Hostess Emy Roelvink ÜOPTEERT WEDER AARDE LS ITEKIRD „Ik ben geen type, dat ziteelt heeft" „DE ZWAKKE IMAGE VAN EEN VROUW V MAAKT HAAR GEKNIPT VOOR EEN WERELDREIS" lii iy/4 jjreisde Roelvink kan veel vertellen over haar erftochten naar alle denkbare windstreken. „Ik ?t ook niet, waar ik dat nomadentrekje vandaan j. In elk geval niet van thuis. Ik kom uit een rem s'a°ht van rechtgeaarde Tukkers, die het princi- huldigen: „wat je ver haalt kan nooit lekker Hooguit heb ik die tic van grootvader. Hij i beroepsmilitair en is voor volk en vaderland keer om de Kaap gevaren. Maar voor hem was 1HEVt ijzeren plicht en voor mij louter avontuur. Ik niet het type, dat met duurzaam ziteelt is )Hen"ro t£erust. Ik moet er ook niet aan denken," dat ik i hol' ijn hele leven op schoongeboend zeil mijn kinde- 3i. Tf n en mjjn geraniums verzorg. Sorry, maar ik heb el aan huishouden en een baan met vooruit gegeven moment laten et waardevast pensioen. t inrichting voor gehan- Ifcentnl haCi m{ gei 1. l» hkken voor een functie r opeens hoofd v capte kinderen. Had zelfs een woonark gekocht iet driezits-bank en vier-pits-gasstel. Ik heb het twee jaar volgehouden. Toen sloegen de ammen me alweer uit en dacht ik: „verkopen dat iip, weg die baan". iLBOTE-Jat is helaas het noodlot, dat elke geboren vrijbui- achtervolgt. Je hebt steeds het gevoel, dat je !t gezien hebt, dat het leven verderop vast opwin dender en interessanter is. Als je eenmaal geinfec- teerd bent door de reisbacil, ondervind je er tot aan je dood de gevolgen van. Je kunt op het laatst niet meer zonder die kick van het onbekende. En als je een baan aanneemt heb je in je achter hoofd toch al lang het verrukkelijke gevoel, dat je ophoudt. Op een dag pak je je boeltje en stap je op. Dat is de enige zekerheid, 2 je wilt leven. Het is een zekerheid als een wit blad papier, dat nog beschreven moet worden. Natuurlijk denk ik soms: „hoe moet dat straks met me, als ik te oud ben om door een woestijn te ploegen, om mijn potje te koken in Ik heb al een keer midden in de Sahara met twaalf wildvreemden Kerstmis gevierd. Een dorre tak in het gloeiende zand met stukjes zilverpapier en wij eromheen en zeer gevoelig „Stille Nacht" zingen. Twaalf „loners", die elkaar toevallig op die plek getroffen hadden. Zulke momenten onthoud je. Het zalige gevoel, dat blijft je bij. De rest vervaagt tot smakelijke anecdotes, die je later aan de familie vertelt. Dolle Mina Trek uit bovengenoemde gegevens nu niet meteen de conclusie, dat Emy Roelvink behoort tot de gideonsbende der Mina's. Wie niets te dol is. Als je haar voor het eerst ontmoet lijkt ze eerder op een gebrevetteerde wijkverpleegster, die na noeste studie het witte en het zwarte kruis heeft verwor ven. Ze draagt onberispelijke kleren en onthult en passant, dat ze enkele aandelen heeft in de Grolsch- brouwerijen. In principe heeft ze ook niets tegen het huwelijk „maar ja, als je zólang in je eentje ronddoolt zijn de leuke mannen al voorzien en in de niet leuke heb ik weer geen trek." Tijd voor een chronologisch overzicht van haar activiteiten tot nu toe: kinderverzorgster in Zwitser land (met het diploma K.N.O. in de zak), reizen op de ..Oranje" naar Indonesië en Australië en op de „Randfontein" naar Afrika. Op volle zee verwende kinderen bezig houden met pitriet en puzzels. Daar na hoofd van een Katwijkse inrichting voor gehan dicapte kinderen (met woonark als boven omschre ven). Na twee jaar wederom met de „Oranje" het zeegat uit, ditmaal als stewardess („stelt niks voor, is een mooi woord voor werkster"). Enkele wereld reizen, een handvol cruises naar fotogenieke para dijsjes, waar de prollen aller landen zich verenigen bij de barbecue op het zilveren strand. Daarna een overstap op de „Prins der Nederlanden", waar ze als kinderjuffrouw het maritieme kroost