BOLHOEDEN, HOGE ZIJDEN SOEPJURKEN
EN SLOBBERPAKKEN ALS INSPIRATIEBRON
Zondag-
middag
concert
in het
Groene
Kerkje
UITGAAN
Leidse kinderen samen
met Proloog op zoek
naar het verzwegen nieuws
ZATERDAG 12 APRIL 1975
EEIDSE COURANT
PAGINA s
Van onze kunstredaktie
LEIDEN De Haagse toneel
groep „De Appel" geeft woens
dag 16 april in het Lak-theater
een voorstelling van hun
nieuwste produktie „Kafka K
K". Onze kunstredakteur Bert
Jansma woonde de laatste repe
tities bij, praatte met regisseur
Erik Vos en wierp een terug
blik op drie jaar toneel door
„De Appel".
„Zoals onze groep werkt, heb ik
het nog nooit meegemaakt in
Nederland", zegt regisseur Erik
Vos over toneelgroep De Appel.
Hij praat over het werk aan het
Kafka-programma dat onlangs
in het Scheveningse Theater
Aan De Haven in première ging.
„Bij de Appel wordt iedereen
betrokken bij de voorstelling en
is daar ook voor verantwoorde
lijk. Ik maak van tevoren geen
mise-en-scène meer. Dat heb ik
vroeger wel gedaan. Nu gebeurt
hier alles op de vloer van het
theater via improvisaties en
ideeën van de acteurs, al bestaat
er van te voren natuurlijk wel
mijn visie over wat we aan het
doen zijn. Maar bij ons speelt
ook de technische staf sterk
mee. Bij normale voorstellingen
verschijnt „de techniek" pas
zo'n vier of vijf voorstellingen
van te voren om licht, geluid en
andere effecten in te passen.
Iemand als Wim de Vries hier
is al een maand tevoren bij alle
repetities. Hij zit erbij als een
van de acteurs, denkt mee, en
uit zijn improviseren met o.a.
een lichtspot is een scène ont
staan die ik als regisseur waar
schijnlijk nooit zo bedacht zou
hebben. Wat hij doet, geldt voor
de hele technische ploeg. Ze ko
men zelf met allerlei muziek
banden aanzetten die we kun
nen gebruiken en zijn volmaakt
betrokken bij ons eindresul
taat".
Onbegrijpelijke orde
Vorig jaar werd overal de vijf
tigste sterfdag van de Tsjechi-
ich-Oostenrijkse auteur Frans
Kafka gememoreerd. Kafka, die
tijdens zijn leven slechts enkele
verhalen publiceerde, maar van
door toedoen van zijn
vriend MaXj3rod na zijn dood
enkele romans en een macht
brieven, dagboeknotities en
kort werk het licht zag. Overi
gens tegen zijn uitdrukkelijke
wens in. Het is altijd de vraag
gebleven of Brod naar Kafka's
wens had moeten luisteren,
maar anderzijds is wat na Kaf
ka's dood aan teksten vrijkwam
zo invloedrijk geweest op de
hele hedendaagse literatuur dat
je Brod alleen maar dankbaar
mag zijn. Kafka is geen gemak
kelijk auteur. Hij roept een ha-
lucinerende wereld op waarin
de mens vertwijfeld opbokst te
gen de onbegrijpelijke orde om
hem heen. Angstdromen, waar
in werkelijkheid en onwerkelijk
heid dwars door elkaar heen
lopen, nachtmerries zijn z'n ver
halen. „Kafka heeft veel met
onze groep te maken", verklaart
Erik Vos. „Zijn werk is als een
droom, en die vorm staat cen
traal in ons soort theater. We
kunnen die expressiemogelijk
heid erg goed benutten. Het be-
miek tot een geheel gesmeed
worden. Erik Vos: „De grote lijn
in het Kafka-programma is Ka-
fa's Tocht naar het niets. Hij
heeft geen werkelijk doel. Aan
het eind van de voorstelling ver
dwijnt hij naar de nok van het
theater, waar hij niet verder
kan. De eerste helft van het
programma laat Kafka zien in
allerlei ontmoetingen. Hij komt
mensen tegen die in feite alle
maal afsplitsingen van hemzelf
Rafels
Nog een voorbeeld van de typi
sche Appel-wijze van werken is
het feit dat een acteur als Peter
van der Linden op een dag met
een aantal maskers te voor
schijn kwam die direct hun
plaats in de voorstelling kregen.
