ldj ,Boeren en tuinders hebben recht op stuk uit welvaarts koek" r h tevenhuizen Vijfentwintigduizend boeren en linders eisten in augustus in het voetbalstadion lalgenviaard in Utrecht het hoofd van KNBT- oorzitter Mertens. Massaal geloei oversterrde de oorden van deze voorzitter, die wat angstig de flocht blies, toen „het groene front" irekersgestoelte oprukte en hij werd bekogeld atte kranten en rotte etenswaren. Het voet- alstadion werd een heuse arena, waarin de lande- jke manifestatie van boeren en tuinders dreigde ontaarden in een ordinaire vechtpartij. Eén man ist de opdringende meute tot kalmte te manen, at was de landelijk voorzitter van de actiegroe- en Klaas Olieman, tuinder uit het Zuidhollandse enhuizen. Sinds dat moment in het voetbalsta- (i is de faam van deze tuinder alleen nog cgroeid. Hij wordt thans frequent betrokken in esprekingen op regeringsniveau om het toekomsti- beleid voor land- en tuinbouw uit te stippelen, „laas Olieman wil brood op de plank voor boer pil tuinder. Een fatsoenlijk belegde snee dan wel, ivant daar hebben de agrariërs recht op. Ontevre den middenstanders hebben de naam Klaas Olie- pan de laatste weken ook voor in de mond. Zij «eggen: „Wij hebben ook zo'n man nodig als Klaas. Dlieman. Een vent met een grote mond. Een vent lie niet bang is voor de „witte boorden", iemand lie weet wat zijn recht is en daarvoor tot het literste wil gaan". De verbolgen middenstanders |ullen wellicht bedrogen uitkomen, als zij in Klaas lieman een vent met een grote mond verwachten, laas Olieman is geen schreeuwer. Hij formuleert bedachtzaam en denkt eerst na. eman werd negenenveertig jaar geleden geboren als zoon van een klein boertje met een. letje tuinbouw op de open grond. In Reeuwijk,, lijn geboorteplaats, begon hij in de tuinbouw. Hij taf onder meer les aan diverse tuinbouwscholen, glastuinbouw vond hij interessanter en Klaas Olie- srtrok naar de voorlichtingsdienst voor de tuinbouw in Bleiswijk. Na zo'n twee jaar had hij net daar ook gezien en trad in dienst bij het iefstation in Naaldwijk, in semieoverheidsdienst. m zes jaar werkte hij in Naaldwijk, daarna begon hij een eigen bedrijf in Zevenhuizen. In het 'vunbouwgebied De Kring. Iet eigen geld kocht hij een bedrijf van drie hectare glastuinbouw. Hij nam tevens het beheer op zich n een drie hectare groot bedrijf van een belasting- nsulent in Zevenhuizen die wel geld maar geen i-stand van glastuinbouw had. Beide -bedrijven reien in een door Klaas Olieman beheerde maat- fchap verenigd. Na twee jaar zorgde de Zevenhui- lense tuinder voor een uniek experiment. Hij ver klaarde de veiling niet meer nodig te hebben en lelf de eigen goederen te exporteren, met een eigen klein exportbedrijf. Dat exportbedrijf van Klaas Olieman liep in het begin uitstekend, maar later bleek, dat hij een peetje te veel hooi op z'n vork genomen had. „Na 1969 liep het exportbedrijf niet meer zo best. Ook padden we wat problemen op de tuin, zodat ik daar voel aandacht aan moest besteden". Het exportbe drijf werd verkocht en Klaas Olieman keerde zich veer naar de veiling Rotterdam, thans veiling Bleis- - vijk. „Het is me gebleken, dat er met de Nederland- te veiling vrijwel onmogelijk te concurreren is. Zij rebben verrekt goede afzetmogelijkheden, verspreid bver geheel Europa. Als kleine exporteur- kan je nooit uitwijken met je produkten, want daarvoor ben je gewoon te klein". Korte tijd na de verkoop van het exportbedrijf werd ook de maatschap ont bonden zodat Klaas Olieman thans is teruggekeerd .op zijn eigen dertigduizend vierkante meter glasop pervlakte. Lasten „Het is waar. Ook ik heb het niet kunnen maken met een groot bedrijf van zes hectare. Eigenlijk hebben alle grote bedrijven het moeilijk en kan niemand het helemaal waarmaken. Dat komt door dat de personeelslasten van de grote bedrijven erg zwaar wegen. Er zijn veel arbeidskrachten nodig, ?n goede arbeid is duur. Te duur