier punten vergaard, waardoor de uitgangsstelling - met het Amsterdamse AFC gedeeld voorlaatste - weer „onverwacht aantrekkelijk" is geworden. Zeker met het duel bij AFC voor de boeg. UVS'ers over UVS. Over oorzaken? gevolgen en toe komstperspectieven. En de vraag: „Kan UVS wel degraderen?" LEIDEN Frits van der Heijden, de 25-jarige aanvallende middenvelder bij UVS. Hij typeert het UVS-van nu eigenlijk het best. Met dezelfde wapens, die UVS momenteel hanteert om de degradatiedans te ontspringen (inzet en mentaliteit) bereikte hij na een tweejarig verblijf in het derde A-juniorenteam van UVS en via het vijfde-, vierde-, derde- en tweede seniorenteam het eerste elftal van UVS („Mijn hartewens als jeugdspeler"). Hij verwacht dat UVS vijf of zes ploegen onder zich zal houden. „Maar het is wat al teveel gezegd, om te stellen dat ik ervan overtuigd ben", voegt hij er iets minder zeker aan toe. Gerard Désar (links in de dug-out): „Optimaal functioneren beetje. De jeugd die doorkomt wil zich met alle geweld en inzet waarmaken, terwijl de ouderen in het team in zo'n situatie ook nog eens een extra-inspanning leveren om zich te handhaven. Maar zo'n effect kan niet eeu wig duren. Vandaar dat ik aan het begin van dit seizoen stelde dat wij met deze spelersgroep een middelmatige hoofdklasser zouden kunnen zijn. Maar dan zou wel iedereen optimaal moe ten functioneren. En dat is, me de door allerlei problemen in de beginfase zeker niet gebeurd". Problemen die grote wrijvingen opleverden. Désar daarover: „Onverwacht grote wrijvingen, zeker voor mij. Problemen tus- „Het is een vreemde ervaring om in degradatiegevaar te ver keren. Ook in de periode, dat het zo slecht ging geloofde je gewoon niet dat je in die positie stond. Het was ook zeker niet zo, dat je toen voor de wedstrijd al mentaal verslagen was. Bij de aftrap ging je spelen alsof je nog in de top meedraaide. Be grijpelijk want je hebt tenslotte nooit in die problemen gezeten. Maar dan liep het in een wed strijd weer tegen en dan ging je meer tegen jezelf lopen voetbal len. We hadden dit ook niet ver wacht. We dachten gewoon in de top te gaan meedraaien. De voorbereiding was uitstekend. Met 22 man hebben we ons als leeuwen uitgesloofd voor een plaatsje in het eerste. En de resultaten in de oefenwedstrij den waren ook niet somber. We begonnen gewoon erg ongeluk kig. We haalden één punt uit zes wedstrijden, maar dat was te gen de ploegen die nu bovenaan staan. Je had een nieuwe achterhoede. De routine ontbrak. Dat was nog niet zo erg totdat weer trainer van UVS) niet, zoals sommige spelers, de wed strijd tegen VUC aanwijst als de ommekeer: „Er zat al een stij gende lijn in. Die kwam ook tegen VUC tot uiting, al verlo ren we toen ongelukkig". Na die wedstrijd tegen VUC gooide Désar wel het tactische roer om. „We zijn toen naar 4-4-2 overgeschakeld. Mattie Kantebeen kwam op dat mo ment in de ploeg. Niet omdat hij nu zo'n veel betere voetballer zou zijn als bijvoorbeeld een Wil Henskens of Theo van Seggelen („Van de nieuwkomers uit LFC tonen Van Seggelen en Hans van Eijgen een goede mentali teit") maar gewoon omdat Mat tie altijd rustig blijft. Hij speelt hoe dan ook z'n eigen spelletje en zo'n man hadden we hard nodig". De ergste „hel" is voor UVS met het oplossen van de problemen, het weer optimaal functioneren van de spelersgroep en het weer behalen van punten nu achter de rug. Ook naar de mening van Désar: „Als we optimaal („Een ander woord is moeilijk te vinden") blijven presteren, dan redden