ALASKA
WACHÏ OP
VOORSPOED
rr
li
Kleine vakanties rampdagen voor Frans verkeer
r
WÊfiw
Van o
e correspondent
ANCHORAGE - In de noordelij
ke olievelden van Alaska hangt
een sfeer van verwachting die is
als de stilte voor de storm of de
laatste seconden voor een race.
Eens kon het oog tienduizenden
vierkante kilometers vlakke
boomloze toendra bestrijken,
zonder dat het zicht door iets an
ders onderbroken werd dan door
kleine meertjes of misschien een
kudde rendieren. Nu wordt de
noordelijke vlakte van Alaska
onderbroken door de hoekige sil
houetten van door mensenhand
vervaardigd werktuig: een rij
boortorens die scherp tegen de
grijze arctische lucht afsteken,
klaar om hun vloeibare rijkdom
te spuien. Het is een opslagplaats
aan de kust, waar een totaal van
250 kilometer aan pijpleidingen
liggen opgestapeld tot een
science-flctionachtige bijenkorf.
Een rij enorme ventielen tekent het landschap bij de bronnen van Prudhoe Baai.
Reizend door het olieveld aan de
Prudhoe Baai, waar de verhoogde
grindwegen zo zijn aangelegd dat
ze de toendra of het nooit ontdooi
ende ijs onder »de grond niet ver
storen, wordt de bezoeker getrof
fen door de sfeer van verwachting
- een gevoel dat achter de stilte
van dit noordpoollandschap een
enorme bron van energie ligt te
wachten tot hij wordt opengelegd.
Ontwakende reus
Die afwachtende sfeer is een
beeld van Alaska, een ontwaken
de reus wiens bestemming snel in
een web van nationale en interna
tionale belangen geweven zal zijn,
en waarvan de gevolgen alleen
maar te raden zijn.
Staat Alaska voor een tijdperk van
weergaloze voorspoed, waarin de
vruchten van de gecontroleerde
ontwikkeling gedeeld zullen wor
den door het volk, of staat het land
aan de rand van een onvoorziene
groei die de natuurlijke schoon
heid en bronnen dreigt te "over
spoelen, met alleen maar minima
le voordelen voor de bewoners?
Bepaalde stromen zijn al in bewe
ging gezet, zoals het staatsbudget
van Alaska, dat onmiddellijk aan
de ontginning van oliebronnen is
gekoppeld. Ook is het historische
grondrecht van de 60.000 oor
spronkelijke bewoners van de
staat - Eskimo's, Indianen en de
Aleoetenbevolking - in 1971 door
het Congres als een strategische
zet gekoppeld aan de .olieop
brengsten en ontwikkeling van
bronnen op gronden van de oor
spronkelijke bevolking. En ten
derde is voor een naar gas en olie
hunkerend land het lokaas van
Alaska's nog onontgonnen bo
demschatten vrijwel onweer
staanbaar, zeker tegen de achter
grond van de thans heersende
olieboycot door het Midden-
Oosten.
De bewoners van Alaska worden
steeds ongeduriger. Er wordt veel
lippendienst bedreven aan be
scherming van het milieu, maar
de beschermers hebben hier een
slechte naam. en elke opmerking
over het milieu gaat vergezeld van
kreten van hevige bezorgdheid
over de noodzaak van groei
Nu de toestemming voor de bouw
van de pijpleiding is verleend, be
gint de aanleg van de 1200 kilome
ter lange Noord-Zuid-Transalaska
pijpleiding die na drie jaar onge
veer 2 miljoen barrels olie per dag
naar Valdez zal stuwen, waar de
tankers geladen worden. Voor
Alaska is die olie, opgepompt uit
land in staatseigendom, werkelijk
het zwarte goud. Door een heel
•ysteem van royalties, waarop
gouverneur William Egan heeft
aangedrongen, ontvgngt de staat
ongeveer 750 miljoen gulden per
jaar van de produktie uit de
noordelijke vlakte. In 1968 toen de
olie werd ontdekt, betaalden de
oliemaatschappijen aan Alaska
1350 miljoen gulden aan pacht-
rechten. Maar de verwachte
winst is enorm.
Het olieveld aan de Prudhoe Baai,
met 150 vermoedelijke bronnen,
zal tenminste 10.000 miljoen bar
rels olie opleveren, met een winst
van 2 tot 2,5 miljard gulden per
jaar voor de oliemaatschappijen.
