Hoe zat het ook al weer?
RIJNLAND: „BELANGSTELLING VOOR
VERKIEZINGEN VERRASSEND GROOT"
„De Pieterskerk
moet open cultuur
centrum worden"
DONDERDAG 21 AUGUSTUS 1975
LEIDSE COURANT
PAGINA 5
Ten behoeve van de verkiezingen was Rijn
land opgedeeld in vier districten. Voor elk
district was vastgesteld hoeveel „hoofdin
gelanden" of vertegenwoordigers er door
de kiezers in de Verenigde Vergadering
mochten worden aangewezen.
District I (ongeveer begrensd door de ge
meenten Wassenaar, Voorschoten, Leiden,
Sassenheim, Lisse, Hillegom, Haarlem en
de Noordzeekust) mocht drie hoofdingelan
den „ongebouwd" kiezen en vijf hoofdinge
landen „gebouwd".
Aan district II(de Haarlemmermeerpolder
plus een stuk van Amsterdam) waren drie
zetels „ongebouwd" beschikbaar gesteld en
drie zetels „gebouwd".
District II (globaal genomen het gebied
tussen Leiderdorp, Warmond, de Kaag,
Leimuiden, Nieuwveen, Nieuwkoopse plas
sen, Zwammerdam, Alphen a.d. Rijn) was
twee zetels „ongebouwd" toegewezen en
één zetel „gebouwd".
District IV (begrensd door Leiden, Voor
schoten, Den Haag, Zoetermeer, Waddinx-
veen, Gouda, Bodegraven en Alphen a.d.
Rijn) mocht twee hoofdingelanden „onge
bouwd" kiezen en één kandidaat „ge
bouwd".
Samen zijn dat 20 hoofdingelanden. De
Verenigde Vergadering bestaat in totaal uit
30 hoofdingelanden. De overige 10 zijn
aangewezen door de colleges van b. en w.,
de Kamers van Koophandel en de geweste
lijke raden van het landbouwschap.
Allerlei organisaties
zijn de laatste jaren in
touw om dames, maar
ook heren van hun
overtollige pondjes af
te helpen. In Leiden is
Slank Fit Nederland
gestart met een cur
sus. Onze redactrice
Liesbeth Vogels, keek
voor u, en ook een
beetje voor zichzelf,
achter de schermen
van deze organisatie.
Slank zijn mag dan ge
zond zijn, afslanken is dat
bepaald niet. Hoe minder
ik eet en snoep, des te
meer sigaretten ben ik
gaan roken. Na een week
kon ik de trieste score van
dertig sigaretten per dag
opnemen. Je kunt je afvra
gen wat van de twee
slechte eigenschappen
nog het beste is. Ik ben
vast van plan het roken tot
een aanvaardbaar mini
mum te bepalen. Wanneer
ik een beetje aan mijn
nieuwe eetgewoonte ge
wend ben.
Uiteindelijk kan een mens
zich maar op één zaak
tegelijk concentreren. En
wie weet, misschien komt
onze anti-rookapostel, dr.
Meinsma, tegen die tijd
wel met een cursus naar
Leiden.
Voor wat betreft mijn dieet
van duizend calorieën per
dag is de score heel wat
hoopgevender. De weeg
schaal van Slank-Fit Ne
derland lachte me de laat
ste cursus vriendelijk toe:
hij noteerde maar liefst
vier kilo minder. Dit lever
de me een applaus op van
mijn medecursisten en
een kwastje van de organi
satie.
Het is een goede gewoon
de bij Slank Fit dat wan
neer een van haar cursis
ten tweeënhalve kilo of
meer is afgevallen, hij of
zij deze kleine onderschei
ding ontvangt. Deze twee
de cursus kon de leidster
Els van Buchem overigens'
kwistig kwastjes uitdelen.
Meer dan de helft van de
cursusten had er gezien
zijn gewichtsverlies recht
op. Het vermoeden rijst
dan ook dat de weeg
schaal de eerste keer mis
schien iets te onvriendelijk
was afgesteld, om ons ge
lijk de tweede keer niet al
te zeer te demoraliseren.
Hoe dan ook: er heerste
in het ontmoetingszaaltje
aan de Boshuizerkade een
lichte hoera-stemming: de
eerste week van strijd te
gen al het lekkers dat ons
van minuut tot minuut in
winkels en snackbars pro
beert te verleiden hadden
we moet goed gevolg ach
ter de rug. Het spreek
woord: ,,De eerste klap is
een daalder waard", gaat
hier zeker op.
