Op jacht naar
nieuwe energie
Presidentskandidaat Fred Harris
schittert tussen het saaie grijs
MET DE ENERGIE VAN EEN EVANGELIST OP PAD
PAGINA 7
(Van onze correspondent Simon Winchester)
WASHINGTON Nog maar dertien maanden, en
er schijnt nog maar een ding echt duidelijk te
zijn over de presidentsverkiezingen van volgend
jaar. De kandidaten Ford, Jackson, Shapp, Bent-
sen en de hele onbeduidende rest - zijn saai: holle,
grauwe, ontstellend saaie mensen die maar weini
gen hier werkelijk als president schijnen te wil
len hebben. Ze worden door niemand beschouwd
als inspirerend, geniaal, of als geboren leiders.
Die saaiheid dekt echter niet het hele beeld, één
man, de vroegere senator voor Oklahama Fred
Harris, zoon van een arme landbouwer uit de grote
vlakte en getrouwd met een Commanche-vrouw,
schijnt erin geslaagd te zijn voor wat sprankelende
zwier te zorgen in deze vroege periode van de
campagne. Net genoeg om hem uit te roepen, als
er zo'n prijs zou zijn, tot de meest interessante
kandidaat tot nu toe.
De 44-jarige democraat Fred Harris heeft zich vier
jaar geleden ook al kandidaat gesteld voor het
presidentschap. Hij trok zich terug toen hij in de
moeilijkheden raakte daar zijn slechte campagne
hopeloos bankroet ging. Een jaar later werd er
op deze slordig-uitziende, soms nijdige man terug
gekeken als een onbeduidend nationaal komisch
nummertje. Toen hij een paar maanden geleden
het strijdperk weer binnentrad met zijn onveran
derlijke thema van het „nieuwe populisme" een
volks-demokratische beweging, zoals die ook op
het einde van de 19de eeuw in Amerika ontstond,
lachten de „wijze mannen" in hun vuistje. Maar
dat hebben ze al afgeleerd. Want Fred Harris is
niet alleen de meest interessante, en zelfs de meest
uitdagende kandidaat, maar langzamerhand, bijna
onmerkbaar, schijnen nu sommige van deze „wijze
mannen" Fred Harris serieus te gaan nemen.
Vier tot vijf keer per dag herhaalt Harris zijn
boodschap op 'kleine bijeenkomsten van mensen
die zijn samengekomen op aandrang van zijn
kleine, maar hoogst efficiënte campagne-staf van
vrijwilligers. Op 14 oktober bijvoorbeeld sprak hij
eerst de vakbondsleden toe in een vleeswarenver-
pakkingsfabriek even buiten Waterloo, reed toen
naar Ames om daar de koffie te gebruiken met
academici buiten de campus van de rijksuniversi
teit van Iowa, ging vervolgens een aantal studen
ten en boeren toespreken in het stadje Grinnell,
en reed vervolgens naar Cedar Rapids om daar
even te slapen, alvorens een vliegtuig te halen dat
hem weer naar Washington moest brengen voor
een vergadering.
Het is een afmattend reisschema. Harris betaalt
er dan ook de prijs voor. In plaats van de rozige
blakende gezondheid die de andere kandidaten
uitstralen, ziet Harris er constant vermoeid uit
Zijn vettige zwarte haar zit altijd door de war.
Zijn schoenen moeten hoognodig eens gepoetst
worden met een beddesprei van Holiday Inn. Hij
ziet eruit alsof hij een veertiendaagse visvakantie
nodig heeft in de rustige afzondering van Minneso
ta. Maar moe of niet, als hij spreekt kan hij erg
humoristisch zijn en dat is een eigenschap die
helaas ontbreekt bij de meeste van zijn rivalen
en ook erg indrukwekkend in het vuur van zijn
inspiratie.