Maar de welvaartsmogelijkheden
houden hiermee niet op. Het ter
rein herbergt ook een aanzienlijke
hoeveelheid aardgas. Er zijn al
twee maatschappijen aan het pro
beren pijpleidingen aan te leggen
om het gas straks te vervoeren.
Grote lekkernijen
Nog niet in kaart gebracht zijn de
potentieel enorme bronnen die
onder de 15 miljoen vierkante ki
lometer grote kuststrook liggen -
bijna 65 procent van het totale
continentale vlak van de VS.
Maar de voornaamste wedloop be
treft de nog grotere lekkernijen
dan gas en olie. De 1.5 miljoen
vierkante kilometers van Alaska
bevatten steenkool, koper, ijzer
erts, goud, de enige commerciële
laag tin in het land, en bijna elk
belangrijk mineraal van antimoni
um tot zink.
Tot nu toe waren er belangrijke
barrières om de meeste van deze
schatten op een commercieel aan
vaardbare manier te ontginnen:
het afgelegen karakter van Alas
ka, de ongastvrije zes maanden
lange winters en de afschrikwek
kende kosten van vervoer over
grote afstand.
Tot op zekere hoogte blijft Alas
ka Amerika's laatste grens - een
land van enorme afstanden, open
ruimte en onaangetaste groot
heid. Het is een staat die twee keer
zo groot is als Texas, met maar
300.000 inwoners. De ontdekking
van de olie op de Noordelijke Hel
ling werkte echter als een vonk,
want hier was eindelijk een bron
van inkomsten aangeboord, die
eindeloos leek.
Toen was eindelijk de prikkel ont
staan om de kwestie aan de orde
te stellen wie wat bezit in Alaska
- eigenlijk was het tijd om op te
houden met het verdelen van de
grond. De Staatsacte had bepaald
dat de staat recht had op goed
400.000 vierkante kilometer, of
ruwweg een kwart van het totale
grondoppervlak. Maar de uitgifte
werd vertraagd door de kwestie
van het land voor autochtonen.
Allerlei maatschappijen hebben de Noordelijke helling afgezocht naar de aanwezigheid van olie.
Hier een boortoren van Shell in de ijzige vlakte.
Toen die wet erdoor kwam, waar
door 160.000 vierkante kilometer
in handen van de autochtonen
kwam, werd het overblijvende
deel bestemd voor wildparken, re
creatie of commerciële ontwikke
ling - vooral voor het ontginnen
van mineralen e.d.
Maar wie van de belanghebben
den moest welk land hebben? Het
groeiend besef van Alaska's onge
looflijke rijkdom, gecombineerd
met nieuwe technische mogelijk
heden om deze te ontginnen, heeft
een worsteling van enorme afme
tingen veroorzaakt. Alle partijen
zijn hierbij betrokken: de autoch
tonen, de staat, de olie en zaken-
belangen, de milieudeskundigen,
de federale regering met al zijn
verschillende diensten - de dienst
voor visserij en wildparken, de
bosdienst, de dienst voor de nati
onale parken etc. Er zijn nog geen
tekenen die wijzen op een gci'nte-
greerd plan voor het gebruik van
het land, voor een gecontroleerde
ontginning door de staat. Maar
zonder gezamenlijke planning is
het vooruitzicht een samenraap
sel van tegenstrijdige belangen en
een bedreiging voor de zorgvuldig
afgewogen milieu-ontwikkeling
van de staat.
„Ik ben er niet van overtuigd dat
de ontginning Alaska automa
tisch goed zal doen", zegt Emil
Notti, een autochtoon die heeft
meegevochten voor de regeling
van de landrechten. Hij voegt er
aan toe: „Het gaat mijn leven niet
verbeteren. Er was eens een tijd
in ons rijke land dat je zomaar een
reuzezalm kon vangen. Ik herin
ner me dat de elanden door de
straten van Anchorage liepen. Nu
kom je in veel rivieren geen zalm
meer tegen. Vorig jaar werden er
200 elanden uit het gebied van de
Beneden Yukon weggehaald. Dit
jaar zijn de elanden verdwenen.
