Jan-Roelof Kruithof (37): Heerlijk om je eens helemaal af te beulen Hondse wedstrijd Gent-Gent werd een fietsuitstapje Noteer bij de radio Mij ZATERDAG 9 MAART 1974 LEIDSE COURANT -1 Sportbrief uit Brussel De kopgroep op weg naar het ein de van de „Hel van het Mjösa- meer". Op dit moment had Jan- Roelof Kruithof (vierde van rechts) zich al in de voorste ge lederen gevestigd. „De oude rij ders kunnen veel meer tegensla gen verdragen". HAVELTE Wat bezielt een zin nig mens om honderdnegentig lange, barre kilometers door een troosteloos trieste, oneindi ge sneeuw- en ijsvlakte te ban jeren, zich suf en wezenloos te schaatsen, tot de dood er nog net niet op volgt? Wat is in vredes naam de motivatie om al die ontberingen, al die valpartijen, al die smerige scheuren in het ijs, al die koude te beschouwen als een uitdaging, die je persé moet aannemen in plaats van ze voor eeuwig te verwensen, {Jan Roelof Kruithof, afgelopen zaterdag als eerste terug uit de „Hel van 't Mjösjameer", geeft het antwoord. Namens zichzelf, maar stellig ook namens het merendeel van al die kerels met spieren als kabeltouw, een huid van leer, hart en longen als van een paard, en een onbegrensd incasseringsvermogen. „Het idee dat je voor de anderen ein digt, is voor mij voldoende. Het is niet iets afstompends. Hele maal niet. En zeker niet als je bezig bent aan een uitlooppo ging. Voor mij is het aantrekke lijke: jezelf lekker moe maken, lichamelijk afreageren. Als je zoals ik de hele dag met geeste lijk werk bezig bent (Kruithof is architect) is het heerlijk om je eens helemaal af te beulen." Jan-Roelof Kruithof. 37 jaar, is niet voor een kleintje ver- vaard.Als hij toch neergaat, klautert hij weer overeind, alsof er niets is gebeurd. Sterk is hij, lichamelijk en nog meer geeste lijk. Zijn ijzeren wil is de basis waarop hij zijn triomfen bouwt. Zevenendertig zeer wel bestede jaren hebben hem tot 'n on neembare veste van zelfver trouwen gemaakt. Kruithof: „De oude rijders zijn mentaal veel rijper dan hun jongere colle ga's. Ze kunnen meer tegensla gen verdragen. Lichamelijk zijn de jongeren eigenlijk in het voordeel. Ze kunnen veel sneller rijden dan de ouderen, maar op den lange duur leggen zij het loodje." Voor Jan-Roelof Kruithof rijgen de honderd rondjes in het Hei- neken-toernooi een veel te korte keten aaneen om het schaatsle- ger met straffe hand te kunnen regeren. De sprinters (onder anderen Marten Hoekstra, Jos Raeymakers, Marcel Pennings) in het nog immer groeiende schaatslegioen kunnen het die honderd ronden nog net uitzin gen. En via hun rappe eind- 1 sprint de prijzen verdelen. Versland ï)e aanwezigheid van sprinters' voorzover je dat woord mag gebruiken voor schaatsers die toch een uur lang in actie zijn is van tactische invloed. Als er een man is weggesprongen voe len de specifieke stayers zich niet meer zo geroepen „Het gat te dichten", met in hun kielzog een of meer sprinters. Ze heb ben er geen trek in om de rap pe schaatsers naar de streep te brengen. Overigens vindt „Dolle Dries" van Wijhe dat de super- lange afstandsrijders geen ver- t stand hebben. Van Wijhe kan zich met een belabberde schaatstechniek tactisch hele maal uitleven temidden van de lange afstandsschaatsers. Zegt Kruithof: „Dries gaat vijf keer weg. Maar als hij ziet dat hij r mensen achter zich aan krijgt. komt hij overeind en laat zich rustig inlopen. De zesde keer probeert hij het weer. Iedereen denkt dan: die pakken we wel terug, maar dan gaat Dries juist door." *De tactiek mag dan bij het lange afstandsschaatsen nog in geen verhouding staan tot lichamelij- 1 ke en mentale vaardigheden, toch speelde zij een rol in Kruit- hofs uiteindelijke zege op