voor Public-Relations wil vak uit ivoren toren halen Kontakt-centrum Public-Relations is geen stuntwerk PR-man Hans Kroeze: Commerc is geen vies PAGINA 10 LEIDSE COURANT DONDERDAG 27 JUNI 1974 AU mei deerd. Wat het Genootschap ti nu toe heeft bereikt is het 2 dicht mogelijk langs elkaar hee praten. Ze ontkennen halsstarrj elke connectie met de commei cie, dragen daarvoor steed nieuwe dogma's aan. Prachtig In volzinnen, die ze in de praktij niet waar kunnen maken. Wat wij met het Kontakt-cer trum willen bereiken is mee openheid, meer zelfwerkzaan heid, meer onderling contak Het wordt hoog tijd, dat er ee regelmatige uitwisseling van ei varingen komt tussen beroept en aankomende beroepsgenote uit de kommunicatievakken. W kunnen een hoop van elkaar oy steken. En daar horen ook d reclame en de journalistiek bij Ze zijn bij ons dan ook van har te welkom. Om het één en ande1 te bereiken organiseren we kon takt- en discussiebijeenkomstei en worden er lezingen gehouden Op die manier willen wij eei vraagbaak zijn voor allen, dit op één of andere manier in aan raking komen met het vak pu blic relations. Wij streven e ook naar, dat de studiemogelijk heden voor ons vak worden uit gebreid en verbeterd. In feite bedrijven wij nu public relations voor public relations. En van dat eeuwige ethische ge zwam moeten we eindelijk eens afstappen. Commercie is geen vies woord. Het wezenlijke ver] schil tussen de reclame en de PR is: zij verkopen het produk: en wij het bedrijf. Daar zit r" geheimzinnigs aan". LEO THURINGf Liz Taylor en Richard Burton gescheiden Gstaad, Zwitserland - Elisabeth Taylor en Richard Burton zijn woensdagmorgen definitief ge-| scheiden op grond van de on verenigbaarheid van hun karak ters. Burton was niet aanwezig] op de Zwitserse rechtbank en werd vertegenwoordigd door een advocaat. Al eerder heeft! het paar een verzoek tot echt-) scheiding ingediend, maar tel-j kens verzoenden zij zich weer. Hun 11-jarig dochtertje Maria,, geadopteerd van een Duitse ar-j beidersfamilie, is aan Liz toege-l Hasjscllip bij Franse kust aangehouden BEZIF.RS (RTR) De Franse politie en douane in Beziers, een kustplaats aan de Middellandse Zee, hebben g'steren 282 kilo hasjiesj in beslag genomen aan boord van een Nederlands jacht en tw?e Amsterdammers gear rest&erd. De po'te h'eld het] jacht al een t'jdie n het oog en kon er beslag op leggen toen de boot door ruwe zee werd ge dwongen zijn toevlucht te zoe ken n de naburige havenplaats Valras-Place. ten en platbodemvaartuigen in geleverd dienen te worden. Daar maken we dan een pontonbrug van, waarover de Joden de overkant kunnen bereiken". ,.Dat betekent staatsingrijpen in het particuliere bezit", zegt de Heer, ,,daar krijgen we gega randeerd een slechte pers op" ,,Dan weet ik het nog beter ge maakt", roept de PR-man haas tig, ,,u kunt wonderen verrich ten heeft u zojuist gezegd. Wat denkt u er van, als u aan de oe ver gaat staan, de wateren splijt en de Joden door het droogge vallen stuk van de zee laat trek ken. Als de Egyptenaren daarna komen om de Joden terug te ja gen laat u het water weer terug vloeien, zodat ze verdrinken". De Heer knikt en zegt: heel bruikbaar. Heel goed. Volgens mij halen we daarmee tien pagi na's van de bijbel". Geraldine kijkt glunderend de kring rond en incasseert het besmuikte grinniken van haar toehoorders. Onder hen de rijk gestoffeerde Hans Kroeze, die zijn doorgrofd uiterlijk heeft ont leend aan Phonogram, waar hij als PR-functionaris werkzaam is. Ónder hen ook de mild vibre rende Cees Storm, die in de va derlandse gezondheidszorg de publieke belangen van de Stich ting Samivoz behartigt. Geraldi ne zelf is sinds kort werkzaam bij de afdeling voorlichting van de gemeente Den Haag. Daarvóór trok