KUNST
OP
ZICHT
kunst
AARDEWERK
STEENGOED
Zestig
mani
festa
ties in
nieuw
Leids
theater
seizoen
Afscheids
concert
Herman
Strategier
aan Jan Mul
gewijd
&GINA 5 ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1973
.LEIDSE COURANT
In de middeleeuwen werd aardewerk niet op zo'n grote schaal toe
gepast als tegenwoordig. Vele voorwerpen zoals borden, kommen
en lepels waren van hout. Door de vergankelijkheid van dit ma
teriaal is er nog maar weinig van dit eenvoudige huisraad over.
Maar als hout onmogelijk gebruikt kon worden en brons of een
ander metaal te duur was, paste men wel aardewerk toe, b.v.
voor steelpannen
Een ander voorbeeld hiervan is de kogelpot, één van de oudste
vormen van West-Europees aardewerk. Dit zijn kogelronde pot
ten met een handvat. Zij werden In de hete as gezet en dienden
tot het koken van de „dagelijkse pot". Later voorzag men deze
potten van een standring of meestal drie pootjes, zodat zij ook
op een harde bodem konden staan. Deze potten noemt men gra-
pen. Andere veel voorkomend gerei zijn o.a. kannen, vervangers
vuurschermen en spreeuwpotten.
Van de kannen is de Jacoba-kan een bekende middeleeuwse ver
tegenwoordiger. Hij is langgerekt, vaak met horizontale ringen
versierd, het onderste gedeelte (2/3 van de hoogte) is bol, het
bovenste gedeelte, meestal met oor, is cylindervormig of loopt
iets naar boven uit. Vetvangers zijn lange, ondiepe schalen die
onder het spit werden geplaatst om te verhinderen dat het af
druipende vet in de gloeiende as terecht kwam en spreeuwpotten
zijn eivormige, aardewerken voorlopers van onze vogelhuisjes.
De hier afgebeelde kom dateert waarschijnlijk uit het eind van
de vijftiende of het begin van de zestiende eeuw.
V
e
r
m
t
0
r e
U
u
D
w
d
In deze rubriek krijgen de
lezers de gelegenheid te
weten te komen welke „cu
riosa" hij in zijn inboedel
heeft. Hiertoe behoeft men
alleen een beschrijving van
een voorwerp met eventueel
een foto te zenden naar „Ver
trouwd met oud". Redactie
Leidse Courant, Kort Rapen
burg 2, Leiden. In deze ru
briek zal het voorwerp dan
uitvoerig worden besproken
en op waarde getest.
Van de heer Zuiderduyn uit Voorschoten is deze hierbij geplaatste
foto van een aardewerk bakje. De kom is bruin van kleur en
heeft een eenvoudige, met een radstempel aangebrachte versie
ring. Omdat er in het aardewerk sintering voorkomt, is het
waarschijnlijk dat het tot het zgn. Duitse steengoed behoort.
Door de oventemperatuur tot 1200° op te voeren begint het aar
dewerk te smelten. Hierdoor wordt de scherf waterdicht. Deze
waterdichtheid kan men nog vergroten door tijdens het bakken
zout in de oven te strooien. Dit hecht zich goed vast op de aar
dewerken ondergrond en vormt een dun, laagje zoutglazuur. De
kleuren van dit steengoed zijn blauwgrijs, geel en donkerbruin.
Het oudste ongeglazuurde steengoed dateert uit de dertiende eeuw,
maar tot op heden wordt het nog vervaardigd, een voorbeeld
hiervan zijn de Keulse potten. Behlave in Keulen werd het steen
goed ook gemaakt in Raeren, Siegburg, Aken Frechen en ande
re plaatsen. Van daaruit werd het geëxporteerd, o.a. naar ons
land.
In welke plaatsen en wanneer deze techniek is toegepast en dit
goed vervaardigd is, is niet geheel duidelijk en steeds worden
er, o.a. door opgravingen, nieuwe centra ontdekt.
