De
kerststal
is
weer in
Kerstmis
en
de nieuwe
levensstijl
KERSTMIS 1975
dr. C. H. Koetsier
aan de ene kant grote moeite
het dagelijks leven voor te
stellen, maar aan de andere
kant deed men dit op geïdea
liseerde, veel te „mooie" wij
ze. Men heeft waarschijnlijk
in de vele herbergen van die
tijd niet zo volop en zo lek
ker gegeten als bij de kerst
groepen het geval is en op de
markten zal men wellicht zel
den zoveel en zulke fraaie
dingen hebben verhandeld.
De gezichten en handen van
de personages waren mees
terwerkjes van houtsnij- en
later van boetseerkunst,
waarbij de gezichtjes minu
tieus werden beschilderd met
een zeer fijn glacis, hetgeen
hun een sterke uitdrukkings
kracht verleende. De figuren
zelf waren buigzaam en kon
den in'verschillende standen
worden geplaatst, terwijl aan
de kledij grote zorg werd
besteed.
Dergelijke grote en kostbare
kerstgroepen worden thans
niet meer gemaakt. Maar
toch is het in Napels tegen
de kersttijd in bepaalde stra
ten van de oude binnenstad
een drukte van belang, wan
neer iedereen zijn kerststal
met één of meer „pastori"
(herders, maar ook verzamel
naam voor al de personages
die bij een kribbe behoren,
vergelijk de Franse „san
tons", santjes, kleine heili
gen) wil uitbreiden. Ook
moeten elk jaar weer nieuw
groen, mos en takken wor
den gezocht of gekocht om
de steil op te bouwen. De
kerststal zoals wij die in Ne
derland kennen, bestaat
meestal uit een stal met een
bepaald aantal figuren: de
heilige familie, een paar her
ders met hun schaapjes en
de Drie Koningen. Bij de
echte volkskribbe zoals men
die in Napéls en de Franse
Provence kent is het aantal
figuren werkelijk eindeloos.
Bovendien bezit elke familie
wel een aantal „pastori",
maar meestal geen „stal",
daar men die elk jaar op
nieuw bouwt. Meestal.is daar
het gehele gezin mee bezig en
vaak wordt er een gehele
kamer ook bij kleinbehuis-
Weet u het nog, van twee jaar geleden?
Wij zaten in een crisis. Nederland was
getroffen door de olieboycot. Minister-pre
sident Den Uyl sprak ons toe voor de
beeldbuis. In woorden die veel weg had
den van een dagsluiting kondigde hij aan
dat wij moesten bezuinigen. De benzine
zou op de bon gaan en wij moesten onze
dierbare auto's zondags laten staan. Het
waren geen populaire maatregelen, die de
regering moest nemen. Maar het kon niet
anders, het zou ook nooit meer worden
zoals vroeger, benadrukte de premier. Wij
moesten ons instellen op een soberder
leven. Nederland was enkele maanden
diep onder de indruk. Wij zetten de ver
warming een paar graden lager, deden
's avonds de gordijnen dicht en gingen
vroeg naar bed. Wij ontdekten dat de
autoloze zondag ook goede kanten had: er
werd weer meer gewandeld en we hadden
meer tijd voor een praatje met de buren.
Ons kerstfeest was wat minder weelderig
maar misschien wèl zo gezellig. We ston
den wat meer stil bij de honger en de
armoede in de wereld en hadden wat meer
oog voor eenzaamheid en leed van onze
medemens. Nee, er zaten toch niet alleen
negatieve kanten aan die oliecrisis. De
Arabische oliesjeiks bewezen ons ergens
een dienst: Wij kwamen tot het inzicht dat
meer welvaart ook niet alles is.
Intussen zijn we weer twee jaar verder. Is
er nog iets over van het bewustzijn van
die bijzondere decembermaand? Of is alles
toch weer zoals van ouds; een Kerst zonder
veel problemen voor de meesten van ons.
Nu ja, er zijn meer werklozen dan anders,
en meer Surinamers. Maar er wordt toch
voor ze gezorgd? In de kerken is wel iets
blijven hangen. De oliecrisis Was geen
rimpel, die weer glad gestreken is. In de
kerken is sindsdien een aktie op gang
gekomen, die bekend staat onder de naam
„Nieuwe Levensstijl". Er was vóór 1973 al
iets komende: de onrust over onze huidige
manier van leven in de westerse wereld
nam toe. Vanuit verschillende hoeken.
Mensen, die erg bezig waren met ontwikke
lingssamenwerking, stuitte het steeds meer
tegen de borst, dat in de arme landen
mensen van honger omkomen, terwijl in
de rijke landen massa's voedsel worden
weggegooid. Anderen maakten zich in toe
nemende mate zorgen over het bederf van
het milieu. Meren en rivieren stinken,
mooie landschappen worden verwoest
door de aanleg van autowegen, de lucht
wordt verpest door de stank van chemi
sche industrieën. Kortom, wij stinken erin.
