Hoe zat het ook al weer? RIJNLAND: „BELANGSTELLING VOOR VERKIEZINGEN VERRASSEND GROOT" „De Pieterskerk moet open cultuur centrum worden" DONDERDAG 21 AUGUSTUS 1975 LEIDSE COURANT PAGINA 5 Ten behoeve van de verkiezingen was Rijn land opgedeeld in vier districten. Voor elk district was vastgesteld hoeveel „hoofdin gelanden" of vertegenwoordigers er door de kiezers in de Verenigde Vergadering mochten worden aangewezen. District I (ongeveer begrensd door de ge meenten Wassenaar, Voorschoten, Leiden, Sassenheim, Lisse, Hillegom, Haarlem en de Noordzeekust) mocht drie hoofdingelan den „ongebouwd" kiezen en vijf hoofdinge landen „gebouwd". Aan district II(de Haarlemmermeerpolder plus een stuk van Amsterdam) waren drie zetels „ongebouwd" beschikbaar gesteld en drie zetels „gebouwd". District II (globaal genomen het gebied tussen Leiderdorp, Warmond, de Kaag, Leimuiden, Nieuwveen, Nieuwkoopse plas sen, Zwammerdam, Alphen a.d. Rijn) was twee zetels „ongebouwd" toegewezen en één zetel „gebouwd". District IV (begrensd door Leiden, Voor schoten, Den Haag, Zoetermeer, Waddinx- veen, Gouda, Bodegraven en Alphen a.d. Rijn) mocht twee hoofdingelanden „onge bouwd" kiezen en één kandidaat „ge bouwd". Samen zijn dat 20 hoofdingelanden. De Verenigde Vergadering bestaat in totaal uit 30 hoofdingelanden. De overige 10 zijn aangewezen door de colleges van b. en w., de Kamers van Koophandel en de geweste lijke raden van het landbouwschap. Allerlei organisaties zijn de laatste jaren in touw om dames, maar ook heren van hun overtollige pondjes af te helpen. In Leiden is Slank Fit Nederland gestart met een cur sus. Onze redactrice Liesbeth Vogels, keek voor u, en ook een beetje voor zichzelf, achter de schermen van deze organisatie. Slank zijn mag dan ge zond zijn, afslanken is dat bepaald niet. Hoe minder ik eet en snoep, des te meer sigaretten ben ik gaan roken. Na een week kon ik de trieste score van dertig sigaretten per dag opnemen. Je kunt je afvra gen wat van de twee slechte eigenschappen nog het beste is. Ik ben vast van plan het roken tot een aanvaardbaar mini mum te bepalen. Wanneer ik een beetje aan mijn nieuwe eetgewoonte ge wend ben. Uiteindelijk kan een mens zich maar op één zaak tegelijk concentreren. En wie weet, misschien komt onze anti-rookapostel, dr. Meinsma, tegen die tijd wel met een cursus naar Leiden. Voor wat betreft mijn dieet van duizend calorieën per dag is de score heel wat hoopgevender. De weeg schaal van Slank-Fit Ne derland lachte me de laat ste cursus vriendelijk toe: hij noteerde maar liefst vier kilo minder. Dit lever de me een applaus op van mijn medecursisten en een kwastje van de organi satie. Het is een goede gewoon de bij Slank Fit dat wan neer een van haar cursis ten tweeënhalve kilo of meer is afgevallen, hij of zij deze kleine onderschei ding ontvangt. Deze twee de cursus kon de leidster Els van Buchem overigens' kwistig kwastjes uitdelen. Meer dan de helft van de cursusten had er gezien zijn gewichtsverlies recht op. Het vermoeden rijst dan ook dat de weeg schaal de eerste keer mis schien iets te onvriendelijk was afgesteld, om ons ge lijk de tweede keer niet al te zeer te demoraliseren. Hoe dan ook: er heerste in het ontmoetingszaaltje aan de Boshuizerkade een lichte hoera-stemming: de eerste week van strijd te gen al het lekkers dat ons van minuut tot minuut in winkels en snackbars pro beert te verleiden hadden we moet goed gevolg ach ter de rug. Het spreek woord: ,,De eerste klap is een daalder waard", gaat