De Appel speelt
Kafka in Lak-theater
tekent een soort toneel dat
werkt met associaties, omkerin
gen, herhalingen en verdubbe
lingen van karakters". Erik Vos
diepte het idee om Kafka te
gaan brengen op via voorstellin
gen in Zwitserland, waar Vladi
mir Hermann iets dergelijks
deed in een literair-filosofisch
cabaret. Hij vroeg de tekst op
uit Zwitserland en daarin zaten
zoveel aanknopingspunten voor
De Appel dat men er onmiddel
lijk mee ging werken.
Tocht naar niets
Wie een middag naar de repeti
ties heeft gekeken, beseft aan
wat voor ingewikkelde toneel
collage de groep bezig is. Er is
nauwelijks sprake van een „to
neelstuk" in de traditionele zin
van het woord. Losse fragmen
ten uit Kafka's werk zijn in
eikaars verlengde geplaatst.
Thema's, die geen werkelijk v
haal vormen, maar die via ov
gangen in geluid, licht en i
Erik Vos: „Peter speelt de cen
trale rol van Kafka met zes
verschillende maskers. Voor el
ke ontmoeting een nieuw mas
ker. Maar hij kwam ook aanzet
ten met een aantal maskers
voor de scènes met een aantal
journalisten die Kafka alsmaar
vragen naar verklaringen voor
zijn werk. Iedere kunstenaar die
we voor die maskers van buiten
hadden aangetrokken zouden
we heel lang hebben moeten
informeren over onze bedoelin
gen. Maar Peter van der Linden
kwam met rafelige maskers uit
echte kranten opgebouwd. Pre
cies wat we moesten hebben.
Appel-vondsten
De Appel gebruikt voor het
eerst maskers waarbij niets van
het gezicht van de acteurs te
zien is. althans in een aantal
scènes. Al tijdens de repetities
levert dat een bizar, vervreem
dend beeld op. Als Peter van
der Linden aan een dialoog be
zig is met de alles overheersen
de vader-figuur, die zo'n groot
aandeel inneemt in Kafka's
werk, lijkt alles dubbel: Je ziet
acteur Van der Linden toneel
spelen, via sterk mimische be
wegingen en tegelijkertijd klinkt
ergens vanachter het masker z'n
stem alsof die uit een verder
gelegen wereld komt. Een simul
taanseance van een dubbele
persoonlijkheid. Er zijn tijdens
de voor een buitenstaander
chaotisch aandoende repetities
meer van die typische Appel
vondsten te herkennen: een pa
rasol die een priktol wordt, de
correspondentie tussen Kafka
en een vrouw die via twee ex-
lichtmasten verbeeld wordt in
de onmogelijkheid tot contact,
het geluidsdecor dat de acteurs
zelf in de hoeken van het toneel
met eigen instrumenten verzor
gen.
:Rare rekwisieten
Erik Vos: „Bij de première zit
ten we eigenlijk altijd nog volop
in de chaos. Hoe langer we spe
len, hoe beter het wordt. De
dingen groeien bij ons langzaam
duidelijker". Al doende ontstaat
bij De Appel de definitieve to
neelvorm. Daar wil het toeval
soms een grote rol bij spelen.
Een scène uit het Kafka-programma van De Appel.
Voorbeeld daarvan is de unieke
advertentie die de groep in de
krant liet zetten. Tekst: „Wie
helpt ons aan allerlei rare
vreemde rekwisieten uit eind
vorige eeuw of begin van deze
voor ons Kafka-programma?
Bijvoorbeeld: oude bolhoeden,
hoge hoeden, rare kostuums als
oude jacquets, rokkostuums,
wonderlijke korsetten, ouder
wetse grammofoon plus kelk,
gekke hoge fiets, koffers, city
bags, oud ijzeren ledikant..." En
ga zo maar door. Het kwam er.
De bolhoeden, de jacquets,
maar ook geborduurde kussens,
witte jurken. Erik Vos: „We heb
ben achter het toneel een hele
voorraad liggen. We gebruiken
alles. De acteurs konden er ook
een stuk inspiratie uit putten.
Tijdens de improvisaties waar
mee we begonnen verdwenen ze
af en toe naar achter om er
volkomen anders uitgedost van
daan te komen".