we het dit seizoen zonder meer. Daar durf ik m'n hand voor in het vuur te steken. Maar als er daarentegen weer grote proble men zouden komen, krijgen we het erg moeilijk. Zijn we eigen lijk kansloos..." Sloos: „We degraderen niet...." LEIDEN Mattie Kantebeen. Dertig jaar nu. UVSer in hart en nieren al maakte hij een drie seizoenen durende overstap naar ASC. Nooit bereikte Kantebeen een echt vaste positie in het eerste van UVS. Nu in de laatste drie wedstrijden wel. Als „grote rustbrenger" op het middenveld moet Kantebeen in de 442-for- matie van trainer Gerard Désar de kalmte in de ploeg houden. Ondank*; het ontbreken van een operatief verwijderde meniscus in de linkerknie (en een „kapotte" kruisband aldaar) gaat het Kantebeen opmerkelijk goed af. Kantebeen kwam door de tacti sche omzetting in de ploeg voor linkerspits Wil Henskens („Een vervelende zaak voor die jongen"). „Ach, de grote rustbrenger. Per soonlijk vind ik het een wat overtrekken zaak al hoor je die opmerking van alle kanten. En is het ook wel zo dat we de laatste wedstrijden juist door de tactiek, juist door dat wijkend verdedigen de punten hebben gehaald. Maar, als het seizoen voor UVS wat fortuinlijker was verlopen, hadden ze echt geen Kantebeen, of een andere speler uit het tweede nodig gehad. Ik bedoel maar. Alles is betrekke lijk. Voor UVS komt het natuurlijk goed uit dat ik redelijk draai. Een soort van tegenwicht vorm in een ploeg die misschien als geheel wat teveel voetbaltempe rament heeft. Door mijn erva ring, mijn routine werk ik nivel lerend. Dat wel. Ja, die tactiek. Op een gegeven moment moest er natuurlijk iets gebeuren. Je mag technisch mis schien een knappe ploeg heb ben, maar als je geen punten haalt heb je daar weinig aan. Dus ga je veranderen, meer ver dedigend spelen. Met twee snel le spitsen voor de uitvallen, die daarbij dan nog bergen storend werk moeten verrichten. En veel moeten incasseren. Dat incasseren, dat harde wer ken vormt toch wel een tendens in het huidige voetbal. Je moet gewoon werkers in een elftal hebben. Jongens die negentig minuten blijven gaan. Sommige spelers die vroeger in het eerste speelden, zouden nu juist op die punten wel eens door de mand kunnen vallen. Maar ik besef wel dat ik dan toch een uitzondering ben. Ei genlijk is het een paradox. Ik heb het altijd van voetballen moeten hebben dus ik zou zeker nu minder tot m'n recht moeten komen. Maar ik sta nu wel op Mattie Kantebeen: „Verschillen zijn niet zo groot". een wat uitgebalanceerder plek. Ben misschien ook wat gerijpt UVS zou trouwens op dit mo ment al meer punten moeten hebben. Ik heb het seizoen dan wel niet al te intensief gevolgd, maar de verschillen zijn niet zo groot. Zeker niet in die zin dat UVS zou moeten degraderen. Désar vind ik persoonlijk een goede trainer. Goed, hij zal ook zijn fouten maken. Maar ik zou nu niet kunnen zeggen: dat doet 'ie niet goed. De fricties die dit seizoen zijn ontstaan? Ook wat overtrokken. In elke vereniging komen die' moeilijkheden voor. Maar het is toch een normale zaak dat ie mand het niet redt, niet in dat eerste komt? UVS is op dit moment beslist geen topploeg. Maar ook geer ploeg om te degraderen. Zeke- niet met die ongelooflijk positie ve instelling die de jongens hr gehele seizoen hebben geho den". Wijnand Sloos, de negenentwintig-jarige UVS-doel- speelde ongewild ook een rol in het tot nu toe zo matig seizoen. Al in de tweede wedstrijd tegen VUC werd zijn in tweëen getrapt. Na elf en vier weken gips (Sloos te vroeg weer, met