hier zeker op. Het laatste kwartiertje van de les wordt in beslag ge nomen door isometrische oefeningen. Zij dienen om de dijbeen-, buik- en borstpieren wat steviger te maken. Algemene hilariteit was er bij het zogenaamde „vishappen"' (hoofd naar achteren, onderlip over bovenlip. Deze oefening dient om eventuele rim pels die ontstaan in de hals tegen te gaan). De oefening ontlokte aan een van rfiijn mede-cursisten de uitroep: „Zo meteen wordt er buiten alarm ge slagen omdat men denkt dat er hier iets vreselijks aan de hand is." Veel zaken die het leven een beetje sjeu geven, zijn er voor mij niet meer bij. Zo at ik tussen de middag vaak brood met croquet- ten in een restaurant. Een blik in het calorieënboekje is genoeg om me daar tot nog toe van af te houden. In totaal zeshonderd calo rieën leveren deze heerlij ke, o zo vette, voedings middelen op. Ook was ik een min of meer trouwe bezoekster van pizzeria's. Daar hoef ik voorlopig he lemaal niet aan te begin nen: Een pizza is al dui zend calorieën om dan nog maar niet te spreken van de wijn waarin ik de pizza placht te laten zwemmen en het soepje vooraf. Liesbeth Vogels 'ij zijn ^ekozen 7 verenigde Vergadering van het ooghoemraadschap Rijnland ziet if nu als volgt uit ofdingelanden ongebouwd: ilrict I: van Saase uit Noordwijkerhout plaatsvervanger M. van Zandwijk It Noordwijk). Vergeer uit Warmond (plaatsver- anger P. van der Geest uit Sassen- eim). Wensveen uit Wassenaar (plaatsver- gnger N. Alkemade uit Wassenaar). .ki itrict II: n pompen uit Nieuw Vennep (plaats- arvanger A. C. Blom uit Zwanen- iurg). 15jVerbeek uit Hoofddorp (plaatsver- K anger J. Petrie uit Hoofddorp). 16van Leeuwen uit Aalsmeer (plaats- arvanger P. Hartog uit Aalsmeer). eze drie hoofdingelanden zijn bij "Enkelvoudige kandidaatsstelling ge- lozen. Wet III: van Heiningen uit Roelofarends- teen (plaatsvervanger A. van Veen n ||t Ter Aar). lefvan der Poel uit Oud Ade (plaats- bi arvanger C. van der Weyden uit apvenhoven). ie trlct IV: Noordam uit Benthuizen (plaatsver- Yvanger H. Verwaal uit Hazerswou- J' 9). >a Straathof uit Alphen a. d. Rijn plaatsvervanger F. Droogh uit Zoe- Brmeer). Vf ioldlngelanden gebouwd: a' Constandse uit Haarlem (plaatsver vanger A. de Leeuw uit Haarlem) èn de Leeuw uit Haarlem (plaatsver- 11 anger G. Brandsma uit Haarlem) van Alkemade uit Noordwijk plaatsvervanger G. van Haasteren uit Leiderdorp) èn Doeven uit Hoogmade (plaatsver- ii langer O. Bik uit Leiden) èn 2 Verbeek uit Leiderdorp (plaatsver- anger G. Meerburg uit Leiderdorp), gekandideerd door de bónd van mis- en grondeigenaren. stokkermans uit Lelden (plaatsver- ig vanger G. van Dorp uit Katwijk a. jöd. Rijn) gekandideerd door de Ka- Jmer van Koophandel. ,D strict II: K A. van der Meij (plaatsvervanger J. Corveleijn uit Badhoevedorp), den Daas uit Rljsenhout (plaatsver- r, vanger Dr. D. Riemens uit Wasse- Deze heren hebben bindln- gen met respectievelijk polderbestu- ren en het bedrijfsleven. Atema uit Aalsmeer (plaatsvervan- a; ger P. Tas uit Aalsmeer), gekandi- deerd door de Kamer van Koophan- del. itrtct lil: P. Zwetsloot uit Hoogmade (plaats vervanger P. van Rijn uit Ter Aar), inafhankelijk. strict IV: Buenk uit Moordrecht (plaatsver vanger J. Jonkers uit Boskoop), ge kandideerd door de Kamer van Koophandel. DOfdlngelanden „waterkwaliteit": !i r. dr. L. de Gou, burgemeester van 'f Haarlem (plaatsvervanger L. v. d. u Berg uit Haarlem), aangewezen door b. en w. van Haarlem, r. C. J. D. Waal. wethouder van 6 Lelden (plaatsvervanger F. J. Kuij- e pers), aangewezen door b. en w. 10van Leiden. van Eijsinga, burgemeester van Oegstgeest (plaatsvervanger mr. J. 3 Bonnike, burgemeester van Noord- Ie wijk) èn 3^. v. d. Wel uit Gouda (plaatsvervan ger H. Huizer uit Waddlnxveen), aangewezen door de Zuid-Holland- se gemeenten in Rijnland. IM. Hoffman uit Badhoevedorp (plaatsvervanger M. Jongkind), aan gewezen door de Noord-Hollandse gemeenten binnen Rijnland. J. Vies uit Nieuwerkerk a. d. IJssel (plaatsvervanger A. Meskes) èn Groen uit Nieuwerkerk (plaatsver vanger mr. H. Branderhorst uit Lei den) èn Ir. A. van den Biggelaar uit Aalsmeer (plaatsvervanger ir. H. Heere uit Zwanenburg), aangewezen door de Kamers van Koophandel, LOudijk uit Waddinxveen (plaatsver- vanger B. Hoogendam uit Amster- Kuijff uit Boskoop (plaatsvervanger n. A. Stokman uit de Haarlemmer meer), aangewezen door de gewes- telijke raden van het Landbouw- schap. Van een onzer verslaggevers :%EIDEN Dat staat daar maar I als monument, belast met een verleden en bedreigd door een oekomst (met enig hedendaags loulaas in de vorm van toezeg- lingen van draagkrachtige per ionen en combinaties), maar de 'Leidse Pieterskerk is door zijn meer dan 400 jaar „er staan" inbekender dan menigeen ienkt. Het is geen „kerk" meer, maar werd wel degelijk als zo danig gebouwd. Omdat dit trot se stukje Leiden meer verleden dan toekomst heeft, wordt er ;een boekje over opengedaan. Ken stel gravers m de eeuwen heeft een bijdrage willen leve ren aan de instandhouding van dit erfgoed, dat generaties aan elkaar verbindt. In het nabije najaar," waarschijnlijk, zal een Pieterskerk-historie het daglicht zien in gedrukte vorm. De op brengsten daarvan worden voor een deel gebruikt tot verster king van de pot van de Stichting grienden van de Pieterskerk, die het gebouw in glorie over eind wil houden. Burgemeester AÜriaan Vis heeft al van harte jè geknikt. Met één van de auteurs van het boekje, dat nog geen naam heeft, hadden we een gesprek. Dat was Jan A. F. Doove (39), die vanaf zijn „daktuintje" aan de Papengracht al z'n leven lang tegen de Leidse St. Pieter aan kijkt. Een aanblik die hem nog steeds uitermate boeit, omdat hij er elke dag dingen aan ziet die weer nieuw voor hem zijn: het eerste raam in het noordelij ke zijschip is breder dan de twee naastliggende ramen enzo voorts. Een tijd geleden ging hij met Ingrid Moerman (van de Lakenhal), Rudi Ekkart (conser vator Acad. Hist. Museum), Ruud Spruit (de man van de Leidse hofjes) en met de Am sterdamse architectuur-histori cus George Hemmers rond de tafel zitten. Een idee kreeg vorm en. plaatselijke uitgever Groen zag er wat in. Het vijftal wil de Pieterskerk „anders dan anders" uit de doe-' ken doen. George en Jan gaan de kerk beschouwen vanuit functie en bouw, Rudi Ekkart „doet" de universiteit en de Pie terskerk en de „roerende monu menten" daarin, Ru ld Spruit heeft het als expert over de laatste eeuw (tot aan de sluiting) en Ingrid schrijft over de Pie terskerk en de Pilgrimsfathers (als bekende commerciële noot in het stenen opus). Een boekje, dat makkelijk lees baar is en even gemakkelijk be taalbaar, maar tevens- een schat aan informatie herbergt die in grote trekken onbekend was tot nog toe. Overigens blijft Doove hardnekkig van mening, dat de „nieuwe" Pieterskerk in geopen de toestand een „open cultuur centrum" zou moeten worden, eigenlijk. In elk geval méér dan alleen een groot-auditorium van de universiteit. Jan Doove spreekt hier zijn bevindingen uit als