Vol theater
Het gaat goed met De Appel.
Het Theater aan de Haven kan
weliswaar maar uiterlijk 120
man bevatten, het zit wel al
maanden achtereen vol. De
groep gaat steeds meer in Den
Haag spelen, maar doet daar
naast eigen, vaste plaatsen aan
in steden als Amsterdam, Haar
lem, Groningen, Leiden, Zwolle,
Arnhem, Nijmegen en Ensche
de. Vos: „Allemaal kleine thea
ters. We spelen nu echt niet
meer in grote theaters, omdat je
daarmee onze typische, eigen
mise-en-scène kapot maakt".
Het Kafka-programma wordt
gespeeld door de acteurs Peter
van der Linden, Niek Pancras,
Monique Smal, Geert Thijssen,
Johan Leysen, Han Römer,. Ac
teur Carol Linssen ontbreekt dit
keer. Vos: „We hebben voor het
eerst wat je traditioneel een
„doublure" noemt. Carol Lins
sen speelt nu in z'n eentje Dyl-
lan Thomas' Onder het mel
kwoud", wij spelen Kafka daar
tegen in". De Appel heeft tevo
ren duidelijke lijnen omtrent de
programmering op papier gezet.
Enerzijds een lijn voor het zui
vere improvisatie-toneel, een an
dere lijn voor het klassieke to
neel. Programma's als „Tafels",
en „Kisten" liggen op die eerste
lijn, „Peer Gynt" en „Don Juan"
op de tweede. Past zo'n solo
voorstelling als „Onder het mel
kwoud" in die uitgestippelde
programmering? Vos: „Onder
het Melkwoud" spelen was een
privé-wens van Carol Linssen,
en als een acteur iets zo graag
wil, waarom zou je daaraan
geen gehoor geven? Tenslotte
zijn we „Don Juan" van Molière
ook gaan spelen omdat de ac
teurs met dat idee kwamen aan
dragen."
Labyrint
Inmiddels krijgt Kafka steeds
meer vorm in het intieme Thea
ter aan de Haven. „Schrijven"
heeft Kafka gezegd,,,is het af
wikkelen van een draad in een
labyrint". Acteurs, regisseur en
technische staf zijn druk bezig
eenzelfde dfaad te leggen in een
labyrint van korte scènes en
teksten. Bizarre elementen uit
Kafka's denkwereld, waarin de
vaderfiguur via verbaal realis
me ten voeten uit getekend
wordt, maar waarnaast het
eveneens mogelijk is dat de
schrijver op zijn kamer plotse
ling een groot ei vindt waaruit
een grote vogel geboren wordt
Het ziet er in de zwart-witte
opzet van het toneelbeeld intri
gerend uit. Een vreemde wereld
die niet door Kafka verklaard
wordt en waarin de toeschou
wer z'n eigen werkelijkheid
maar moet terugvinden. De ac
teurs lopen in witte gewaden,
oude slobberpakken, hoge hoe
den zoals ze al niet meer ge
maakt worden cn een vreemd
trait d'union zijn tussen Kafka's
tijd en het theater van vandaag.
Aart Caboort van de technische
staf komt die vervreemding nog
eens versterken. Uit de binnen
kant van een oude hoge zijden
haalt hij een knipsel tevoor
schijn. Het is een oude bespre
king van de Gijsbrecht van
Aemstel op een vergeeld velletje
van De Luistergids, het pro
grammablad van Den Neder
landsehen Omroep dat per
weekabonnement nog acht cen
ten moest opleveren. Aan de
achterzijde wordt door een Dr.
Smit verklaard: „Zoo rijze ons
Godsvertrouwen hoog uit boven
alle onzekerheden". Het is wel
de meest flagrante tegenstelling
met Kafka's onzekere, duistere
wereld waarin niets zeker is, die
je je kunt voorstellen. Kafka
zelf had geen betere kunnen
bedenken.
Josephine van Gasteren
schittert in Mary Stuart
illlllllUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Een scene uit
Mary Stuart
door het Rotter
dams Stadsto-'
neel.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiu
Van onze kunstredaktie
Leiden Voor de derde en tevens laatste keer in dit seizoen
komt het Rotterdams Stadstoneel naar Leiden. In een regie
van Cor Stedelink speelt het gezelschap vrijdagavond in het
Rijnlands Lyceum „Mary Stuart", van de Duitse schrijver
Wolfgang Hildesheimer (1916). De vertaling is van de actrice
Josephine Soer, de titelrol wordt gespeeld, door, hoe kan het
ook anders, Josephine van Gasteren.
