jacht op wereldrecords
Expositieruimte
zet jonge mensen
op de springplank
Mentaliteit
speelt
Alphense Boys
vaak parten
ZATERDAG 29 NOVEMBER 1975
LEIDSE COURANT
PAGINA 5
(Van onze sportredaktie)
LEIDEN De sportbeoefening
door gehandicapten wordt nog
nauwelijks voor vol aangezien.
Het wordt door de meeste men
sen nog louter gezien als een
verlengstuk van bewegingsther
apie voor invaliden. Sportbeoe
fening is inherent aan een goe
de constitutie, is de vastgeroes
te gedachte, waarvan men zich
slechts moeizaam kan losma
ken. Dat is ook één van de
grootste obstakels om tot een
bepaalde vorm van integratie
van de sportbeoefening van ge
handicapten en die van validen
te geraken. Een volledige inte
gratie zal waarschijnlijk nooit
helemaal gerealiseerd kunnen
worden, maar de sportbeoefe
ning door gehandicapten heeft
in ieder geval wel recht op een
volwaardige plaats binnen het
gehele sportgebeuren. Wanneer
men de extraprestatie in aan
merking neemt, die de invali
den alleen al door hun handi
cap moeten leveren kan aan
een gelijkwaardige kwaliteits
aanduiding niet ontkomen wor
den. De prestaties van de 34-ja-
rige Amerikaan Jon Brown, die
dit jaar in Amerika tot sport
man van het jaar bij de gehan
dicapten werd verkozen dwin
gen dat prdikaat in feite al af.
In de afgelopen drie jaar liet
hij tijdens wedstrijden voor ge
handicapten maar liefst 37
Amerikaanse-, Pan Amerikaan
se Spelen - en wereldrecords
bij het onderdeel bankdrukken
(een onderdeel van het gewicht
heffen, red.) op zijn naam
schrijven. Zijn prestaties spre
ken nog meer tot de verbeel
ding, wanneer men bedenkt dat
hij in augustus de wel zeer va
lide Rus Alexee het wereldre
cord bankdrukken ontnam en
dit record in een wedstrijd van
217.5 op 255 kilogram bracht
Tijdens zijn vakantie in Europa
trainde Jon Brown gedurende
een maand driemaal per week
bij de Leidse krachtsportver
eniging LKV De Spartaan. Zijn
prestaties maakten zo'n indruk
op de technische leiding van
deze vereniging dat zij de door
hem zelf opgestelde training
sprogramma's ("uit tijdschrif
ten voor krachtsporters haalde
ik uit de trainingsprogramma's
de onderdelen, die ik zelf kon
gebruiken") voor eigen gebruik
in dank aanvaardde en hem bij
zijn afscheid een herinnerings-
Jon Brown: "Doordat ik het gebruik van mijn beide benen mis. heb ik met doelgerichte training mijn bovenli
chaam zo sterk ontwikkeld, dat ik ongeveer 50 kilogram meer omhoog kan drukken dan een valide sportman van
ongeveer gelijke lichaamsbouw".
enigd in een bond, maar de
Amerikaanse regering helpt
ons op geen enkele manier. Als
gehandicapt mens moet je alles
zelf doen. De regering voelt
zich nu eenmaal niet verant
woordelijk voor gehandicapten.
Dat is eigenlijk wel schandalig.
beker met inscriptie overhan
digde.
Een vergelijking tussen de
sportprestaties van invalide -
en valide sportmensen is logi
scherwijs niet altijd een redelij-'
ke. Dat is ook de mening van
Jon Brown, die tijdens de Pa
ralympische Spelen in Duits
land in 1972 op het onderdeel
bankdrukken een zilveren me
daille behaalde. De man, die
zichzelf van een driejarig kind,
dat getroffen werd door kin
derverlamming opwerkte tot
een groot .atleet, komt echter
met een onverwachte explica
tie: Jon Brown: "Een vergelij
king met valide sportmensen
vind ik gewoon niet eerlijk.
Doordat ik het gebruik van
mijn beide benen mis, heb ik
met doelgerichte training mijn
bovenlichaam zo sterk ontwik
keld, dat ik ongeveer 50 kilo
gram meer omhoog kan druk
ken dan een valide sportman
van ongeveer gelijke lichaams
bouw. Daarom kom ik ook lie
ver niet uit in een competitie
met valide sportmensen". Over
het contact met die valide
sportmensen zegt hij vervol
gens: "Ik denk niet, dat zij mij
erg mogen. Niet dat ze mij zul
len haten, dat niet, maar het zit
hen nu eenmaal niet lekker,
dat ik, als gehandicapte zoveel
kilogram méér omhoog kan
brengen dan zij".