ze met haar gitaar door het land om het volk te vergasten op haar in eigen beheer ver vaardigde luisterliedjes. Apro pos, ze heeft met haar grap al leen maar willen bewijzen, dat niet alleen Gods wegen ondoor grondelijk zijn, maar dat ook de Nederlandse kopstukken van de Public Relations hun straatjes vaak op uiterst curieuze wijze schoonvegen. Beroepskrachten Deze moderne vorm van com municeren is na de oorlog uit Amerika overgewaaid naar Eu ropa, waar hij in een schrijnen de behoefte bleek te voorzien. Ook in Europa had men in die jaren al geen tijd meer om naar elkaar te luisteren, laat staan elkaar te begrijpen. Men vond het dan ook een uitstekende ge dachte om het kweken van we derzijds begrip voortaan over te laten aan beroepskrachten. Daar moest de leek zich niet langer aar. wagen. Die had voorwaar wel andere zorgen aan zijn Naast de reclame-boys, die al geruime tijd tot taak hadden de schijn te wekken, dat de be schuit brosser en de boter mal ser was, opereerde vanaf dat moment een Gldeons-bende van menslievende heren, die de con sument in nobele volzinnen pro beerden te overtuigen, dat hun cliënten slechts het nut van het algemeen voor ogen houden. Dat gold zowel voor de brouwerijen als voor de spinnerijen, koper slagerijen als stinkende chemi sche fabrieken. Wat de leek tot dan toe had waargenomen wa ren alleen de rokende schoorste nen, de onmenselijke werktijden en de directieauto's. Wat hem echter ontging was het hart, dat onder het vest van de oude me neer Jaap klopte. Wat hem he laas ook niet opviel was de war me belangstelling, die het be drijfsleven voor de man in de straat aan de dag legde, zodra hei zich verzekerd had van de diensten van een PR-adviseur. Kortsluiting Het was duidelijk, dat deze kort sluiting zo snel mogelijk diende te worden opgeheven. Het ging de heren van de PR er daarbij" niet om een bepaald produkt te verkopen. Dat vuile werk lieten ze graag over aan de reclame bureaus. Die weten immers pre cies, met welke voorverpakte, dubbelgebeide en dwarsgebak- ken het volk rijp gemaakt kan worden voor het nuttigen van gevulde koeken en overheerlijke vla-vullingen. Nee, waar het de PR-heren om gaat is een mooi begrip wekken De NGPR-top aangetreden onder de lente-bloesem: v.l.n.r. drs. J. Katus. voorzitter drs. N. R. Me'.jet en J. N. A. Groenendijk. De veroordeling, die de scheidende voorzitter van het Nederlands Genootschap voor Public Relations ir E. Denig onlangs uitsprak over het Kontakt Cen trum voor P.R. liegt er niet om. Hij zei er o.m. dit van: ..Bedenkelijk acht ik de ontwikkeling, waarbij een aantal mensen, die niet of nauwelijks representatief kunnen worden geacht voor de P.R. kennelijk de behoefte hebben zich steeds meer te genover het NPGR af te zetten. Voor de geschied schrijving is het nuttig te vermelden, dat het be stuur ongeveer een jaar geleden met enige jonge P.R.-beoefenaren een gesprek heeft gevoerd over bij hen levende wensen. Eén van die vragen was: kunnen in P.R. geïnteresseerden lid worden van het NPGR? Antwoord: categorisch „neen". Eer dergelijke ontwikkeling, die precies tegenoverge steld is aan het ook internationaal herkenba re streven naar verdere professionalisering zou he» NPGR op een heilloze weg voeren. Het daarna toch opgerichte Kontakt Centrum schijnt zich in middels niet langer als aanvulling op het NPGR maar als alternatief te presenteren. Gezien de zich thans manifesterende opstelling (amateuristisch t.a.v. P.R. en a-collegiaal tegenover het Genoot schap) zullen zij zo spoedig mogelijk geheel kleur moeten bekennen. De nieuwe voorzitter van het Genootschap drs. N R. Meijer, chef P.R. bij Hoogovens IJmuiden en zijn mede-bestuursleden J. N. A. Groenendijk, vi- ce-voorzitter en adjunct-directeur van het Advies bureau Hollander en Van der Mey en drs J. Katus, secretaris NGPR en voorlichtingsfunctionaris van de Academische Raad staan achter deze opstelling van hun ex-voorzitter. Ook zij zien weinig heil in het Kontakt Centrum. Stellen: ,.er zijn meerdere organen van gespecialiseerde vakgenoten op P.R.