Twee nieuwe
Nederlandse
speelfilms
MET
STELLING
TERUG
NAAR
MIDDEL
EEUWEN
KERSTWEEK BRENGT
KOMEDIE EN KIJKSPEL IN
BASSET
WATSON
KNAPT
ZWARE
WERK OP
Hoofdrolspeler George Bruens torst 'n 140 kilo wegende ezel. „Het was
'n lief dier, maar op den duur wel zwaar".
Het voor de Nederlandse speel
film toch al 20 vruchtbare 1975
we moeten tot de tijd van
de zwijgende film teruggaan
om zo'n jaarproductie te regi
streren krijgt in de kerst
week z'n bekroning als liefst
twee films tegelijk in première
gaan. Het zijn „Sherlock Jones"
van Nikolai van der Heyde en
„Elckerlijc" van Jos Stelling,
die precies 'n jaar geleden met
„Mariken van Nieumeghen"
zo'n verrassend regiedebuut
maakte. En alsof deze dubbel-
première nog niet genceg is
gaat in België de co-productie
met onze zuiderburen „Pallie
ter" van Roland Verhavert in
eerste vertoning.
Gaat het werkelijk zo goed met
de Nederlands!alige film? Te
oordelen naar het aantal verto-
ningsweken dat een Nederland
se film dit jaar gemiddeld haal
de zou men het tegendeel veron
derstellen. De tijd dat „Blue mo
vie", „Turks fruit" en „Wat zien
ik" maandenlang rijen belang
stellenden naar de kassa trok
ken is nu echt wel voorbij en
het is oppassen geblazen willen
we met ons nationale filmpro
duct niet in het slop geraken
zoals in de jaren vijftig gebeur
de.
Regisseur Jos Stelling meent
een manier gevonden te hebben
om in ons kleine landje films te
kunnen blijven maken. „Ik wil
natuurlijk niet zeggen dat het
niet anders kén" voegt hij er
onmiddellijk vergoelijkend aan
toe, „maar wil je het niet in de
papieren laten lopen, dan zul je
toch van vrijwilligers moeten
hebben, die allemaal 'n aandeel
tje in de film kopen en bij even
tuele winst daarvan dan ook
hun deel uitbetaald krijgen. Met
„Mariken" zijn we zo'n beetje
uit de kosten en nu gaan de
aandeeltjes wat opleveren. Ik
heb van Mariken overigens veel
geleerd. Ik was er alles bij el
kaar zeven jaar mee bezig, maar
naarmate ik vorderde ging het
ook sneller. „Elckerlijc" kon
daardoor met de opgedane rou
tine in drie weken en nog zo'n
vijf zes weekends opgenomen
worden. Ik heb één op één ge
schoten, wat wil zeggen dat ik
geen opname heb overgemaakt.
Daardoor konden de kosten be
perkt worden tot 600.000 gulden.
Welk deel daarvan door het pro
ductiefonds wordt gedragen
mag ik niet zeggen", 'n Eenvou
dig rekensommetje en je kunt
ongeveer vermoeden hoeveel die
bijdrage was, maar officiële
cijfers mogen de producenten
nu eenmaal niet noemen.
Aan „Elckerlijc" hebben net als
bij „Mariken" weer 'n hele lijst
vrijwilligers meegewerkt. „Ik
heb 'n hekel aan beroepsac
teurs" zegt Stelling, die na deze
uitspraak meteen weer 'n beetje
in z'n schulp kruipt door te
zeggen „Ik bedoel, ik weet niets
van toneel en heb geen affiniteit
tot de acteurs die in dat wereld
je rondlopen. Het woord ama
teur heeft een nare bijsmaak in
het Nederlands en voor mij zijn
al die mensen die in mijn film
spelen dan ook allemaal ac
teurs. Ik heb diverse rollen in
mijn film, die nooit door 'n be
roepsacteur zo overtuigend ge
speeld zouden kunnen worden:
éénogigen en éénbenigen bij
voorbeeld.
Waarom Stelling na Mariken
weer de middeleeuwen opzocht?
„Ach kijk 'ns. Elckerlijc is een
symbool. Je zou hem ook naar
het heden kunnen verplaatsen
tegen een modern flatge
bouw of een oud grachtenhuis.
