DE WARMONDSE
IJSCLUB
HEEFT WEER
EEN FAVORIET
Sponsors
kunnen
beter geld
uitgeven
aan
trainers
dan aan
spelers"
Crescendo-coach Louis Kok: ,,Niet autoritair zijn"
PAGIN A 4
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 25 JANUARI 1975
Van onze korfbalmedewerker
LEIDEN In de microkorfbalcompetitie is
ook 2e klasser Crescendo inmiddels aan het
2e gedeelte begonnen. Opvallend was me
teen de uitslag van afgelopen zondag in
vergelijking met de score uit de opening
van het seizoen. Koploper Sperwers won
met de grootst mogelijke moeite, terwijl
destijds in Rotterdam Crescendo kansloos
was. Vanmiddag ontvangt de Leidse ploeg
de andere koploper Jodan Boys.
„De eerste jaars" coach van Crescendo, Louis
Kok, heeft zijn strijdplan al klaar. Alvorens
hij tot ontvouwing ervan overgaat, wordt
eerst een korte inhoud van het voorafgaan
de gegeven. Hij vertelt: „Toen ik werd
gevraagd om te gaan coachen, heb ik ja
gezegd, maar ik er wel bij gesteld dat ik
in principe zelf niet zou spelen en ook geen
reserve zou zijn. Ik vind begeleiding langs
de lijn net zo belangrijk als het meespelen.
In het begin zag ik er wel tegenop, maar
nu vind ik het elke week weer hardstikke
leuk om het te doen.
„Aanvankelijk had de al 5 maal door blessu
res geplaagde Crescendo speler moeite om
inderdaad buiten de lijnen te blijven, want
zegt hij: „In het begin wilde ik soms zelf
zo het veld inlopen, maar gelukkig kan ik
er nu afstand van nemen". Dat laatste
speelt een grote rol in Koks ideëen over zijn
„werk" bij Crescendo 1. „Ook als speler
stelde ik de spelvreugde altijd voorop. Er
moet met inzet gespeeld worden om het
beste resultaat te behalen en dat is winnen.
Lukt dat niet, dan moet het kort na een
wedstrijd afgelopen zijn".
De jeugdige Crescendo coach probeert daar
mee te voorkomen.dat er na afloop van een
wat minder geslaagde wedstrijd dingen ge
zegd worden, die eigenlijk niet gemeend of
met zo bedoeld zijn. Kok: „Na afloop van
de training praten we over de gespeelde en
de nog te spelen wedstrijd. Er worden dan
ook geen emotionele uitspraken gedaan en
wordt er meer in bedekte termen gespro
ken Louis Kok, een fanatieke speler, maar
ook een fanatieke coach, want ook van zijn
laatste functie probeert hij het beste te
maken. Met zijn gezonde filosofie over de
bgeleiding gaat het hem ongetwijfeld luk
ken bij Crescendo, maar dat verdient aan
vulling, want zegt Louis Kok: „Het is een
enorm voordeel, dat er bij Crescendo een
kameraadschappelijke sfeer heerst. Je hoeft
niet autoritair te zijn, maar ik zou het niet
kunnen ook. Je kan precies hetzelfde beo
gen op zo'n manier, dan door te zeggen dat
het moet".
De makkelijk pratende Louis Kok komt ten
slotte met zijn strijdplan: „Ik heb van alle
westrijden van de eerste helft van de com
petitie verslagen gemaakt. Ik weet zodoende
wie ik tegen wie moet zetten. En dat werkt
prima, want zondag j.l. tegen Sperwers
hadden een paar mensen niet dezelfde te
genstander". Zo had Loek de Jong, die in
Rotterdam volgens de Crescendo coach „ge
pakt" was, een andere directe tegenspeler
en De Jong kwam veel beter tot zijn recht
voor de ploeg. Louis Kok, die het Crescen-
dospel geënt vindt op het systeem van Joop
Cornelissen (combinatiespel), waaruit voor
namelijk afstandschoten moeten voortko
men), laat overigens Liesbeth Kok zaterdag
tegen dezelfde tegenstandster spelen als
destijds in Gouda. „Ik had Ria Comelisse
tegen Ineke Grootveld (ex Algemene) willen
laten lopen, want ik had haar de vuurproef
willen geven. Maar omdat ze evenals Piet
l'Amie, waarvoor Aad Schouten invalt, op
vakantie is, neem ik Liesbeth weer omdat
ze snel is".
