„Hard voetbal kan voor ons breekpunt worden" Désar:'Goede aanpak noodzakelijk wanneer je aan top wil meedraaien' Blauw Zwart: debutant in de Ie klasse Indeling Trainer Versteegh wil Roodenburg andere image geven IIM DE KRAIMT PAGINA 20 LEIDSE COURANT, DONDERDAG 4 SEPTEMBER 1975 Hoofdklasse A Aalsmeer AFC CVV De Spartaan EDO Elinkwijk Hermes DVS Rood Wit A RVC SDW Unitas UVS VUC Zilvermeeuwen Aalsmeer Amsterdam Rotterdam Amsterdam Haarlem Utrecht Schiedam Amsterdam Rijswijk Amsterdam Gorkum Leiden Den Haag Zaanstad Amstelland Blauw Wit DCG DOS DWV Hollandia RCH Roodenburg VIOS Zeeburgia ZFC ZW Blauw Zwart COAL DHL DHS EBOH Gouda HION HOV Lenig en Snel Neptunus Papendrecht Wilhelmus XerxeS Zwijndrecht Wassenaar Rotterdam Delft Schiedam Dordrecht Gouda Rotterdam Rotterdam Den Haag Rotterdam Papendrecht Voorburg Rotterdam Zwijndrecht Trainer Versteegh (links) en elftalbegeleider Van Wezel drukken elkaar de hand op een goede toekomst. Van onze sportredactie LEIDEN Een aantal jaren geleden behoorde Roodenburg bij de beste ama teurclubs van Nederland. Een pechvol seizoen verhinderde de deelname aan de nieuw te vormen hoofdklas en het jaar daarop zakte Roodenburg af naar de grauwe middelmaat, want de club uit Leiden Noord zag niet eens kans om in de eerste klas een rol van importantie te spelen. Lange tijd werd de club zelfs bedreigd met degradatie, die pas op het laatste moment afgewend kon worden. Het spelersmateriaal, nog jong genoeg, was al die jaren onveranderd gebleven dus de oorzaak van dit afglijden moest ergens anders gezocht worden. Beschul digend werd de vinger uitgestoken naar dé opvolger van Smits, Van der Zwart, die vooral op menselijk gebied tekort had geschoten. Hij was niet die bron van inspiratie die men gehoopt had dat hij zou zijn, en dus moest er een ander komen. Die ander werd Pieter Versteegh, een 37-jarige Hagenaar, afkomstig van derde klasser HBS en in het dagelijks leven leraar LO. Verleden jaar al had hij willen solliciteren, maar de brief ging uiteinde lijk pas voor dit seizoen op de post. Bij HBS was hij vooral op tactisch gebied uitgewerkt en het werd tijd om het eens wat hogerop te zoeken. Roodenburg ken de hij nog van vroeger en het leek hem een club met mogelijkheden. Al moet er natuurlijk heel wat veranderen. Wat Pieter Versteegh vooral opvalt bij de meeste amateurclubs, en ook bij Rooden burg, is dat men over het algemeen erg eenzijdig speelt. „Er wordt veelal slechts één systeem beheerst, dat tegen willekeu rig wat voor tegenstander gebruikt wordt Het verrassingselement wordt hierdoor buitengesloten en de kans op interessant en aantrekkelijk voetbal eveneens. Bovendien kom je met zo'n systeem nooit ver, want elke tegenstan der weet exact waar hij aan toe is. Roodenburg probeerde altijd te spelen vanuit een gesloten defensie en via snelle counters tot scoren te komen. In het begin ging de ploeg dat goed af, maar later werd dat steeds moeilijker, omdat elke tegenstander hiervan op de hoogte was. Bovendien is het voor de spelers zelf uiterst vervelend om altijd hetzelfde te moeten doen. Ik probeer om dit speltype te doorbreken. Iets te doen wat de tegen stander niet verwacht. Dit staat natuur lijk los van systemen, want zowel in offensief als in defensief opzicht zijn er manieren te bedenken om je tegenstan der op een dwaalspoor te brengen. Het systeem dat je speelt hangt af van de