trainen) maakte hij tegen VUC zijn Een ongelukkige nederlaag volgde, maar daarna werden weer punten gehaald. Sloos scoorde tot nu toe vijf punten wedstrijden. Een score die hij niet aan zichzelf toeschrijft, ook hij moet toegeven dat er met zijn vertrek en de komst Drillenburg (drie wedstrijden) en Aad Otto (de resteren- toch wel wat onder de lat veranderde, eens. Ik sta nu al zo'n tien elftal moeten nu wennen a dat eerste. Heb dus wel in dat voetbal. En jongens toevallig niet. hun best gedaan, kan je ook niet vragen, k heb wel het idee dat het heeft gekost dat ik ri stond. Maar degrade- we niet. Zelfs toen we stonden, heb ik Degrade- en afgang Ie hoogste spelen en dan terug Nee, dat kan eigenlijk nog. Als we dit jaar het redden zie ik UVS weer hoge ogen jonge jongens in het hoofdklasse. Dat is normaal. Volgend jaar zijn ze er aan ge wend. Dan verwacht ik ook Theo van Seggelen in het eerste. Dat is de enige van de nieuwkomers die zich het hele seizoen positief heeft opgesteld. Een John Ver schoor bijvoorbeeld viel me wat dat betreft zwaar tegen. En dan later zeggen dat het een kwestie van vriendjespolitiek is. Bela chelijk. Als er iemand een kans van Désar heeft gekregen is het Verschoor wel. Hij is op alle plekken in het elftal gepro beerd. Ik vraag me zelfs af of Gerard hem niet te lang de hand boven het hoofd heeft ge houden. We spelen op dit moment degra datievoetbal. Niet mooi. Maar we moeten punten halen. En op dit moment lukt dat weer. Dus moesten we zo maar doorgaan dit seizoen. Ik ben er nu ook van overtuigd dat als we in een wedstrijd voorkomen, we die wedstrijd ook niet meer verlie zen. Daar is de tactiek ook op gebaseerd. Terecht vind ik. Een slecht sêizoen had ik niet echt verwacht, dit jaar. Maar we hebben ook wel pech gehad. Mijn blessure, andere blessures en ongelukkige nederlagen. Als het eenmaal tegenzit dan blijft het ook tegenzitten. Daar moet Désar het ook wel moeilijk mee hebben. In zo'n eerste seizoen direct alle tegenslag die je maar kan hebben. Maar toch blijven lachen, dat wel. Ik hoop ook dat Gerard volgend jaar blijft. Het is gewoon een goede trainer. Zonder meer. En die problemen dit seizoen? Ik geloof dat dat mede komt doordat we niet naar wens draaien. Bij een ho ger geplaatste club kom je die problemen volgens mij niet te gen. kopgroep van de hoofdklasse A zou kunnen meedraaien. „Dat heb ik ook direct gezegd. We hebben dan wel een selectie die in de breedte sterk kan worden genoemd, maar voldoende top pers waardoor je mee kan spe len om het kampioenschap ont breken". Ook het optimisme dat aan het eind van vorig seizoen de kop opstak toen veelbeloven de talenten als Fred Filippo, Wil Henskens en (eerder) Bert Kort bleken goed te kunnen mee draaien in het eerste team zeven wedstrijden achtereen werd niet verloren werd (toen al) door Gerard Désar niet ge deeld. „Ik ken dat verschijnsel wel een <IDEN Bert Kort eenentwintig jaar. De enige UVS'r, die nog nden heeft met een andere degradatiekandidaat. Speelde als veil jarige nog als jeugdspeler bij Aalsmeer en stapte halverwege scht seizoen over naar het Leidse VNL, waar hij al na enkele pdstrijden in het eerste elftal speelde. Belandde het daaropvol- oinde jaar echter snel bij UVS. Heeft bij dat UVS als middenvel- wir de taak „om de gaten te dichten" en vervult die rol bij de it i idse hoofdmacht al bijna anderhalf jaar. Is ook één van de on ^S'ers, die nooit in een eventuele degradatie geloofd heeft en -ec met zekerheid vanuit gaat dat SDW, AFC, Zilvermeeuwen