Ik geloof dat je met de midde
leeuwen zolang je maar geen
plastic in je kostuums verwerkt
het meest universeel bent.
Niemand is objectief en als je
zo lang als wij met het ver
schijnsel Elckerlijc aan 't rond
lopen bent wordt het eindresul-
gruwelijke details in dan in Ma
riken".
Terwijl het Nederlandse publiek
met de Kerst dus zijn aandacht
kan verdelen, beleeft ten zuiden
van onze landsgrenzen nog een
film zijn eerste vertoning, waar
in het Nederlandse aandeel toch
ook niet gering is.
Roland Verhavert, de regisseur
van „De loteling", heeft zich dit
keer op Felix Timmermans'
„Pallieter" geworpen. Hugo
Claus tekende voor het scenario
en de dialogen, Pim Heytman
stond achter de camera en de
aan de Haagse comedie verbon
den Antwerpse acteur Eddy
Brugman vervult de titelrol.
Verhavert over zijn Pallieter:
„Omdat het boek in zijn oor-"
spronkelijke vorm bijna niet te
verfilmen was hebben wij een
beroep gedaan op Hugo Claus.
Timmermans' held wordt uit
zijn folkloristische sfeer wegge
haald. De film is een dichterlij
ke documentaire over 'n man
voor wie de zon de crème van
het leven is. "Eerder een levens
kunstenaar dan een levensgenie
ter".
Claus situeert Pallieter in een
stad. Nadat Pallieters vrouw
zelfmoord heeft gepleegd, stort
Pallieter geestelijk en lichame
lijk ineen. Zijn vriend, de schil
der Fransoo neemt hem mee
naar het platteland waar Pallie
ter onder de hoede van diens
zuster Chariot geneest. Pallieter
geniet er van de natuur en leert
er bovendien een jong meisje
kennen. Aan het slot trekt Pal
lieter echter na enig tumult over
de aanleg van een spoorweg en
'n eventuele kanalisering van de
Nete toch net als in het boek de
wijde wereld in.
Regisseur Verhavert en Eddy
Brugman waren het onmiddel
lijk eens over de wijze waarop
de Pallieter-figuur zou moeten
worden uitgebeeld. „Het is in
elk geval niet de vrolijke, oubol
lige knaap geworden, die stee
vast rond de bierkruik hangt of
alsmaar door de velden draaft.
Het is niet de Pallieter die zijn
leven alleen maar vult met
vlaaien en rijstepap. Maar het
is wel de levensgenieter zoals hij
door Felix Timmermans werd
beschreven. Het is een figuur
om over na te denken. Ook van
daag nog. Het vrolijke karakter
dat we vanzelfsprekend in de
film hebben bewaard zit niet
zozeer in de Pallieter-figuur zelf,
dan wel in de situaties waarin
hij zich terugvindt. Het zijn
vooral de dingen rond Pallieter
en zijn verhouding tot die din
gen, die mijn film beurtelings
plezant en melancholisch ma
ken", aldus Roland Verhavert,
die daarmee precies de midden
weg bewandelt tussen de beide
filmgenres, die met Kerstmis in
Nederland in première gaan.
Drie Nederlandstalige produc
ten. Is het niet 'n beetje te veel
van het goede? Versnipperen we
onze krachten en onze finan
ciële middelen niet te veel? Vra
gen om toch wel eens over na
te denken, nu het niet meer zo'n
uitgemaakt zaak is dat een film
die met vijftien of meer copieën
tegelijk in première gaat ook
overal volle zalen trekt.
OTTO MILO
Voor „Elckerlijc" zocht
Jos Stelling weer 'n aantal
schilderachtige Fellini-type-
tjes bij elkaar.
taat toch altijd anders dan de
opzet was. Het is een soort reis
verhaal geworden, waarin Geor
ge Bruens, die de titelrol vérvult
op zijn vlucht allerlei figuren
ontmoet die eigenlijk een onder
deel van zijn eigen karakter
zijn. Ik zal ook wel aanmerkin
gen krijgen dat mijn „Elcker
lijc" niet dé „Elckerlijc" is die
men van de toneelopvoeringen
kent. Ach, ik wil er eigenlijk
niets over vertellen. Ik kón er
ook niets over vertellen, want
als ik het vertellen kon had ik
de film niet hoeven te maken".
