Bettina
Dubbeld
Kakkerlakkenplaag
kwelt Bijlmermeer
HARD
OP WEG
NAAR
INTER
NATIONALE
FILMROEM
Vlaardingen Bettina
Dubbeld, blonde schone uit
de chloorrijke dreven van
de Maasvlakte,' is vanuit
het Rotterdamse schade
verzekeringsbedrijf, waar
ze de laatste jaren onder
meer haar acht eigen aan
rijdingen tot volle bevredi
ging beeft afgehandeld, in
middels doorgedrongen tot
de wereld van de cinema
tografie. Naast Henk van
Ulsen, die ze vertederd om
schrijft als een „aardige
knul zonder kapsones",
speelt ze de rol van Holden
Ophelia in de verfilming
van Ward Ruijslinck's ge
lijknamige roman.
Het is het verhaal van de
Pool Stefan Pielek, die het
op dit ondermaanse wel
voor gezien houdt en via
een mislukte zelfmoordpo
ging verzeild raakt bij de
politie. Daar blijkt, dat suk
kelaar Pielek niet eens be
schikt over een officiële
vergunning tot het afsceid
nemen van deze wereld. In
afwachting van dit begeer
de document houdt Pielek
uitverkoop in zijn bloemen-
winke, en net als hij zijn
laatste bosjes aanvoorbij-
g angers uitdeelt laat
blpeen de tolk van uw wan
hoop zijn ontmoet hij
een jonge vrouw, die hem
bekent, dat de golden Op
helia haar lievelingsbloem
is. Voor Pielek is dit vol
doende om in een brandede
passie voor haar te ontste
ken. Hij rept zich naar het
politiebureau en weet .daar
de inmiddels verleende ver
gunning via omkoping van
een amtenaar in functie
(een zak petat? Een frican-
del?) te* niet te doen. Als hij
na deze missie terugkeert
blijkt, dat Ophelia hem in
middels met een ander be
drogen heeft
lekker lallen
Bettina meent achteraf, dat
deze scène, waarin ze half
aangeschoten haar bedrog
aan Pielek openbaart, tot
het meest geslaagde mo-'
ment in haar filmdebuut
behoort „Het duurde na
melijk vrij lang, voordat ik
aan de beurt was. En in die
tussentijd heb ik een glaas
je rosé to me genomen. De
fles was net leeg, toen ik
vóór de camera moest Ik
zakte spontaan door mijn
knieën en lalde heel aan
doenlijk. Van Ulsen moest
me nog ondersteunen, an
ders was ik gegarandeerd
omgelazerd. Daarna heb ik
een lekker roesje van een
uur uitgeslapen. Ik geloof
echt dat het een hele leuke
scène is geworden".
kan niks
Bettina had overigens tevo
ren de Belgische regisseur
Marcel Martin gewaar
schuwd: „Ik kan niks. Ik
zeg het je maar". Thuis in
haar Vlaardingse flat, met
de stank van Pernis als dan
voor haar aangenaam ver
pozen aan de Nieuwe Wa
terweg vult ze nog aan: „De
enige rol, die ik in mijn
leven gespeeld had was in
de eerste klas van de ULO.
Omdat ik vrij lenig ben
kreeg ik de rol van pop, die
opgevouwen zat in een
doos. Ik had geen woord
tekst maar mijn moeder
vond wel, dat ik het heel
mooi gedaan ad".
nachtmens
Over haar artistieke achter
gronden nog dit: ze heeft
enkele tantes, die opmerke
lijke prestaties hebben ge
leverd in het Zuid-Hollands
amteurtoneel. En haar ei
gen moeder maakte op
jeugdige leeftijd, gekleed in
rieten outfit met bijpassend
bloemenkransje deel uit
van een Hawaii-bandje.
Zichzelf omschrijft ze als
een „onverbeterlijk nacht
mens, dat houdt van uit
gaan tot het ochtendkrie
ken. En lekker eten en me
optutten, dan zie ik ook
helemaal zitten. Met een
paarse boa om mijn nek en'
een hack met oranje veren
erop. De ouderwetse ker-
mistoer".
Op één van haar versier-
tochten naar haar favoriete
pleisterplaats Antwerpen
(„in Rotterdam is immers
niks te beleven") werd zij
aangescoten door een Vla
ming, die haar een rol aan
bood in zijn nieuwe film.