persoon, die „zelf dé'voor-re formatorische tijd van de Pie terskerk de meest interessante vindt". En de uitkomsten van zijn wroeten en graven volgend zijn we geneigd hem in die me ning te doen stijven. Alleen déérom al kope men het boekje na uitgave. „Loop eens langs die kerk", ad viseert Doove, „en denk dan: wat gek, in feite, zó'n kerk voor de reformatorische eredienst. Maar daar is hij ook niet voor gebouwd. Voor een juiste beoor deling moet je zo'n gebouw gaan leren zien met een midde leeuws oog en je al ereerst af vragen: waarom kwam die kerk er?; hoe functioneerde de litur gie in de oude voorganger van de grote gotische kerk? Dan blijkt meteen, dat er in de (twee de) romaanse vormgeving ruim tegebrek ontstond. Niet te ver wonderen, want het stedelijke en kerkelijke leven gingen hand in hand: jaarfeesten van gilden en broederschappen, verkiezing van burgemeesters (na de hoog- llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllfll Bond van huis- en grondeigenaren grote winnaar bijvoorbeeld, dat men tegenover het instorten van de ruim 100 meter hoge toren (die in de kerk was ingebouwd) een ander to renachtig iets wilde stellen: de vier dikke pilaren op de krui sing van midden- en zijschepen vertellen, dat op het dak een „vierlingtoren" - zoals de Bos sche St. Jan vertoont - had moe ten komen. Maar de tijden wa ren toen al veranderd, op de helft van de 16e eeuw. De con junctuur en het „nieuwe geloof" staken er een stokje voor. Een omwenteling luidde een nieuw tijdperk in. Toen was het gedaan met de enorme sacristie, die door de reformatorische bemanning van de Pieterskerk werd afgebroken en veranderd in een (veel kleine re) consistoriekamer. „Dat dank je de koekoek", blaast Jan Doo ve uit, als na een veldslag: „van 1428 tot 1566 was de sacristie een „kleedkamer" van jewelste: aan de St. Pieter van Leiden waren 80 eerwaarde heren van de Duitse Orde verbonden, die met elkaar 34 altaren (behalve nog het hoofdaltaar) moesten bedienen". Ja, God en mensen gingen toen nog met elkaar om als op een jaarbeurs, een relatie die in onze verlichte tijden „doorzichtiger" is geworden. „We hebben geen idee van de omvang van het kerkelijke be drijf in de 16e eeuw", weet Jan Doove nu zo langzamerhand wel. „George en ik besluiten ons aan deel in het Pieterskerkboekje met een gemenigheidje. Dat gaat ongeveer als volgt: Na de reformatie brak men alle alta ren af en wat zie je er nou staan? Op die plaatsen allemaal grafmonumenten erf borstbeel den voor plaatselijke groothe den, die nu tot de eer der calvi nistische altaren zijn verheven. Vroeger had een altaar een functie, thans zijn de borstbeel den „roerende monumenten". Ton Pieters Van een onzer verslagge vers LEIDEN Van het to taal aantal stemmen dat de kiezers bij de Rijn- land-verkiezingen kon den uitbrengen, is onge veer 1/3 metterdaad uit gebracht. Dat is een uit slag die het hoogheem raadschap bepaald heeft verrast. Gerekend had men hier op een percen tage tussen de 10 en de 15. Overigens zegt de schat ting van het aantal uitge brachte stemmen weinig over de opkomst. Afhan kelijk van de omslag die zij betalen, mochten de kiezers immers meerdere malen een stem uitbren gen. Cijfers over de op komst waren vanmorgen nog niet bekend. Wel staat de uitslag vast. Daaruit blijkt dat in dis trict I (het belangrijkste district, waaronder ook Leiden en Haarlem res sorteren) de Leidsche en Haarlemse Bond van huis- en grondeigenaren overtuigend heeft gewon nen. Allo vier de kandida ten op hun in de