van vader landse wingewesten begeleidt. f is onderweg weer eens een brug weggeslagen en het busje zal dus op een vlot over de ■er moeten worden gezet. Aan zulke vakantiegeneugten heeft dr. Van Egeraat nooit gedacht., Deze werkzaamheden hebben bij Emy Roelvink hun effect niet gemist: haar geeuwhonger naar de hori zon is vanaf dat moment niet meer te stillen. Ze "koopt een tweedehands busje en reist met enkele vers verworven vriendinnen naar Israël, waar ze binnen drie dagen de kneepjes van het diepzeedui- ken onder de sierlijke knie heeft. „Als je onder water verdwijnt, gaat er een nieuwe wereld voor je open. Het is net een excursie in een immens aquarium. Je wandelt tussen zeewier en surrealisti sche scheepswrakken door. Zo ongeveer moeten ook de Maanreizigers zich gevoeld hebben". Tijdens haar verblijf in Israël breekt de zesdaagse oorlog tussen de Joodse staat en Egypte uit. Daar door wordt haar verblijf ter plaatse wat langer dar voorzien was. Weer terug in Nederland monstert z< gelijk aan op de „Nieuw Amsterdam" voor cruist in het Caraibische gebied. ..Driekwart van mi. ervaringen op die reizen zijn stinkvervelend. De rt heb ik onthouden". Vervolgens duikt ze toch weer in het vaderland o d itmaal als hostess op het hospitaalschip „Hen ri D. nant". Omdat echter een leven vol vastigheid han. nog steeds niet lokt plaatst ze onmiddellijk na de tewaterlating van de nieuwe „Henri Dunant" een ad vertentie, waarin ze deelneemsters zoekt voor een reis naar Zu id-Af rika. Ze heeft inmiddels een nieuwe bus gekocht en bij een bevriende garagehouder de voorkomende trucjes afgekeken om een stotterende motor weer welsprekend te maken en lekke bougies te dichten. Op de advertentie wordt druk gereageerd. Uiteinde- lijk blijven er drie jonge vrouwen over, die na een. kennismakingsweekend in februari 1970 tot afgrij zen der achterblijvende familieleden wel degelijk afreizen naar zuidelijker streken. Beter af „Ik kan me dat afgrijzen wel voorstellen", zegt Emy Roelvink, „op papier lijkt het namelijk een heilloos avontuur om met vier vrouwen een wereldreis te maken. In de praktijk blijkt echter, dat je als vrouw veel beter af bent dan een man. Een vrouw wordt in de hele wereld nog beschouwd als een hulpeloos wezen, dat hulp verdient. Die zwakke image hebben we onderweg dan ook danig uitgebuit. Als wij in de Sahara vastzaten, werd er door ons rustig ge wacht op een langskomende Bedoeïen die het busje even uitgroef. En een lekke band is door ons ook nooit geplakt. Daar kregen we niet eens de kans voor. De keerzijde is natuurlijk wel, dat er voortdurend Arabieren om je heen hangen, die er van uitgaan, dat verandering van spijs voortreffelijk eten is Eén gooide op een avond de "ruit van de voordeur in en bedreigde ons met een revolver. Hij zei ook nog. dat hij ongelooflijk teder zou zijn en dat we er waarachtig geen spijt van zouden krijgen, als we het Turks fruit met hem deelden. Met de achterkant van een paraplu hebben we hem uiteindelijk de bus uitgehengst. De dag erna hebben we wel een traan gasverstuiver gekocht. De rest van haar reisverslag wekt ook niet de indruk, dat doktor Van Egeraat er de hand in heeft gehad. Het is één lange litanie van kleine en grote tegenslagen: alles, wat los en vast zat in de bus werd gaandeweg gestolen. Tot aan de benzinedop toe (zes maal). Ook een tas met portefeuille en paspoort bleek op een ochtend van eigenaar te zijn verwisseld. „Toch dacht jc geen seconde: Ik wou, dat ik thuis was." Al die ellende hoort er gewoon bij. Dat is „part of life". Toen in de Sahara de achteras van ons busje brak, zeiden we alleen tegen mekaar: „wat is dat nou pech hebben." Twee van ons zijn daarna naar een militair kamp gelift om hulp te halen en de rest bleef achter om de bus te bewaken. Het vreemde is namelijk dat zelfs in