Het laatste kwartiertje van
de les wordt in beslag ge
nomen door isometrische
oefeningen. Zij dienen om
de dijbeen-, buik- en
borstpieren wat steviger te
maken. Algemene hilariteit
was er bij het zogenaamde
„vishappen"' (hoofd naar
achteren, onderlip over
bovenlip. Deze oefening
dient om eventuele rim
pels die ontstaan in de
hals tegen te gaan). De
oefening ontlokte aan een
van rfiijn mede-cursisten
de uitroep: „Zo meteen
wordt er buiten alarm ge
slagen omdat men denkt
dat er hier iets vreselijks
aan de hand is."
Veel zaken die het leven
een beetje sjeu geven, zijn
er voor mij niet meer bij.
Zo at ik tussen de middag
vaak brood met croquet-
ten in een restaurant. Een
blik in het calorieënboekje
is genoeg om me daar tot
nog toe van af te houden.
In totaal zeshonderd calo
rieën leveren deze heerlij
ke, o zo vette, voedings
middelen op. Ook was ik
een min of meer trouwe
bezoekster van pizzeria's.
Daar hoef ik voorlopig he
lemaal niet aan te begin
nen: Een pizza is al dui
zend calorieën om dan
nog maar niet te spreken
van de wijn waarin ik de
pizza placht te laten
zwemmen en het soepje
vooraf.
Liesbeth Vogels
'ij zijn
^ekozen
7 verenigde Vergadering van het
ooghoemraadschap Rijnland ziet
if nu als volgt uit
ofdingelanden ongebouwd:
ilrict I:
van Saase uit Noordwijkerhout
plaatsvervanger M. van Zandwijk
It Noordwijk).
Vergeer uit Warmond (plaatsver-
anger P. van der Geest uit Sassen-
eim).
Wensveen uit Wassenaar (plaatsver-
gnger N. Alkemade uit Wassenaar).
.ki itrict II:
n pompen uit Nieuw Vennep (plaats-
arvanger A. C. Blom uit Zwanen-
iurg).
15jVerbeek uit Hoofddorp (plaatsver-
K anger J. Petrie uit Hoofddorp).
16van Leeuwen uit Aalsmeer (plaats-
arvanger P. Hartog uit Aalsmeer).
eze drie hoofdingelanden zijn bij
"Enkelvoudige kandidaatsstelling ge-
lozen.
Wet III:
van Heiningen uit Roelofarends-
teen (plaatsvervanger A. van Veen
n ||t Ter Aar).
lefvan der Poel uit Oud Ade (plaats-
bi arvanger C. van der Weyden uit
apvenhoven).
ie trlct IV:
Noordam uit Benthuizen (plaatsver-
Yvanger H. Verwaal uit Hazerswou-
J' 9).
>a Straathof uit Alphen a. d. Rijn
plaatsvervanger F. Droogh uit Zoe-
Brmeer).
Vf ioldlngelanden gebouwd:
a' Constandse uit Haarlem (plaatsver
vanger A. de Leeuw uit Haarlem) èn
de Leeuw uit Haarlem (plaatsver-
11 anger G. Brandsma uit Haarlem)
van Alkemade uit Noordwijk
plaatsvervanger G. van Haasteren
uit Leiderdorp) èn
Doeven uit Hoogmade (plaatsver-
ii langer O. Bik uit Leiden) èn
2 Verbeek uit Leiderdorp (plaatsver-
anger G. Meerburg uit Leiderdorp),
gekandideerd door de bónd van
mis- en grondeigenaren.
stokkermans uit Lelden (plaatsver-
ig vanger G. van Dorp uit Katwijk a.
jöd. Rijn) gekandideerd door de Ka-
Jmer van Koophandel.
,D strict II:
K A. van der Meij (plaatsvervanger J.
Corveleijn uit Badhoevedorp),
den Daas uit Rljsenhout (plaatsver-
r, vanger Dr. D. Riemens uit Wasse-
Deze heren hebben bindln-
gen met respectievelijk polderbestu-
ren en het bedrijfsleven.
Atema uit Aalsmeer (plaatsvervan-
a; ger P. Tas uit Aalsmeer), gekandi-
deerd door de Kamer van Koophan-
del.
itrtct lil:
P. Zwetsloot uit Hoogmade (plaats
vervanger P. van Rijn uit Ter Aar),
inafhankelijk.
strict IV:
Buenk uit Moordrecht (plaatsver
vanger J. Jonkers uit Boskoop), ge
kandideerd door de Kamer van
Koophandel.