catego rie „gebouwd" ingediende lijst zijn inderdaad geko zen. De vijfde zetel „ge bouwd" die in district I beschikbaar was, is naar de lijst van de Kamer van Koophandel gegaan. CDA-fractieleider in de Leidse raad mr. H. Dries- sen die ook meedong naar een zetel „gebouwd" in dit district is dus niet gekozen. Evenmin als mevrouw C. Ker- ling-Simons van de PvdA, me vrouw A. Roos van de WD, vier kandidaten namens de Ka mer van Koophandel, de vijf agrariërs van Lijst zeven en een aantal onafhankelijke kandida ten. In de sector „ongebouwd" heeft in district I de ITB-lijst LTB- lijst gewonnen. Ook in de drie overige districten zijn LTB-ers gekozen als hoofdingelanden „ongebouwd". Geen van de twee concurrerende onafhankelijke kandidaten (in district III en district IV) hebben het gehaald. Wat betreft het „gebouwd" in district II heeft de „oud-gedien- den"-lijst 1 twee van de drie zetels in de wacht gesleept. De concurrerende lijst van de Ka mers van Koophandel behaalde hier ook een zetel. Lijst 3 na mens de Amsterdamse bond meer kwijt dan wat globale ra mingen. „Het percentage stem men dat door landeigenaren is uitgebracht is bepaald groter dan dat van de huiseigenaren", aldus de voorlichtings-funtiona- ris van het hoogheemraadschap. „In district I is ruim de helft van de stemmen afkomstig van landeigenaren en ongeveer 1/3 van huiseigenaren. Het totaal aantal uitgebrachte stemmen is hier percentueel het hoogste. In de overige districten schommelt het aantal uitgebrachte stem men eveneens rond de 50%. Het percentage stemmen van huisei genaren is hief evenwel aanzien lijk lager dan in district I." Reden dat de Rijnland-woord- voerder niet meer dan schattin gen wilde geven is „dat de cij fers nog geverifieerd moeten worden; ook al omdat is geble ken dat nogal wat door de ver schillende stern-bureaus opge maakte processenverbaal, ge corrigeerd dienden te worden". Dat het opkomst-percentage nog niet bekend is komt doordat men hiertoe op de stembureaus helemaal geen telling heeft bij gehouden. Vindt dijkgraaf Van Knobels- dorf niet dat de public relations van Rijnland slecht gediend zijn met pen zo trage berichtgeven omtrent een en ander?" „Dat we niet alle gegevens on middellijk op tafel hebben", zo antwoordt hij daarop, „komt door de gecompliceerdheid van ons verkiezingsstelsel. Overi gens geloof ik niet dat de kie zers op deze gegevens nou echt zitten te wachten". Vindt de dijkgraaf dat Rijnland voldoende heeft gedaan om alle betrokkenen goed te informeren omtrent de verkiezingen? Welis waar is begin dit jaar op grote schaal een speciale verkiezings krant verspreid, maar veel meer is er ook niet gebeurd. Van Knobelsdorff: „De tijd spanne die is verlopen tussen de verspreiding van die krant en de verkiezingen is groter gewor den dan onze bedoeling is ge weest. Aanvankelijk wilden we de verkiezingen nog vóór de zo mer houden. Dat is vanwege de enorme hoeveelheid werk die moest worden verzet, niet ge lukt. Daarbij dient men te be denken dat informatie verschaffen over de lijst en en de kandidaten niet op onze maar op hum weg lag. Ik meen dat er wat de voorlichting betreft uitgehaald is wat er ma ximaal uit te halen was. Overigens kan ik me wel indenken dat men signa leert dat in de toekomst de verkiezingen op een andere manier onder de aandacht van het publiek kunnen worden ge bracht". Willem Scheer ui ae siaa was aigestemd op de kerkelijke getijden. De werk klok mocht pas luiden (en in Leiden gingen de hele dag van kerktorens en kapellen