Overigens is de onlangs na een meniscus-ope
ratie weer in het 2e begonnen Louis Kok
al verder aan het denken geweest, want hij
ziet toekomst voor „zijn" ploeg: „Als ik er
zelf volgend jaar weer bij ben en ik bekijk
nu zo'n beetje de kwaliteit van de ploegen,
dan kan ik gerust zeggen, dat ik voor
volgend jaar serieuzere plannen heb". Cres
cendo heeft dan wèl een probleem, want er
zal een andere coach gezocht moeten wor
den
(Van onze sportredactie
DEN HAAG/LEIDEN Het is
bar en bar koud op de Uithof;
het Haagse schaatspaleis, dat
in de druilerige regen zijn
acht miljoen bouwkosten niet
kan waarmaken. Op de baan
enkele pistiers, in de ijshoc-
key-arena een paar verwoed
bezig zijnde amateurs en in de
kantine een mistroostige kof
fiejuffrouw.
Door dè verlaten gangen dwa
lend stuiten wij eerst op een
grimmig kijkende waakhond,
aleer een bestuurslid van de
Warmondse IJsclub zich aan
dient.
In afwachting van ons was hij
alvast maar een paar rondjes
gaan draaien. Tegen" wil en
dank, want slechter weer kan
een schaatser zich niet inden
ken. Of ie nou Hollander is of
niet.
Omdat Aat Heemskerk ook
raadslid is begint hij eerst
maar over het wel en wee van
de Warmondse politiek. Na
een luttel aantal minuten
komt hij er achter dat we
daar niet voor gekomen zijn
en verander van onderwerp.
„Ik ben wel geen bestuurslid,
maar ik geloof toch wel dat
ik jullie het een en ander over
de Warmondse IJsclub kan
vertellen", zo steekt hij van
wal. Aat Heemskerk noemt
zichzelf glimlachend „coordi
nator"; legt niet uit wat dit
inhoudt, maar start wel met
twee verrassende opmerkin
gen.
De Warmondse IJsclub, opge
richt in 1891, telt momenteel
zo'n vijfhonderd leden. Het
jongste is acht jaar, het oud
ste dik over de veertig. Het is
een typische dorpsclub, al
hebben we leden uit de wijde
omgeving. Die vijfhonderd le
den zie je natuurlijk niet iede-
re dag, maar een groot deel,
soms wel drie- of vierhon
derd, toch wel eens per jaar,
tijdens de algemene ledenver
gadering. Die vergadering op
zich is natuurlijk een kwestie
van een hamerslag; ze komen
voor het feest dat aansluitend
op de vergadering gegeven
wordt. Ik kan je wel vertellen,
dat dat een grootse gebeurte
nis is. Echt nog een dorpsfeest
als vanouds", aldus Heems
kerk.
Zuiderduin, de trainer van het Warmondse schaatsta
lent. Leden van de Warmondse IJsclub draaien hun
rondjes op de Uithof, (foto boven).
Poelmeer
De aantallen die Heemskerk
noemt zijn bepaald imposant,
maar staan m geen verhou
ding met de hooguit twintig
leden die op dat moment
ineengedoken hun rondjes
draaien. „Nee, natuurlijk
niet", repliceert Aat Heems-
kerk, behoedzaam roerend in
zijn koffie. „Behalve een aan
tal papieren leden moeten wij
het voornamelijk hebben van
behoorlijke winters. Want dan
pas kunnen wij in Warmond
zelf activiteiten ontplooien.
Op het Poelmeer, een uitne
mende schaatspiste. Zelfs een
kunstijsbaan verdwijnt bij het
Poelmeer in het niet. Maar
ja", zo verzucht hij, „het heeft
sinds jaren al niet meer ge
vroren, dus wat dat betreft
staan wij op dood spoor. Wat
ons nog rest zijn uitstapjes
naar De Uithof. Ik moet wel
zeggen dat daar goed gebruik
van wordt gemaakt. Door de
selectie wordt daar twee keer
per week getraind, terwijl ook
de junioren en pupillen gere
geld in de bus stappen. Ja,
alles gaat per bus. Op onze
„charters" is voldoende res
pons, dus vandaar", vertelt
Heemskerk.
