„Het moet wel gezellig blijven" Prestaties staan bij TOV niet voorop" ,,Nu pas draaien we naar wens" Martien van der Weijden: Northa en HVS blijven in de running voor kampioenschap AFDELINGSHOEK Biijartkampioen Rini Koetsier: ■Pt Van onze sportredac- ■njflj tie I WOU- BRUGGE Biljarten is typisch geen jeugdsport. Jeugdige ta lenten staan niet te dringen op de stoep bij de Nederlandse Biljart bond. De 19-jarige Rini Koetsier is dan ook de trots van de biljartver eniging „Jacobs-Woude" uit Woubrugge. Vorige week zaterdag behaalde hij in Assen het Neder lands kampioenschap li- bre klein in de vierde klasse. Reden voor het bestuur van „Jacobs- Woude" om hem hier voor vandaag in „het Oude Raedthuys" een re ceptie aan te bieden. Ondanks het feit dat hij in de vier jaar, dat hij zich nu actief met biljaten bezig houdt, achtereenvolgens het kampioenschap van zijn club, het district Rijn en Veenstreek en van het gewest Zuid-Holland binnenhaalde, staat hij bepaald niet te dringen om zichzelf een talent te noemen. Hij: „Daar is is het eigenlijk nog een beetje te vroeg voor. Dat kan je pas zeggen over een jaar of twee, als je echt aan een opmars bezig bent'". De sportieve toekomst van Rini Koetsier is dan ook een vage. Aan het begin van het gesprek lijkt hij het bijzonder ambitieuze biljarttalent, die dan zegt: ,Ik wil proberen zo hoog mogelijk te spelen. Ik wil zo snel mogelijk uit die derde klasse pronoveren en veel trainen als ik daar tenminsten de tijd voo* heb". Later wanneer de competitiewedstrijd Van onze tafeltennismedewerker NOORDWIJK - „Voor TOV is de sociale functie het meest belangrijke punt. Komen er dan nog prestaties bij, dan is dat natuurlijk mooi meegenomer. Maar die prestaties staan niet voorop.' Met die sociale functie bedoelt Martien van der Weijden, voorzi.ter van de Noordwijkse tafeltennisvereriging Tot Ons Vermaak, duidelijk geen streekfunctie. „Vrijwel alle leden komen uit Nooidwijk-binnen; een streekvereniginj is TOV beslist niet." De Noordwijker; startten, evenals vele andere tafeltennisverenigingen, in de vijftiger jaren, 1950 om precies te zijl. Een groepje enthousiastelingen zo'n man of vijf, zes kreeg in het Juvenaat de beschikking over twee tafels. Begon in de vierde klasse en stoomde vrij snel door naar de overgangsklasse. Een klasse waarin de vereniging zich, ondanks militaire-dienst-perikelen van eerste team-spelers wist te handhaven en zelfs werd iri 1966 de hoofdklasse bereikt. De versterkte promotie-degradatieregeling bracht TOV weer terug in de overgangsklasse, maar in het seizoen '74-'7f werd dan de promotie-hoofd-klasse weer gehaald; een afdeling ook waarin TOV zich ook dit se.zoen hoopt te handhaven, al zal het huidige team ondanks de nodige landelijke ervaring het dit jaar nog wel bijzonder moeilijk krijgen. TOV beschikt op dit moment over vijf senioren - en tèn jeugdteams. Geen dames echter. Van der Weijden: „Als de meisjes zo'n zestien, zeventien jaar zijn, wil het tafeltennis door allerla oorzaken wel eens op de achtergrond wordei gedrongen. Dan wordt het lidmaatschap opgezegd en kan je als vereniging eigenlijk weer opnieiw beginnen. Maar op dit moment hebben we toen goede hoop dat er uit de vijf meisjeiteams zeker twee damesploegen komen. Overigens hebben we nu honderdtien leden. Een aanwijzing te meer dat niet alleen het wedstrjdelement de club bijeen houdt, maar dat ook re<reatief veel wordt getennist." Negen jaar terug zette TOV het licht op groen voor d« jeugd. Sindsdien neemt de jeugd bij de Noordvijkers een