4 Schikgodinnen spinnen onze levensdraden ■IV 1 li «B E a Oplossing vorige puzzel LEIDSE COURANT ZATERDAG 24 JANUARI 197f Dr. Pluizer vraagt uw aandacht De prijswinnaars van de puzzel van vorige week zijn: Twaalf gulden vijftig: M. J. Witteman, Slotlaan 6, Sassenheim. Zeven gulden vijftig: P. v.d. Broek, Kerkstraat 80. Noordwijkerhout. Vijf gulden: Mej. H. Vesseur, Kerkstraat 76. Oude-Wetering. De prijzen worden binnen drie weken per cheque toegezonden. Leidse Courant, Postbus 11, Leiden. HORIZONTAAL: 132 zoutig vocht 1 twijg 134 insekteneter 5 ruzie 135 deel v.h. gelaat 10 jong dier 136 Noorse godheid 13 zeegod 138 lichaam 15 Oostzeehaven 139 waterplant 16 tijdelijk gebruik 140 boom 18 niet goed doorbakken 142 rustig 20 zijriv. v.d. Elbe 144 voegwoord 22 nauw 145 belemmering 24 pl. in Gelderland 147 voorzetsel 25 overwinning 149 soort stof 26 toverheks 150 woonschip 28 vogel 152 geslacht 29 vreemde munt 154 brandbaar koord 30 boom 156 uitroep 32 scheepseigenaar 158 paardje 34 eirond 159 boom 36 Service National d'Emi- 161 speels gration (afk.) 163 woonschip 38 boom 164 ongetemd 40 uitroep v. vreugde 165 middel tegen hoest 41 doelpunt 167 insekt 42 voorzetsel 168 pl. in de N.O.polder 44 tweede gewas 169 plant 46 veerkracht 170 godheid 47 elektr. geladen deeltje 172 hoofddeksel 48 pl. in Zwitserland 174 maand 49 drinkgerei 175 verlies 51 kleurling 176 looimiddel 53 ruilmiddel 178 delfstof 54 naarling 179 sporeplant 57 opschudding 181 titel 59 tussenzetsel 183 pl. in Noord-Brabant 60 Ned. rivier 185 riv. op Sumatra 61 veelh. zoogdier 186 bederf in hout 64 pl. in Spanje 187 slagader 66 soort 188 deel v.d. voet 67 herkauwer 189 bedaard 69 jongere broer of zuster 190 boodschapper 70 ingewijde 191 kommer 72 pl. in Drente 74 Amerikaanse filmprijs VERTICAAL: 76 tennisterm 1 Europese hoofdstad 78 vlaktemaat 2 verliesgevend 79 bewerkte dierehuid 3 Ind. chinees 81 ogenblik 4 muziekinstrument 82 kostbare stof 6 viervoeter 84 koraaleiland 7 gewicht 86 onbep. telwoord 8 pl. op de Veluwe 88 leerling 9 Russisch gebergte 90 op deze plaats 10 oogholte 91 water in Utrecht 11 riv. in Spanje 93 metaal 12 rij 95 voortdurend 14 schrijflijn 96 insekt 15 oud Spaanse munt 97 duif 17 loflied 99 waardepapier 19 gevoelvol 100 zeegod 21 koren 101 zwemvogel 23 vlaktemaat 102 hetzelfde 26 rechtvleugelig insekt 103 waardeloos voorwerp 27 onderdak 106 uitstekend 31 soort stof 109 klaar 33 ogenblik 112 een weinig 35 voorzetsel 113 pausennaam 114 vordering 116 hoogste punt 117 stuur 119 wijnsoort 121 Ned. schrijver 123 lichaamsdeel 125 uiteinde 126 projectiel 127 behaagziek 129 priem 131 keurig 36 peilstift 37 peulvrucht 39 klamp 42 ogenblik 43 broeikas 45 plaag 48 schoorsteenkap 50 kruipend dier 52 tuin 53 grappig 55 deel v. Azië 56 ambtshalve 58 schaakterm 60 buitenverblijf bij Apel doorn 62 familielid 63 iemand van adel 65 berg op Kreta 68 vangwerktuig 71 jaartelling 72 alvorens 73 klap 75 klein vertrek 76 pl. in Noord-Holland 77 kunststuk 79 riv. in Rusland 80 Germ, letterteken 82 Ierland 83 staatshoofd 85 Europeaan 87 vrouwelijk haartooisel 89 gemeentedienst 90 raamscherm 92 gemeenschappelijke weide 94 godin 96 af en toe 98 vogeleigenschap 100 zelfkant 104 ver onder de grond 105 Europeaan 107 pl. in Ned. Limburg 108 klinknageltje 110 zeehond 111 pl. in Ned. Limburg 113 dun metalen plaatje 115 regime 118 opbrengst 119 kledingstuk 120 rekenopgave 121 schel 122 groente 124 aanvankelijk 126 oude vrouw 128 graan 130 vruchtenat 133 treuzelaar 