tegenpartij. Het is natuurlijk aardig om aanvallend voetbal te propageren, maar daar moet je wel de spelers voor hebben. Roodenburg kan zeker aanvallend spe len, maar niet zoals Ajax, als je begrijpt wat ik bedoel." Pieter Versteegh wil in ieder geval af van het image dat Roodenburg heeft als zijn de een verdedigende ploeg. Diep ingaan op de verrassingen die hij in petto heeft wil hij niet, want dat gaat de toekomstige tegenstanders niets aan. Een tipje van de sluier lichtte hij op in de oefenwedstrij den. Meest opvallend was het frisse, mon tere spel van Roodenburg, dat opmerke lijk gemakkelijk tot scoren kwam. De spelers lijken hun matheid afgeworpen te hebben. Er wordt veel bewogen en enorm hard gewerkt. Ook door Sam den Os, al had trainer Versteegh voor hem een ver rassing in petto. „Sam is de dertig ruim gepasseerd en onwillekeurig ga je dan uitkijken naar eventuele jeugdige vervan gers. Dat is een eerlijke zaak en we hebben Sam daar ook bij gehaald. Mo menteel is het zo, dat zijn ervaring, inzet en voetbalcapaciteiten nog niet gemist kunnen worden, maar aan de andere kant moet de jeugd ook een kans krijgen, want anders lopen die jongens weg. We hebben nu een afspraak gemaakt, dat wanneer we ruim voor staan of er geen belangen op het spel staan Sam gewis seld wordt. Hij was het daar volledig mee eens", aldus trainer Versteegh, die inmid dels Aat de Groot de aanvoedersoana van Den Os liet overnemen, in het kader van diezelfde opzet. Versteegh is overigens gematigd optimis tisch over de indeling van zijn ploeg in West I. „Het is bekend, dat er rond Amsterdam vrij stevig gevoetbald wordt en dat zou", mijmert hij, „wel eens een breekpunt kunnen worden. Roodenburg heeft een paar makkelijk te intimideren spelers die niet zo weg zijn van hard voetbal. Aan de andere kant hebben wij het voordeel van het onbekende. Wij weten niet veel van die clubs, maar zij weten helemaal niets van ons. Ik ben druk bezig informatie te verzamelen om ongeveer te weten hoe ik mijn tegenstan ders tegemoet kan treden. We zullen eerst de kat uit de boom moeten kijken. Nee, ik waag me aan geen enkele voorspelling. Ik hoop op een goed jaar". Ad van Kaam Van onze sportredactie Wassenaar Na een bijzonder interessante competitie slaagde Blauw Zwart erin om vorig seizoen, met minieme voorsprong, de eerste klasse binnen te stappen. Een afdeling die op het eerste gezicht erg sterk bezet lijkt en de verwachting is dan ook gerechtvaardigd, dat de Wassenaarse formatie het dit seizoen niet ge makkelijk gaat krijgen. Maar evenals elke an dere amateurvereniging blikt ook Blauw Zwart de toekomst optimistisch tegemoet. „Het elftal is nog intact" luidt het bericht uit Wassenaar. „En het is een goed elftal", wordt daar aan toegevoegd. En vandaar geen pessimisme. Public iteitsman Nico van der Kooy is al veertig jaar lid van Blauw Zwart en hij kent de 50 elftallen tellende vereniging dan ook door en door. „Blauw Zwart", zo kenmerkt hij zijn club, „speelt vanuit een sterke verdediging, die afge lopen seizoen slechts 17 treffers moest incasse ren. Een geroutineerd middenveld en een schot- vaardige voorhoede completeren het team, dat ten opzichte van verleden jaar wel nauwelijks gewijzigd zal worden. Slechts voor Frans Kar- remans zal voorlopig een ander gezocht moeten worden, want ademhalingsstoornissen beletten hem de eerste tijd op de training te verschijnen. Er