belangrijke plaats in. Martien van dei Weijden: „We proberen de jeugd goed op te vangen, iets te bieden ook. Er wordt goed tafeltemis gespeeld, maar dat is niet het enige. Ook mtt andere activiteiten proberen we de jeugd \an de straat te houden." Dat er wel degelijk toekomst zit in die jeugd, maakt (fan der Weijden spoedig duidelijk: „Ons eerste neisjesteam speelt nu landelijk, terwijl ze vorig jiar nog in de pupillen uitkwamen. Karin de Haas werd zelfs al door de Bond naar Franknjk uitgezonden en ze behaalde ook al de finale Tan de VTVO-achtkampen." Een uiforeiding van het huidige leden-bestand zit er voor TOV (nog) niet in. „We mogen al blij zijn met ome zaal aan de Bronkhorststraat. Daar kunnen we met moeite vijf tafels en alle leden kwijt Natuurlijk zijn we op zoek naar een echte eigen zaal. Die willen we ook wel kopen, maar daar is subsidie van de gemeente voor nodig. TOV heeft ook net weer een plan ingediend. Voorlopig wachten we eerst de reacties van „Noord-wijk" maar weer af." Van der Weijden, drie jaar terug in het jeugdbestuur van de afdeling gekomen, tevens is hij reserve-bondsraadlid, over het regio-samenwerkingsverband voor de jeugd van NSSS, Docos, Pit '54, Steeds vooruit en TOV dat enige jaren terug is opgericht als tegenhanger van toen al bestaande regioverbanden (Steeds Hoger, DDC en MVO'50— Kioti en Smash): „Dat was gewoon een noodzakelijk iets. We merkten steeds weer dat een gezamenlijk optreden van de verenigingen uit de Leidse regio belangrijk was, dat onzé belangen beter konen worden verdedigd." De samenwerking werd een groot succes. „We hadden er eigenlijk veel eerder mee moeten beginnen. Niet alleen op jeugdleidersvergaderingen staat de Leidse regio nu beter, maar ook op andere vlakken gebeurt er nu veel meer. Een gezamenlijke training in de zaal van NSSS, het regiotoernooi en de nieuwelingencompetitie bijvoorbeeld." Over sponsoring heeft Van der Weijden zo zijn eigen gedachten, niet alleen de spelers en speelsters van een eerste team. Bij TOV hebben we het op dat punt met Tapijtschuur erg goed getroffen. Daarbij komt dat onze naam gewoon TOV is gebleven. Daar ben ik wel blij om. Overigens is sponsoring eigenlijk niet meer weg te denken. Zaalhuur, reiskosten, trainerskosten; al dat soort zaken zou zonder sponsor nauwelijks meer mogelijk zijn. Niet alleen de aardappels zijn duur....." De realisering van een eigen home staat bij Martien van der Weijden in de toekomst voorop: „Ik zal niet eerder opstappen of dit punt moet voor TOV zijn geregeld. Met een eigen accommodatie kunnen we meer bieden, de opvang van de jeugd nog beter ter hand kunnen nemen. En ook de prestaties zullen dan beter kunnen worden. Het is in dit kader erg belangrijk dat de gemeente Noordwijk echt in de bres gaat springen voor de tafeltennissers in de gemeente." Dat er in Noordwijk een TOV-accommodatie kan verrijzen, staat voor Van der Weijden vast. „Kijk alleen maar eens naar Leiden. Toch een armlastige gemeente, kan je zeggen. Maar Scylla en Docos hebben daar wel een eigen home. En je ziet dat ook aan die verenigingen. Docos bijvoorbeeld heeft nu het dubbele aantal leden van wat het eerst had." En tot slot: „Wanneer TOV op redelijke basis een eigen gebouw zou kunnen krijgen zal niet alleen de naam TOV het beter doen, maar ook de opvang van de jeugd kan dan beter worden georganiseerd. En ook de sociale functie, nogmaals onze belangrijkste taak hier in Noordwijk, zal beter, nog beter dan nu, tot uitdrukking kunnen gaan komen." LOEK VAN DEVENTER Meerburg-voorstopper