Gedurende haar hele leven heeft koningin Mary Stuart van
Schotland een conflict met de Engelse koningin Elisabeth
Tudor. Zoals bekend werd destijds in Engeland de Anglicaanse
kerk gesticht, toen Hendrik VIII na zijn eerste scheiding wilde
hertrouwen. De r Jc.-kerk verbood dit hem, hij kwam in conflict
met de paus en besloot zijn land los te maken van Rome.
'Elisabeth Tudor nu, was een aanhangster van de Anglicaanse
kerk, terwijl Mary Stuart de r.k.-kerk diende. Bovendien
meende Mary rechten te hebben op de Engelse troon, haar
grootvader was getrouwd met de dochter van Hendrik VIII.
Al gauw blijkt dat de twee vrouwen in hun ruzie door derden
worden gebruikt en tegen elkaar worden uitgespeeld.
Hildesheimer toont Mary in de laatste tien uren van haar leven,
vobrdat zij door de beul op het schavot zal worden gedood.
De relatie tussen haar en de beul ziet Stedelink als belangrijk
ste dramatische stroming in het stuk.
Over het algemeen wordt aan Hildesheimers stuk nauwelijks
waarde toegekend, men plaatst het voortdurend in de schaduw
van de Mary Stuart van Schiller, die echter met zijn tekst
iets totaal anders heeft willen weergeven dan Hildesheimer.
Beide schrijvers voelden zich tot een zelfde thema aangetrok
ken, maar benaderden het allebei op hun eigen manier.
Juist omdat Hildesheimer iets totaal anders aan het licht wil
brengen dan Schiller is het voor mij onnodig om werkelijk
langdurig de twee eindresultaten met elkaar in confrontatie
te brengen, om vervolgens één het predikaat „beste" te geven.
Stedelink schijnt er in ieder geval een aantrekkelijk schouw
spel van gemaakt te hebben, waarin Van Gasteren volkomen
op haar plaats is als Mary Stuart.
Ton van Brussel.
Leiden - Voor het K O-zondagmiddagconcert dat morgen in
de Groene Kerk van Oegstgeest gegeven wordt, is een beroep
gedaan op twee vokalisten. Vóór de pauze zingt de alt Caroline
Watkinson met haar begeleidster Tan Crone, daarné de bariton
Max van Egmond met zijn vaste pianist Rinus Groot.
Het duo WatkinsonCrone begint met drie liederen van Joseph
Haydn (17321809), die hij tijdens zijn verblijf in Londen
(1794'95) componeerde: „Fidelity" en „Pleasing Pain" (beide op
teksten van Anne Hunter) en „She never told her love" (Shakes
peare). Vervolgens van Ottorino Respighi (18791936) „Quattro
•Liriche" (1921).
Zijn stijl van componeren kent aanvankelijk invloeden van Liszt,
Wagner en de Gregoriaanse kerkmuziek. Daarna is het vooral
het impressionisme (Debussy en Ravel) en in eennog later
stadium zijn ook invloeden van Strawinsky in zijn muziek
aanwijsbaar.
Tenslotte zingt Caroline Watkinson van de nog steeds actieve
Engelse componist Benjamin Britten (1913) „A charm of lullabies"
(wiegeliedjes).
Deze cyclus, die Britten in 1947 voor het „Aldeburgh Festival"
in Engeland schreef, bestaat uit vier liederen: „A cradle song",
„The highland balou", „Sephestia's lullaby" en „The nurse's
song".
Max van Egmond begint met „Three songs on British verse" v£P.
Alexander Voormolen (1895): „Diana and her darlings deare",
„Grey recumbent tombs" en „I am confirm'd". Voormolen stu
deerde hier bij Johan Wagenaar en in Parijs bij Ravel en Roussel.
Eenmaal terug in ons land keerde hij zich van zijn ontwikkelde
(en erkende) stijl af (een zeer verfijnd impressionisme), vernietig
de zelfs een deel van zijn werken en begon opnieuw.