Deskundigen waarschuwden ons dat de
grondstoffen van onze aarde niet onuitput
telijk zijn. Wij zijn aan het potverteren.
Terwijl de armen in deze wereld nog niet
aan de welvaart hebben kunnen proeven,
zeggen de rijken straks: sorry jongens, het
is op. Dat is niet leuk, noch voor onze
mede-aardbewoners in de „derde wereld",
noch voor de komende generaties. Voeg
daar nog eens bij de enorme groei van de
wereldbevolking en de voedseltekorten en
u hebt voldoende redenen om van een
crisisstemming te spreken.
Vanuit die verschillende motieven vonden
christenen in de kerken elkaar in de aktie
voor vernieuwing van onze levensstijl.
Waarom is vernieuwing nodig, juist in de
westerse welvaartsstaten? Omdat veel van
de problemen, waar de wereld mee tobt,
hun oorzaak vinden in ons deel van de
wereld.
Neem nu het grondstoffengebruik. Dat is
vooral hier met sprongen gestegen. Met als
resultaat dat de Verenigde Staten, met
slechts 6% van de wereldbevolking, 40%
van het grondstoffenverbruik voor hun
rekening nemen. Als er ergens bezuinigd
moet worden, dan wel in de rijke landen.
In diezelfde landen vinden we ook de
grootste industrialisatie en dus de ernstig
ste aantasting van de natuur.
Onze samenleving wordt terecht genoemd
een consumptiemaatschappij, wat inhoudt
dat het opvoeren van de consumptie van
DOOR
LID VAN DE WERKGROEP
NIEUWE LEVENSSTIJL VAN
DE RAAD VAN KERKEN
leggen over hun manier van kopen om tol
•een gezamenlijke vorm van koopgedrag
komen.
Een van de gevaren, die de aktie „Nieuws
Levensstijl" bedreigen, is, dat r
staan bij wat versobering in het persoon
lijk leven: wat minder luxe, wat meer
de fiets, wat zuiniger met gas en elektrici
teit. Daarmee houdt men het dan weei
voor gezien. Men vergeet dan dat velen,
ook in onze eigen samenleving, helemaal
geen luxe kennen. Men vergeet ook dat
grote veranderingen moeten plaatsvindea
in het maatschappelijk leven. Ombuiging
van de ekonomie naar een menswaardiger
wijze van produceren en consumeren
vraagt om politieke maatregelen. Daarom
is de aktie „Nieuwe Levensstijl" geen a-po
litieke aktie, maar zij tracht juist het
telijke klimaat aan te kweken, waardoor
die politieke veranderingen door de bevol
king gewild en aanvaard worden. Van hel
persoonlijke dus doorstoten naar het
tieke handelen. Dat is een lange weg, die
soms moedeloos en hopeloos maakt.
De voedingsbodem van deze aktie kan dan
ook niet in oppervlakkige redeneringen
liggen, die de alctie binnen korte tijd weer
uit de mode zullen doen zijn. De aktie moe'
daarentegen wortelen in het geloof in Je
zus Christus, de Zoon van God, van wie
wij met Kerstfeest vieren, dat hij mens is
geworden met en voor ons. Het Woord is
vlees geworden, dat is niets minder dal III
dat Hij onder ons is komen wonen, onze
bestaanswijze heeft aangenomen. Sterker
nog: Zijn levensstijl is die van de volstrek
te dienstbaarheid, het zich volkomen geven
tot verlossing van de mensheid, die ten
onder gaat aan de door haar zelf opgeroe
pen problemen.
Daarom is het helemaal niet zo vreemd)
dat ik u in de Kerstdagen kom storen met
de oproep tot die nieuwe levensstijl. Want
er loopt een regelrechte lijn van de won
derlijke geboorte in Bethlehem naar
wedergeboorte van mensen, die om Chris
tus wil zich willen laten vernieuwen tot een
leven dat de gerechtigheid en de naasten
liefde in woord en daad wil dienen.
LEKTUÜR:
1975 no. C van Kerk-in-Forma-
tie van de Geref. Kerken, Leus
den.
„Door het oog van de naald",
uitg. Centrale voor Vormings
werk-Hervormde Vrouwen
dienst, Driebergen.
„Naar een Nieuwe Levensstijl"
Ecclesia jrg. 1974/75, De Hor-
stink, Amersfoort.