Jan Klein: Van onze handbalmedewerker Leiden Omdat de Leidse Groenoordhal zondag niet beschikbaar is voor het Nederlands Handbalverbond gaan de dames van Bax/Foreholte voor de tweede maal in dit seizoen naar Wassenaar voor het spelen van een thuiswedstrijd. De Voorhoutsen krijgen daar bezoek van BDC uit Soest. De uitwedstrijd werd destijds zonder probleem gewonnen, maar de resultaten van de Soestse dames zijn erg wisselvallig en een verrassing is daarom niet uitgesloten. In de regionale derde klas wordt de spanning met de week groter. Het Haagse AHC heeft van het leidende vijftal het eerst moeten afhaken, zodat nog vier serieuze kandidaten voor het kampioenschap overblijven. Northa is daar een van en zij ontvangt in Noordwijkerhout nu juist die afgehaakte AHC-ploeg. Enerzijds om te bewijzen dat zij niet voor niets kandidaat was, anderzijds om zich te wreken voor de uitschakeling, zal het Northa zeer moeilijk maken. Het Stompwijkse HVS, dat op één punt achter het leidende trio volgt, gaat in de donkere veilinghal van Poeldijk de allerzwaarste wedstrijd van het seizoen tegemoet. Westlandia is met Northa en Ancora 2 de belangrijkste kampioenskandidate, maar als de Stompwijksen winnen zijn de rollen omgedraaid. Bij een verlies voor HVS wordt de achterstand echter te groot, zodat er gewonnen zal moeten worden. De overige damesteams in de afdelingsklasse komen niet binnen de lijnen. Bij de heren slechts enkele wedstrijden, die niet meer van belang zijn voor de klassering. Het duel tussen Wings en Northa is nog wel van belang voor een eervolle tweede p aats. Het Noordwijkse MSV is reeds gedegradeerd en zal weinig in te brengen hebben tegen Kwiek Sport dat reeds kampioen is. San/Satumus kan winnen bij Duinoord in Den Haag, terwijl Rijnstreek in Alphen een overwinning gaat behalen op het Voorschotensek HW. Dames Landel. Ie kl.: 14.00 uur Bax/Foreholte - BDC (Wassenaar); Landel. 3e kl. 14.00 uur Northah - AHC (Noordwijkerhout); 13.00 uur Westlandis - HVS (Poeldijk). HEREN Afd. Ie kl.: 11.50 uur Wings 1 - Northa 1; 11.50 uur MSV 1 - Kwiek Sport 1: Afd. 2e Kl. A. 11.50 uur Duinoord 1 - San/Saturnus 1. Afd. 3e kl. B: 13.30 uur Rijnstreek 1 - HW 1. STANDEN le klasse Raak/Swift 13-24, SEW 13-22, Bax/Foreholte 13-19, SDOL 13-15, BCD 13-13, Volewijckers 13-10, ESCA 13-9, DSVD 13-9, WWV 13-7, Enschede 13-2. 3e klasse: Northa 13-18, Westlandia 13-18, Ancora 2 13-18, HVS 12-15, AHC 13-15, UVG 14-12, DWS 13-10, EHC 13-10, Snelwiek 14-2. De kampioenen promoveren terwijl de 2 onderste degraderen. (Van onze sportredactie) LEIMUIDEN „Nu draaien we eigenlijk pas naar wens. We hebben nu de ideale combinatie van routine en jong talent in het elftal én een heel goede teamgeest. Ja, dit jaar hebben we voor het eerst een hecht team". Deze woorden betreffen het standaardteam van voetbalvereniging Meerburg. Het lijken grootse woorden, maar ze komen uit de mond van Jan Klein. En dan kunnen ze best waar zijn. Deze 28-jarige voorstopper van de Rijndijkers is niet alleen bescheiden en afkerig van overdreven uitspraken, hij kan er ook over oordelen: „Ik ben nu aan mijn elfde seizoen in het eerste bezig en ik ben er eigenlijk nooit uit geweest. En bijna altijd voorstopper. Dat bevalt me eigenlijk wel. Het is wel een ondankbare taak, want je staat in dienst van het elftal en je bent afhankelijk van wat de midvoor doet. Maar ik hoef niet zo nodig op te vallen". Meerburg leek aanvankelijk hoge ogen te gaan gooien in de eerste aflevering van de Gouds/Leidse combinatie-kompetitie. Nu staat de