DOfdlngelanden „waterkwaliteit":
!i r. dr. L. de Gou, burgemeester van
'f Haarlem (plaatsvervanger L. v. d.
u Berg uit Haarlem), aangewezen
door b. en w. van Haarlem,
r. C. J. D. Waal. wethouder van
6 Lelden (plaatsvervanger F. J. Kuij-
e pers), aangewezen door b. en w.
10van Leiden.
van Eijsinga, burgemeester van
Oegstgeest (plaatsvervanger mr. J.
3 Bonnike, burgemeester van Noord-
Ie wijk) èn
3^. v. d. Wel uit Gouda (plaatsvervan
ger H. Huizer uit Waddlnxveen),
aangewezen door de Zuid-Holland-
se gemeenten in Rijnland.
IM. Hoffman uit Badhoevedorp
(plaatsvervanger M. Jongkind), aan
gewezen door de Noord-Hollandse
gemeenten binnen Rijnland.
J. Vies uit Nieuwerkerk a. d. IJssel
(plaatsvervanger A. Meskes) èn
Groen uit Nieuwerkerk (plaatsver
vanger mr. H. Branderhorst uit Lei
den) èn
Ir. A. van den Biggelaar uit Aalsmeer
(plaatsvervanger ir. H. Heere uit
Zwanenburg), aangewezen door de
Kamers van Koophandel,
LOudijk uit Waddinxveen (plaatsver-
vanger B. Hoogendam uit Amster-
Kuijff uit Boskoop (plaatsvervanger
n. A. Stokman uit de Haarlemmer
meer), aangewezen door de gewes-
telijke raden van het Landbouw-
schap.
Van een onzer verslaggevers
:%EIDEN Dat staat daar maar
I als monument, belast met een
verleden en bedreigd door een
oekomst (met enig hedendaags
loulaas in de vorm van toezeg-
lingen van draagkrachtige per
ionen en combinaties), maar de
'Leidse Pieterskerk is door zijn
meer dan 400 jaar „er staan"
inbekender dan menigeen
ienkt. Het is geen „kerk" meer,
maar werd wel degelijk als zo
danig gebouwd. Omdat dit trot
se stukje Leiden meer verleden
dan toekomst heeft, wordt er
;een boekje over opengedaan.
Ken stel gravers m de eeuwen
heeft een bijdrage willen leve
ren aan de instandhouding van
dit erfgoed, dat generaties aan
elkaar verbindt. In het nabije
najaar," waarschijnlijk, zal een
Pieterskerk-historie het daglicht
zien in gedrukte vorm. De op
brengsten daarvan worden voor
een deel gebruikt tot verster
king van de pot van de Stichting
grienden van de Pieterskerk,
die het gebouw in glorie over
eind wil houden. Burgemeester
AÜriaan Vis heeft al van harte
jè geknikt.
Met één van de auteurs van het
boekje, dat nog geen naam
heeft, hadden we een gesprek.
Dat was Jan A. F. Doove (39),
die vanaf zijn „daktuintje" aan
de Papengracht al z'n leven lang
tegen de Leidse St. Pieter aan
kijkt. Een aanblik die hem nog
steeds uitermate boeit, omdat
hij er elke dag dingen aan ziet
die weer nieuw voor hem zijn:
het eerste raam in het noordelij
ke zijschip is breder dan de
twee naastliggende ramen enzo
voorts. Een tijd geleden ging hij
met Ingrid Moerman (van de
Lakenhal), Rudi Ekkart (conser
vator Acad. Hist. Museum),
Ruud Spruit (de man van de
Leidse hofjes) en met de Am
sterdamse architectuur-histori
cus George Hemmers rond de
tafel zitten. Een idee kreeg vorm
en. plaatselijke uitgever Groen
zag er wat in.
Het vijftal wil de Pieterskerk
„anders dan anders" uit de doe-'
ken doen. George en Jan gaan
de kerk beschouwen vanuit
functie en bouw, Rudi Ekkart
„doet" de universiteit en de Pie
terskerk en de „roerende monu
menten" daarin, Ru ld Spruit
heeft het als expert over de
laatste eeuw (tot aan de sluiting)
en Ingrid schrijft over de Pie
terskerk en de Pilgrimsfathers
(als bekende commerciële noot
in het stenen opus).