Deze terracotta herder
is afkomstig van Sicilië,
een en al uitdrukking. Hij
behoort tot de collectie
van dr. Houtzager.
den mee gevuld. En hoe
veel zinvoller is het dan niet
de afbeelding van het kerst
gebeuren samen op te bou
wen dan het optuigen van
een „sfeervolle" kerstboom,
waaronder dan als een soort
erbij passend attribuut, het
„kerstkribbetje" wordt neer
gezet.
Vanuit Napels verbreidde de
kerststal zich over de hele
wereld, mede dank zij de
missionarissen. In Mexico is
hij anders dan in Afrika,
maar het wezenlijke, het af
beelden van de geboorte van
Christus blijft behouden. Op
merkelijk is slechts dat in de
volkskunst de materialen
van het land of de streek
gebruikt worden.
ROTTERDAM. Tot de
vroegste jeugdherinneringen
van velen behoort het mo
ment dat een grote karton
nen doos van zolder gehaald
werd buiten was het dan
vroeg donker en in de woon
kamer hing de sfeer van de
gezellige televisieloze win
teravond bij een laaiende
haardkachel waaruit be
hoedzaam in vloeipapier
verpakte beeldjes werden
gehaald. Van spanning
schrille kinderstemmetjes:
„Dat is een koning", „Nou
komt de herder met het
schaapje". En dan later de
stille bewondering als de
kerststal eenmaal stond, de
glitterster in top. En dan
moeder: „Naar bed jongens,
je kunt de stal nog zien tot
na Driekoningen".
Jeugdherinneringen. De
brandende kaarsjes voor de
stal, de kerstliedjes, men zag
het niet meer zo zitten. Uiter
lijkheden die tot een periode
van schijnchristendom be
hoorden, zeiden sommigen.
Zoetelijke kitsch die over
leefd is, zeiden anderen. Het
resultaat was hetzelfde: toen
de schrille kinderstemmetjes
sonore bassen waren gewor
den bleef de kartonnen doos
op zolder. De kerststal werd
niet meer gezet. Het leek of
een traditie die al uit de zes
tiende eeuw stamt, een
abrupt einde had gevonden.
Hoe roeriger in de katholieke
kerk, hoe stiller rond de
kerststal. Zo stil dat winkels
die van oudsher een redelij
ke collectie kerststallen in
huis hadden, niet eens meer
inkochten. De import uit
Duitsland, Oostenrijk en Ita
lië bedroeg nog maar enkele
stuks. Dat was het diepte
punt, enkele jaren terug. Nu,
sinds vorig jaar is er plotse
ling weer een grote vraag
naar kerststallen.
De specialist van vader op
zoon, Jutte in Rotterdam,
spreekt zelfs van een hausse.
„En bijna allemaal zijn de
kopers onder de dertig", zegt
hij. „Het opvallende is ook
dat zeker een derde van deze
klanten niet katholiek is. Er
zijn erbij die aarzelend naar
me toekomen en zeggen: Me
neer, ik ben niet katholiek,
vindt u het nou niet gek dat
ik een kerststal koop?"
Zijn winkel geeft een ruim
beeld te zien van wat er weer
aan stallen en stalletjes is.
Van dertig gulden tot en met
3500 gulden. Van gips, terra
cotta, kunststof, hout en
welk ander materiaal dan
ook waarin figuren te vor
men zijn. Sommige beeldjes
verraden meteen het land
van herkomst. Zoete kleuren
uit Italië, wat rustiger uit
Duitsland. Een ding valt op,
dat er in de loop der tijden
zo weinig veranderd is. De
voorstellingen zijn nog pre
cies eender. Van een mode
tendens valt weinig te mer
ken. Misschien is er zelfs
eeuwenlang niets veranderd
in de figuren rond de kerst
stal, want vele beeldjes heb
ben nog het ontroerend 'naie-
ve van de volkskunst van
eeuwen her, toen de kerst
stal, oorspronkelijk ontstaan
als verstilling van het kerke
lijk toneel, het mysteriespel
waarin Christus' geboorte
aanschouwelijk werd voorge
steld, via de huiskapel van
de rijken naar de huizen van
de eenvoudige bevolking ver
huisde. Dat gebeurde het
eerst in Italië, maar later ook
in andere landen van Zuid
en Midden-Europa. Nog later
volgden Duitsland en Oos
tenrijk, en nog later de Lage
Landen. Het zou echter nog
enkele eeuwen duren voor
met recht van een bloeiperio
de gesproken kon worden.
Dr. Maria Elisabeth Houtza
ger uit Utrecht, die een unie
ke collectie kerststallen uit
de gehele wereld opbouwde
en de geschiedenis ervan be
studeerde vermeldt het vol
gende erover.
In Napels valt de bloeitijd
van de kerststallen in de
18de eeuw en wel voorname
lijk na 1734, het jaar waarin
Karei III van Bourbon, zoon
van Philips V van Spanje,
koning van Napels werd. De
negentienjarige koning had
evenals zijn vader, een grote
devotie voor de Heilige
Nacht, en, uit deze devotie
voortkomend, een levendige
interesse voor de kerststal.