Regen en wind trotserend blijft
de selectie we hebben er
een goed oop op vanachter de
warme koffie de rondjes
draaien. „Je, het is de laatste
tijd wel bar en boos", her
neemt Aat Heemskerk. „Maar
onze trainer, de heer Zuider
duin, weet de lol er in te
houden. Hij heeft dat speelse,
dat lollige. Onderhand ziet hij
wel kans om vaart te blijven
maken. Schaatsen", zo filoso
feert Heemskerk, „is een
grappige sport. Als je een
maal een tijd hebt neergezet,
wil je hem ook steeds verbete
ren. Natuurlijk, je kan relati
veren, want in feite is het
eigenlijk maar dom, alsmaar
rondjes draaien en je zelf op
winden om een tiende van een
seconde. Maar wij schaatsers
hebben dat nu eenmaal. We
doen dat graag", zegt hij, niet
zonder schaamtegevoel. En
niemand zei er wat van.
Een tafel verderop dient Ton
Oudshoorn zich luidruchtig
aan. Aat Heemskerk introdu
ceert hem als „de beste man
van dit ogenblik" en laat Ton
verder het woord doen. Ouds-
hoom blijkt pas drie jaar ge
leden de schaatsen uit het vet
gehaald te hebben, maar heeft
zich in die kort tijd ontwik
keld tot het meest veelbelo
vende talent uit Leiden en
omstreken. Recentelijk be
haalde hij bij de Nederlandse
B-kampioenschappen een zes
de plaats, hetgeen hem recht
gaf om tussen de azen zoals
Harm Kuipers etc., uit te ko
men op de strijd om de Ne
derlandse titel. Hij eindigde
daar als vijftiende en noemt
dat resultaat zelf teleurstel
lend. „Tegen Vriend verprut
ste ik mijn vijf kilometer, an
ders had ik zeker bij de eerste
twaalf gekomen", zegt hij.
Ten aanzien van de toekomst in
Ton Oudshoorn hoopvol ge
stemd. „Als je bedenkt dat ik
pas twintig ben en net drie
jaar op de schaats sta, kun je
je dat wel voorstellen", meent
hij. „Tot nu toe is er een
stevige vooruitgang te bespeu
ren en ik train als een gek om
zo hoog mogelijk te komen.
Het woord „kernploeg" is ei
genlijk nog te eng om aan te
denken, maar ik doe het des
alniettemin toch. Gisteren
schaatste ik samen met Jan
Boere ook lid van de IJs
club en maatje van Ouds
hoorn in Utrecht en daar
maakte ik betere tijden als de
kernploeg deze week in Davos
neerzette. Zoiets stemt hoop
vol, nietwaar", zegt de bijzon
der overtuigend overkomende
Oudshoorn.
Op de binnenkort te verrijden
Zuidhollandse kampioen
schappen hoopt Ton Ouds
hoorn een plaatsje in de dis-
trictsploeg te verwerven. „Ik
reken op een klassering bij de
eerste drie en dat betekent
toch dat je jezelf weer in „de
picture" rijdt.
Een top overigens die er volgens
Oudshoorn behoorlijk met de
pet naar gooit .Als je ziet wat
die kernploeg presteert ten
opzichte van de op zichzelf
trainende Harm Kuipers, be
grijp je wel waarom.
Als Ton nog ooit eens in de
kernploeg komtEnfin, het
gaat uitstekend met de War
mondse IJsclub. Aat Heems
kerk heeft niets meer aan het
gesprek met Ton Oudshoorn
toe te voegen. De IJsclub
heeft een favoriet en temid
den van die slappe winters is
dat hartverwarmend.
AD VAN KAAM
Tafeltennisster Nora Bakker naar
wereldkampioenschappen:
Van onze sportredactie
LEIDEN Aan de wereldkampioenschappen tafelten
nis die binnenkort in Calcutta van start gaan, zullen
twee spelers uit de regio Leiden deelnemen. Nora
Bakker en Bert van der Helm. Een normale zaak
voor de laatstgenoemde, want hij beheerst al sedert
jaren het herentafeltennis in Nederland door het ene
kampioenschap na het ander bij elkaar te slaan.