135 hengelbenodigdheid 136 tuinbloem 137 voedsel 140 vogelprodukt 141 kerkgezang 143 schoeisel 144 grote bijl 145 helper in nood 146 pl. in Noord-Holland 148 oude doek 149 tegenvaller 151 recht stuk v.e. vaart 152 ruilmiddel 153 Ind. vaste fuik 155 vochtig 157 melkwol 158 kilheid 160 Europees land 162 beving, trilling (muz.) 164 roep v.e. schildwacht 166 fijngemaakt voedsel 168 voegwoord 169 troep honden 171 adellijke woning 173 speelgoed 174 vreemde munt 177 melkklier 180 handwerksman 182 totaal 184 zuiver gewicht 185 wees gegroet 186 onbepaald vnw. Bridgen In de BOLS Bridge Tip competitie van dit jaar is de vierde bijdrage afkomstig van de Zwitser Jean Bess9. Besse is een van de beste Europese spelers uit het na-oor- logse tijdperk en zijn vindingrijk heid wordt slechts geëvenaard door giganten als Karl Schneider, Terence Reese en Jan Wohlin. Hij heeft een aantal vernieuwingen aangebracht in natuurlijke biedsys- temen en maakt sinds jaar en dag deel uit van het Zwitserse nationa le team, dat in internationale wed strijden meestal hoge ogen gooit. In 1954 werd hij door het Franse team uitgenodigd deel uit te ma ken van het team dat Europa verte genwoordigde in de strijd om het wereldkampioenschap tegen Noord-Amerika. Zijn Tip luidt: „Let op uw troefsla- gen" en zijn verhaal: „Bobby Fi scher zei eens: „U heeft een hele goede zet gevonden. Mooi! Dit is het moment om nog eens na te denken: er is waarschijnlijk een betere." Bobby had het natuurlijk over schaken, maar zijn advies is ook in het bridgespel van toepas sing en vooral in de situatie waar de verdediging de kans heeft een gemakkelijke troefslag te maken. Speters leren al gauw dat het niet overtroeven van de vrouw met H 10 x achter A V B xxx van de leider twee slagen oplevert, maar het hierna volgende is minder be kend. Het betreft het geval waarin de verdediger met de kortere of zwakkere troefkaarten een slag kan winnen met dezelfde taktiek. Zie diagram. Zuid moet vier schoppen spelen en oost heeft harten geboden. West komt uit met harten 10 en oost speelt de drie hoge kaarten in die kleur uit. Als west de derde slag met de vrouw troeft, maakt de leider zijn 9 2 <96 5 OAHV43 A H 5 4 V 7 ü10 7 o 10 9 8 7 2 B 9 6 2 ♦nes u, -OA H V 9 8 2 - o B 5 2 *10 8 Een tweede voorbeeld: A B 10 8 4 3 OB 4 3 06 V 7 3 contract gemakkelijk, door in noord een ruitentje af te gooien en vervolgens schoppenheer er uit te snijden. Veel beter is het voor west om zelf een ruiten weg te doen op de derde hartenslag. Noord kan welis waar troeven, maar hierna gaan er twee troefslagen verloren voor de leider en daarmee het contract. V 2 08 6 OH B95 *V 1097 6 A 9 N *H 8 3 OV 3 2 w"n 09 7 o V 4 3 2 7U OA 10 7 6 A H 5 4 c *B 8 3 2 Zuid speelt vier schoppen. West komt uit met klaveraas, die zuid troeft. Hierna volgen hartenaas, -heer en een derde harten die in noord met de vrouw wordt ge troefd. Troeft oost over, dan wordt het contract gemaakt; doet hij dat niet, dan gaat zuid down". In de Griekse mythologie spon nen de schikgodinnen de levens draden van de sterfelijke men sen. Sommigen kregen een lan ge levensdraad mee, anderen slechts een korte. De Chinese filosofen hielden er dezelfde me ning op na. Ook zij spraken van een oer-energie, van een ance- strale energie die men bij de geboorte meekreeg. Deze energie, die geërfd werd van de ouders, kon niet ver meerderd worden maar moest wel voortdurend onderhouden worden door de hemelse energie van de lucht en de aardse ener gie van