„Goelag Archipel" HET VOORONDERZOEK Alexander Solzjenitsyn is niet monddood AANKLACHT TEGEN REGIEM, DAT MENSEN TOT ONGEDIERTE DEGRADEERT Fragment uit „Goelag Archipel t t I Van Alexandrov, de voormalige chef vai de afdeling Kunst van de Vereniging voo Culturele betrekkingen met het buitenlam een man wiens lichaam naar één zijd» overhelt, die zijn tranen niet kan inhoudei doordat zijn ruggegraat is stukgeslagen - kan men horen hoe Abakoemov in eige: persoon sloeg (in 1948). Zeker, zeker, de minister van staatsveilig heid Abakoemov in eigen persoon trek, absoluut.zijn neus niet op voor het ruwe werk. Hij is er niet afkerig van af en toe de gummiknuppel ter hand te nemen. Des te grager slaat zijn onderminister Rjoe- mien. Hij doet het in de Soechanovka in de „generaals"-verhoorkamer. De kamer heeft langs de muren een genoteboomde lambrizering, zijden portières voor ramen en deuren, op de vloer een groot perzisch tapijt. Om al dat schoons niet te bederven wordt voor de af te ranselen kandidaat over het tapijt een vuile, vol bloedvlekken zittende loper uitgespreid. Bij het slaan wordt Rjoemien niet door zo maar een gevangenisbrigadier bijgestaan, maar door een kolonel. „Juist", zegt Rjoemien hoffelijk, terwijl hij de gummiknuppel met een doorsnee van een centimeter of vier streelt, „de be proeving met de slapeloosheid hebt u eer vol doorstaan". (Al. der D. had door een list kans gezien een maand zonder slaap vol te houden: hij had staande geslapen). „Nu zullen we het met de knuppel proberen. Meer dan twee-drie seances houdt men het Je kolonel gaat voor de afrossing op de ug van de kandidaat zitten. A.D. is van ïlan de slagen te tellen. Hij weet nog niet wat het zeggen wil, een klap met een gummiknuppel op de heupzenuw te krijgen wanneer je billen zijn ingevallen van de langdurige uithongering. De pijn voelt men niet op de plek waar de klap neerkomt. .Meteen al na de eerste klap wordt het slachtoffer gek van de pijn, drukt hij zijn nagels stuk tegen de loper. Rjoemien slaat en doet zijn best hem goed te raken. De kolonel perst hem neer onder het zware gewicht van zijn vleesklomp: precies het juiste werk voor drie grote sterren op een schouder: de almachtige Rjoemien te assis teren! Na de seance kan de afgeranselde klant niet lopen, hij wordt natuurlijk ook niet gedra gen: ze sleuren hem weg over de vloer. Zijn achterste zal weldra zo opzwellen, dat hij zijn broek niet meer dicht kan krijgen, terwijl er haast geen moeten op de huid van achterblijven. Er wacht hem nog een tweede seance, en nog een derde: hels van woede zal Rjoemien ertoe overgaan hem op de buik te slaan£„ Ze zullen de arrestant met peritonitis naar het ziekenhuis van Boetyrki vervoeren en de pogingen om hem ertoe te pressen een gemene streek uit te halen, zullen tijdelijk worden onderbroken. Zo kunnen ze je óók nog lens krijgen! Na dit voorval zal het u eenvoudig een vader lijke liefkozing toelijken wanneer officier commissaris Danjilov uit Kiesjinjov de priester Wiektor Sjipowalnjikov met een pook op het achterhoofd slaat en hem aan zijn vlechten heen en weer sleurt (priesters kun je mooi op die manier rondsleuren; en bij leken kun je dat doen door aan hun baard te trekken en zo van de ene hoek van het bureau naar de andere te slepen. En Richard Ohola een Finse ijveraar van de Rode Garde, die had deelgenomen aan de jacht op Sidney Reilly en compagnies commandant was geweest bij het dempen van de opstand van Kroonstad tilden ze met een tang nu eens aan het ene dan weer aan het andere eind van zijn grote snor omhoog, en hielden hem telkens tien minu ten lang op zo'n hoogte, dat zijn voeten de grond niet raakten). Je hebt (na enkel afschuwelijke martelin gen, red.) nog vijftien seconden om uit te schreeuwen dat je alles bekent, dat je ertoe bereid bent ook die twintig mensen in de gevangenis te helpen van wie zij dat willen, of in de pers alles te belasteren en te verguizen wat jou heilig is. Dat God jou moge oordelen, en niet de „Je ontkomt er niet aan! Je moet wel bekennen!", fluisteren de in de cel tussenge- schoven kloeken, (verraders, red.). „Een eenvoudig rekensommetje: je spaart <*r je gezondheid mee!", zeggen de nuchteren „Ze veroordelen je toch. of je nu bekent of niet", concluderen degenen die tot de kern van de zaak zijn doorgedrongen. „De genen die geen handtekening zetten, krijgen de kogel!", profeteert nog iemand in de hoek. „Uit wraak- Om