Een boekje, dat makkelijk lees
baar is en even gemakkelijk be
taalbaar, maar tevens- een schat
aan informatie herbergt die in
grote trekken onbekend was tot
nog toe. Overigens blijft Doove
hardnekkig van mening, dat de
„nieuwe" Pieterskerk in geopen
de toestand een „open cultuur
centrum" zou moeten worden,
eigenlijk. In elk geval méér dan
alleen een groot-auditorium van
de universiteit. Jan Doove
spreekt hier zijn bevindingen uit
als persoon, die „zelf dé'voor-re
formatorische tijd van de Pie
terskerk de meest interessante
vindt". En de uitkomsten van
zijn wroeten en graven volgend
zijn we geneigd hem in die me
ning te doen stijven. Alleen
déérom al kope men het boekje
na uitgave.
„Loop eens langs die kerk", ad
viseert Doove, „en denk dan:
wat gek, in feite, zó'n kerk voor
de reformatorische eredienst.
Maar daar is hij ook niet voor
gebouwd. Voor een juiste beoor
deling moet je zo'n gebouw
gaan leren zien met een midde
leeuws oog en je al ereerst af
vragen: waarom kwam die kerk
er?; hoe functioneerde de litur
gie in de oude voorganger van
de grote gotische kerk? Dan
blijkt meteen, dat er in de (twee
de) romaanse vormgeving ruim
tegebrek ontstond. Niet te ver
wonderen, want het stedelijke
en kerkelijke leven gingen hand
in hand: jaarfeesten van gilden
en broederschappen, verkiezing
van burgemeesters (na de hoog-
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllfll
Bond van huis- en grondeigenaren grote winnaar
bijvoorbeeld, dat men tegenover
het instorten van de ruim 100
meter hoge toren (die in de kerk
was ingebouwd) een ander to
renachtig iets wilde stellen: de
vier dikke pilaren op de krui
sing van midden- en zijschepen
vertellen, dat op het dak een
„vierlingtoren" - zoals de Bos
sche St. Jan vertoont - had moe
ten komen. Maar de tijden wa
ren toen al veranderd, op de
helft van de 16e eeuw. De con
junctuur en het „nieuwe geloof"
staken er een stokje voor. Een
omwenteling luidde een nieuw
tijdperk in.
Toen was het gedaan met de
enorme sacristie, die door de
reformatorische bemanning van
de Pieterskerk werd afgebroken
en veranderd in een (veel kleine
re) consistoriekamer. „Dat dank
je de koekoek", blaast Jan Doo
ve uit, als na een veldslag: „van
1428 tot 1566 was de sacristie
een „kleedkamer" van jewelste:
aan de St. Pieter van Leiden
waren 80 eerwaarde heren van
de Duitse Orde verbonden, die
met elkaar 34 altaren (behalve
nog het hoofdaltaar) moesten
bedienen". Ja, God en mensen
gingen toen nog met elkaar om
als op een jaarbeurs, een relatie
die in onze verlichte tijden
„doorzichtiger" is geworden.
„We hebben geen idee van de
omvang van het kerkelijke be
drijf in de 16e eeuw", weet Jan
Doove nu zo langzamerhand
wel.
„George en ik besluiten ons aan
deel in het Pieterskerkboekje
met een gemenigheidje. Dat
gaat ongeveer als volgt: Na de
reformatie brak men alle alta
ren af en wat zie je er nou
staan? Op die plaatsen allemaal
grafmonumenten erf borstbeel
den voor plaatselijke groothe
den, die nu tot de eer der calvi
nistische altaren zijn verheven.
Vroeger had een altaar een
functie, thans zijn de borstbeel
den „roerende monumenten".
Ton Pieters
Van een onzer verslagge
vers
LEIDEN Van het to
taal aantal stemmen dat
de kiezers bij de Rijn-
land-verkiezingen kon
den uitbrengen, is onge
veer 1/3 metterdaad uit
gebracht. Dat is een uit
slag die het hoogheem
raadschap bepaald heeft
verrast. Gerekend had
men hier op een percen
tage tussen de 10 en de
15.
Overigens zegt de schat
ting van het aantal uitge
brachte stemmen weinig
over de opkomst. Afhan
kelijk van de omslag die
zij betalen, mochten de
kiezers immers meerdere
malen een stem uitbren
gen. Cijfers over de op
komst waren vanmorgen
nog niet bekend. Wel
staat de uitslag vast.