Hij gaf kunstenaars op
dracht voor hem te werken.
Zo ontstonden de wereldbe
roemde Napolitaanse, barok
ke, kerststallen.
Men beperkt zich dan niet
meer tot het geboortetafereel
alleen, waar inmiddels de
Drie Koningen, de drie wijze
mannen uit het oosten, reeds
waren bijgekomen zij wa
ren althans „op weg". Er ko
men ook allerlei tonelen bij,
die min of meer met de ge
boorte in verband staan om
het geheel „echter", realisti
scher te maken. Zo ontstaat
bijkans een hele stad, hoog
tegen de bergen opgebouwd,
een situatie, waarmee men in
Napels uiteraard vertrouwd
was.
Een belangrijk onderdeel
blijft de herberg, er was im
mers voor Maria en Jozef
„geen plaats in de herberg".
Nauw daarmee verbonden is
de markt waar het leven van
alledag van de hele stad
wordt weergegeven, o.a. door
de handelaars met hun vele
waren, de kopers beladen
met hun inkopen, de hand
werkslieden en de vele die
ren. De 18de eeuwse kerst
groep had een wonderlijke
graad van romantiserende
realiteit bereikt. Men gaf zich
Zo vinden we kerstgroepen
van hout in de bergen en in
bosrijke streken, van klei en
leem in de buurt van rivie
ren, van riet en biezen dicht
bij meren. Bamboe kerststal
len in het Verre Oosten,
waar het bamboegras groeit,
en van kurk in Portugal, het
land van de kurkeik.
Nu komt de kerststal dan
weer terug in Nederland, he
laas weinig als volkskunstob
ject. Gaat het de nieuwe ko
per om de voorstelling, om
het romantische van de
kunststof-beelden? Of komt
er toch een nieuwe tendens
naar het hebben van iets
moois, een kunstwerk.
De heer Jutte: „De echte
kunst, zoals de houtgesneden
beelden, is wel erg duur. De
meesten houden het bij de
goedkope kunststof-beelden,
want het mag niet te veel
kosten en het moet toch der
tig jaar meegaan. Maar wat
maakt het uit. De klanten
komen weer met drommen
in de winkel". De kerststal is
weer in.
GERARD CRONÉ
goederen een van de voornaamste doelen
is. Hoe meer er geconsumeerd kan worden,
hoe meer er geproduceerd wordt. Hogere
consumptie en produktie jagen elkaar op,
het besteedbaar inkomen stijgt en dus c
welvaart. De grotere behoefte aan goede
ren is best te begrijpen vanuit de schaar
ste, die wij nog zo'n 25 jaar geleden gekem
hebben. Maar nu dringt het besef door dat
wij niet door kunnen blijven gaan me
groeien of het gaat ten koste van onherstel
bare schade aan deze wereld en van hen,
die erop wonen.
Vanuit deze overtuiging deed de Raad van
Kerken in november vorig jaar een klem
mend beroep op de kerkleden tot
vernieuwing van de levensstijl. Die oproei
is bij sommigen wat eenzijdig overgeko|
men. De aandacht is misschien te
gevallen op de vastendag als een vleeslo2
dag. Zo'n dag bedoelt niet anders te zijn]
dan een teken, waarmee benadrukt word'
dat niet alleen die dag, maar eigenlijk het,
hele leven anders zou moeten. Minder be
paald door jachten en jagen, minder door|
geld en goed. Daarom gaat het in
„nieuwe levensstijl" bepaald niet om
zuiniger leven, maar om een anders omj
gaan met tijd, medemens, de dingen e
natuur.
De aktie heeft een geweldige weerklai
gevonden in de kerken. Op tal van plaat I
sen worden avonden gehouden om met
elkaar van gedachten te wisselen over de I
oproep. Vele nieuwe groepen zijn gevon
rondom het thema.
Op landelijk niveau wordt de aktie bege-ll
leid door een Werkgroep van de Raad van| j
Kerken, die om de paar maanden kod
met, wat heet, een nieuwe injektie. DaWl
nieuw materiaal voor de bezinning. Zo(|
in november verschenen de uitgave ,,B
dingsgewoonten". Daarin worden bijvoor
beeld allerlei praktische suggesties gedaan
voor een veel bewuster omgaan met kost-t
bare energie, zoals elektriciteit en g
van de ideeën, die gelanceerd worden, is
het opzetten van een consumentenkring, 'I
een groepje mensen, die met elkaar over- b
Pure volkskunst, deze koningen uit Peru, gemaakt van papier-maché en gips.
SORRÏ J0NQ£IIS.
ftllES IS op-