de aanwijzingen weg te werken: hoe het vooronderzoek in zijn werk ging". „En wanneer je in de verhoorkamer sterft, delen ze aan je familie mee: strafkamp zonder recht op correspondentie. En laten ze dan maar eens zoeken". En wanneer je rechtzinnig in de leer bent, dan sluipt zo'n andere rechtzinnige naar je toe en begint terwijl hij vijandig om zich heen kijkt en oplet dat niet-ingewijden het niet kunnen afluisteren, je fel in het oor te bijten: „Het is onze plicht het voorondcrzoekbeleid van de Sovjetstaat te steunen. De toestand is kritiek. Wij dragen er zelf schuld aan: Wij zijn te slaperig geweest: en kijk nu eens naar al deze rotte plekken die in het land zijn-doorgewoekerd. Er is een meedogenloze geheime oorlog aan de gang. Hier om ons heen zitten net zo goed de vijanden: hoor je niet hoe ze hun meningen spuien? De partij is toch niet verplicht tegenover elk van ons verantwoording af te leggen waar voor en waarom alles zo gebeurt! Als dat van ons gevraagd wordt, horen wij te teke nen". En er komt nog een rechtzinnige aangeslopen: „Ik heb beschuldigingen tegen vijfendertig mensen ondertekend, tegen alle kennissen. Ik raad jullie hetzelfde aan: zoveel mogelijk namen, sleep zoveel moge lijk mensen mee in je val! Dan wordt het wel duidelijk dat dit allemaal onzinnig is en laten ze iedereen weer gaan". syn, die thans in Zurich bezig is het vervolg te schrijven op de twee delen- in-een van „Goelag Archi pel", lopend van 1918 tot 1956. De periode Kroetsjev en Brezjnev zullen vermoe delijk al even opzienbarend zijn: de periode Kroetzjev vanwege de zogenaamde „dooi" en de periode Brezj nev vanwege het min of meer herstelde oude Sov jet-regiem. Een voorproefje hiervan hebben we al kunnen ne men in de reeds eerder ver schenen geschriften „Een woord van Waarheid" en „Solzjenitsyn". Alexander Solzjenit syn met zijn zoontjes Ignati (links) en Jerho- lai. Het -is de afschuwelijke aanklacht tegen De Grote Leugen, die tot politieke Waarheid verheven is. Ton v.d. Houten. DEN HAAG Het is stil geworden rond Alexander Solzjenitsyn. Een enkele keer doet hij nog wat boze uitvallen naar de westerse wereld, sporadisch verschijnt hij in het openbaar en nog minder laat hij zich verleiden om voor de westerse televisie te komen. Hij heeft er sinds 13 februari van dit jaar geen geheim van gemaakt, dat hij -de Russische banneling- teleurgesteld is over wat hij hier in het westen heeft meege maakt en waarneemt. Alexander Solzjenit syn is een verbitterd mens geworden, die alleen nog troost zoekt bij vrouw en kinde ren in het Zwitserse Zurich. Hij is in feite monddood geworden. Het Russische regiem heeft het, voor wat dit betreft, gewonnen. „Stuur hem het land uit en zijn mond zal stilvallen", hebben zij begin februari in het Kremlin besloten. Maar dan ligt ineens het boek „Goelag Archipel" voor ons. En dan blijkt al lezende in dit vandaag in het Nederlands versche nen historisch werk (uitgever de Boekerij Baarp), voor de 100.000 Nederlanders, die het na intekening ontvangen hebben, dat Alexander Solzjenitsyn nog lang niet mond dood gemaakt is. „Opgedragen aan allen wier leven te kort heeft geduurd om hier over te vertellen" is dit bittere verhaal één grote beschuldiging tegen de verontmense lijkte maatschappij van het Sovjet-regiem. En dat al sinds 1918, toen de eerste Russen, die zich tegen het toen nog jonge regiem verzetten, doodgeschoten werden... tellen. En dat zij het mij vergeven dat ik niet alles heb ontdekt, mij niet alles heb herinnerd, niet alles heb doorzien"...schrijft Solzjenitsyn vóórin zijn boek (twee delen-inéén van ruim 500 pagina's. Hoe kon één mens ook we ten of ontdekken, hoe het regiem langzaam maar ze ker het „heilige Rusland" verontmenselijkt heeft. Eén Rus op de miljoenen, die in de loop van bijna zestig jaren verhoord zijn, gemar teld werden, van hun vrij-, heid werden beroofd, in straf of werkkampen leden en stierven, in ziekenhuizen en psychiatrische inrichtin gen aan diabolische medi sche proeven onderworpen Sinds 1945 weten we, wat het betekent, wanneer een land, een regiem, mensen tot ongedierte degradeert. De beestachtigheden, die de Nazi's over de wereld uitgestort hebben en die wij in boek na boek op nieuw hebben beleefd, ver schillen in bijna niets van de wreedheden in Sovjet- Rusland, in Korea, Vièt- nam, sommige Zuidameri- kaanse staten, Griekenland en het Chili van nu. Hoe de methoden soms ook