Anders dan in Nederland het
geval is, moeten de Amerikaan
se invalide sportmensen zelf
voor de kosten verbonden aan
de reizen naar internationale
wedstrijden opdraaien. Een ty
pisch Amerikaans trekje mis
schien. Het idee van self-sup
porting, dat ook voor gehandi
capten geldt. Jon Brown kreeg
er reeds als kind mee te ma
ken. "Toen ik drie jaar was
kreeg ik kinderverlamming.
Pas toen ik elf jaar was, mocht
ik het ziekenhuis verlaten. Ik
moest de meeste tijd echter
nog op bed doorbrengen. Niet
dat ik niet sterk genoeg was,
maar er was gewoon geen geld
voor een rolstoel. Die kreeg ik
pas op mijn veertiende."
Over die buitenlandse wedstrij
den en de financiële conse
quenties daarvan: "Wij zijn als
gehandicapte sportmensen ver-
Mijn standpunt is: oke, leven
en laten leven, maar als ie
mand hulp nodig heeft, moet
hij geholpen worden. Als ik
geld nodig heb om de reis naar
een wedstrijd in het buitenland
te betalen, moet ik naar een za
kenman toestappen en probe
ren door reclame op mijn shirt
te dragen geld van hem los te
krijgen. De reis naar de Para
lympische Spelen in Duitsland
heb ik ook zelf moeten betalen.
De coach van het nationale
team zegt mij dan, hoeveel geld
er nodig is om mij daar naar
toe te laten gaan en ik zorg dat
het geld dan op tafel komt
Voor de wereldkampioenschap
pen in Engeland en de Pan
Amerikaanse Spelen in Mexico
heb ik zelfs mijn auto als on
derpand moeten gebruiken om
aan geld te komen.
Slechts één maal in zijn sport-
carrière moest Jon Brown een
nederlaag incasseren. Dat was
tijdens die Paralympische Spe
len, toen hij genoegen moest
nemen met een zilveren medail
le. Nog nooit had hij zich zo el
lendig gevoeld. Jon Brown: "Ik
was ziek toen en wilde eigen
lijk alleen maar huilen. Ik zei
de speler, die mij verslagen
had dat dit de eerste maar ook
de laatste keer was geweest Ik
heb hem vlak daarop verslagen
en hem in 1973 zijn wereldre
cord afgepakt Vanaf het mo
ment, dat ik in Duitsland ver
slagen werd, ben ik eigenlijk
ook onmiddellijk in training ge
gaan voor de Spelen in Cana
da. Ik zal daar nummer één
zijn. Voor een tweede plaats in
teresseer ik mij niet. Je moet
pas tevreden zijn als je num
mer één bent. Zo niet, dan zul
je ook nooit kampioen wor
den."
Over die Spelen in Canada,
waar hij ook nog zal uitkomen
op de onderdelen discuswerpen
en kogelstoten, zegt hij verder:
"Ik wil in Canada winnaar
worden met 275 kilogram en er
is niemand, die mij dat zal
kunnen verbeteren. En zo wil
ik het ook. Mijn doel is om in
1977 wereldrecordhouder te
zijn met 300 kilogram". Om er
dan lachend aan toe te voegen:
"En dan maar kijken, hoe lang
dat record stand zal houden".
De opofferingsgezindheid voor
zijn sport en dus in feite zijn
streven om een gerechtvaardig
de plaats tussen de valide
sportmensen in te nemen, komt
misschien wel het beste tot uit
drukking bij het onderwerp do
ping, een veel bewandelde zij
straat bij het gewichtheffen.
Jon Brown: "Degenen, die do
ping gebruiken, doen het, om
dat zij zwak van geest zijn. Zij
zijn bang voor het werk, dat er
voor nodig is om de top te be
reiken".