is niemand weg; er zijn wel enkele spelers gekomen", vertelt Van der Kooy. Trainer Van Barlingen, beginnend aan zijn tweede seizoen, ziet zijn selectiegroep versterkt met de gebroeders Van Erp, afkomstig uit Appingedam, Marco Lammers van VUC, Ron Kamphues die hersteld is van een blessure en enkele talentvolle junioren. Verzorger Kammin- ga en elftalbegeleider Van Deursen zijn even eens gebleven. Van der Kooy verwacht zeker geen slecht jaar „omdat", zoals hij zegt, „de animo om een goed debuut te maken ruimschoots aanwezig is. En niet alleen bij de spelers, want ook het bestuur werkt als een .tijger' om dit belangrijke jaar voor Blauw Zwart te doen slagen. De verbou wing van de kleed- en kantineaccommodatie vordert gestaag, tekenend voor de inzet van de club. Het kdn een mooi jaar worden", zegt hij nog eens. Grote aandacht gaat Blauw Zwart dit seizoen besteden aan de opvang en begeleiding van de jeugd. Van der Kooy daarover: „Er is een Belgische trainer aangetrokken, de heer Drab- bé, een vakman van grote allure. Hij traint de jeugdselecties tweemaal per week en we ver wachten er heel wat van. Hoewel Blauw Zwart nog een vrij jong eerste team heeft is een goede doorstroming natuurlijk van groot belang. Een zekerheidje voor de toekomst", aldus Van der Kooy. Ad van Kaam Van onze sportredactie Leiden Ter voorbereiding van de komende competitie verbleef hoofdklasser UVS on der meer een weekeinde op het KNVB-sportcentrum in Zeist. Onder leiding van nieu we trainer Gerard Désar werd daar onder optimale omstan digheden - knusse behuizing, uitgekiende maaltijden, fraaie omgeving, uitmuntende vel den, veel rust en ontspanning - toch wel keihard gewerkt aan de conditie en het spelpeil. Het maken van een prettig sfeertje was overigens het hoofddoel, vooral ook omdat de selectie noal wat nieuwe gezichten kende. Een profes sionele truc of gewoon een dure grap? „Geen van beide", lacht de nieuwe verantwoordelijke man bij UVS, Gerard Désar. „Zoals je weet wordt de club financieel gesteund door IBB/- Kondor en dat bedrijf maakte het mogelijk om een dergelijk weekeinde te realiseren. Overi gens is het niet de eerste keer, dat wij op Zeist komen, want ook verleden seizoen waren wij hier met de selectie. Dit jaar komt het helemaal goed uit omdat er wat jongens van andere verenigingen zijn geko men. Zij kunnen wennen aan de sfeer en opvattingen die UVS er op na houdt, terwijl onze spelers hen wat beter le ren kennen. Zo'n weekeinde is daar natuurlijk een ideale ge legenheid voor", meent Désar. „Wat dat professionele aan gaat", vervolgt hij, „het is na tuurlijk waar, dat er vroeger als amateurclub niet gepie kerd werd over een verblijf op het Sportcentrum. Maar de ba kens in de amateurwereld zijn behoorlijk verzet. En dan doel ik niet op financiële bijdragen of zoiets, maar gewoon op de betere aanpak van de clubs en de hogere eisen die er daar door aan de speler, trainer en vereniging worden gesteld. De instelling van de hoofdklas bij voorbeeld is zo'n tendens. Bin nen de grenzen van de ama teurbepalingen tracht men tot een verbetering van het spel peil te komen, - een natuurlijk gegeven in de ontwikkeling van het voetbal, dacht ik - en als er één club begint, volgt de rest vanzelf, want je wilt ten slotte niet achterblijven. Werd vroeger een vereniging gecon formeerd met gezelligheid en ontspanning; tegenwoordig krijgt de