ver schillen de verontmenselij- king van de mens ligt als een onuitwisbare menselij ke schuld over deze wereld. Als iemand dit de wereld duidelijk gemaakt heeft, dan is het wel de Russische schrijver Alexander Solzje nitsyn. Hij heeft zich in Rusland al jaren verzet te gen de onmenselijkheden in zijn -ondanks alles- ge liefd vaderland. Hij heeft daarvoor moeten boeten met martelingen, vrijheids beroving, uitstoting en ten slotte verbanning. In zijn korte voorwoord in zijn jongste boek schrijft hij. „Met een beklemd gemoed- heb ik mij er jarenlang van weerhouden dit al gereed liggende boek in druk te geven, "mijn plicht tegen over hen, die nog leefden, woog zwaarder dan mijn plicht tegenover de gestor venen. Maar nu de Staats veiligheidsdienst het boek toch al m handen heeft, blijft mij niets anders over dan het onverwijld te pu bliceren". Dit schreef hij in septem ber 1973, toen het manu script al naar het westen gesmokkeld was. Kort daarna verscheen het in het Engels en thans is het ook in het Nederlands gereed. Dezer dagen werd Alexan der Solzjenitsyn door een Nederlander als „die miljo nair Solzjenitsyn" afge schilderd. Het is blijbaar een nieuwe methode om de ze man te bezoedelen. Want, zo redeneert men, door zijn verzet en zijn boe ken daarover heeft hij in het westen toch maar rijk- dom gekregen. Voor de mensen, die er zo over den ken is het goed het boek „Goelag Archipel", waaruit wij in de komende dagen een aantal fragmenten zul len publiceren, te lezen. Want het gekerfd leven van deze schrijver-banneling deze bijna kapotgemaakte existentie wordt door geen miljoenen hersteld. Zijn li chaam, zijn geest, zijn ziel zullen voor altijd de litte kens dragen van het Rus sisch regiem, dat al miljoe nen mensen het leven beno men heeft. Waarom deze merkwaardi ge titel van het boek? Solz jenitsyn: „In het jaar 1949 stuitten vrienden van mij en ik op een opmerkelijk berichtje in het tijdschrift „Priroda" van de Akade- mie van Wetenschappen. Er stond in kleine lettertjes ge schreven dat er aan de ri vier de Kolyma tijdens op gravingen een onderaardse ijslens -een oeroude bevro ren stroom- was aangetrof fen en daarin al evenzeer bevroren -specimina van fossiele fauna van ettelijke tientallen millenia her. Die vissen dan wel watersal amanders waren zo vers bewaard gebleven, getuigde de wetenschappelijke cor respondent, dat de aanwe zigen. na het ijs te hebben losgehakt, de dieren met graagte ter plaatse hadden verorberd.... Wij doorzagen het meteen. Wij zagen het hele tafereel op slag tot in details nauwkeurig voor ons: hoe de aanwezigen met grimmige haast op het ijs inhakten, hoe zij de ver heven belangen der ichtyo logie (kennis der vissen, red.) met voeten tredend en elkaar verdringend, de brokken millenia-oud vlees loskapten, het naar hun kampvuur zeulden, het lie ten ontdooien en zich eraan verzadigden. Wij doorzagen het, daar wijzelf behoord hadden tot die AANWEZIGEN, tot die op aarde unieke, machtige stam der „zek's" (naar het Russisch woord zakljoets- jonny of gevangene), de enigen van wie men mocht verwachten, dat wij sa lamanders MET GRAAGTE zouden verorberen. En Ko lyma was...hel kloekste en vermaardste eiland, de pool der onbarmhartigheid van dat wonderlijke land GOE LAG. qua geografische ge steldheid versnipperd tot een archipel, maar qua mentaliteit hecht aaneen gesmeed tot een continent; een haast onzichtbaar, haast onaantastbaar land dat met name door het volk der zek's (de gevangenen dus) werd bewoond" Alexander Solzjenitsyn schrijft met nadruk, dat in het boek „Goelag Archipel" (de archipel van de vele gevangenissen) geen ver zonnen personen voorko men, noch verzonnen ge beurtenissen. De mensen en plaatsen zijn bij hun ware naam genoemd. Be halve dan wanneer het noe men van naam en plaats gevaar kon opleveren voor nog levende mensen. Dat maakt het boek zo aangrij pend en hier en daar zelfs zo afgrijselijk. En dan te weten dat de strafkampen nog steeds vol zitten. Het boek bevat vele erva ringen van de schrijver zelf, maar ook van duizen den andere willekeurige slachtoffers van het Sovjet regiem. Ongeveer 300 Rus sen hebben de schrijver ge holpen bij het verzamelen van vele gegevens over ver horen, martelingen, gevan genissen, straf- en werk kampen. „Maar de tijd is nog niet gekomen, dat ik het zou aandurven hun namen te noemen", aldus Solzjenit-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 15