Ze dacht eerst met een
bluffer te doen te hebben,
die imeand zoch voor een
advertentie over sex-linge-
rie. Toen echter enkele
maanden later de telefoon
ging bleek ze zich tocheven
vergist te hebben. De film
carrière van Bettina Dub-
beld was wel degelijk een
feit. Later schreef een Bel
gische journalist: waarom'
nou weer een Nederlandse
in een Belgische film. Alsof
wij in Vlaanderen niet ge
noeg blonde schonen heb
ben met blauwe Mona-Lisa-
ogen? „Die Mona-Lisa-ogen
hadden ze me tijdens de
persconferentie toegedciht
Flauwekul natuurlijk, want
als ik die werkelijk had zat
ik nou in Hollywood en niet
in een Belgische film".
La Dubbeld
Bettina, die door Van Ulsen
hardnekkig „La Dubbeld"
wordt genoemd, heeft zich
inmiddels laten inschrijven
bij het Amsterdamse bu
reau Model Planning en
hoopt haar lang niet onver
dienstelijke leden in de
nabje toekomst te gelde te
kunnen maken als manne
quin. Aan een echte ilmcar-
rière durft ze voorlopig nog
niet te denken: „Ik ben
geen Sylvia Kristel, die zo
nodig moet Ik vind het
doodeng om voor wat kla
tergoud over lijken te wan
delen".
De 3500 gulden, die ze met
haar eerste filmrol verdien
de zijn alweer opgesou
peerd. Voornamelijk aan
slakjes in knoflooksaus,
hippe broeken en zilveren
laarzen. Met zwerfhond
Yunkie en zwerfkat Poesie
wijdt ze zich nu tot nader
orde aan haar vriend, een
Vlaardingse, krap gescha
pen dameskapper, die haar
kopse, zojuist heeft verrast
met een warrig permanen
tje. Daarvoor was ze korte
tijd pcentjesrood, roest
bruin en vlasblond.
„Ik ben inderdaad een rus
teloos vrouwtje", bekent, ze
stralend, „ik wil altijd wat
anders". Terzijde kijkt
haar Vlaardingse dames-
kapper bezorgd toe. Het is
voor hem te hopen, dat zijn
permanentje nog even
houdt
LEOTHURING
Van
secretaresse
tot filmdiva
Bettina Dubbeld, 22
jaar, op een kille ja-
nuari-dag geboren
onder het teken van
de waterman. Vitale
maten 84-62-34.
„Niks om over naar
huis te schrijven",
meent ze zelf. Door
de natuur begiftigd
met vlasblond haar,
dat dankzij krachtig
ingrijpen van haar
vriend, een Vlaar
dingse dameskapper,
reeds voor korte tijd
de schutkleuren
t peentjesrood en
roestbruin heeft ge
had. Hobbies: uit
gaan, totdat ze er bij
neer valt, kleren ko
pen, waterskieën,
platen draaien (te
hard naar het oor
deel van de buren)
en lezen. Daarliep de
ULO, wilde daarna
kleuterleidster wor
den, maar werd door
het lot gerangeerd in
het kantoor van een
Rotterdams Sdhade-
verzekeringsbedrij f.
Kwam tijdens een
uitgaanstrip naar
Antwerpen in con
tact met de Belgi
sche regisseur Mar
cel Martin die haar
een rol aanbood in
zijn film „Golden
Ophelia". De opna
men zijn inmiddels
achter de rug en de
première wordt aan
het einde van dit
jaar verwacht.
Hoofdrol in
Golden Ophelia
„La Dubbeld" zoals Henk van Ulsen
zijn kersverse collega hardnekkig noemt
is met dit uiterlijk in België aan het filmcel-
luloid toevertrouwd.
Bettina Dubbeld werd In haar aap-noot-
mies-periode veelvuldig versleten voor leer-
plichtge jongen. „Als je dan later hoort, dat
je Mona Lisa-ogen hebt, mag je wel conclu
deren, dat je in die tussentijd niet stil
gezeten hebt".
Anno 1974, met zwerfhond Yunkie en warrig permanentje: Bettina Dubbeld.