voor de grote bedrijven bij de huidige marktprijzen. Een kleine tuinder heeft het wat beter dan de grote jongens. Zo'n doorsnee tuinder heeft een bedrijf van 6000 vierkante meter glas. Met een hoop overuren en veel gezinsarbeid, kan zo'n tuinder het nog rooien. Met mijn drie hectare behoor ik thans tot de middelgrote bedrijven en met de acht man personeel kunnen we de zaak goed draaiende houden. Ik heb geen reden tot klagen". Het optreden van Klaas Olieman in de laatste maanden is eigenlijk ontsproten aan zijn werk in de vele studieclubs van de tuinbouw. In die clubs worden dé vaktechnische belangen van de tuinders behartigd. Men bepraat en bestudeert de ontwikke ling van nieuwe rassen en betere teeltmogelijkhe den. Volgens Klaas Olieman zouden die studieclubs een onderdeel moeten vormen van het werk van de drie standsorganisaties, de Katholieke Neder- ,,De boeren en tuinders moeten hun boterham kunnen verdienen, ze hebben er recht op" Inspraak „De leden moeten inspraak krijgen, zij moeten het beleid kunnen beïnvloeden. Thans wordt de top van de organisatie via trapsgewijze verkiezingen geko zen. Wij willen een directe verkiezing van ae organi- satiebesluren. Juist die trapsgewijze manier heeft het wantrouwen tegen de organisaties doen ont staan. Wij als actievoerders zien als beste oplossing, dat van elk van de zeven bedrijfstakken in elke 'organisatie een man door de leden direct verkozen wordt. Een organisatiebestuur zou dan zeven leden tellen. Die zeven leden kiezen weer een voorzitter. De huidige voorzitters Knottnerus, Mertens en Zijl stra mogen van mij best blijven zitten. Mits zij er maar op een democratische manier komen. En zich alleen bezig houden met de belangen van land- en tuinbouw. Die bestuursleden zouden elke drie jaar af moeten treden, met een herkiesbare periode van nog eens drie jaar. Daarna zou niemend meer terug mogen komen. Dan moeten anderen het beleid bepalen, nieuwe gezichten met nieuwe, frisse ideeën. „Die korte zittingsperiode is volgens ons noodzake lijk. Het moeten boeren en tuinders zijn, die in het bestuur komen. Mensen met een eigen bedrijf. Voor een korte periode zouden ze het bedrijf uit handen kunnen geven, maar na de zittingstijd moeten ze er weer terug kunnen keren. Thans hebben de voorzitters geen eigen bedrijf meer. Ze zijn van de harde werkelijkheid vervreemd. Ook hun politieke bindingen zien wij als een gevaar. Natuurlijk heb ben wij als actievoerders veel contact met de poli tiek. Je komt er vanzelf in terecht. Maar het éigen doel moet voorop staan. We moeten onafhankelijk blijven van de politiek". „We moeten er ook voor oppassen" dat bestuurs leden en voorzitters van organisaties teveel verdienen. Men wil zo'n functie om de eer en om het geld. Als we nu niet teveel betalen,dan willen de leden ook wel weer naar het eigen bedrijf terug. Ik heb er zelf ook al over gedacht, of ik een eventuele verkiezing zou aanvaarden. Ik heb er al eens aan gedacht of ik een van de huidige drie voorzitters zou willen opvolgen. Ik zou een verzoek daartoe accepteren. Echter alleen om de zaken óp poten te kunnen zetten. Voor een korte periode om 'de problemen te vereffenen, langer niet." „Onze kritiek op de standsorganisaties wordt mo menteel steeds harder. Nu het grote wantrouwen blijkt, moeten ze zich van hun verantwoordelijkhe den bewust zijn. Zij zouden contact met ons moeten opnemen. Wij zijn toch geen wilde beesten. Er hoeven van ons echt geen koppen te vallen. Voorop staat echter, dat de boeren en de tuinders gerust moeten kunnen gaan slapen." „Momenteel verdienen veel boeren en tuinders het brood in de pap niet eens. Hun inkomen is niet gelijk aan dat van andere bevolkingsgroepen. De boeren en tuinders moeten een goed inkomen kun nen verdienen. Zij moeten ook eens per jaar op vakantie kunnen. Zij moeten ook mee kunnen eten van de welvaartskoek. En dat inkomen moet uit de markt kunnen komen. De