Daaruit blijkt dat in dis
trict I (het belangrijkste
district, waaronder ook
Leiden en Haarlem res
sorteren) de Leidsche en
Haarlemse Bond van
huis- en grondeigenaren
overtuigend heeft gewon
nen. Allo vier de kandida
ten op hun in de catego
rie „gebouwd" ingediende
lijst zijn inderdaad geko
zen.
De vijfde zetel „ge
bouwd" die in district I
beschikbaar was, is naar
de lijst van de Kamer van
Koophandel gegaan.
CDA-fractieleider in de
Leidse raad mr. H. Dries-
sen die ook meedong
naar een zetel „gebouwd"
in dit district is dus niet
gekozen.
Evenmin als mevrouw C. Ker-
ling-Simons van de PvdA, me
vrouw A. Roos van de WD,
vier kandidaten namens de Ka
mer van Koophandel, de vijf
agrariërs van Lijst zeven en een
aantal onafhankelijke kandida
ten.
In de sector „ongebouwd" heeft
in district I de ITB-lijst LTB-
lijst gewonnen. Ook in de drie
overige districten zijn LTB-ers
gekozen als hoofdingelanden
„ongebouwd". Geen van de twee
concurrerende onafhankelijke
kandidaten (in district III en
district IV) hebben het gehaald.
Wat betreft het „gebouwd" in
district II heeft de „oud-gedien-
den"-lijst 1 twee van de drie
zetels in de wacht gesleept. De
concurrerende lijst van de Ka
mers van Koophandel behaalde
hier ook een zetel. Lijst 3 na
mens de Amsterdamse bond
meer kwijt dan wat globale ra
mingen. „Het percentage stem
men dat door landeigenaren is
uitgebracht is bepaald groter
dan dat van de huiseigenaren",
aldus de voorlichtings-funtiona-
ris van het hoogheemraadschap.
„In district I is ruim de helft
van de stemmen afkomstig van
landeigenaren en ongeveer 1/3
van huiseigenaren. Het totaal
aantal uitgebrachte stemmen is
hier percentueel het hoogste. In
de overige districten schommelt
het aantal uitgebrachte stem
men eveneens rond de 50%. Het
percentage stemmen van huisei
genaren is hief evenwel aanzien
lijk lager dan in district I."
Reden dat de Rijnland-woord-
voerder niet meer dan schattin
gen wilde geven is „dat de cij
fers nog geverifieerd moeten
worden; ook al omdat is geble
ken dat nogal wat door de ver
schillende stern-bureaus opge
maakte processenverbaal, ge
corrigeerd dienden te worden".
Dat het opkomst-percentage nog
niet bekend is komt doordat
men hiertoe op de stembureaus
helemaal geen telling heeft bij
gehouden.
Vindt dijkgraaf Van Knobels-
dorf niet dat de public relations
van Rijnland slecht gediend zijn
met pen zo trage berichtgeven
omtrent een en ander?"
„Dat we niet alle gegevens on
middellijk op tafel hebben", zo
antwoordt hij daarop, „komt
door de gecompliceerdheid van
ons verkiezingsstelsel. Overi
gens geloof ik niet dat de kie
zers op deze gegevens nou echt
zitten te wachten".
Vindt de dijkgraaf dat Rijnland
voldoende heeft gedaan om alle
betrokkenen goed te informeren
omtrent de verkiezingen? Welis
waar is begin dit jaar op grote
schaal een speciale verkiezings
krant verspreid, maar veel meer
is er ook niet gebeurd.
Van Knobelsdorff: „De tijd
spanne die is verlopen tussen de
verspreiding van die krant en
de verkiezingen is groter gewor
den dan onze bedoeling is ge
weest. Aanvankelijk wilden we
de verkiezingen nog vóór de zo
mer houden. Dat is vanwege de
enorme hoeveelheid werk die
moest worden verzet, niet ge
lukt.
Daarbij dient men te be
denken dat informatie
verschaffen over de lijst
en en de kandidaten niet
op onze maar op hum weg
lag. Ik meen dat er wat
de voorlichting betreft
uitgehaald is wat er ma
ximaal uit te halen was.