Het „populisme" dat Fred Harris voortdurend
uitdraagt is hier zo volkomen onbekend dat het
iedereen fascineert die de moeite neemt om naar
hem te luisteren. Het fundamentele punt waar
alles om draait, zegt hij, is de bevoorrechting. Hij
wil een eerlijker en gelijkmatiger verdeling van
macht en rijkdom. Er zou een echte belastingplicht
moeten komen, zodat de vennootschappen er niet
langer zonder belasting onderuit zouden kunnen
komen, zoals ze nu steeds weer klaar schijnen te
spelen.
In een aantal gevallen, zoals bijvoorbeeld bij de
spoorwegen, zou er moeten worden overgegaan tot
nationalisatie. Elitaire privileges zouden uitgeban
nen moeten worden. De kleine boeren en de
fabrieksarbeiders zouden niet langer beschouwd
moeten worden als „degenen die het vuile werk
doen". Socialisme zou niet langer een vies woord
moeten zijn in de Amerikaanse samenleving. Er
zouden behoorlijke gezondheidsvoorzieningen
moeten komen voor alle Amerikanen. Er zou een
buitenlands beleid ontwikkeld moeten worden dat
gebaseerd zou zijn op principes en niet op machts
overwicht
Misschien omdat Harris wist dat er een buitenlan
der onder zijn gehoor was toen hij op 14 oktober
sprak, weidde hij uitgebreid uit over zijn inzichten
op het gebied van het buitenlands beleid. „Wat
is er in vredesnaam geworden van Roosevelts
„baken van de demokratie"?, vroeg hij bij die
gelegenheid. „Er kan geen land meer zijn op de
hele wereld dat nog met ons zou willen meegaan
en de demokratie toepassen op onze manier. Wij
zijn geïsoleerd geraakt van de rest van de wereld.
We moeten daar verandering in brengen. We moe
ten weer principieel gaan handelen en niet allerlei
soorten wangedrag rechtvaardigen in de naam van
de nationale veiligheid".
Harris gaat dan voort met een beschrijving hoe
hij de CIA half zou ontmantelen. Bijna alle drie-
letterafkortingen schijnen eigenlijk doelwit te zijn
van Harris' verontwaardiging: ITT, IBM, FBI, CLA
en de hele rest En ook de DOD (het ministerie
van defensie). Harris zou de defensie-uitgaven zo
drastisch willen besnoeien dat de gemiddelde ad
miraal er een beroerte van zou krijgen. Hier moet
trouwens eerlijkheidshalve gezegd worden dat de
meeste kandidaten sinds Goldwater tevergeefs ge
probeerd hebben om dat te bereiken.
Het is niet moeilijk om meegesleept te worden
door het enthousiasme van deze man die door het
Rolling Stones-magazine de „populist met een
gebed" genoemd wordt. Hij bezit de intense, evan-
gelistische aantrekkingskracht, waar dezelfde keu-
rig-geknipte en sportieve jongelui gevoelig voor
zijn die zich ook aangetrokken voelden tot George
McGovem vier jaar geleden.
Men is geneigd te geloven dat, als hij ooit zo ver
komt als McGovem, hij op dezelfde manier ook
ten onder zal gaan. Maar er is waarschijnlijk een
verschil tussen die twee: onder het volle licht van
de publieke schijnwerpers bleek McGovem veel
minder te rijn dan men van hem verwacht had.
Na de bijeenkomst op 14 oktober, toen het publiek
weer naar huis waadde door de hopen goudge
kleurde bladeren die hier nu hard aan het vallen
rijn, werd er met warme en oprechte goedkeuring
gesproken over Harris. „Ik vond hem erg goed
en zoiets zeg ik niet vaak van politici", zei een
winkelier van middelbare leeftijd. "Maar zou je
hem serieus kunnen nemen?" "Ik geloof wel dat
ik dat zou kunnen. De zou toch nooit meer op een
republikein stemmen. Ik vind rijn punt over be
voorrechting en belasting erg juist Ik geloof dat
hij een kans zou moeten krijgen. Ik houd het op
Harris, tenzij er nog een verdraaid goeie naar
voren komt in de komende maanden".