het Mjösameer. Kruithof: „Ik had onderweg met Jeen van den Berg de afspraak gemaakt dat we op een goed stuk ijs en met de wind in de rug samen zouden A wegspringen. Dat Kruithof en Van den Berg tijdens de race eikaars gezelschap zochten, was voor de overigen het sein de za „lk zou graag doorgaan, maar het kan niet meer' Jan-Roelof Kruithof rijdt zijn laatste wedstrijden. In het zicht van de haven heeft hij toegeslagen. „Ik zou graag doorgaan. Het kan niet meer". ken nauwlettend te volgen, ex tra attent te zijn. Tenslotte had den Kruithof en zijn leermees ter bij de wedstrijden van het Heinekentoernooi al enkele tref fende staaltjes van combinerij den ten beste gegeven. De „coup" van het duo slaagde, al kreeg het wel enkele andere rij ders mee. Jeen van den Berg, nog last van een armbreuk, moest afhaken, maar de ande ren gingen door. Ongeremd, niet te stoppen. De sterken von den elkaar in hun afspraak. Kruithof: „Op vijftienhonderd meter voor de finish kwam ik ten val De afspraak was dat de anderen zouden wachten. Maar enkele jongens zijn die afspraak niet helemaal nagekomen. Som migen reden door. Ik moest een gat van vijftig meter dichtrijden om te kunnen winnen." Broek Kruithofs triomf was ook al in de beginfase van de strijd hevig bedreigd geweest. Kruithof: „Ik had een broek te weinig aan. Toen ben ik naar de officials gegaan en heb gevraagd hoe lang het nog duurde tot de start. „Nog tien minuten", zei den ze. Maar het waren er min der. Toen het startschot viel, moest ik nog een schaats onder binden en bovendien zat ik nog een paar honderd meter van de start af. Toen ik vertrok waren de jongens twee kilometer weg. Toen heb ik echt even getwij feld. Ik dacht iets van: was ik maar bij moeder thuis geble ven. Toen ook herinnerde ik mij dat ik op kamer 413 had geslapen. Maar later dacht ik: vele eersten zul len de laatsten zijn. Na onge veer twintig kilometer zat ik al in de kopgroep Jeen Wester was ook te laat weg. Onderweg ben ik hem voorbij gegaan. Hij heeft het niet gehaald. Steeds, dat inhalen stimuleerde me geval. Toen ben ik mezelf ver schillende keren tegengekomen. Ik kwam 's avonds om twintig minuten voor negen binnen en werd niet geklasseerd. Ik train de toen nog niet intensief." En daarmee komt Jan-Roelof op een prestatie die minstens even hoog moet worden aangeslagen als zijn triomf op het Mjösa meer. „Pas vijf jaar geleden ben ik echt begonnen met schaatsen. Ik moest me eerst maatschappelijk bewijzen. Ik heb eerst de ambachtschool ge daan en ben daarna opgeklom men tot architect. Ovei'dag was ijt timmerman en 'a avonds stu deerde ik. Daar moet je wel doorzettingsvermogen voor heb ben. Ik geloof dan ook zonder meer dat iemand die in de sport slaagt, ook maatschappelijk wat kan bereiken." Van pas „Natuurlijk heeft het enorm veel kracht gekost om L.j te komen, maar ik heb geeenkele inzin king gehad. In de Elfsteden tocht van 1963 was dat wel het Dat doorzettingsvermogen is Jan- Roelof Kruithof het afgelopen weekeinde uitstekend van pas gekomen, heeft hem geholpen de door de natuur opgeworpen hindemissen en zijn tegenstan ders te overwinnen. Kruithof zelf relativeert overigens de zwaarte van die barrières: „Er zaten wel behoorlijke scheuren in het ijs, maar het was goed te berijden. De men sen die het op de televisie heb ben gezien, zullen allicht den ken, dat het allemaal verschrik kelijk erg was. Natuurlijk wa ren er stukken slecht ijs, maar als je nagaat dat we die honderd- negentig kilometer hebben af gelegd in zesenhalf uur. dan moet het ijs wel goed zijn ge weest." Over een paar weken hangt Jan- Roelof Kruithof zijn wedstrijd- schaatsen („Na de wedstrijd op het Mjösameer waren ze nog