Overigens kan ik me wel
indenken dat men signa
leert dat in de toekomst
de verkiezingen op een
andere manier onder de
aandacht van het publiek
kunnen worden ge
bracht". Willem Scheer
ui ae siaa was aigestemd op de
kerkelijke getijden. De werk
klok mocht pas luiden (en in
Leiden gingen de hele dag van
kerktorens en kapellen tiental
len klokken te keer) als de hoog
mis was afgelopen. Dat was
overigens een „vroegertje",
want de hoogmis begon om 8
uur 's morgens, nadat al om
half 5 en half 6 stille missen
waren gelezen: de middeleeuwer
ging met de kippen op stok -
zonder gezelligheidsspelletjes in
de avond - en stond op bij het
krieken van de dag. Een paar
eeuwen terug was dat trouwens
nóg het geval.
Stad en kerk (Leiden had in de
16e eeuw drie parochiekerken,
uitzonderlijk in den lande) lagen
dus in eikaars verlengde. Voor
die pracht- en praaltoestanden
had men gaandeweg meer ruim
te en mogelijkheden nodig. Het
was „all in the game": de Kath
olieke Kerk had nu eenmaal
vanuit Rome de oud-romeinse
administratie, het bestuur naar
het westen overgebracht. Dat
was een feodaal stelsel, van de
adel afkomend. Politieke macht
uitte zich toendertijd feodaal.
Maar in de loop der middeleeu
wen groeide het „burgerdom",
de kleine luiden werden een
kopje groter, en de burgerij
ging zich meer uiten. De concur
rentie stak de kop op. Jan Doo
ve: „Als die concurrentie er niet
was geweest, had Leiden nooit
twee, drie (Onze Lieve Vrouwe-
kerk aan de Haarlemmerstraat)
van die grote kerken gehad. Het
was een elkaar de ogen uitste
ken. De Pieterskerk stamde uit
het feodale tijdperk, de St. Pan-
cras (Hooglandse) kerk groeide
uit de macht en toenemende
invloed van de burgerij, en
Rijnsburgs abdij subsidieerde
de Vrouwe-kerk."
Het zijn wetenswaardige dingen
(en nog veel meer) die het „on
bekende Pieterskerk"-boekje in
een lezerskring brengt. Wie weet
van huiseigenaren beet in het
zand.
In district III won de onafhan
kelijke kandidaat H. P. Zwet
sloot (lijst 1) uit Hoogmade.
Zwetsloot, die de afgelopen zes
jaar ook al hoofdingeland was
versloeg burgemeester mr. R.
Gallas van Alphen a.d. Rijn,
PCG-fractie-voorzitter in de Lei-
derdorpse gemeenteraad dr. J.
Hekkelman en de lijsten van de
Kamers van Koophandel, van
de LTB en van de Alphense
Huis- en grondeigenaren.
In district IV is de secretaris
van de Kamer van Koophande
B. Buenk hoofdingeland gewor
den. Hij versloeg onder anderer
de lijst van de huis- en grondei
genaren, die van de LTB en dis
van de heer C. Lafeber die ei
al vele jaren hoofdingeland
schap op heeft zitten.
Is de uitslag van de verkiezin
gen voor dijkgraaf J. van Kno
belsdorff een verrassing? „Nee,
in grote lijnen verwondert het
me niet dat juist deze kandida
ten uit de bus zijn gekomen. Met
vertrouwen zie ik hun entree in
de verenigde vergadering tege
moet. Het percentage uitge
brachte stemmen valt me beslikt
mee. Al moeten we wel in h«:t
oog houden dat daaruit op dit
moment het opkomstpercentage
nog niet af te leiden valt".
Ramingen
Over de verdeling van de uitge
brachte stemmen naar district
en naar categorie „gebouwd" of
„ongebouwd" wilde men van
morgen op „Rijnland" nog niet
.WÈmÊÊÊÊilfcM
In onder meer het Gemeenlandshuis aan de Breestraat in Leiden was gisteren een stembureau ingericht.
Jan Doove:
wroeter in his
torie van Pie
terskerk.
mis), uitvaarten, processies op
hoogfeesten en bij kritieke si
tuaties. Zo gauw er „iets" was,
kwam er een processie (met wa
genspelen) en stond de hele stad
op z'n kop".
In zo'n processie was een groot
stuk folklore verdisconteerd:
gilden, schutterij, alles liep mee.
„En zo „Hollands" als ik weet
niet wat", vindt Jan Doove;
„want als het flink regende
droeg de dienstdoende priester
„tweede klas" paramenten,
tweede keus dus, want „pas op
voor je goeie goed..." Het leven