Alweer een stem gewonnen. Om het aantal te
halen dat hij nodig heeft om de nodige publieke
belangstelling te halen, staat Harris nog heel wat
ondankbare inspanning te wachten. Maar zoals
zoveel evangelisten schijnt hij te kunnen putten
uit een enorm grote energiereserve. In een paar
maanden kan hij het misschien toch wel zover
brengen dat het hele land werkelijk aandacht aan
hem zal besteden.
(Copyright The Guardian)
In de Hoge Flux Reactor te Petten worden ondermeer constructiematerialen voor kernreactoren waaronder
de snelle natriumgekoelde reactor in Kalkar aan neutronenbestraling onderworpen.
prijsberekening, dan zal dit in
ons land leiden tot ruim 11.000
meer werklozen.
Intussen is het grootste pro
bleem, een eerlijke verdeling
van de energiebronnen tussen
rijke en arme landen, nog ver
verwijderd van een oplossing.
De strijd om 's werelds
„krachtvoer" heeft zich zelfs
de laatste tijd tot in de inter
nationale politieke organen
toegespitst
Een voorbeeld daarvan is het
grootscheepse plan van de
Amerikaanse regering om de
Verenigde Staten in 1985 onaf
hankelijk van buitenlandse
energieleveranciers te maken.
De federale regering zal hon
derd miljard dollar bijdragen
en de publieke sector zou nog
eens vijfhonderd miljard dol
lar moeten besteden, wil dat
plan slagen. (De V.S. behoren
overigens tot de landen die het
minst doen om te voorkomen
dat energie wordt verspild).
De Amerikaanse president
Ford heeft vorige maand te
vens gezegd: „Be geloof niet
dat wij als natie moeten deel
nemen aan een herverdeling
van de hulpbronnen in de we
reld".
De Conferentie voor Interna
tionale Economische Samen
werking, die in december in
Parijs zal beginnen, is nauwe
lijks van betekenis.
Het rijke Noorden is in wezen
alleen schoorvoetend tot de
bereidheid gekomen om met
het arme Zuiden te praten,
vooral veel en lang te praten,
over de verdeling van de aard
se rijkdommen. Men ontkomt
niet aan de indruk dat dit
gebeurt in de geest van blaf
fende honden bijten niet, an
ders gezegd: zolang men praat
schiet men niet Dat laatste is
een lelijke vergissing, zoals da
gelijks wordt bevestigd.
JEF LOUSBERG
Grijze kandidaat Jackson Sprankelende Fred Harris
Grijze kandidaat Ford
DEVENTER Onder druk
van de terugslag in de we
reldeconomie beginnen de
veranderingen aan het ener
gie-front zich in ijltempo te
voltrekken.
Op wetenschappelijk gebied
is allerwegen een koortsachti
ge speurtocht aan de gang om
tot de toepassing van nieuwe
soorten energiebronnen en
een beter, vooral zuiniger ge
bruik van oude energiebron
nen te komen. Als gevolg van
de dalende welvaart ontmoet
daarbij de vervuiling van het
milieu minder publieke be
langstelling dan voorheen.
Het grootste probleem de eer
lijke verdeling van 's wereld
bodemschatten, in het bijzon
der van het „krachtvoer" olie
en uranium, heeft zich inmid
dels tot in de international^
politieke organen aangediend.
De Nederlandse overheid lijkt
zich nu een beetje bewust te
zijn van de bezwaren tegen
kemsplijtingsenergie. Zo is het
kabinet van plan niet langer
mee te werken aan de verdere
ontwikkeling van snelle, na-
trium-gekoelde kernreactoren.
Na de bouw van het prototype
in het Duitse Kalkar (eerste
fase) wil ons land niet meer
meebetalen aan een tweede,
zogenoemde demonstratie-
reactor met een ongeveer vier
maal zo groot vermogen.
Minister Lubbers (Economi
sche Zaken) meent, dat de
kweekreactoren niet vóór 1985
commercieel te exploiteren
zullen zijn en dat tegen die tijd
kernversmelting (kernfusie) of
andere methoden voor de op
wekking van elektriciteit kun
nen worden toegepast. Evenals
zijn collega Trip (wetenschap
pen) wil de bewindsman aan
het onderzoek naar kernfusie,
zonne-, wind-, aardwarmte- en
getijdenenergie, en naar wa
terstof als energiedrager, meer
geld besteden. Wat Trip be
treft, staat daar tegenover de
afremming van kemenergie-
research.