PIET VAN DAM
Leiden Al zo'n kleine drie jaar is de kunst als kind aan huis
bij De Bink, drukkerij aan de Rooseveltstraat en 'een grafisch mi
lieu vol hoge-school-dnik-resultaten. Toen De Bink in 1971 ging
verhuizen van de Stille Rijn naar de wijdse dreven van Zuidwest
kwam in het nieuwe pand .een lokaliteit vrij die niet rechtstreeks
bij de druk-activiteiten betrokken kon worden. Het was een ruim
te met het oog op de toekomst Maar sinds de conjunctuur de
graadmeter van de koude koorts volgt al ziet zo nu en dan
een bewindsman of economisch aspirant-goochelaar in de verte
een lichtpunt zit De Bink nog ruim in haar jasje. Bij directeur
H. Schoonderwoerd ontsproot echter destijds een lumineus idee
en hij begon het heldere zaaltje boven ter beschikking te stellen
van jonge kunstenaars om hen een eindje op weg te helpen. „Het
loopt nu een beetje uit de hand met die opzet", bekende van de
week de heer Schoonderwoerd ruiterlijk, „want ook minder jonge
lieden hebben nu hun weg naar de expositieruimte van De Bink
gevonden".
De heer Schoonderwoerd heeft
van de zomer met veel overleg
een serie van vijf exposities op
gezet. De verschillende technie
ken lopen daarbij van de por
tretkunst, via wandkleden, foto
grafie en beeldhouwkunst tot
aan de caligrafie. De beeldhou
wer Kees Andriessen uit Woer
den was de eerste in de reeks.
Procuratiehouder W. F. Prevoo
van De Bink staat nóg een bee
tje perplex daarvan: „We heb
ben hier nog nooit zo veel be
zoekers gehad; het aantal liep
in de vele honderden, twee
maanden lang". „Ja", vult zijn
directeur hem aan, „het was
Andriessens eerste expositie,
maar hij is nu al verder het
land ingedrongen. En neem
eersteling Hab v.d. Wijngaard,
een schilder, die nu zelfs in de
VS exposeert. Je staat bij ons
te kijk en dat valt meestal erg
goed uit. Slechts een enkele
keer blijft er in een kritiek
minder van een kunstenaar
over".
Kunst Promotion dus, bij
Drukkerij De Bink b.v., maar
de heer Prevoo wil er best
voor uit komen de heer
Schoonerwoerd knikt daarbij
bevestigend dat het eigenlijk
allemaal om De Brink draait:
„We denken niet louter aan de
kunst, reclame en publiciteit
vormen in feite de ondergrond
van het geheel. Het motto van
de lopende expositieserie wijst
al in die richting: De overeen
komst tussen beeldende kunst
en drukkunst". Maar tóch,
amateurs en professionele ar
tiesten zijn er mooi mee, want
zelfs tijdens de stille uurtjes
overdag weet men De Binks
kunstheiligdom te vinden. In de
bedrijfsruimte beneden houden
de grafici en andere drukspe-
cialisten zich bezig mét De
Binks boterham, terwijl boven
(nadat het gastenboek is gete
kend) Jan en alleman geheel
belangeloos blikken kunnen
werpen op hetgeen in vitrines
of op panelen staat en hangt te
boeien.
Directeur H. Schoonderwoerd van De Bink in het expositiezaaltje, waarmee zoveel
eer wordt ingelegd.
Zoals tot eind december de
produkten van Kunstkring „ze
venster" uit Voorburg, zeven
van huisuit autodidacten in
verschillende opvattingen, tech
nieken en stijlen, te zien zijn.
Zeven wat oudere mannen en
vrouwen die met hun expressie
een heel eind zijn gekomen:
Jan Linschooten uit Den Haag
(olieverf, met hart en ziel), Ger-
da van Leeuwen uit Rijswijk
(aquarelliste met rake techniek
en emotionaliteit) de uitgege
ven ciffiche zij ons bij het op
sommen der kwaliteiten en zie-
leroerselen tot een leidraad
Eva Blaser uit Voorburg (olie-
schilderes vanuit een speelse,
intieme fantasie), Beb van
Diest, Hoogeveen, (wandkleden,
gefascineerd door het twee-di-
DE OVEREENKOMST TUSSEN
BEELDENDE EN DRUKKUNST
BIJ DE BINK
mensionale vlak), Rudolf Bla
ser te Voorburg (extreme
droombeelden in een gebonden
kleurengamma; in olieverf), Ko
de Neve te Rijwijk en nestor
van de kunstkring (leeft zich
uit in waterverf, realistisch en
stemmig), en Abraham Zwarts,
Den Haag (olieschilder pur
Van onze correspondent
LEIDSCHENDAM De kunstenaarsverenigmg K'70 organi
seert in samenwerking met de Jacob Marisstichting in decem
ber een tentoonstelling van werken van Will van Aggelen.