Maar ook voor Nora Bakker kwam de uitverkiezing
niet bepaald als een verrassing. „Tenslotte speel ik
al een jaar vast in het Nederlands damesteam, dus
eerlijk gezegd had ik er wel een beetje op gerekend",
zegt ze, ontspannen achter de tafel zittend in haar
knusse huis in de Diamantbuurt. Want Nora Bakker
woont, in tegenstelling tot Van der Helm nog in
Leiden. Daarom, en vanwege haar prestaties natuur
lijk, werd zij ook uitgekozen tot sportvrouw van het
jaar in Leiden. „En daar had ik nu niet op gerekend",
vertelt ze. „Ten eerste niet, omdat de prijs nog nooit
naar een individuele sportman of sportvrouw was
gegaan, maar altijd naar een club. En ten tweede
niet, omdat ik alweer een tijdje weg ben uit Leiden.
Maar omdat ik tot halverwege '74 bij Steeds Vooruit
in Warmond heb gespeeld heb ik de Leidato-prijs
toch gekregen. Zelfs toen ik opgebeld werd door de
Sportstichting om „een prijs" in ontvangst te komen
nemen op de Nieuwjaarsreceptie, rekende ik nog
nergens op. Nee, het was echt een leuke verrassing
en ik ben er erg blij mee", zegt ze, opkijkend naar
de grote zilveren sleutels op de kast.
Nora Bakker speelt momenteel voor de Middenstands-
bank en reist zo'n driemaal per week naar Amstel
veen om te trainen. Ze ging weg bij Steeds Vooruit,
omdat de club niet best meer draaide, vooral in
financieel opzicht.
„Steeds Vooruit had geen sponsor. In het huidige
toptafeltennis is dat welhaast een onhaalbare kaart.
Tegenwoordig komt niemand meer vier of vijf keer
per week trainen voor niets. Trainers kosten geld
en het is een ondankbare zaak om getalenteerde
jeugd op te leiden en ze vervolgens te zien vertrekken
naar een club die wel een sponsor heeft. Elke topclub
moet wel een sponsor hebben, want anders is de race
niet vol te houden. Steeds Vooruit kon dat ook niet
en vandaar dat ik maar vertrok. Met pijn in mijn
hart, want het was er altijd erg gezellig spelen",
erkent Nora Bakker.
Met de wereldkampioenschappen in het vooruitzicht
heeft ze inmiddels haar trainingsactiviteiten dras
tisch verhoogd. „De laatste maand train ik met het
Nederlands team driemaal per week in Amsterdam
en eén keer in Den Haag. Ten opzichte van bijvoor
beeld de Oostbloklanden nog veel-te weinig, want
daar trainen ze, seizoen in seizoen uit, praktisch elke
dag. Vandaar ook dat wij, ondanks de sponsoring,
nooit zo hoog op de ladder zullen stijgen. Het is een
ondenkbare zaak, dat in ons land iemand elke dag
zes uur achter de tafel gaat staan, zonder als prof.
te boek te staan. En dat mag niet, want je moet
natuyrlijk wel amateur blijven. Een farce natuurlijk,
want in die Oostbloklanden en ook in Zweden zijn
het natuurlijk allemaal full-profs ook al zeggen ze
daar dat het niet zo is".
Als er geen eer te behalen valt op internationale
wedstrijden, waarom doet Nederland dan nog mee
aan de WK?
„We moeten wel", antwoordt Nora Bakker. „Als we
niet gaan raken we steeds verder achterop. Voor ons
is het een bijzonder nuttige ervaring. Weliswaar haalt
waarschijnlijk niemand van ons de derde ronde
ikzelf moet eerst maar eens zien of ik door de
voorronde kom, lacht ze maar alleen al het kijken
naar de top is belangrijk. Daar steek je enorm veel
van op. Bovendien, in de landenwedstrijden zijn er
beslist mogelijkheden voor ons om hogerop te ko
men. De laatste keer werd Nederland eenendertigste
en die klassering is wel degelijk voor verbetering
vatbaar. Wij, de dames, zijn in een gunstige poule
ingedeeld (met Amerika. Denemarken. België. Singa
pore, Hongkong, Australië en Nigeria) en ik dacht
toch wel dat we twintigste of daaromtrent konden
worden. Dat zou een vooruitgang van elf plaatsen
betekenen. En zolang als er duidelijke vooruitgang
in zit is er natuurlijk hoop op een betere toekomst
voor het tafeltennis.