en enjjalsmeer onder UVS gaan eindigen. I Van onze sportredactie I)EN Gerard Désar, bezig aan zijn eerste seizoen als trainer UVS, zoekt de oorzaken van het (ook voor hem) teleurstellend d- lopen seizoen niet in eerste instantie bij het gebrek aan routine zijn selectiegroep. „Misschien dat het vertrek van wat oudere d. |ers als Balkhoven, Lardé en Leget, wel enigszins in de Staties heeft doorgespeeld. Maar ik zie de echte oorzaak toch "^er in het niet optimaal functioneren van de selectiegroep in 'eerste gedeelte van de competitie. Binnen de selectie vormden groepjes die niet allemaal hetzelfde doel nastreefden. Niet maal trachtten door een optimale inzet werkelijk alles er uit [alen. Waardoor weer de sfeer binnen de groep niet optimaal j en waardoor UVS ook niet zo speelde als het had kunnen nadat ik wat, noem het iopulaire maatregelen had offen (vertrek Verschoor), im die sfeer terug. Nu kan >ok stellen dat UVS er qua italiteit, karakter en inzet weer helemaal is. Qua voetbal niet, maar dat is een ander hoofdstuk". Désar had, in tegenstelling tot de toen heersende gedachte, niet de verwachting dat UVS in de e verdediging was in het be niet op elkaar ingespeeld. John Verschoor klopte het et. Je kan als verdediger na- ürlijk wel aanvallen, maar als verdedigende taken ver iet, dan gaat het fout Van o' )hn kon je niet op aan. Hij P eld geen opdracht Cor Pen- I n inburg is een ouwe rot in het jovik; die kom je als aanvaller 1st et voorbij. De jeugd is op dat mt nog niet ervaren genoeg. ore at moet allemaal nog komen. cho et team moet nog naar elkaar "igroeien. oen Wijnand Sloos uit het elf- verdween was de rust uit de eg. Aad Otto is een goede ^eper, maar is wel kwalitatief linder dan Wijnand. Als je Aad tto op de training bezig ziet dan zeg je gewoon: dat is klasse. Maar hij is nog te onervaren om een verdediging te leiden. Het is ook moeilijk om meteen die overstap van een vierde klasse- vereniging naar een hoofdklas ser te maken. Daar heb ik het zelf ook moeilijk mee gehad. Organiseren is moeilijk en dat ontbrak er in het begin gewoon aan. Wij verliezen nog al snel ons hoofd. Met Mattie Kante been op het middenveld is er meer rust gekomen. Mattie is een vader-figuur. Toen we over schakelden van 4—33 naar 44—2 is het allemaal beter ge gaan. Je hebt meer opvang op het middenveld. Je hebt ook een mannetje over. Zelf speel ik lie ver aanvallend, maar een ploeg heeft nu eenmaal iemand nodig, die de gaten dicht en daar offer ik mij dan voor op. Het verdedi gende voetbal ligt ons toch wel. Bert Kort (6) met Theo van Seggelen: „Nu meer rust op het middenveld". We hebben twee snelle spitsen en die hebben de ruimte nodig. Als je de tegenstander laat ko men, vallen er in hun verdedi ging juist gaten voor die twee. Dus dat systeem moet je voorlo pig blijven spelen. Het blijkt gewoon dat je er punten mee haalt. Ik wil natuurlijk niet zeg gen dat je volgend jaar ook zo moet spelen. Dan moeten we gewoon weer opnieuw beginnen en 4—3—3 spelen. Vorig jaar hoefde je niet verdedigend te spelen, omdat je al veilig stond. We speelden veel vrijer. Nu mag je niks meer riskeren en dat komt het spel natuurlijk niet ten goede. Ik moet wel zeggen, dat we vorig jaar veel geluk had den. Dat je toen wel wedstrijden door een gelukkig doelpunt won. Maar de competitie is an ders geworden. De andere ploe gen zijn feller gaan spelen. Met techniek alleen redt je het niet meer. Je zult zelf ook harder moeten spelen".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 5