- gebied met een eigen kijk op de functieuitoefenin- gen (contactcentrum op voorlichtingsgebied, Voor lichtingssociëteit Amsterdam etc.). Het NGPR heeft echter een eigen visie op het beroep, vervat in de ere-code, die luidt ,,'t stelselmatig bevorderen van wederzijds begrip tussen een organisatie en haar publieksgroepen. Wil je over deze definitie, de wijze van v. kuitoefening, laat staan het functione ren van het NGPR discussiëren, dan moet je lid worden en je vinger opsteken, als ie het er niet mee eens bent. Overigens zijn ze e" gedrieën van overtuigd, dat aan de beroepscode niet getornd mag worden. Het is de enige manier om grenzen te trekken en die niet te overschrijden. Wil je als P.R.-functionaris geloofwaardig overkomen,da-» zul je juist op die code moeten kunnen terugvallen. Het NPGR. dat sinds 19-16 de P.R.-beoefenaren in Nederland bundelt en sinds enkele jaren in ruime re zin dan voorheen de mogelijkheden om lid te worden biedt ballotage is afgeschaft en lidmaat schap staat open, voor hen, die In overwegende mate op het P.R.-gebied werkzaam zijn en dit vak gedurende tenminste twee jaar al uitoefenen kent daarnaast het adspirant-lidmaatschap en hel buitengewoon lidmaatschap voor hen, die van de P.R. geen dagtaak hebben. Zij dienen wel schrifte lijk de beroepscode te moeten onderschrijven. Mei een handvol uitspraken maken ze hun stelling ver der duidelijk: „informatie is nooit te koop, alleen beschikbaar", „P.R. maakt de grond bouwrijp. Jij zaait, de ander mag oogsten". „P.R. mag nooit ont aarden in stuntwerk, want dat kan schadelijk zijn voor het veel belangrijker werk op langere ter mijn". „De P.R.-functionaris kan zijn werk alleen maar goed doen. als hij in de b^urt van de top zit. Hij heeft een duidelijke beleidsondersteunende functie, heeft dienovereenkomstig een bredere taak dan de perschef van weleer". Wat de opleiding betreft: er zijn gesprekken ge weest met het Nive, waar reeds een cursus P.R bestond, en met andere instellingen. De 2e Com missie Opleidingen brengt eerstdaags een rapporl uit, waar wegen worden aangegeven om dagoplei dingen voor P.R.-functionarissen te realiseren. Ook wordt getracht via het HEAO cursusacn te organic seren, zowel tijdens de opleiding als in de vorm van vervolgcursussen. Tot slot is zojuist een leer gang P.R.-management met 20 deelnemers succes vol afgesloten. Verder staat een. vakblad op stapel en wordt via bijeenkomsten en gesprekken gepro beerd om het vak P.R. professioneel, doorzichtig en staalhard te mAiken. Eerst maar een publieke rela tie-grap om het ijs genoegzaam te breken. Geraldine Wohl gaat er nog eens recht voor zitten, schenkt haar gast een prima- de-luxeglimlach en zegt licht mousserend: „Onze Lieve Heer krijgt op een gegeven moment bezoek van een public-relations- man, die van oordeel is, dat Gods wondere wegen behoefte hebben aan wat extra publici teit. Daartoe stelt de man voor om zoveel bomen te rooien als nodig zijn voor een dam in de Rode Zee. Daarover kunnen de Joden vervolgens naar het be loofde land afreizen. De lieve Heer verwerpt dit voorstel on middellijk uit milieu-technische overwegingen. „Als wij een heel bos slopen om de aandacht te trekken", meent hij, „zal dit niet goed vallen bij het publiek. De natuur is een tere zaak en daar dienen we zuinig mee om te springen". „Oké", antwoordt de PR-man, „dan heb ik een an- uecreet uit, dat alle plezierjach- dtr voorstel. We vaardigen