ploeg op een zesde plaats met vijf verliespunten meer dan koploper Kickers '69. Jan Klein daarover: „We zijn te goed gestart. We haalden zeven punten uit de eerste vier wedstrijden. De tegenstanders waren toen gewaarschuwd. Maar ook de jonge spelers in ons elftal gingen er te gemakkelijk over denken. Zo van: „het lukt ons hier in het eerste team ook wel". Toen verloren we dan ook prompt zes. zeven punten achter elkaar". Dat Meerburg nu weer de balans heeft teruggevonden, is volgens de ervaren voorstopper voor een groot deel te danken aan de inbreng van trainer Nohlen: „Hij is een vakman. Door zijn deskundigheid en zijn rustige karakter heeft hij greep op onze groep". Nohlen, vorig jaar trainer van Alphia, heeft om een oude kern (Jan Klein, Thijs de Wit, Rini v. Veen, Kees de Rooy) een ander Meerburg gebouwd. Daarbij kon hij voortbouwen op het werk van zijn voorganger Bekkering, die spelers als Peter en Paul v.d. Heiden, Peter Romijn en Hannie Paulides op het „grotere" werk voorbereidde. Bovendien keerden Ger Straathof en Jan Zandbergen van Roodenburg terug en vatte ook Chris v. Mil, na een jaar op non-actief te hebben gestaan, weer de voetbaldraad op. Dit Meerburg staat zondag aanstaande voor een sleutelwedstrijd tegen koploper Kickers. Bij winst wordt de theoretische achterstand teruggebracht tot drie punten, maar Jan Klein realiseert zich ook de gevolgen van een nederlaag: „Als we verliezen, hebben we de boot gemist". Voor Jan Klein heeft dit duel nog een extra-dimensie. Sinds enkele jaren woont hij namelijk in Leimuiden, als Meerburger onder de Kickers. Hij wordt er echter niet nerveus van, zijn huidige plaatsgenoten op het veld te moeten bestrijden: „Een koploper motiveert altijd. Misschien speelt het wel meer in mijn achterhoofd maar eigenlijk kijk ik er tegenaan als bij een normale wedstrijd". Zijn verhuizing is ook geen reden geweest om van club te veranderen, hoewel hij al eens door Kickers is benaderd: „Ik heb er ook wel eens over gedacht, maar er is nog altijd iets meer wat me aan de Rijndijk bindt. Er is gewoon een goede clubgeest bij Meerburg. Er zijn in ons team momenteel wel zes spelers die elders zijn gaan wonen, maar die toch bij Meerburg zijn blijven spelen. Dat zegt al genoeg, geloof ik". ROEN V.D. GEEST PROGNOSES: Groep A: Stompwijkse Boys—ZLC 1; Floreant—Leidse Boys 1; Esto—Alphense Boys 2; Alphia—RVC 1; Soccer Boys—Nicolaas Boys 1; Oranje Groen—KRV 3; VTL—Warmunda 1. Groep B: Schoonhoven—Oudewater 3; Meerburg—Kickers 1: Weteringse Boys—VNL 1; Bergambacht—DOSR 1; Unitas Leiden—Gouderak 2; Nieuwerkerk—VNA 1: VVOA—Ammerstol 1. Eerste klas zaterdag: Lisse—Oegstgeest 3: Hazerswoudse Boys—Balken '68 1; VVSB—LSVV 1; GWS—Kagia 1: KRV—SVOW 2; Leiden-Woubrugge 3. —Tweede klas: Alphia—MVKV 2; Stompwijkse Boys—Abbenes 1; SVLV-VNL 1; Unitas-SJZ 3; Kickers-Meerburg 2. Gouda: Bodegraven—Gouda 1; Floreant—Rijnstreek 3: Siveo—WDS 2. Stand van de prognoses tot nu toe: 1 Ruud de Groot (ZLC) (61.11%); 2 Vic Boutier (VTL) 57.69%; Rob de Roo (Hazerswoudse Boys) 56.66%; 4 Joop Straver (VVOA) 53.33%: 5 Ed Langereis (SVOW), Piet Paauw (Oegstgeest). Hans de Rijk (Kickers '69) en Frans Bahlmann (Alphense Boys) 50%: 9 Pim v.d. Meer 48.38%; 10 Matthieu v. Winsen (Warmunda) 43.33%; 11 Daaf Holswilder (Oranje Groen) 33.33%. Martien van der Weijden: „Niet alleen de aardappels zijn duur. Rini Koetsier: „Ik heb eigenlijk niet de ambitie zo snel mogelijk door te stoten". van „Jacobs-Woude" (hijzelf speelt nog in het tweede team: „mijn gemiddelde is nog niet hoog