Het volgende programmapunt is „Vier ernste Gesange" van
Johannes Brahms (18331897). Zij vormen het laatste werk dat
hij voltooide en men kan veilig aannemen dat ze, op bijbelteksten
gekomponeerd, Brahms' afscheid van het leven zijn. Nauwelijks
een jaar later stierf hij aan leverkanker.
Na Brahms zingt Max van Egmond zes zigeunermelodiën van
de Tsjech Antonin Dvorak (18141904). Evenals zijn landgenoot
Bedrich Smetana wordt deze zeer veelzijdige komponist (hij
schreef in alle genres) steeds weer geinspireerd door de overvloe
dige bron van de Tsjechische volksmuziek.
Ter afsluiting van dit smaakvol samengestelde programma zullen
Caroline Watkinson en Max van Egmond, begeleid door Tan
Crone, nog drie duetten van Dvorak uitvoeren: „Der Ring Töne
mein Gesang", „Die Bescheidene" en „Der kleine Acker".
Aan de kerk zijn vanaf zondagmiddag half twee toegangskaarten
verkrijgbaar, alsmedë gratis programma's en teksten van de te
zingen liederen. Het concert begint om twee uur.
Kees Buurman
In en rond Leiden
Zaterdag 12 april
LAK-lheater, Levendaal Ketelshow
„de zot verwijt de ketel dat ie maf ziet"
met Fred van Deth en Jasper Postma;
aanvang 20.15 uur.
Stadsgehoorzaal, Breestraat Concert
Het Residentieorkest onder leiding van
Jerzy Semkov; aanvang 20.15 uur.
Museum voor Volkenkunde Film kin
derfilms: „De vervloekte dolk" en „Pink
panther festival"; aanvang 14.30 uur.
Microtheater, Vestestraat 40 Impical,
verhaal met veel muziek, beweging en
tekst; aanvang 20.00 uur.
Zondag 13 april
Groene Kerkje, Oegstgeest Concert
met Max van Egmond. Rinus Groot,
Caroline Watkinson en Tan Cromw;
aanvang 14.00 uur.
Maandag 14 april
Rijksherbarium, Schelpenkade 6 Le
zing door de heer J. Quint over een
tocht naar Teneriffe; aanvang 20.00 uur.
Dinsdag 15 april
Museum voor Volkenkunde, Steenstraat
1 film „Het beloofde land"; aanvang
20.00 uur.
Bioscopen
Luxor: Stationsweg 19. tel. 21239.
„The Towering Inferno". 14 jr. dag.
14.00 en 20.00 uur.
Camera: Hogewoerd 49, tel. 24919
„Immorele vertellingen". 18 jr. dag.
19.00 en 21.15 uur.
Kinderm: Laurel en Hardy en de zi
geunerprinses. za. en wo„ 14.30 uur,
zo. 14.00 en 16.15 uur.
Nachtv.: 2001 A Space Odesey 18 jr.
Udo: Steenstraat 39 tel. 24130 „Keetje
Tippel" 18 jr. dag. 14.30, 19.00 en
21.15 uur, zondags 14.30, 16.45, 19.00
en 21.15 uur.
Studio: Steenetraat 39. tol. 33210 1001
nacht, 18 jr. dag. 14.30, 19.00 en 21.15
uur, zondags: 14.30, 16.45, 19.00 en
21.15 uur.
TRIANON: Breestraat 31. tel. 23875,
„Rooie Sien" 14 jr. dag. 14.30, 19.00
en 21.15 uur, zondags 14.30, 16.30 en
19.00 en 21.15 uur.
Rex: Haarlemmerstraat 52, tel. 25414.
„De Klokkenluider van de Notre Da-,
me", 14 jr. dag. 19.00 en 21.15 uur.'
Kinderm.: Heksen en bezemstelen,
wo. 14.30 uur (Walt Disney).
Nachtv.: „Pornosex in Bangkok", vr.
Exposities
Max Koot.
Galerie Heuff: Hoflaan 7, Wassenaar,
tel. 01751-12185. di t/m za 10-17 uur.
di ook 20-22 'uur. t/m 26/4, Theo v.d.
Horst met schilderijen en tekeningen.
Peter v.d. Meer met bronsplastleken.
Atelier "De Scherf": Nassaulaan 41,
Oegstgeest, tel. 50220. ma t/m za 9-18
uur, zondag's gesloten. Ans v.d. Helde-
Kort met een tentoonstelling van eigen
werk, n.l. glasbuigen^
Stedelijk Museum "De Lakenhal": Ou
de Singel 28-32. tel. 44044. ma t/m za
10-17 uur, zondag's van 13-17 uur. Tot
20/4 een tentoonstelling van Aad van
Houwelingen met tekeningen en zeef
drukken.