eeu voor het werk der naasten. In hun bureaus wordt derhalve het woord „commercie" al jaren zorgvuldig vermeden. Commer cie is vies en stinkt al even hard als het geld. dat daarmee verdiend wordt. Uiteraard moe ten PR-heren zo nu en dan wel een bescheiden declaratie bij hun opdrachtgevers indienen, want zonder dat kan zelfs de scnoorsteen der idealisten niet roken. Maar het blijft voor hen middel. Zal nimmer doel wor den. Waar het de PR-heren al leen omgaat is het stelselmatig bevorderen van wederzijds be grip tussen een organisatie en haar publieksgroepen. Het is een zin, die bij elk normaal mens dwars in de huig blijft stegen. Maar hij maakt in elk geval duidelijk, waar het de heren om begonnen is: het collectieve be grip en niets anders. Johan Cruyff Dat anno 1974 slechts Reinigen iets van hun werkzaamheden be grijpen is een andere zaak. De heren zijn sinds 1946 verenigd in het Nederlands genootschap voor public relations, een zorg vuldig geselecteerd gezelschap van 317 mensen, wat neerkomt op nog geen 15 procent van de Nederlanders, die zich bezig houden met „het stelselmatig bevorderen van wederzijds be grip tussen een organisatie en haar publieksgroepen". Dat het hun in de afgelopen 18 jaar niet gelukt is om het volk duidelijk te maken, wie ze zijn en wat ze doen bewijst zonder meer 'n uit spraak van miljonair Johan Cruyff, die onlangs onthulde: „als ik te oud ben om tegen een bal aan te trappen stap ik in de public relations". Een gooie bal. Aju paraplu. Een soortgelijke uitspraak noteerden we uit de mond van de Ajax- speler Johnny Rep. Ook hij zag de PR wel zitten. Cup voor me neer. Dat het begrip PR nauwe lijks uit de verf komt blijkt ook uit een advertentie in de Volks krant van 9 februari van dit jaar. Daarin zoekt een onderdi recteur, die zich bezig houdt met akwisitie, marktonderzoek, project-beoordeling en public re lations een secretaresse. Toe maar jongens, gooi het maar op een hoop. De werkster veegt het vanavond wel op. Losse pols Public relations is dus blijkbaar in de ogen van zeer velen eeo hobby, die je er met de losse pols even bij doet. Tussen de soep en het slaatje even een portie begrip wekken. Met een droge sherry in de hand het image van de directeur opvijze len en met een geraffineerd beeldmerk de dames van de naaikamer het idee geven, dal ze wel wis en drie deel uitma ken van die gezellige fabrieksfa- Typerend in dat verband zijn de uitspraken, die over public rela- tions-activiteiten de ronde doen. „Het hangt aan de bar en het hikt", is zo'n goeie. Een kwestie van pappen en nathouden dus, bij journalisten de trechter tus sen de lippen monteren en maar docrschenken. Dat is het betere PR-werk. Met een aantal boys naar een ver wingewest afreizen om het marktaandeel van de touroperator op te schroeven. Om daarna vast te stellen, dat de public relations-functionaris een lol-generaal voor bruiloften en partijen is, een sherry-Sjors, die van zijn opdrachtgever Ver lof B krijgt om de onderschei der publieksgroepen in de wat ten te leggen. Wrevel Met gepaste wrevel noemt Hans Kroeze het Genootschap dan ook „een gezelligheidsclubje waar een vervelende tandartsmentali- leit heerst". En om daar wat tegen te doen heeft hij eind vorig jaar met een aantal hoofdzakelijk jonge PR-collega's het dissidente Kon takt-centrum voor Public Rela tions opgericht. Brieven gingen uit naar inrichtingen waar public relations worden onderwezen en de oogst tot nu toe bestaat uit 70 leden en 30 hevig geïnteresseer den. „In het genootschap is onze ideologie in al die jaren nauwe lijks uit de veil geKomen". stel: Kroeze bedroefd vast. als ie mand een goed idee la„cectd.> werd het ogenblikkelijk gotorpe-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 10