Het beschilderde huis in de watersnood Wild West voor kinderen Juniorhoek De avonturen van Piet Potlood LUCKY LUKE „DE GROOTVORST" IllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllltlllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllIllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll SO k ©PIB m n ln het grote tsarenrijk met de vele bossen, bergen en rivieren, leefde eens een man met zijn dochtertje Ena in een beschil derd houten huis. Het huis lag aan de breedste, langste stroom van het land. De man hield zóveel van zijn kleine Ena, dat hij al vanaf haar kinderjaren bouwde aan een nóg mooier houten huis: Daarin zou zij mettertijd kunnen gaan wonen als ze trouwen zou. Hij beschil derde de luiken en daklijsten, de kozijnen en balkons met prachtige bladerranken en bloeiende harten. Hij richtte dat huis ook in: met meubels, schilderijen, tapijten en kasten voor linnengoed en servies. Maar nog vóór het meisje groot genoeg was om te trouwen, brak er aan een verre grens van dat uitgestrekte tsarenrijk oorlog uit. De Tsaar, dat was de keizer, riep de mannen op om soldaat te worden. En de vader, die ook zijn vaderland lief had, nam afscheid van zijn dochter en van de beschilderde huizen. Hij vertrok. Maar terwijl de oorlog duurde en het meisje alleen achter bleef, gebeurde er op een dag een verschrikkelijke ramp. De grote rivier bij het huis zwol, het water brak brullend los en joeg de golven buiten de oevers over het land. Het water sleurde hele bossen mee, het tilde huizen op en sloeg ze te pletter tegen de rotsen. Of het zette een geha vend huisje mijlen verderop weer aan de grond. Het dorp van het meisje over stroomde juist toen zij bezig was in het splinternieuwe huis, waar zij later als getrouwde vrouw zou wonen. Zij voelde hoe het werd opgetild en als een stuurloos schip op de wilde stroom werd weggevoerd. Door de ruitjes van haar beschilder de ramen zag zij kolkend schuim, omgerukte bomen, versplinterde daken, verdrin kende dieren. Maar haar hou ten huis was zó stevig gebouwd, dat het van golf tot golf werd gedragen en na enkele dagen op een hoge oever strandde. Het hele dorp waar zij gewoond had, was weggespoeld. Zij al leen bleef behouden. En toen het water eindelijk weer zakte, begon zij aan een nieuw leven in die geheel vreemde streek maar toch in het huis dat haar vader met zoveel liefde voor haar had gebouwd, beschilderd en ingericht. Hoe was het intussen met haar vader gegaan? Hij vocht dap per in de oorlog en raakte be vriend met een even dappere krijgsmakker. Zij stegen door hun dappere daden hoog in rang: de vriend werd generaal en Ena's vader zijn adjudant. Toen de oorlog eindelijk was afgelopen, besloten zij vrienden te blijven. De generaal wilde spoorslags naar huis om zijn dierbare zoon, de zachte, tenge re Fodo in de armen te sluiten. Hij stond erop dat zijn adju dant mee zou gaan. Ofschoon Ena's vader evenzeer naar zijn dochtertje verlangde, stemde hij toe (een adjudant is dan ook lager dan een generaal!). Maar de thuiskomst van de gene raal was rampzalig. Zijn kleine Fodo bleek verdwenen. „Waar om heb je niet beter op die jongen gelet?" verweet hij zijn vrouw. De moeder snikte: „Hoe kon ik passen op een jongen die bij maanlicht gaat jagen en bij zonlicht op wilde paarden rijdt, en op een kwade dag niet weer keert!" De vader werd boos: zijn zacht moedige Fodo zou zulke stre ken niet uithalen. Moeder had haar verstand verloren! En hij riep zijn adjudant toe: „Kom mee, we gaan op zoek, net zo lang tot we mijn lieve jongen gevonden hebben". Hier had ze gewacht op haar vader, maar in zijn plaats was er een woeste Eenoog aangeko men. Zij hielden dadelijk van elkaar en zij trouwden. De generaal en zijn adjudant wa ren beiden overgelukkig. Ze zongen en dronken alsof ze op een bruiloft waren, en als de wijn tenslotte niet was opge raakt, zouden ze er vandaag nog altijd samen feestvieren. En daar reden ze heen op zoek naar de verdwenen Fodo. Het is gauw verteld, maar het was een lange reis. Zij reden kriskras door het land en vroegen de mensen of zij iets wisten van een zachtmoedige Fodo, de zoon van een generaal. De een zei: „Ja, hij is in het noorden". En de ander zei: „Ik heb hem naar het zuiden zien rijden". Maar een derde zei:„Wist u dat niet? Hij moest in het oosten wezen". En de vierde zei:„Hij is allan allang het westen vertrokken". De generaal en zijn adjudant reden naar het noorden, het oos ten en het zuiden, maar vonden hem niet Tenslotte reden ze naar het westen. Naarmate zij verder naar het westen reden, rook Ena's vader de frisse geur van zijn grote rivier. Dóór herkende hij de bergen, déér lag de stroom..