zo scherp en zuiverrecht dat ik er nog wel een wedstrijd op had kunnen rijden, zo schoon was het ijs") aan de wilgen. Hij neemt afscheid op het hoogte punt van zijn carrière. Kruithof daarover: „De mensen denken wel eens dat ik alleen maar Dries van Wijhe. die in Lillehammer door een val werd uitgeschakeld, is een aparte mening toegedaan over de lange afstandrijders. „Ze hebben geen verstand". schaats, maar dat is echt niet waar. Het gebeurt allemaal in mijn vrije tijd. Ik heb een vrij beroep, dat is mijn voordeel. Ik kan zelf mijn werkuren bepalen. Ik werk op de dagen dat ande ren niet werken: zaterdags en vaak ook zondags. Ik draai mijn uren heus wel. We gaan nu een nieuw huis bouwen en dan heb ik geen tijd meer om te trainen. Ik zou nog graag door gaan met schaatsen, maar het kan echt niet meer." Het wordt een afscheid met een vleugje weemoed. Hij zal het missen: de sfeer en de entoura ge van het schaatsen. Aan het einde van zijn carrière heeft hij er nog eens met volle teugen van kunnen genieten, ook al was de sfeer in Lillehammer minder dan bij een „echte" Elf- stedetnocht. „In de Friese Elf stedentocht word je als het ware om de meter verzorgd, maar in Lillehammer was dat om de dertig kilometer. En dat was echt te weinig. Publiek zag je daar ook niet. Daar woont anderhalve man en een paarde- kop. En als er al eens twee mensen langs de baan stonden, keken ze je aan alsof je net was ontsnapt. Ook bij de binnen komst heb ik de echte Elfste- densfeer een beetje gemist." In stilte In het zicht van de haven heeft Jan-Roelof Kruithof nog eens driftig toegeslagen. Bijna had hij afscheid moeten nemen zoals de meeste anderen: ln stilte. De man die leerde schaatsen bij Jeen van den Berg, maar de laatste tijd als lid van de Drent se kernploeg trainde onder Cees Smouter moest namelijk kort na Pasen op de operatietafel om te worden behandeld aan een onwillige meniscus. De voortzet ting van zijn schaatsactiviteiten hing aan een zijden draadje. Pas in juli, op vakantie in Ita lië, kon Kruithof aan de condi tietraining beginnen. Kruithof: „De meniscusblessure heb ik opgelopen bij de gentleman- koers in Hummelo. Ik ging op eens over de kop. Behalve die meniscusblessure liep ik ook nog een sleutelbeenbreuk op. Door die operatie kan ik nog steeds niet gewoon hard lopen. Dan krijg ik direct weer pijn in de linkerknie." Jan-Roelof Kruithof rijdt dit weekeinde zijn laatste wedstrij den. Vandaag start hij in Brandbu op het ijs voor een tochtje over zestig kilometer en morgen wacht hem de dubbele afstand. Maar Bezeten als hij is van het schaatsen hoopt Jan-Roelof Kruithof op 17 maart nog naar het Zweedse Ström- sund te gaan om daar deel te nemen aan de Prins Bertil-tocht Kruithof heeft die wedstrijd al twee keer achter elkaar gewon nen. Vandaar. HARRY BRINK Joseph Bruyere kon in Gent winnen, omdat de klassieker den van hondse wedstrijd tot fietsuitstapje. Die Ronde van Andaluslë, de Trofee van Laigueglia. die hele opge schroefde Ronde van Sardinië, dat is alles bij elkaar niet meer dan het betere werk in de sector van het fletstoerlsme. Daar komen dan nog de Trofee van de Costa del Sol en een wijncentrum op Sicilië bij. De huid gebruind door de zon, de beurs gespekt door de lokale hoteliers en drankstokers, de ogen gestreeld door het schone land schap, zo keren de ridders van het smalle zadel zich na dat aperi- tiefje naar het bardere noorden om aan de ware slag te gaan. Het eerste uur vn de waarheid slaat in de klassieker Gent- Gent, ook Omloop van Vlaanderen genoemd. Gent heeft de reputatie een hondse wedstrijd te zijn die in een door sneeuwvlagen en ijswinden ontdekt worden. Nou vergeet het maar. Gent-Gent is het oude