TPTTfr
De door de ene plaag na de andere bezochte
Bijlmermeer in Amsterdam heeft er een kwelling
bij. Kakkerlakken. Honderdduizenden. Via verwar
mingskokers wandelen ze vrijelijk van de ene flat
naar de andere een vlek die zich dagelijks
uitbreidt. Op grote kaarten van het stadsdeel hou
den de woningbouwverenigingen de opmars nauw
keurig bij. .Elk aangetast woningblok krijgt een
zwart blokje. Het zijn er al tientallen. Een woord
voerden „Het grootste deel van de Bijlmermeer is
besmet of zal binnenkort besmet worden. Groot
Frissenstein, Florijn, Haag en Veld, Hogevecht,
Grander en Koningshoef, overal zitten ze. En de
kans is groot dat de plaag zich over het land zal
verbreiden omdat mensen die verhuizen, het onge
dierte met hun inboedel meenemen. Het is ongeloo
flijk, maar de laatste weken komen er opeens
massale klachten uit 't Breed helemaal In Amster
dam-Noord. Er Is geen houden aan als er geen
maatregelen genomen worden. Kakkerlakken
vermenigvuldigen zich enorm snel"
Natuurlijk fluisteren boze tongen dat het ongedierte
is geïmporteerd door de 15.000 Surinamers die in
de Bijemer zijn gehuisvest Dit kwalijke gerucht laat
zich gemakkelijk ontzenuwen. Het gaat namelijk
niet om de tropische, maar om de Duitse kakkerlak
de Phyllodromia germanica. Een presentje van
onze Oosterburen dat in Midden Europa een ver
schrikkelijke plaag vormt maar tot voor kort in
onze contreien vrij onbekend was. Die dagen zijn
nu voorbij en misschien wel voorgoed.
Kakkerlakken zijn een familie van rechtvleugelige
insecten met afgeplat lichaam, lange sprieten en
looppoten. Het zijn nachtdieren die zich voeden met
alles wat eetbaar is. Overdag verstoppen ie zich op
warme, donkere plaatsen. Normaal schuwen ze het
gezelschap van mensen, maar in de Bijemer is het
normaal geworden dat er tijdens de maaltijd zo'n
2 centimeter groot beest vanaf het plafond in de
soep plonst. Men eet er niet smakelijk meer. Ge
woonlijk komen kakkerlakken in zeer grote hoeveel
heden voor. Het zijn lastige dieren die een zeer
onaangename reuk verspreiden en schadelijk kun
nen worden voor eetwaren. Wat ernstiger is: omdat
ze met vuil in aanraking komen (ze voeden zich ook
met dode insecten, uitwerpselen en afvalstoffen), is
hun aanwezigheid op verblijfplaatsen voor de mens
beslist ongewenst met het oog op mogelijke infec
ties. Maar in de Bijemer en ook daarbuiten al zijn
ze er. Ze nestelen zich in de verwarmingskokers die
via de keukens door de flatgebouwen lopen, tot tien
hoog toe. De ruimte tussen de kokers en de muren
kan niet hermetisch worden afgesloten zodat de
dieren rustig van de ene naar de andere woning
kunnen wandelen.
Het relaas van een huisvrouw die haar naam liever
niet genoemd ziet uit vrees aangekeken te zullen
worden voor „dat mens met de kakkerlakken in
huis" Ze vertelt: Vorig jaar november konden
mijn man en ik een twee-kamerflatje in de Bijemer
krijgen. We waren er dolblij mee. We hadden niets
in de gaten. De vorige bewoners hadden ons ter
loops gezegd dat er wel eens een kakkerlak rond--
liep. We realiseerden ons niet wat het betekende.
Maar na een maand durfde ik bijna de keuken al
niet meer in. Het wemelde er van de kleine beestjes.
De verwarmingskoker dichtmaken, kan niet dan
Zou je het aanrecht moeten slopen. Je kon het
ongedierte dus alleen kwijt raken door de hele
verwarmingsbuis van één hoog tot tien hoog te
ontsmetten. Toen we met onze klacht bij de huis
meester kwamen, zei die dat er niets aan te doen
was.