- maar waar waren de bossen gebleven? Waar de beschilderde huizen? Toen pas hoorde hij mensen vertellen over de grote watersnood en zijn hart werd zwaar. Wat zou er met Ena ge beurd zijn? Hij klaagde tegen de generaal over zijn dochter. Maar de generaal werd onge duldig en snauwde: „Wat zeur je toch altijd over die dochter". Terwijl Ena's vader luisterde De serie van Laura Ingalls Wil- gezin bij het alles samen doen der, geschreven rond de eeuw- tot grote dingen in staat is wisseling over het pioniersleven Een bijzondere verdienste v het Wilde Westen, heeft zich tot een reeks klassieken ontwik keld, die regelmatig blijft ver schijnen. Nu weer heeft de Am sterdamse uitgeverij Ploegsma zich gezet aan de paperback- uitgeave van alle negen delen. De eerste twee, resp. Het bos (7-11 jr) en De prairie (8-12jr) bevatten beschrijvingen van het huiselijk leven en van de kunst om in leven te blijven in een land, dat nog in cultuur ge bracht moest worden. Maar het harde bestaan wordt met grote opgewektheid gedragen in een sterke eensgezindheid, waaraan niet alleen vader en moeder, maar ook de kinderen hun aan deel bijdragen. Bij lezing door kinderen van onze tijd moet het een openbaring zijn, dat het huidige comfort niet iets van alle tijden is geweest en dat het kinderboeken, die ook oude ren veel leesgenot kunnen ver schaffen, is dat alle belevenis sen uitvoerig worden verteld, tot in de kleinste bijzonderhe den toe over het onderhoud van het huis en het bereiden van voedesel. In Amerika heeft dit trouwens al geleid tot een tv-se- rie, die nogal wat bekijs schijnt te bebben Het zijn kinderboe ken uit een heel andere wereld, maar zo helder en positief ge schreven, dat elk kind er veel van zal opsteken, terwijl het intussen tevens wordt geamu seerd en geboeid. Een zeer menselijk Wild West-boek voor kinderen. ►Het kleine huis op de prairie' en ,Het kleine huis in het grote bos'. Auteur Laura Ingalls Wil der. Uitg. Ploegsma Amster dam. Prijs ƒ10 .- per deel. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiininiiiiiiiiiiiiimiiiniiiiimiiiiiiiiiiiiiiniii Kapitein Snorrepijp geeft les iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiii Kapitein Snorrepijp geeft les. Auteur Werner Schrader. Uitg. Kosmos. In Neerdam is maar één lagere school en die school heeft één klaslokaal, dus één onderwijzer en die wordt ziek. Alleen Kapi tein Snorrepijp is bereid en (ta melijk) in staat les te geven, maar hij doet dat op zijn ma nier. Hij vertelt zijn leerlingen de meest wilde verhalen waar niets van klopt; auteur Schrader heeft die bonte verhalen plezie rig te boek gesteld en afgewis seld met gewone avonturen. Hans Werner heeft daar een uit stekende vertaling (uit het Duits) van gemaakt en de (plaat snamen zo aangepast, dat het boek met een frisse bries uit de omgeving Schiedam zou kunnen komen. De scheepstaal die kapi tein Snorrepijp uitslaat werkt bijzonder humoristisch. Boven dien loopt alles voor iedereen nog heel goed af. Soms zie je wel eens van die feestelijke pakjes, of gezellige onderzettertjes, of zo maar een papieren kleedje. Dat gaan we zelf maken. Je neemt dun, gekleurd papier en legt dat op een bord of een schoteltje. Het ligt er maar aan hoe groot je het wilt hebben. Je knipt rondom het bord of de schotel het papier uit zodat je figuur 1 krijgt. Dan vouwen, zoals 2, 3 en 4 aangeven. Je tekent wat vrolijke lijntjes op figuur vier en begint dan het papier weg te knippen. Trek de zaak uiteen en je hebt een leuk onderzettertje dat je op karton kunt plakken, een versiering voor een pakje met een cadeautje, of een kleedje waarop je in je kamer een vaasje kunt zetten. 