Galerie v.d. Vllst: Botermarkt 3, tel.
22806. dl t/m za 10-17 uur, do tot 21
uur. In de maand april Ab Steenvoorden
met tekeningen en schilderijen.
Rijksmuseum voor Volkenkunde:
Steenstraat 1, tel. 32641. ma t/m za
10-17 uur, zon- en feestdagen 13-17
uur. Tot 10/4 de Canadese reizende
tentoonstelling die een beeld geeft van
het leven In de poolgebieden met als
titel: „Circumpolar Community" met an
tieke kajaks e.a.
Galerie 't Hoeke bl| de Pomp: Dorps
straat 38, Warmond, tel. 01711-3501 ma
t/m za 10-17 en dl ook van 20-22 uur.
Tot en met 15/4 exposeert Hans van
Arkeveld met expressionistische schil
derijen en Liesbeth van Esveld-Manssen
met keramiek.
Atelier van Rlen v.d.'TTat: Jaagpad
hoek Bruggestraat. 26/4 van 14.00-17.00
uur en 27/4 van 14.00-17.00 uur. 26/4
en 27/4 een tentoonstelling van wand-
lappen en macrame' gemaakt op de
.ursussen K+O afdeling Leiderdorp.
Volgende week zaterdag in het Lak-theater
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll. liliunitin iiiiHiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiliiiiillllilll
llllllllllllllllllllllll lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll lllllllllllllllll llllllllllllllllllllllllllllllllllli
urn iiiiiiiiiiimiiiiiiiii mi,
Een scène uit Neus en Ko op zoek naar het verzwegen nieuws.
Van onze kunstredactie
LEIDEN Voor de tweede maal binnen korte
tijd krijgt Leiden bezoek van de Eindhovense
toneelgroep Proloog. Was het enige weken gele
den de Leidse afdeling van de aktiegroep „Vrij
Chili" die in het Antonius Clubhuis een voorstel
ling van „Maak van je hand een vuist" organi
seerde (met subsidie van de gemeente Leiden,
overigens), de Leidse schouwburg zorgt voor een
nieuwe kennismaking, komende zaterdag in het
Lak-theater.
Over Proloog is op dit ogenblik wel zo'n beetje
alles gedacht, gezegd en geschreven en ik zal
hopelijk niemand verbazen en/of teleurstellen als
ik zeg dat ik nauwelijks nog de behoefte ken
om aan dit geheel mijn stokpaardjes toe te
voegen, alhoewel ik er zeker een aantal op stal
heb. Daar zal ik u in elk geval hier niet mee
vervelen.
Om elf uur en om half drie wordt het spel „Neus „De school moet de kinderen wat vertellen 1 r
en Ko op zoek naar het verzwegen nieuws" de wereld om hen heen. De verhalen die de
school echter vertelt, kloppen niet met de werke
lijkheid. De wereld wordt veel mooier voorge
steld dan ie is.
Hoe zou dat komen". Dat is het uitgangspunt,
dat de groep voor deze voorstelling koos. Het
meisje Neus gaat samen met haar vriendje Ko
op zoek naar die werkelijkheid en bij deze
speurtocht vallen ze van de ene verbazing in de
andere. Werkeloosheid, dag- en nacht door
draaiende bedrijven, argeloze werkgevers, ver
vuiling en tal van andere 20e eeuwse fenomenen
komen ze onderweg tegen. Na afloop schrijven
ze in hun eigen krant dit verzwegen nieuws. Voor
onderwijzers maken ze een dikke map met nieuw
lesmateriaal.
Proloog maakte de voorstelling speciaal voor
kinderen tussen de tien en de zestien jaar, maar
het lijdt geen twijfel dat de toneelgroep de wat'
ouderen, die tenslotte het nieuws verzwijgen, in
de zaal verwacht, om ze een lesje te leren.
U moet maar gaan kijken, dat doe ik ook,
misschien krijgen we er dan samen weer wat
stokpaardjes bij of misschien verliezen we er wel
een paar.
Een mens is tenslotte nooit te oud om te leren
en zijn leven te beteren.
Ton van Brussel