het voedsel. Ook op dit ogenblik houden we er nog dezelfde opvattingen op na, alleen vertalen we alles in de taal van de twintigste eeuw. Het verhaal klinkt nu als volgt: de mens krijgt bij zijn geboorte een uniek pak erfelijke kenmer ken mee. Deze zijn afkomstig zowel van de vader als van de moeder. Sommigen worden rij kelijk bedeeld, anderen moeten het stellen met de kruimels. De biologische mogelijkheden liggen reeds vast bij de geboorte en zijn op een ongelooflijk inge wikkelde manier gecodeerd in de chromosomen, gelegen in de celkern. Onder de mikroscoop kan men deze chromosonen bekijken en in kaart brengen. Het zijn, met wat zin voor ro mantiek, de levensdraden waar over de oude Grieken reeds spraken. Wat er nu van deze erfelijke mogelijkheden gaat terecht ko men hangt in grote mate af van de invloed van het milieu. In een gunstig milieu zullen ze volledig aan bod komen; in een ongunstige omgeving zal er geen totale verwezenlijking zijn. Bij een erg ongunstige gebeurtenis, zoals een zware infektieziekte of ongeval, kan de draad van de erfelijkheid zelfs vroegtijdig af- MEDISCHE RUBRIEK breken. Maar langer leven dan zijn biologische potenties blijft alleszins onmogelijk. Dit geldt zowel voor ieder afzonderlijk als voor de mens als soort De biologische grens van de menselijke soort ligt rond de honderd jaar. Sommige dieren leven langer, maar de meeste veel korter. Wanneer de moderne genees kunde met veel bazuingeschal verkondigt dat het leven gedu rende deze eeuw flink verlengd werd, dan moet men deze bewe ring wel even nemen met een korreltje zout Het biologisch einde werd niet verschoven naar een latere leeftijd, bv. 120 of 130 jaar. Wel kenden we deze eeuw een toename van de gemiddelde leeftijd van ongeveer 25 jaar, althans in de geïndustrialiseerde landen, maar deze winst was hoofdzakelijk te danken aan een duidelijke vermindering van de kindersterfte. Jonge mensen en vooral zuige lingen hebben nu veel betere levenskansen, maar naargelang men stijgt in leeftijd wordt de winst kleiner en kleiner. Kortom, oude mensen sterven nog evenveel als in het begin van deze eeuw en hun gemiddel de leeftijd gaat er niet meer op vooruitMen ziet nu reeds in sommige geïndustrialiseerde landen een plafond en zelfs een lichte achteruitgang van de ge middelde leeftijd. Intussen heeft er zich wel een grondige evolutie voorgedaan op gebied van de sterfte. Sommige ziekten eisen nu een veel zwaardere tol dan vroeger. De hart- en bloedvaatziekten blijven stijgen, evenals de sterf te door kanker. Ook de ongevallen blijven in stijgende lijn gaan. Gelukkig liep de sterfte door infektieziek- ten terug tot één tiende van het cijfer in 1900. Hetzelfde kan ge zegd worden van de prenatale sterfte, d.w.z. de sterfte rond de geboorte. We zitten nu met een zeer kleine reeks van zeer dode lijke ziekten, namelijk hart- en bloedvaten, kanker en chroni sche aandoeningen van de luchtwegen en ongevallen. Voor al de eerste twee zijn grote kil lers en ondanks alle inspannin gen wordt de toekomst er niet rooskleuriger op. Hartziekten en kanker behandelen is lofwaar dig maar dit zal deze kwalen niet uitroeien. De vijand zit nu van binnen, in tegenstelling tot de infektieziek- ten waar de aanvaller, de virus sen en de bakteriën, ons van buiten belagen. Anderzijds staat men ook nog maar in de kinderschoenen wat de preventie van kanker' en hart- en bloedvaatziekten be treft. Het is allemaal zo buiten gewoon ingewikkeld en iedere vondst brengt wel