prijzen moeten zo hoog zijn, dat er goed verdiend kan worden. Er zijn al veel boeren en tuinders weggesaneerd, en hoe. Nog maar zeven procent van de beroepsbevolking werkt in de agrarische sector. Minder kan haast niet. Na de oorlog is de schaalvergroting ontstaan. De boe ren en tuinders die eraan ten offer vielen, werden onverantwoordelijk gesaneerd. Als momenteel blijkt, dat er bedrijven zijn die niet passen in onze economie, dan moet een „warme" en vrijwillige JJ' KLAAS OLIEMAN: sanering worden toegepast. Er zijn er al voldoende verdwenen.." Klaas Olieman is tegen een inkomensgarantie door de overheid. „Als dat zou komen, dan halen we de fut er een beetje uit bij de vrije ondernemers, We moeten niet teveel tegen de sociale, voorzieningen aanleunen. Het ondernemersklimaat moet zo zijn, dat we kunnen produceren. De Nederlandse boer en tuinder is daartoe bereid. Dat ondernemerskli maat moet in de EEG gezond gemaakt worden. Tot op heden i.s er geen sprake geweest van enig EEG-beleid, men heeft maar wal aan gerommeld." Duur betaald „Een EEG beleid zou moeten bestaan uit gelijke monetaire, fiscale en sociale maatregelen voor de boeren en tuinders in heel het EEG-gebied. Wel is er momenteel een gemeenschappelijk landbouwbeleid. Maar verder is er niets. De landen groeien onderling zelfs uit elkaar. Vooral wij Klaas Olieman, tuinder in het Zuidhollandse Zevenhuizen Nederlanders zijn daar de dupe van. Wij komen er allerberoerdst van af. Thans is het helemaal een chaotische toestand binnen de EEG nu Duitsland de vijf procent regeling heeft verworpen. Ik verwacht dat Duitsland tijdens het overleg van komende wöensdag toch overstag gaat. Het kan niet anders. Maar wat hebben wij, Nederlandse boeren en tuinders, dan eigenlijk dan nog. Er is hier een nationale maatregel van twee proeent inkomstentoeslag voor de zwaarst getroffen sectoren. Ook na de EEG-verhoging van de prijzen met vijf procent meoten er in ons land nationale maatregelen genomen worden". Klaas Olieman denkt dat hij 't voorzitterschap van tic actiegroep zo'n half jaartje kan volhouden. „Op passen anders wordt het m'n ondergang", zegt hij. ,,lk heb in augustus A gezegd, thans moet ik ook B durven zeggen. IK denk weieens waar ben ik aan begonnen, Vaak denk ik dat. Maar .evenzo vaak denk ik dal ik goed werk doe. Vooral als ik de vele honderden reacties zie, Gelukkig is mijn vrouw ook een boerendochter. Zij kent de problemen. Zij gaat ook vaak mee naar vergaderingen, want we weten allebei hoe er overal geploeterd wordt om de eindjes aan elkaar te knopen." „Ik verwacht binnenkort weer nieuwe acties. Vooral van de kant van de vlecs-prbduktiebedrijvcn. Die groepen hebben het thans erg slecht door het volledig falende EEG-beleid. Dan zegt bijvoorbeeld zo'n minister Lardinois, dat de EEG een foutje heeft gemaakt. Er is twee procent teveel goedkoop vloei geïmporteerd uit Zuid-Amerika. Hij zegt er niet bij, dat hij mede verantwoordelijk is voor die fout, en dat de boeren voor die fout kunnen bloeden. Zij moeten het immers betalen." „Ik verwacht binenkort geen bundeling van da boeren en tuinders met de middenstand. Er zijn weliswaar veel overeenkomsten, vooral op fiscaal terrein, maar er zijn Ook grote verschillen. Wij zijn producenten, zij zitten in de handel en verlenen diensten. En samenwerking kan gunstig zijn, maar ik zie het nog niet zo zitten. „Wij boeren en tuinders moeten eerst de stnndsorga- nisatics reorganiseren. De organisaties moeten het vertrouwen van alle betrokkenen onvoorwaardelijk genieten. Pas dan kunnen we weer gaan overleggen. We moeten natuurlijk redelijk blijven, maar dat overleg zal harder worden. Keihard, mar wel rede lijk. Dat is pas mogelijk als er een verenigde achterban is. Het doel moet voorop staan. En het doel zijn de knikkers: meer welvaart voor boer en tuinder." WIM BUIJTEWEG FOTO'S SIMON E. SlVfll

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 17