Gent-Gent niet meer en het weer Is ook niet meer wat het was. Goed, er lag 's morgens wat poedersneeuw in de verre Ardennen en er blies een windje waar bejaarden van zeggen dat het maar koeltjes is, maar alles bij elkaar scheen een lekker zonnetje en blies er een windje dat speels het neusje kietelde. En wat de enerzijds ezelpadachtige wegen bótreft, daar hebben de openbare werken naar keuze vast tapijt of parket overheen gelegd. Gent-Geht was een wandeling, een fietsuitstapje voor buikige trim mers, een sterftocht met koud buffet van kip. beuling, appeltjes en rijstevlaai. Vroeger was de Varentberg een wijd en zijd gevreesde „berg" met een weg, die bij regen en sneeuiy ook dienst deed als afvoerkanaal. Tegenwoordig zie je die weg nog maar nauwelijks klimmen en ligt het wegdek er bij als een biljartlaken maar dan in het zwart. Neem de afschuwelijke Muur van Geraardsbergen. Vroeger zeiden moeders tegen hun stoute kinderen: Pas op. of ik zet je op de Muur van Geraardsbergen". Nu, diezelfde muur waarop in de loop der jaren honderden volwassen coureurs weenden als kinderen, dat is nu een opgepoetst bergje waar slagersjongens fluitend tegen op fietsen. De barre Muur van Geraardsbergen waarlangs heen achter heggen en struiken kortgeleden nog de bolle boerendeernen uit de omgeving in hinderlaag lagen om van uitputting neergestuik te renners mee naar hoeve en alkoof te slepen, die muur der ver schrikking 's nu een soort fietsbedevaartsoord zonder kapel. Eddy Merckx is niet meer de Merckx van verleden en eerverleden jaar. We worden allemaal een dagje ouder. Freddy Macrtens, de jonge Lombardsljdcnaar, ligt op de loer en heeft zich in het Zuiden naar een hemelse vorm tocgefletst. Maar als het weer bar geweest was en die vermaledijde openbare werken met hun handen van de muur en van de andere bergen afgebleven waren, dan had de naam van de winnaar van de 29ste Gent-Gent Merckx geluid. De prijs was nu voor Joseph Bruyere, die men verki/ke zich alsjeblieft niet van Vlaamse huize is, goed Nederlands spreekt en slechts in het Luikse deel van Wallonië woont. Een Waal dus met Vlaamse rennerskuiten. Joseph is een der eerste knechten van Eddy Merckx en voert dan ook de titel van opperknecht. Een hoogopgeschoten jongen met donker knap gezicht en een vrouw die niet alleen Myriam heet, maar er ook zo uitziet. Aan de gezellig mollige kant, gaaf gebit en vrolijk van hart. In Terminus te Gent zat ze na afloop op haar Joseph te wachten. Walter Rljckaert, die oog voor het schone heeft, had al een tuil bloemen gebracht toen eindelijk Joseph verscheen. Gewas sen en gestreken. Hij gaf zijn Myriam een kus-complet, die enig op zien baarde, want in Terminus zelden zo in het openbaar gegeven wordt. Er kwam veel beweging bij te pas en er ging veel tijd mee heen. De ingewijden wachtten rustig af, de outsiders stonden pal van de wijze waarop zegevierende coureurs hun vrouwen plegen te begroeten. Joseph Bruyere kreeg de zege cadeau van zijn baas Merckx. De jongen greep zijn kans zoals hij later Myriam greep. Hij heeft fond en klasse, een beetje sprint en veel macht. Als Eddy hem loslaat, zal hij hoge toppen scheren. Eredivisie: FC Utrecht PSV Haarlem Ajax AZ'67 MVV Feyenoord De Graafschap NAC Sparta FC Twente Telstar NEC FC Den Haag FC Amsterdam Roda JC FC Groningen Go Ahead Eagles Eerste divisie SVV PEC Zwolle FC VW Veendam FC Den Bosch Vitesse SC Amersfoort Heracles Fortuna SC SC Cambuur Heerenveen Willem II Wageningen Excelsior De Volewijckers Volendam Helmond Sport Fortuna VI Eindhoven FC Dordrecht De wedstrijden, aangeduid met een komen voor op het totoformulier.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1974 | | pagina 11