De afgelopen zomer zijn we een week met vakantie
geweest. Toen we terugkwamen, stikte het in onze
flat letterlijk van de kakkerlakken. Ik overdrijf niet
als ik zeg dat het er duizenden waren. Wanneer ik
een pakje maizena had opengemaakt, kon ik het
meteen weggooien. Met zeeppoeder idem dito. Ze
zaten in de broodtrommel en tussen de doperwtjes
in de koelkast Alle bergruimten waren ermee be
zaaid. Ze zaten in de huiskamer, de slaapkamer,
de douche, overal. Ik had er 's nachts angstdromen
Toen we opnieuw bij de huismeester klaagden, zei
hij: het spijt me, maar de woningbouwverenigingen
mogen zelf niets doen. U moet zich wenden tot de
Sanitaire Dienst van de gemeente Amsterdam. Dat
hebben we natuurlijk meteen gedaan. Het antwoor-
d: het spijt ons, maar als we bij u komen spuiten,
helpt het niet; we moeteh de hele rij flats ontsmet
ten, en dat kan alleen in opdracht van de woning
bouwvereniging. Hooguit kunnen we een inspecteur
sturen die de zaak bekijkt Als de toestand onhoud
baar is, kan er misschien een civiele procedure
gestart worden over de vraag wie de ontsmetting
moet betalen. Wij terug naar de woningbouwvereni
ging. Toen kwam de aap uit de mouw. Ze hadden'
het hele blok Koningshoef laten schoonmaken, maar
na drie maanden waren de kakkerlakken er terug.
Het was weggegooid geld geweest en daar voelden
ze niets meer voor. Nu gaan we maar verhuizen.
Het vervelende is dat we onze nieuwe woning
helemaal moeten laten ontsmetten, want het onge
dierte zit in alle hoeken en spleten van de meubels,
en voordat je het weet, zitten je eigen huis en de
huizen van de buren weer vol"
Tot zover het relaas van een benarde huisvrouw.
Merkwaardig genoeg is de plaag op zich gemakke
lijk te bestrijden. De kosten van dc ontsmetting die
op aanwijzen van de Sanitaire Dienst door een
particulier bedrijf wordt uitgevoerd, bedragen
slechts 140 gulden. Maar de woningbouwverenigin
gen vinden dat bedrag veel te hoog. Ze zeggen
eenvoudig geen geld te hebben voor een uitgebreide
operatie kakkerlak omdat ze per woning jaarlijks
niet meer dan ongeveer 320 gulden aan onderhoud
mogen rekenen. Bovendien moet de bestrijding van
de kakkerlakken na drie maanden worden her
haald, en soms vaker. Ondertussen zijn er vanuit
de gemeenteraad vragen aan B en W gesteld over
deze onsmakelijke kwestie. Het antwoord is er nog
niet, maar het laat zich raden. Het gemeentebestuur
stelt zich op het standpunt dat de woningbouwver
enigingen zelf moeten opdraaien voor de kosten die
de ontsmetting van hun woontorens met zich brengt.
Waarmee de vrij uitzichtloze situatie ontstaat dat
tienduizenden mensen geplaagd blijven worden
door honderdduizenden kakkerlakken.
Kwel en kommer
Nog meer kwel en kommer overigens in de Bijlmer.
Behalve door de Phyllodromia germanica wordt de
bewoners het leven ook zuur gemaakt door een
invasie van faraomicrcn. Die zijn mogelijk wel
afkomstig uit Suriname. De zeer kleine beestjes (een
miljoen exemplaren weegt 58 gram) zouden meege
reisd kunnen zijn in de bagage van migrerende
Rijksgenoten. Zekerheid hierover bestaat echter niet
temeer niet omdat de faraomier, van oorsprong
een tropisch insect sinds 1845 veelvuldig in Neder
land voorkomt Met name in de 19-de eeuwse wijken
van Amsterdam is het ongedierte al jarenlang be
kend. Het zijn vleeseters, maar ze hebben zich zo
aangepast dat ze zich zelfs te goed doen aan
synthetische wasmiddelen. De Sanitaire Dienst van
Amsterdam: „Ze kunnen in woningen een ware
plaag zijn en de bewoners tot wanhoop brengen
omdat ze worden aangetroffen in voorraadkasten,
linnenkasten, koelkasten en zelfs vuil wasgoed".
Ook Amsterdamse ziekenhuizen hebben wel eens te
lijden gehad onder een invasie van faraomieren.
Daar werd toen het gevaar dat het ongedierte
bacteriën over kan brengen, niet denkbeeldig
geacht
Nu woekeren de faraomieren voort in de verwar
mingskokers van de Bijlmerflats. Samen met de
kakkerlakken. Hoogst ongenode gasten, maar niet
weg te branden zolang de woningbouwverenigingen
en de gemeente blijven touwtrekken om de vraag
wie de beesten de bel aan moet binden.
Piet Snoeren