Will van Aggelen is in Den Haag geboren maar bezocht in
Australië, waar hij van 1959 tot 1963 woonde, de middelbare
school.De 29-jarige kunstenaar, die auto-didact is, waskantoor-
bediende, bedrijfsleider en journalist
Hij exposeerde eerder in Leiden en Amersfoort. De tentoon
stelling in „De Schakel" wordt zaterdagmiddag 29 november
om half 3 geopend door de kunstschilder Frans de Haas.
De expositie die gratis toegankelijk is duurt tot 2 januari en
is geopend dinsdag-, woensdag- en vrijdagmorgen van 10.30-
12.00 uur, alle werkdagen van 13.30 -16.30, zaterdags van 10.30-
16.30 uur en donderdagsavonds van 19.00-21.00 uur.
Krabnevel, een aquarel van Will van
sang, met veel bravoure en in
treffend koloriet).
Deze zeven enthousiaste ama
teur-kunstenaars zijn geraakt
door De Bink. Ze trekken dan
wel niet massaal publiek, vol
gens de heer Prevoo, maar er
zijn niettemin al enkele werken
van hen verkocht en terecht,
want je ziet er geen knoeiwerk
bij. Het hangt er allemaal ge
heel buiten de sfeer van het
zondag-geschilder. „Inderdaad,
we stellen wel bepaalde eisen
aan het te exposeren werk", al
dus de heer Schoonderwoerd,
die na een ontvangen verzoek
om naar De Bink te mogen ko
men, zelf steeds zich op de
hoogte stelt van het materiaal
dat wordt ingezonden. We hoe
ven ze niet op te scharrelen. Er
wofdt van onze ruimte een
dankbaar gebruik gemaakt",
weet de heer Schoonderwoerd
uit ervaring. „En ik weet zeker,
dat wanneer je dit een jaar of
tien volhoudt en de plakboeken
in hun veelzijdige samenstel
ling goed bijhoudt, daar ge
woon een dissertatie in zit.."
TONPTFTFRS
Van onze sportredactie
ALPHEN AAN DE RIJN -
Frans Rahlmann (24), aan
voerder en laatste man van
Alphense Boys, spreekt re
lativerend over de succes-
en doelpuntrijke opmars
van zijn ploeg in Groep A
van de Leidse/Goudse voet
balcompetitie.
Is bekend met het feit dat
de Boys een met VTL ge
deelde derde positie op de
ranglijst innemen (met een
niet onaanzienlijk doelsaldo
van 33 voor en 9 tegen uit
elf wedstrijden) maar weet
ook dat het in de mentaliteit
van de Alphense vereniging
ligt om juist als het goed
gaat allerlei zaken te ge
makkelijk op te vatten.
Waardoor die hoge notering
dan weer blijkt te verande
ren in een wel aardige,
maar voor een titel net niet
toereikende klassering....
„Zo is het tot nu toe altijd
al gegaan", zegt Bahlmann,
nu zes jaar vaste keus voor
het eerste elftal. „Steeds als
we een paar keer hebben
gewonnen, gaan we een bee
tje naast onze schoenen lo
pen. Verliezen dan ook
prompt de volgende wed
strijd en daarna gaan we
weer voetballen.
Die instelling (ook bij Frans
Bahlmann aanwezig, stelt
hij eerlijk) heeft ons wel al
een paar keer het kam
pioenschap van de eerste
klasse gekost.
Twee jaar terug bijvoor
beeld misten we de promo
tie op een punt We speel
den toen de laatste wedstijd
tegen Stompwijkse Boys
met 0-0 gelijk, schoten toen
ook de meest eenvoudige
ballen maar over. Maar als
we toen hadden gewonnen
hadden we wel een promo
tiewedstrijd mogen spelen..."
Of vorig jaar.i?,/,drie„Alp-
hense Boys draaide het af
gelopen seizoen erg lekker.
Maar de beslissende wed
strijd tegen MMO leverde
ons wel een nederlaag op.
We eindigden op die punten
van de kampioen. Dus weer
net niet"
Frans Bahlmann (al drie
jaar verzekerd van een plek
in het veel spelende Alphens
elftal) vervolgt: „Het is zelfs
zo opvallend met die menta
liteit dat er vorig jaar een
enquête over is gehouden.