1-9*2 11 <2*9+3 111 <23*9+4 Uil 1234 '9+ 5 1UU 12 345 *9+6 s. mm 123456 *9+7 K 11 ii ui <234567 *9+8 ft Hllll 11 12345678 *9+9 11 Hill 11 123456789 *9 10 1111111111 naar de verhalen over de over stroming, luisterde de generaal naar mensen die een zekere Fo do hadden ontmoet, Jawel, en nog niet zo lang geleden, maai dat was geen zachtmoedige ten gere jongen geweest. Nee, een breed gebouwde, woeste kerel was dat, met zwarte baard eri haren, met maar één oog en vuisten als van ijzer. De gene raal raakte danig in verwarring, maar hij wilde toch die onbe kende Fodo vinden. Zo kwamen zij tenslotte aan bij het beschilderde huis op de ho ge oever. De vader van Ena dacht dat zijn hart stil stond: „Makker", stamelde hij, „dit is het huis van mijn dochter". De generaal riep: „Wat een onzin!" Maar de vader zei: „Ik heb toch zélf die ranken en harten ge schilderd". Ze gingen naar bin nen en vonden een baardige, donkere kerel met één oog. De OPLOSSING VORIGE WEEK Mannetje A is de misdadi ger. Hij draagt de stok in zijn rechterhand en het spoor liep rechts van de voetstappen in de sneeuw. De tekenaar heeft weer eens een dolle bui gehad. Hij heeft van allerlei delen van dieren een eigen beest ge maakt. Hij nam stukken van zes dieren. Welke dieren? man bood zijn gasten thee aan in een mooi servies. „Servies van mijn dochter", fluisterde de vader. Maar de generaal siste: „Hou toch op met dat gezanik". De vader van Ena keek rond: schilderijen, tapijt, tafellake- n..„Van mijn dochter", zei hij telkens zachtjes. Intussen had de generaal aan deze Fodo ge vraagd of hij een zachtmoedige, tengere Fodo kende, de zoon van een generaal. „Nooit van gehoord", zei de woeste kerel. „Zelf was ik een jaar of tien geleden ook tenger en zacht moedig, maar mijn vader was niets meer dan een gewoon sol daat. Ik heb me toen geoefend in rijden en schieten en ben van huis weggelopen om ook soldaat te worden. In de oorlog heb ik een oog verloren". Toen sprong de generaal van zijn stoel („De stoel van mijn dochter", had de vader nog ge zucht), omhelsde de baardige Eenoog en riep: „Jij bent mijn lieve, zachte Fodo, kom gauw mee naar huis, dan zal moeder je knippen en scheren en een geborduurd'lapje voor dat holle oog maken en je vertroetelen!" Maar de baardige kerel zei: „Ge lukgewenst vader, dat je bent opgeklommen tot generaal. Doe mijn lieve moeder de groeten. Ik kom jullie wel eens opzoeken, en je bent hier altijd welkom. Maar ik ben gelukkig getrouwd met het liefste meisje van de wereld. Ik blijf waar ik ben". En wie stond daar in de deuro pening tussen kamer en keu ken? Niemand anders, dan de lieve Ena, die met haar hele huis door de golven op deze hoge oever was gezet. Alle uitkomsten van dit rekenkunstje bestaan uit "enen' Niemand van je vriendjes weet hoe het gaat, ook niet als je erbij zegt: "Je mag alleen 1 tot en met 10 gebruiken, je begint de vermenigvuldiging met 1 en steeds een getal erbij om dat steeds met negen te vermenigvuldigen en je begint met 2 om steeds erbij op te tellen". Dat alleen al begrijpen ze niet. Laat staan dat ze de oplossing weten. Jij wel, want je moet het doen zoals je op de tekening ziet. PAULUS DE BOSKABOUTER EN DE BUITENBORREL jpollus.. L-88 „Ziezo," riep de heks triomfantelijk, schudde daar eens flink aan, waarna Oe- or^ jullie gewoon weg te draaien en waar „nu dat volgezogen muggebeest er vandoor hoeboeroe perplex zijn snavel sloot. „Ik hlijf je dan?" „Dat zul je min of meer wel is, zijn we gezellig onder elkaar. Van nu kan dan wel niet bij jullie komen," hernam late"." waarschuwde Oehoeboeroe, maar af aan kan ik met jullie doen en laten wat Eucalypta, „maar zoals Paulus al zeer te- t?en voerde Eucalypta haar bedreiging al ik wil." „Tut tut," sprak Oehoeboeroe, recht opmerkte: bepaald machteloos ben u'*- maar toen greep Eucalypta het plaatje en ik niet Zo ben ik nu bijvoorbeeld in staat SUSKE EN WISKE DE POEZELIGE POES Vooruit Wt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1975 | | pagina 18