een beetje meer licht maar terzelfdertijd nog veel meer schaduw. We verwachten dan ook de eer ste jaren geen revolutionaire doorbraak die in de praktijk onmiddellijk van toepassing zal worden. Vroeg of laat zal men er niettemin iets preventiefs op vinden. De gemiddelde leeftijd zal dan een enorme sprong vooruit maken. Meer mensen zullen dan hun levensdraad ver der kunnen afrollen zonder hem echter langer te maken. De bio logische grens van onze soort verschuiven zal wel een uitda ging worden voor de volgende Schaken door W. Muhring Een selectie maken uit de talloze toernooi- en matchpartijen van het afgelopen jaar is een verrukkelijke en intellectuele bezigheid, die mij mateloos boeit. Het is in feite on mogelijk om de beste partij aan te geven. Ook bij schaakpartijen doen zich smaakverschillen voor. Zo zal de één getroffen worden door een verrassend nieuwtje in de opening, weer een ander door een intuïtief uitgevoerde combinatie. Het is mogelijk bewondering te hebben voor een perfecte verdedi ging of een subtiel eindspel. In de onderstaande partij offert de zwartspeler in de opening een pion om daarna op weergaloze wijze zijn bewegingsvrijheid uit te buiten met een kostelijk torenoffer. Wit: Vagan|an Zwart: Planlnc Gespeeld te Hastings 1975 1. d2-d4, Pg8-f6 2. c2-c4, c7-c5 3. Pg1-f3, c5xd4 4. Pf3xd4, e7-e6 5. Pb1-c3. Lf8-b4 (Mogelijk is ook 5Pc6) 6. Pd4-b5 (De voorkeur verdient 6. Ld2 of 6. 93) 6. <H) 7. a2-a3, Lb4xc3+ 8. Pb5xc3, d7-d5 (Er is nu een gelijke stelling ont staan) 9. Lc1-g5, h7-h6 10. Lg5xf6, Dd8xf6 11. c4xd5. e6xd5 12. Dd1xd5 (Levensgevaarlijk. Wit verwaarloost zijn ontwikkeling. Juist was 12. e3. Wit dacht het pionoffer te kunnen accepteren, maar de gevolgen wij zen uit dat zijn ovenwegingen on gegrond zijn) 12.Tf8-d8 13. Dd5-f3 (De voorkeur verdiende 13. Db3) 13Df6-b6! 14. Tal-dl, Td8xd1 15. Pc3xd1. Pb8-c6 16. Df3-e3, Pc6-d4 17. De3-e8+, Kg8-h7 18. e2-e3, Pd4-c2+ 19. Ke1-d2 19Lc8-f5!l! (De ontknoping. Met dit geweldige torenoffer wordt wit binnen enkele zetten tot overgave gedwongen) 20. De8xa8. Db6-d6+, 21. Kd2-c1, Pc2-a1 22. Da8xb7 Stelling na 19. Ke1-d2 I i. w m m (Op 22. Lc4 volgt 22. Dc5 23. b3. Pb3:+) 22Dd6-c7!!+ en wit moest zich gewonnen geven. Schaakdellcatesse Wit; Kg1, De3. Td1. Td5 pi; b2. c3. f2. g2. h2 Zwart: Kg8, Dc7, Ta8, Td8 pi: a5, b5, b3, f7, g7, h7 Wit aan zet en wint In deze aan de partij tussen Minic en Honfi ontleende positie ge speeld te Vrnjacka Banja 1966 kan de witspeler met een bekende combinatie winnen. Bekend, om dat het motief vele malen voor komt en leerzaam is voor elke practische schaakspeler. Oplossing schaakdellcatesse Wit won als volgt: 1. Da7!l en het is afgelopen. (Men zie: 1Td5: 2. Da8:+ of 1Tdc8 2. Dc7:, Tc7: 3. Td8+). De bijzonder interessante speel- trant van de Leidse dammer Drs. Evert Bronstring. trok ook in het vorige maand gehouden Internatio nale Suikerdamtoernooi weer veel aandacht. Deze zeer creatief dam mende wiskundeleraar heeft al ve le gerenommeerde spelers in grote moeilijkheden gebracht en een aantal van hen in verloren stellin gen gemanoeuvreerd. Jammer is het dat Bronstring zo vaak vergeet om de kroon op zijn werk te zetten door op de beslissende momenten niet toe te slaan. Hierdoor zijn al vele voor hem gewonnen standen in remise geëindigd. En een zo creatieve stijl verdient eer! Ook Iser Koeperman kon van een en ander profiteren zoals uit onder staande partij uit de vijfde ronde blijkt. I. Koeperman (Rusl.) wit, Drs. E. Bronstring (Ned.) zwart. Amster dam, 22 december 1975. 