tiental len klokken te keer) als de hoog mis was afgelopen. Dat was overigens een „vroegertje", want de hoogmis begon om 8 uur 's morgens, nadat al om half 5 en half 6 stille missen waren gelezen: de middeleeuwer ging met de kippen op stok - zonder gezelligheidsspelletjes in de avond - en stond op bij het krieken van de dag. Een paar eeuwen terug was dat trouwens nóg het geval. Stad en kerk (Leiden had in de 16e eeuw drie parochiekerken, uitzonderlijk in den lande) lagen dus in eikaars verlengde. Voor die pracht- en praaltoestanden had men gaandeweg meer ruim te en mogelijkheden nodig. Het was „all in the game": de Kath olieke Kerk had nu eenmaal vanuit Rome de oud-romeinse administratie, het bestuur naar het westen overgebracht. Dat was een feodaal stelsel, van de adel afkomend. Politieke macht uitte zich toendertijd feodaal. Maar in de loop der middeleeu wen groeide het „burgerdom", de kleine luiden werden een kopje groter, en de burgerij ging zich meer uiten. De concur rentie stak de kop op. Jan Doo ve: „Als die concurrentie er niet was geweest, had Leiden nooit twee, drie (Onze Lieve Vrouwe- kerk aan de Haarlemmerstraat) van die grote kerken gehad. Het was een elkaar de ogen uitste ken. De Pieterskerk stamde uit het feodale tijdperk, de St. Pan- cras (Hooglandse) kerk groeide uit de macht en toenemende invloed van de burgerij, en Rijnsburgs abdij subsidieerde de Vrouwe-kerk." Het zijn wetenswaardige dingen (en nog veel meer) die het „on bekende Pieterskerk"-boekje in een lezerskring brengt. Wie weet van huiseigenaren beet in het zand. In district III won de onafhan kelijke kandidaat H. P. Zwet sloot (lijst 1) uit Hoogmade. Zwetsloot, die de afgelopen zes jaar ook al hoofdingeland was versloeg burgemeester mr. R. Gallas van Alphen a.d. Rijn, PCG-fractie-voorzitter in de Lei- derdorpse gemeenteraad dr. J. Hekkelman en de lijsten van de Kamers van Koophandel, van de LTB en van de Alphense Huis- en grondeigenaren. In district IV is de secretaris van de Kamer van Koophande B. Buenk hoofdingeland gewor den. Hij versloeg onder anderer de lijst van de huis- en grondei genaren, die van de LTB en dis van de heer C. Lafeber die ei al vele jaren hoofdingeland schap op heeft zitten. Is de uitslag van de verkiezin gen voor dijkgraaf J. van Kno belsdorff een verrassing? „Nee, in grote lijnen verwondert het me niet dat juist deze kandida ten uit de bus zijn gekomen. Met vertrouwen zie ik hun entree in de verenigde vergadering tege moet. Het percentage uitge brachte stemmen valt me beslikt mee. Al moeten we wel in h«:t oog houden dat daaruit op dit moment het opkomstpercentage nog niet af te leiden valt". Ramingen Over de verdeling van de uitge brachte stemmen naar district en naar categorie „gebouwd" of „ongebouwd" wilde men van morgen op „Rijnland" nog niet .WÈmÊÊÊÊilfcM In onder meer het Gemeenlandshuis aan de Breestraat in Leiden was gisteren een stembureau ingericht. Jan Doove: wroeter in his torie van Pie terskerk. mis), uitvaarten, processies op hoogfeesten en bij kritieke si tuaties. Zo gauw er „iets" was, kwam er een processie (met wa genspelen) en stond de hele stad op z'n kop". In zo'n processie was een groot stuk folklore verdisconteerd: gilden, schutterij, alles liep mee. „En zo „Hollands" als ik weet niet wat", vindt Jan Doove; „want als het flink regende droeg de dienstdoende priester „tweede klas" paramenten, tweede keus dus, want „pas op voor je goeie goed..." Het leven

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 5