genoeg") r eds is begonnen, wordt die uitspraak beduiend terug gedraaid. Dan zegt hij: „Ik heb eigenlijk niet die ambitie om zo snel mogelijk door te stoten. Ik zie wel "hoever ik kom. In feite is het nu nog niet zo'n serieuze aangelegenheid. Wil rustig opklimmen, maar het moet wel gezellig blijven. Het is tenslotte een ontspanning. De ere-klasse is geloof ik ook niet haalbaar. Dan zou je elke dag moeten trainen en ik denk niet dat ik daar de tijd voor heb". Rini Koetsier is een realist. Ook na dat behaalde Nederlandse kampioenschap in de vierde („Ik was doodvermoeid. Ik ben maandag de gehele dag in bed gebleven. Vond mijn baas niet erg. Hij is zelf een liefhebber van biljarten en werkt erg mee") weet hij snel op te sommen wat er nog aan zijn spel ontbreekt. Hij: „Pikeren en masseren kan ik eigenlijk helemaal nog niet. Dat heb ik tijdens het Nederlandse kampioenschap ook geen enkele maal geprobeerd. Ik zie mij al missen en uitgelachen worden. Er zijn op onze vereniging ook weinig mensen het wel kunnen. In mijn team is er slechts één man, die het mij zou kunnen leren, maar die heeft er geen tijd voor. Het kleine spel moet ik ook beter leren beheersen. Verdedigen doe ik nog niet. Laatst speelde ik tegen iemand, die bijna helemaal niet aan stoot kwam en tegen mij zei: jij let wel erg op jouw verdediging, hé? Rini Koetsier weet dat trainingsarbeid bitter noodzaak is. Dit is bij hem een zwakke schakel in de keten. Hij: „Ik train ongeveer zes uur per week. Gewoon allerlei dingen zelf uitproberen al dan niet met een clubgenoot. Ik heb geen speciale trainer. Helaas niet, want dat zou ik best willen. Binnenkort valt er op mijn eigen vereniging niet veel meer te leren. Dat maakt het juist zo moeilijk om naar de top door te stoten. Je zou dan naar een andere vereniging, bijvoorbeeld de „Vergulde Vos" in Rijpwetering moeten overstappen. Daar heb je iemand, die een partij in één peur kan uitmaken en een gemiddelde van 20-30 speelt. Ma ar ik wil het hier eerst nog een jaartje of twee afwachten en beetje routine krijgen. Het trainen in een café is ook wel een belemmering. We zouden graag een eigen ruimte hebben met twee biljarts. Daar zijn we al vier jaar voor bezig. Het gemeentebestuur heeft er echter niet veel belangstelling voor. We zijn met 20 leden uiteindelijk maar een kleine vereniging. Het gemis aan een eigen speelruimte is voor de biljartsport ook altijd al een groot nadeel geweest. Daarom is het ook geen echte jeugdsport. Ouders zagen nu eenmaal niet zo graag dat hun kinderen al zo vroeg in de kroeg kwamen". Ondanks die beperkte trainingsmogelijkheden voerde hij sinds oktober vorig jaar zijn gemiddelde op van 1.89 tot 2.49 op het Nederlandse kampioenschap. „Dat vind ik vrij goed van mijzelf. Daar heb ik echt op getraind. Ik veroor in Assen alleen de laatste wedstrijd. Ik was de avond daarvoor al kampioen geworden. We hebben toen meteen een knap feestje gebouwd en kan daarom de laatste wedstrijd nou niet bepaald geconcentreerd spelen". Die verbetering van zijn eigen moyenne moet ook voor hem een indicatie, zijn geweest, dat hij een talentvolle speler is. Zelf zegt hij immers: „Je moet het ergens wel in je vingers hebben. Als je na een jaar nog hetzelfde gemiddelde zou spelen kun je beter ophouden". Vandaar die voorspelling over zijn spel in de derde klasse: „Van het eerste jaar in de derde klasse stel ik mij niet zoveel voor, maar ik verwacht wel dat ik over 2 jaar in de top kan meedraaien". PIET VAN DAM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 5