In ons land werd in de middeleeuwen het aardewerk waterdicht
gemaakt of met behulp van glazuur of door in de oven roet te
laten ontstaan. Bij het laatstgenoemde procédé wordt het aarde
werk grijs en minder poreus. Het steengoed was beter van kwali
teit en goedkoper dan het Hollandse aardewerk en het werd dan
ook snel populair.
IDEN Het nieuwe theater-
eizoen staat alweer voor de
maar het Leidse publiek
ial het wederom moeten stellen
onder volwaardige en goed
■eoutilleerde schouwburg. De
,eidse Schouwburg aan de Oude
j nog steeds een grauwe
n volkomen nutteloze steen-
ilomp en wie tot de bevoorrech-
behoort, die een kijkje in de
igenlijke schouwburgzaal heb-
len kunnen nemen, heeft grote
moeite zich te realiseren dat dit
liet alleen een van de gezellig-
aar ook eèn van. de beste
theaters van Nederland is (of
was). Het jarenlange touwtrek-
heeft het destijds door de
.eidenaren zo bejubelde gebouw
schijnbaar slooprijp gemaakt.
al het geharrewar geweldige
inanciële gevolgen heeft gehad
staat als een paal boven water.
ielukJcig ziet het nu echter
naar uit, dat er eindelijk een
ieetje schot in de zaak komt.
Momenteel wordt er door een
itgebreid team van deskundi-
met man en macht aan het
iestek gewerkt en er bestaat
goede hoop dat dit in oktober
door de Leidse gemeenteraad
behandeld zal kunnen worden.
Geven zowel de Leidse raad als
iedeputeerde Staten hun goed
keuring aan de plannen, dan
er al in januari 1974
jet de verbouwing begonnen
iunnen worden. Wanneer het
jebouw heropend zal worden
r- Ja- noeten we nog maar afwach-
mede omdat de ervaring
de afgelopen jaren ons
deeft geleerd dat voorspellingen
p dit gebied in Leiden zelden
f nooit uitkomen.
Scène uit Peer Gynt door toneelgroep De Appel.
dertussen gaat de directie on
verdroten voort met het organi-
ieren van voorstellingen in de
laarvoor beschikbare theaters:
het Rijnlands Lyceum, het
LAK-theater en de stadsgehoor
zaal Zo staan er voor het ko
mende seizoen ongeveer zestig
manifestaties op het program-
voornamelijk toneel en ca
baret, maar daarnaast kunnen
ook de liefhebbers van de lichte
muziek, zang, dans en zelfs ope-
weer aan hun trekken ko-
toneelgebied is de meest in
het oog springende gebeurtenis
ongetwijfeld de serie uitvoerin-
an „The Family"', het in-
al internationaal be
faamd geworden familiedrama
vier afleveringen van Lode-
wijk de Boer, dat in de regie,
van de auteur op vier achter
eenvolgende avonden zal wor
den uitgevoerd in het Rijnlands
Lyceum. Over dit opzienbarende
kassucces, waarmee het Leidse
theaterseizoen in het tweede
weekend van september ge
opend zal worden, hopen wij u
nader te informeren op onze
tagina van volgende week
zaterdag. De naam „The Fami
ly" is echter intussen ook over- Les frères Jacques
gegaan op het gezelschap dat
deze voorstellingen verzorgt en
als de plannen doorgaan kunt u
december in het LAK-
theater terugzien met een nieuw
stuk „Gouden lampen".
Bij
gebrek
aan
schouw
burg in
Rijnlands,
LAK of
Gehoor
zaal
Gynt" van Ibsen in de regie
van Erik Vos; het Thema-Thea
ter (o.l.v. Wim Jongsma), dat
zich heeft gebogen over het pro
bleem „macht van het geweld
en geweld van de macht" en
dat in dit kader „Ubu Roi" van
Jarry weer op de plankerf
brengt, en tenslotte de toneel
groep Baal, genoemd naar het
stuk „Baal" .van Bertold
Brecht, waarmee zij zich in fe
bruari aan het Leidse publiek
zullen voorstellen waarna zij in
maart een uitvoering zullen ge-
„Joko viert zijn ver-
"Beter zo dan andersom" met Martin Brozius, Els de Wijn en
Frits iambredhts (v.l.n.r.)