Alaska is niet zo groot dat we het
niet in een korte tijd kunnen ver
vuilen. Zo snel we-kunnen bou
wen, doen we het ook. Er wordt
niet gepland. Het gebeurt eenvou
dig".
Dit pessimistische standpunt is
hier in de minderheid, waar de
groeikoorts schijnt te hebben toe
geslagen.
Copyright The Guardian.
Aan de constructie van de pijplijn is men al begonnen De buizen moeten worden schoongeschuurd,
voor ze worden voorzien van een beschermende laag.
PARIJS - Terwijl Nederland zijn autoloze zondagen
beleeft, kent Frankrijk, merkwaardigerwijze juist in
deze weken, zijn meest fenomenale verkeersdrukte met
uiteraard een tot dusver ongekend benzineverbruik. Er
ger nog - de verkeersdrukte is zo enorm geworden dat
de absolute verzadigingsdrenipel bereikt en op verschil
lende dagen overschreden wordt.
Voor het eerst hebben de verkeersautoriteiten als ge
volg van de onrustbarende hoeveelheden auto's op de
wegen hun prognoses gepubliceerd. Al eerder waren
voorspellingen en berekeningen gemaakt, die blijkbaar
telkens „uitkwamen" m.a.w. aan de latere feitelijke
toestanden beantwoordden.
Om diverse redenen werden deze niet eerder openbaar
gemaakt, maar nu" de alarmtoestand met het „lange"
weekeind van 1 november dus bereikt is, zijn de prog
noses en waarschuwingen bekend gemaakt.
De nadruk is daarbij gelegd op de rampzalige situaties
die zich bij het begin van de kerstvakanüe met de mas
sa-uittocht en met Pasen zullen voordoen Als u rond
Kerstmis onze nationale benzineschaarste (voor zover
die dan nog bestaat) mocht willen ontlopen door naar
Frankrijk en de zon of de sneeuw te trekken, doet u er
goed aan 22 december een grote omweg rond Parijs te
maken.
Od die dag zullen zich op de „autoroute du sud" (de
autoweg A-6 van Parijs naar Lyon en verder naar Mar
seille en Zuid- Oost en Zuid-Frankrijk) verkeersopstop
pingen voordoen die van acht uur 's morgens tot na 23
uur 's avonds zullen duren: ruim vijftien uren. een file
van 25 kilometer. Voor 23 maart heeft men berekend
dat de file 40 km zal bedragen en dat twintig uren lang
door de auto's „passen op de plaats" gemaakt zullen
worden. De prognoses hebben betrekking op de „peage"
(de tolhekken) van de autobaan naar het zuiden, de A-
6, bij Fleury-en-bière. De verzadiging wordt daar be
reikt bij 3.100 voertuigen per uur, maar om 12.00 uur
's middags wordt daar een verkeersdichtheid van 5000
voertuigen per uur verwacht.
De overheid heeft besloten de prognoses nu openbaar te
maken omdat de situatie thans catastrofaal geworden
is, en omdat de vinger gelegd moet worden op de hoofd
oorzaak daarvan. Deze hoofdoorzaak wordt gezien in
het laten beginnen van de schoolvakanties bij het week
eind hetgeen de gevolgen van deze vakantieuittocht met
die van de weekeind-stroom verenigt, zodat een ramp
zalig cumulatief effect ontstaat. De vraag werpt zich
derhalve op. waarom men, als men de opstoppingen
kan voorzien, niet in staat is deze te voorkomen, en het
lijkt logisch de schoolvakanties midden in de week te
laten beginnen.
Overigens was een dergelijk voorstel door de verkeers
politie gedaan, en wel al in september, maar toen wa
ren de data van de schoolvakanties al vastgesteld. Men
heeft nu de verkeerspolitie verweten niet eerder haar
voorstel gedaan te hebben. Als verweer verklaart deze,
dat zij tot dan toe volkomen beziggehouden werd door
het probleem van de zomervakantieuittocht en zij er
kent niet voldoende rekening gehouden te hebben met
de snel groeiende populariteit van de wintervakantie.