prestatieve drang de overhand, althans wat de top betreft Met twee keer trainen in de week kom je er niet meer, dus moet je de intensivi teit verhogen. Tenminste, wan neer je als club daarvoor kiest natuurlijk. De spelers moeten het willen en de club moet er op ingericht zijn. UVS wil dat en dan kan je zeggen zo'n weekeinde of zo'n begeleiding of zo'n instelling is professio neel, maar je kan óók zeggen: dit soort dingen is nu eenmaal noodzakelijk, wanneer je als vereniging aan de top wil blij ven meedraaien." UVS maakte afgelopen sei zoen geen slecht debuut in de hoofdklasse. Het meer-jaren plan van de voormalige oefen- meester Wally van Schooten was wat dat aangaat goed op gezet. Dit jaar had UvS door moeten stoten, maar, zoals be kend, moest Van Schooten noodgedwongen afzien van verdere voortzetting van zijn trainersloopbaan. Wat is op volger Gerard Désar van plan? .Allereerst probeer ik de lijn van Van Schooten voort te zetten zowel op technisch als tactisch terrein. Maar het zit er niet in, dat ik met UVS dit jaar het doel kan bereiken, wat Wally zich voor ogen stel de. Ten opzichte van vorig jaar zijn er namelijk nogal wat dingen veranderd. Van Schoo ten zelf viel weg, terwijl Thijs Balkhoven en ik stopten met voetballen. Wil Groenendijk en Bart Lardé vertrokken respec tievelijk naar Utrecht en War- munda. Daar tegenover staat de komst van jongens als Ver schoor, Van Seggelen, Zee, Zandbergen, Otto en nog en kele anderen. Bruikbare krachten, dacht ik, maar het vergt natuurlijk enige tijd eer ze ingepast zijn. Het is gek", zegt hij dan, „maar ik geloof niet dat UVS ooit beschikte over een sterke re selectiegroep dan nu. Ik heb tweeentwintig spelers waaruit twee echt goede teams gefor meerd kunnen worden. Over het tweede elftal maak ik me dit jaar dan ook absoluut geen zorgen, want de meeste spelers zouden bij een eersteklasser absoluut niet misstaan in een eerste team. De vraag is al leen: heb ik er elf die boven het gemiddelde van de hoofd klasse uitsteken? Op papier misschien wél, maar een team is nog altijd iets anders dan elf individualisten die allemaal erg goed kunnen spelen. De hoofdklasse stelt nu eenmaal zeer zware eisen. Uitgesproken zwakke clubs kom je er niet in tegen, zodat je je elke wed strijd opnieuw moet waarma ken. Wally van Schooten wilde dit seizoen de top halen, maar ik denk niet, dat dit voor mij een haalbare kaart is, „aldus Désar. 'Ondanks de voorzichtige uit spraken van de nieuwe trainer moet UVS dit jaar toch goed voor de dag kunnen komen. De selectiegroep mag dan wel op verschillende plaatsen ge wijzigd zijn; UVS lijkt aan kracht toch nauwelijks inge boet hebben, vooral nu het in de breedte beduidend sterker is geworden. Het hoofdklasse seizoen is een slopende aange legenheid en juist dan bete kent het een niet gering voor deel, wanneer je als trainer kan beschikken over een groot én qualitatief sterk arsenaal spelers. Ook andere clubs krij gen te maken met blessures, schorsingen e.d. en niet elke vereniging kan bogen op een dermate sterke achterban als UVS die heeft. Bovendien is de aanpak en begeleiding bij de Leidse hoofdklasser inmid dels bijna spreekwoordelijk geworden. Zo'n club moet toch sterk voor de dag kunnen ko men. Ad van Kaam Gerard Dèsar: Ik geloof niet dat UVS ooit beschikte over een sterkere selectiegroep dan nu".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 20