Voorwaarde is dan wel", benadrukt Nora Bakker, „dat
er in de toekomst betere trainers in Nederland
komen. Dat laat momenteel absoluut te
Als dat gebeurt", meent de 26-jarige tafeltennister,
„kan Nederland in de toekomst wellicht internatio
naal nog een woordje meespreken. Want als er
prestaties geleverd worden, zal de populariteit van
het tafeltennis beslist ook stijgen. Dat zie je bijvoor
beeld aan Zweden. Eén wereldkampioen was genoeg
om het tafeltennis daar te doen uitgroeien tot volks
sport nummer één.
Met alle gevolgen van dien, want de opvang en de
begeleiding van de jeugd werd daar dermate geper
fectioneerd, dat het land nog steeds een grote rol
speelt. Dat moet toch in Nederland ook mogelijk
zijn", meent Nora Bakker, die op haar verlanglijstje
nog steeds het behalen van de Nederlandse titel heeft
staan. „Misschien in de toekomst. Voorlopig eerst in
Calcutta twintigste worden. Met het Nederlands
team, want persoonlijk hoop ik natuurlijk wel op een
succesje, maar, als dat gebeurt zal het toch echt wel
een bescheiden succesje zijn. Hoge ogen zal ik echt
niet gooien". ad VAN KAAM
Derby tussen
Zijl/LGB en
AZC belooft veel
spanning
Van onze waterpolomedewer-
LEIDEN In de hoofdklasse
waterpolo staat vanavond
de streekderby tussen de
ZIJL/LGB en AZC op -het
programma.
Beide ploegen doen op de ran
glijst nadat nu precies de
helft van de wedstrijden is
afgewerkt weinig voor el
kaar onder.
De ZIJL/LGB staat op de zes
de plaats met 11 en AZC
volgt als zevende met 10
punten. Gezien bovendien de
kleine verschillen met de an
dere ploegen staat er veel op
het spel voor de ZIJL/LGB
en AZC.
Nereus bijvoorbeeld, die op ,de
voorlaatste plaats staat inide
hoofdklasse heeft toch nog 6
punten, terwijl Meeuwen,
Neptunus en Zwemlust met
13 punten wel de derde
plaats innemen.
Het vorige duel tussen AZC en
de ZIJL/LGB eindigde in
Alphen in een 3-3 gelijkspel
en ook nu lijken de ploegen
weer aan elkaar gewaagd,
dit blijkt wel uit de progno
ses van de doelverdedigers
van beide clubs: Wim Meye-
rink van AZC: „Een uitslag
van dit duel is bijna nooit
te voorspellen.
Al staat de een aan kop en de
ander onder of vroeger in de
tweede klasse, dan nog kon
je in de duels tussen AZC
en de ZIJL/LGB niets met
zekerheid zeggen. Zo'n wed
strijd is altijd iets speciaals
en heeft een bijzondere bete
kenis".
Keeper Theo Uittenhout van
de Zijl/LGB ziet zijn ploeg
als licht favoriet voor de
eindoverwinning: „Het is al
tijd een moeilijke wedstrijd
tegen AZC, maar gezien de
verrichtingen van de laatste
wedstrijd verwacht ik toch
een kleine overwinning voor
ons.
Als dit lukt dan blijven we
onze kans bij de eerste vijf
van de hoofdklasse behou
den".
Deze streekderby benadrukt,
in feite het niveau in de
kring Gouwe Rijnstreek. De
laatste jaren is de kracht
van het waterpolo in de
kring (evenals het wedstrijd-
zwemmen) enorm vooruitge-
gaan
Zowel AZC als de ZIJL/LGB
speelde enkele jaren terug
nog in de tweede klasse
ook andere teams b.v. LZ'86
in de eerste klasse. De da
mes van de ZIJL/LGB in de
eerste klasse, en Katwijk en
BZPC in de tweede klasse
tonen veel vooruitgang.
Naast de grote streekderby
tussen de ZIJL/LGB en
AZC (in zwembad De Does,
aanvang 19.15 uur) speelt
LZ'86 zondag in Eindhoven
tegen koploper PSV.
tn de tweede klasse moet
BZPC naar Haarlem voor
de ontmoeting tegen DWT
en zal Katwijk zondag afrei-
sen naar Almelo voor de
wedstrijd tegen ZPA.