een onbewoond gebied gestolen wordt als de raven. Door wie mag Joost weten. Uiteindelijk zijn we door de hulp van een vrachtwa genchauffeur weggekomen. Hij liet door een stel Arabieren een gat graven in de weg en reed er met zijn wagen achteruit in tot vlak vóór ons busje. Daarna konden wij onze wagen in zijn laadbak schuiven. Als ik dat zo zeg lijkt het een fluitje van een cent. Maar in feite vertikten die Arabieren het om in de bloedhitte dat gat te graven. Pas, nadat de chauffeur met zijn dubbelloops jachtgeweer laag over de hoofden had geschoten, kwam er schot in de operatie. Scalpen Met haar Transitbus heeft Emy Roelvink 70.000 kilometers gereden. Dwars door Afrika naar Kaap de Goede Hoop en vandaar via Mozambique, Mala wi en Tanzania naar Bombassa. Ondertussen had ze in Zuid-Afrika in een centrum voor invalide Bantoes gewerkt om nieuw kapitaal te vergaren voor de rest van haar wereldreis, die ze maakte met een nieuwe equipe, onder wie haar zuster Evelyn, die inmiddels ook was aangestoken door de reiskoorts. De landen, die ze daarna nog als scalpen aan haar voorraad reistrofeeën toevoegde waren India, Pakis tan, Kashmir („net Giethoorn") en Nepal, waar ze wederom een stop inlaste. Gedurende een half jaar werkte ze daar in een SOS-kinderdorp. In die periode adopteerde ze de nu 8-jarige wees Uttam, voor wie ze nog steeds 40 gulden per maand opzij 'egt. Nepal omschrijft ze als „het laatste paradijs ip aarde. Het lijkt, alsof dat land is aangeraakt door een toverstaf. Je hebt het gevoel, dat je er c gelukkig zou kunnen zijn." Dropouts De terugreis maakte ze met enkele gefilpte drop outs. die ze door middel van een reclamebord op haar bus had geronseld. Er was een Schot bij, een Engelsman en twee Amerikanen. Met hen trok ze door India, Pakistan. Afghanistan, Perzië, Turkije, Griekenland, Italië, Zwitserland en Duitsland naar Bad Boekelo. „Ik zette ze wel vóór elke grenspost uit de auto, want ik had geen trek om wegens smokkel in verdovende middelen een paar jaar gevangenisstraf op te knappen. Het was immers mijn bus. Ze zeiden wel, dat ze geen hasj en ander spul bij zich hadden. Maar evenzogoed zaten ze om de haverklap wel voor een dubbeltje mooie dromen te versieren. Als ik eenmaal over de grens was mochten ze wat mij betreft weer instappen." Tientje per dag Thuis heeft Emy Roelvink uitgerekend, dat haar wereldreis van ruim drie jaar een tientje per dag heeft gekost. Een deel bekostigde ze uit zuinig beheerd spaargeld. De rest verdiende ze onderweg met voorkomende werkzaamheden in kampen en ziekenhuizen. Ze is in die periode nooit in paniek geraakt, was geen moment verlamd van schrik. „Daar heb je de nuchtere Tukker weer. Ik probeer altijd de goeie kanten te zien. Als er weer een tas gegapt was dacht ik: „maar die thermosfles heb ik tenminste nog." Worthersee Aanvankelijk lag het in de bedoeling, dat ze eind 1973 naar Lesotho in Afrika zou afreizen om een nieuw SOS-kinderdorp te bouwen. Maar vlak voor dat ze de definitieve bevestiging uit Oostenrijk ontving had ze reeds een baan als hostess bij de Nederlandse Relsvercniging aangenomen. Ze heeft inmiddels al overwinterd in Ehrwald en is kortgele den afgereisd naar de Worthersee in Karinthië om daar het pad te efffenen voor potverterende vader landers. Meh mag echter gevoegelijk aannemen, dat de Worthersee voor Emy Roelvink niet het eindstation op haar zwerftocht door het leven is. Wie eenmaal zoals zij van het avontuur geproefd heeft, heeft heel wat meer voeten in de aarde nodig om zich gelukkig te voelen. LEO THURING Dat was het vetrouwde beeld, als we 's avonds in het donker ons busje op een stil plekje meenden te parkeren. Dat bleek dan 's morgens het marktplein te zijn, waar we door honderden negers werden aangegaapt".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 13