1. 32—28 20—25 zo, dat is eens wat anders dan 19—23 2.37—32 14-20 3. 41-37 10-14 4. 46—41 5—10 5. 31—27 17—21 6. 36—31 21—26 7. 41-36 19-24 een echte Bronstring-voortzetting want ge bruikelijk in deze variant is 20—24. 8. 34-30 25x34 9. 39x19 13x24 10. 44—39 9-13 11. 40-34 1 4-19 12. 45—40 10-14 13. 34-29 3-9 4. 4034 18—22; geen nieuwe maar wel weinig gehanteerde strategie, waar zwart hier succes mee gaat boeken, maar dat lag ook aan het tegenspel van wit. 15 27x18 13x22 16 28x17 11x22 17. 31-27 22x31 18. 36x27; het gelijktijdig bezetten door Freek Gordijn van de velden 27 en 29 brengt vaak moeilijkheden mee. Wit kon vereenvoudigen door 3430. Na zwart 20-25 29x20 25x34 39x30 14x34 kan wit 33—28 spelen. 18...8—13 1 9. 32-28 1 2-18 20. 47—41 er dreigt 18—23 7—11 21. 49—44 18-22 22. 27x18 13 x22 23. 28x17 11x22 24. 38-32; weer kon wit hier met 34—30 vervolgen om dan na 20-25 29x20 25x34 39x30 14x34 meet 4439 voort te zetten met een goede stand 24. ...6—11 heel slim. Als wit nu denkt 33—28 te kunnen spelen volgt: 22x33 29x38 26-31 37x26 24—29 34x23 19x46! 25. 41—36 nog steeds kon 3430. De weg die wit kiest brengt moeilijkheden. 25. ...11—17 26. 32-27 22x31 27. 36x27 wit volhardt in het gelijktijdig bezetten van de velden 27 en 29; 27. 17-21 28. 37-32 1-7 29. 42-37 7—12 30. 29—23 dat is vrijwel gedwongen; 19x28 31. 33x22 14-19 32. 50-45 9-13 33. 34-29 24x33 34. 39x28 zwart staat beter en in dit soort posities is Bron string trefzeker; 20—24 35. 44 40 niet sterk. In aanmerking komt 45—40-34. 15—20 36. 43-39 20—25 wit komt niet tot 39—34. 37. 48-43 12-18 38. 40-34 18-23 39. 34—30 25x34 40. 39x30 zie diagram. In de diagrampositie levert het uit spelen van de tempi voor zwart niets op. Bv. 2—8 4540 4—9 40-34 9-14 43-38 8—12 en zwart heeft niets. Daarom zoekt zwart het in de vergroting van zijn speelruimte en vervolgt met: 40. .23—291 50—44 8-12 22—17 12—18 17—11 16x7 27x16 18—22 44—39 13-19 39-33 19-23 33—28 22x33 32—27 29—33 en zwart wint. 50. 50—44? Hier moest 25-20. 50. ...12—13? weer laat zwart zijn kans voorbij gaan want nog was 9—14 gewonnen. 51. 25-20 18-23 52. 44-39 23-29 53. 22-17 21x12 54. 39-33 29x38 55. 32x43 12-17 56. 43-39 13-18 57. 39—34 17—22 58. 20-14 22x42 59. 14x3 42-47 60. 3-14 18-22 61. 34—30 en hier werd tot remise besloten. Dit eind spel is voor zwart niet te winnen. Op 24—29 met de dreiging 29—33 en 23—28 is wit gedwongen tot de twee om twee door 37—31 want op 43—38 verliest wit door: 41. 43-38 4—9 42. 45—40 2—8 43. 30-25 (op 40-34 29x40 35x44 volgt 23—29) 9-14 44. 40—34 29x40 45. 35x44 23-29 enz. Maar het is de twee om twee ruil die zwart heeft doen besluiten tot de tekstzet. 41 45—40 zwart kan nu de volgende combinatie nemen: 13-18 22x13 19x8 30x19 29-34 40x29 26-31 37x17 8-12 17x8 2x31 maar de resterende drie te gen drie kan zwart net niet win nen. 41....2—8 42. 30—25 sterker voor wit was hier 43—39 29—33 40-34 33x44 34-29 24x33 28x50. Nu komt hij zeker verloren te Staan 42. 4—9 43. 40—34 29x40 44. 35x44 24-29 45. 44—40 19-24 46. 43-39 29-33 47. 40-34 33x44 48. 34-29 24x33 49. 28x50 8—12? En hier verzuimde zwart te winnen door: 9—14 1^.1 1 At 8 .1 w, m m s Tot besluit weer een damprobleem ter oplossing. Het is een composi tie van J. Kimkes met als opgave: Oplossing vraagstuk C. Hovius uit de vorige rubriek: 1. 37—31 19x39 2. 42-37 36x27 3. 48—43 39x48 4. 3731 48x9 5. 31x4.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1976 | | pagina 14