In februari van dit jaar was het „gevaar" van de win-
ter-uittocht voor het eerst opgemerkt toen de autobaan
A-6 tussen Parijs en Lyon (ongeveer 500 km) volkomen
verzadigd was. Maar nog niet oververzadigd: de wa
gens reden weliswaar bumper aan bumper, maar niet
temin nog met een gemiddelde snelheid van 60 km per
uur. Maar de politie geeft toe, dat het geringste inci
dent een „nationale ramp" veroorzaakt zou hebben. En
het moet als een wonder beschouwd worden dat zich op
die bewuste dag op de 500 km tussen Parijs en Lyon
niet het minste incident voorgedaan heeft. Dit neemt
niet weg dat dit „wonder" de alarmklok aan het luiden
heeft gemaakt.
Onmiddellijk is men aan het werk gegaan om met sta
tistieken en grafieken erachter te komen wat er zich bij
het begin (en einde) van elke schoolvakantie voordoet
en wat er ondernomen kan worden om daar verbetering
in te brengen.
Kolonel Villaneau van de verkeerspolitie geeft toe dat
men tot die datum (dus februari 1973) weinig of niets
wist van de motivering, die de mensen er toe brengt
„kleine vakantie" te nemen. De enorme problemen van
de zomermaanden, als tienduizenden buitenlandse wa
gens de situatie nog verergeren. hadden belet dat voldoen
de aandacht aan de winter-uittocht besteed werd. Maar
de problemen van de winter-uittocht blijken nu zeer
specifiek te zijn als gevolg van de korte duur van het
daglicht en de veelal ongunstige weersomstandigheden.
Met Pasen 1973 begon de verkeerspolitie het probleem
intensief te bestuderen. De schoolvakantie begon op een
woensdag en meteen kwam men tot een interessante
constatering. Door het analyseren van het verkeer van
die woensdag en de daaropvolgende zaterdag bleek dat
de autobanen twee soorten automobilisten „te verwer
ken" hebben: degenen die hun kinderen midden in de
week naar de vakantieverblijfplaats kunnen meenemen
en de anderen (de z.g. „gebondenen") die tot de daar
opvolgende zaterdag moeten wachten.
Maar het ministerie van onderwijs meldde dat het over
spoeld werd door protesten van ouders die hevig te
keer gingen tegen het begin van de paasvakantie mid
den in de week: zij moesten tot zaterdag wachten alvo
rens met hun kinderen op vakantie te kunnen gaan en
deze kinderen moesten derhalve drie dagen lang zoet
gehouden worden, hetgeen in de winter en het voorjaar
voor velen grote problemen met zich meebracht
Als gevolg daarvan is het nu tot een polemiek gekomen
tussen het ministerie van verkeerswezen en dat van on
derwijs.
Zolang er geen effectieve beslissing genomen is, pro
beert men nu noodmaatregelen te nemen, namelijk door
de automobilisten op de eerste plaats nadrukkelijk op
het probleem te wijzen, via pers, radio, televisie. Men
maakt zich echter geen grote illusies. Wat de grote va
kantie betreft (die voor de schoolkinderen ruim twee-
en-een-halve maand duurt) is een zekere spreiding niet
onmogelijk, maar voor de korte herfst-, kerst- en paas
vakanties is dat anders: als de vakantie maar een
week duurt, kan men zich nauwelijks „veroorloven"
een halve dag skiën te verliezen
Vervolgens worden 32 000 man speciale verkeerspolitie
voor de grote uit- en thuistochten op de been gebracht
en tal van omleidingen zijn bestudeerd, die electronisch
opengezet en gesloten kunnen worden.
Intussen probeert men het systeem van „soepel vakan
tie krediet" in te voeren, dat de leerlingen in staat stelt
zelf de data van hun individuele vakanties te kiezen.
Voor de grote vakantie is dit met name in Duitsland
doeltreffend gebleken, maar voor de kleine vakanties
(gebonden aan Allerheiligen, Kerstmis en Pasen) blijkt
dit zeer moeilijk.
Er bestaan weliswaar twee grote vakantiezones in
Frankrijk, noord en zuid. In deze zones zijn de data
van vakant ebegin en -einde verschillend, maar ook
daar zijn de resultaten niet bevredigend. Men wil scher
pere differentiatie doorvoeren en zelfs Parijs in ver
schillende vakantie-zones indelen.
De vooruitzichten zijn met dit al bijzonder somber. Vol
gens de autoriteiten staat het als een paal boven water
vast dat 22 december en 23 maart in zekere zin „natio
nale rampdagen" worden.
JAN DRUMMEN