De uitkomst daarvan kwam
in het kort neer dat er een
„hardere lijn" diende te
worden gevolgd. Maar dat
kan in Alphen, en zeker bij
Alphense Boys gewoon niet
En dat heeft iedere trainer
bij ons, hoe goed ook, dui
delijk wel gemerkt. Het zit
er gwoon gewoon in".
Een ander voorbeeld van
de, toch wel kwetsbare men
tale instelling die Alphense
Boys de afgelopen jaren van
kampioenschappen heeft af
gehouden, vat Bahlmann sa
men onder de noemer „Bos-
huizerkade-complex".
„Het is voor ons bijna on
mogelijk om daar te win
nen. De hele entourage, het
feit dat we vaak pas tien
minuten voor tijd in de
kleedkamer kunnen, 't
werkt allemaal mee. Dit sei
zoen hebben we daar ook al
drie punten verspeeld. Te
gen Oranje Groen gelijk,
van ZLC verloren. Maar ik
moet zeggen dat die neder
laag wel verdiend was. ZLC
speelde er meer voor, toon
de veel meer inzet"
Met die wetenschap is het
duidelijk dat Frans Bahl
mann Alphense Boys
„maar" vijftig procent kans
geeft op het kampioenschap
in Groep A. „We hebben op
dit moment wel een erg
goed elftal. Een lekker stug
ge verdediging, een sterk
middenveld en een voorhoe
de die doelpunten kan ma
ken. Daarbij komt nog dat
we alle sterke ploegen nu
nog thuis krijgen. Behalve
VTL. Die hebben we al in
Alphen gehad. Toen wonnen
we met 4-0, maar het blijft
een knappe en gevaarlijke
tegenstander. Voorlopig
hoop ik dat we goed blijven
meedraaien. En dat de con
currentie punten gaat ver
spelen. Want daar ben je
natuurlijk wel afhankelijk
„Maar het voornaamste is
wel dat we dit jaar moeten
proberen elke wedstijd hon
derd procent gemotiveerd te
spelen. Dat we niet weer te
genstanders gaan onder
schatten. Iets wat we trou
wens dit seizoen al een keer
hebben gehad. Tegen KRV
verloren we onze eerste
wedstrijd. Hetzelfde KRV
dat we nog geen jaar terug
in een oefenpartijtje met 8-0
wegspeelden. Waardoor wij
weer het veld inkwamen
met het gevoel „dat we ze
wel even zouden pakken...."
Prognoses
De aanvoerder van Alphen
se Boys is nu als vierde in
de rij van „voorspellers"
aan de beurt Zijn ploeg
geeft hij een eentje. „Thuis
hebben we nog geen punt
verspeeld, dus het moet
kunnen."
GROEP A: Warmunda -
RVC Alphense Boys - Nico-
laas Boys 1; Leidse Boys -
KRV 2; ZLC - VTL 3;
Stompwijkse Boys - Oranje
Groen 1; Floreant - Soccer
Boys 1; Esto - Alphia 2.
GROEP B: Ammerstol
DOSR 2; VNL - Gouderak
2; Kickers '69 - VNA 1; Ou
dewater - WOA 1; Schoon
hoven - Nieuwerkerk 3;
Meerburg - Unitas L 1; We-
teringse Boys - Bergam
bacht 2.
EERSTE KLASSE ZAT:
Woubrugge - Kagia 1; LSW
'70 - SVOW 2; Valken '68 -
Leiden 1; Oegstgeest - KRV
1; SC Lisse - GWS 3; Hazer-
woudse Boys - WSB 1.
TWEEDE KLASSE: Alphia
- SVLV 3; Stompwijkse
Boys - Unitas L 1; Bemar-
dus - '69 1; '69; MVKV -
Meerburg 1; Abbenes - VNL
1.
GOUDA: Waddinxveen -
Bergambacht 3; Aarlander-
veen - Reeuwijk 1; Bodegra
ven - Gouda 1; Floreant -
Fijnstreek 1; Oudewater -
Sportief 1; Siveo - WDS 1.
STAND tot nu toe: 1 Piet
Paauw (Oegstgeest) en Hans
de Rijk (Kickers '69) 50%; 33
Pim van der Meer (DOSR)
48.38%
Rrans Bahlmann: „Bij succes lopen we altijd een
beetje naast onze schoenen. Ik heb het zelf ook
wel..."