George Bruens, in het dagelijks
leven groepsleider, speciaal be
zig met training van mensen
binnen de context van het ama
teurtoneel doet nog 'n schuchte
re poging iets duidelijker te zijn
schreven zoals bij Mariken. We
waren er al mee klaar nog vóór
Mariken vorig jaar in première
ging".
Stelling is nu bezig aan z'n der
de grote film „Rembrandt".
„Rembrandt is ook een symbool
maar dan van vlees en bloed. Ik
laat hem zien van het moment
dat hij de Nachtwacht schildert
tot zijn dood met flashbacks in
omgekeerde volgorde, daarbij
wijzend op de parallellen tussen
zijn jeugd en zijn oude dag. Ik
zal gebruik maken van een „dia
logue interieure" want de meest
emotionele gebeurtenissen spe
len zich buiten het doek af. Ón
ze manier van werken heeft het
voordeel dat we telkens weer
kunnen voortbouwen op de er
varing die we bij vorige films
hebben opgedaan", zegt Jos
Stelling, die film als 'n geheel
op zichzelf staande kunstvorm
ziet. „Televisie bijvoorbeeld is
gewoon 'n communicatiemiddel.
Ik zou nooit t.v. willen doen".
Minder bespraakt maar ook
even voorzichtig als hij iets over
zijn nieuwe film móet vertellen
Cameraman Ernest Bresser en regisseur Jos Stelling
van „Elckerlijc".
in
actie tijdens de opnamen
'n verschrikkelijk onhandige de
tective, die een kostbare gesto
len diamant moet opsporen. Het
is zijn trouwe basset Watson die
het zware werk voor hem op
knapt en zorgt dat na tal van
verwikkelingen alles nog op z'n
pootjes terecht komt.
We hebben 'm al een paar keer
proef gedraaid om de reacties
van het publiek te peilen en de
film heeft nu zijn definitieve
vorm gekregen. Ik geloof dat
Piet Bambergen en ook Alexan
der Pola als de diamantair erg
goed overkomen. En dan niet te
vergeten Chiem van Houwenin-
ge, die ook aan het scenario
meewerkte maar toen nog niet
wist dat hij de rol van de kaal
hoofdige lijfwacht van de grote
Maffia-baas moest spelen. Hij
heeft zijn haar braaf laten af
scheren". Chiem van Houwenin-
ge zelf zit er lachend bij. Mèt
weelderige haardos, want de op
namen waren nog niet achter de
rug of de acteur liet z'n Kojak-
image vallen.
Volgende week weten we meer
over deze beide nieuwe Neder
landse speelfilms. Of de makers
niet bang zijn elkaar concurren
tie aan te doen in de bioscoop?
Zij zien dat gevaar niet zo.
„Sherlock Jones is een film voor
het hele gezin", zegt Nikolai van
der Heyde en Jos' stellingname
is: „De genres lopen hemels
breed uit elkaar, al blijf ik het
vreemd vinden dat mijn Elcker
lijc boven achttien jaar werd
gekeurd. Er zitten veel minder
maar ook hij komt er niet uit.
„Je moet de film maar gaan
zien en er dan je eigen conclu
sies aan verbinden. „Elckerlijc"
is in elk geval weer 'n stap
verder dan Mariken. Er zit 'n
duidelijker verhaaldraad in en
de dialogen zijn wel nagesyn
chroniseerd maar niet na-ge-
is Nikolai van der Heyde. Hij
ziet zijn „Help! De dokter ver
zuipt" niet zozeer als een kome
die. „Sherlock Jones" is dat wel
geworden, vindt hij. „In „De
dokter" zat nog een heleboel
romantiek. Deze film gaat over
Piet Bambergen
als Sherlock Jo
nes, die in Nikolai
van der Heyde's
gelijknamige film
erg moet oppas
sen dat de droef
geestig kijkende
basset Watson
niet de show
steelt.