Dat Nederland zich zal terug
trekken uit de volgende fasen
van het Kalkar-project heeft
verschillende redenen. De
voornaamste is, dat onze rege
ring eindelijk goed doordron
gen is van het feit, dat deze
al miljarden verslindende on
derneming te duur wordt.
De Amerikanen waren daar al
eerder achtergekomen. Boven
dien beseffen zij dat in de
veiligheid, vooral van het nodi
ge plutonium-transport, nog
onvoldoende is voorzien. En
met gestolen plutonium is het
tegenwoordig geen grote kunst
meer atoombommen te ma
ken. In de Verenigde Staten is
de kweekreactor naar het
tweede plan verschoven en
heeft de ontwikkeling van
kernfusie en zonne-energie de
hoogste prioriteit gekregen.
Op de gevaarlijke kanten van
kernenergie zal minister Lub
bers niet al te nadrukkelijk
willen wijzen. Daarmee zou hij
namelijk de (ook binnen het
kabinet aanwezige) tegenstan
ders een gemakkelijk te hante
ren „wapen" in de hand geven,
om de voor 1985 geplande drie
lichtwater-reactoren van zijn
verlanglijstje te laten schrap
pen. Men mag eerder verwach
ten, dat de bewindsman het
door het laten vallen van de
tweede Kalkar-fase vrijgeko
men „wisselgeld" zal gebrui
ken, om toch maar door te
kunnen gaan met de lichtwa
ter-reactoren.
Of een dergelijk compromis
een politieke crisis over kerne
nergie kan voorkomen, zal
misschien binnenkort al blij
ken wanneer de Tweede Ka
mer deze zaak behandelt Dat
gebeurt dan overigens mede
aan de hand van rapporten
van de Commissie Reactorvei
ligheid, de gezondheidsraad en
de samenwerkende elektrici-
teitsproduktiebedrijven. Met
de daarin opgenomen risico
analyses kun je twee kanten
uit maar het meest naar de
kant van meer lichtwater-reac
toren.
De publieke aandacht voor mi-
De kernenergiecentrale
te Borsele.
lieubescherming is intussen ta
nende. Toen de energiecrisis
uitbrak won de fiets terrein
ten koste van de auto. Maar
sinds deze crisis ontaard is in
een algehele economische te
ruggang en werkloosheid,
kampen ook de tnilieugroepen
met de grenzen aan hun groei.
Sommigen, onder wie ook vak
bondsleiders, geven de milieu
beschermers zelfs de schuld
van de vermindering van de
werkgelegenheid.
Aan de andere kant zien we,
dat het kabinet-Den Uyl naast
het bevorderen van energiebe
sparing en van onderzoek
naar alternatieve energiebron
nen, doorgaat met pogingen
om, bijvoorbeeld, het gebruik
van particuliere auto's te be
perken.
De Vereniging Milieuhygiëne
Zeeland heeft onlangs van de
Kroon gedaan gekregen, dat
de al verleende hinderwetver
gunning voor de kerncentrale
te Borsele moet worden gewij
zigd vooral op de punten af-
vallozing en bescherming van
omwonenden.
Dit alles is overigens gesleutel
aan de marge. Veel belangrij
ker is, dat eindelijk eens wordt
besloten alle kosten die door
milieuvervuiling ontstaan, in
de prijzen van produkten tot
uitdrukking te brengen.
Volgens het Centraal Planbu
reau is vijftien miljard gulden
nodig om de huidige achter
stand op dit terrein in ons
land weg te werken. Als dat
is gelukt, dan zal de milieu-re
kening nog elk jaar drie mil
jard gulden bedragen. Als Ne
derland wel en andere landen,
in het bijzonder de Bondsre
publiek Duitsland, niet over
gaan tot een dergelijke kost