het grote succes van „Mistero
Buffo" in het afgelopen Holland
Festival wel eens door twee an
dere voorstellingen geëvenaard
zou kunnen worden: Op 29 sep
tember geeft het Mechels Minia
tuur Theater in het Rijnlands
Lyceum een uitvoering van met „Het zevende gebod" van
„Francesco Furioso", gebaseerd Dario Fo in de regie van Arturo
op het leven van Franciscus Corso, de twee mannen die ver
van Assisi. Later in het seizoen antwoordelijk waren voor het
volgt er dan een optreden van succes van „Mistero Buffo",
het nieuwe Rotterdamse toneel- Dat er momenteel behoorlijk wat
i Jérome Reehuis leven in de Nederlandse toneel-
Theatergroep Funhouse.
brouwerij zit blijkt uit de vele
nieuwe gezelschappen, die zich
dit jaar in Leiden zullen presen
teren. Behalve „The Family"
en het gezelschap van Jérome
Reehuis zijn dat o.a. „Podium",
het nieuwe gezelschap van Bob
de Lange, dat Leiden twee keer
zal bezoeken, beide keren met
een stuk van de Engelse schrij
ver Somerset Maugham; To
neelgroep De Appel (o.l.v. Peter
van der Linden) met „Kisten"
(10 oktober) en later met „Peer
'ASSENAAR In de Wasse-
naarse Galerie-bibliotheek expo
seren tot 14 september a.s. ze
ven Nederlandse beeldhouwers
flink aantal beelden in gro-
te verscheidenheid van uitvoe
ring en expressie. De verschei
denheid manifesteert zich voor
al in de toegepaste stijlen, maar
ook in de onderwerpen, van vol
ledig abstract via verschillende
nuances tot aan het volledig fi
guratieve en in soms tegenstrij
dige materialen, dikwijls ge
mengd verwerkt.
erry Abramsen toont vele ab
stracties in brons van klein tot
zeer klein formaat. Wij noteer
den onder meer „Windsel", een
fraai liggend objekt, „Unit" en
..Galapagos", het laatste in de
vorm van een fantastisch fos
siel. „Blauw relief", een vrije
vorm in polyester is wat kil,
maar dat komt naar mijn ge
voelen ook door het gebruikte
materiaal. Het Is weliswaar ei
gentijds, maar het mist toch de
allure en de materiaal-schoon
heid van het klassieke hout,
brons of steen.
'erk van Eric Claus zagen we al
eerder. Het zijn zware, gedwon-
gen, figuratieve vormen, maar
ondanks hun massiviteit toch
Beelden bij
boeken in
Wassenaarse
Galerie
bibliotheek
van een bepaalde beweeglijk- „Machnetische objecten" in,
heid, vooral in zijn figuren van combinaties van perspex en
mens en paard. „Ruiter" toont magnetisch staal. Het zijn van
vaart, vloeiend is „Springer", kille zaken,
„Gevecht" toont actie. Zeer Hans Godcfroy exposeert een
mooi is „Ontvoering" en voorts viertal beelden in c amntte.
wijs ik graag op het massieve mooi gestileerd in strenge vor-
Ridder". men en soms blijkbaar geinspi-
Evert van Gelder zond twee reerd door de antieke kunst uit
het midden-oosten. Mooie beel
den zijn „Spelen In de regen"
en „Fluitspeler".
Mooi is ook een serie bolplastie-
ken qua vorm in wit po
lyester. De serie loopt van ge
heel hol tot aan de massieve
vorm met slechts een licht afge
plat segment. De dierplastieken
van Arie Teeuwisse zijn even
eens mooie werkstukken zoals
het robuste „Muskusos". In
strakke vormen maakte hij
„Romeins driespan". Grappig is
„Boerenbruiloft".
Tenslotte zijn er de gehakte en
geslepen vormen en reliëfs In
harde steen, zoals het marmer.
Soms zet hij de figuren op alu
minium, hetgeen visueel mooi
kan werken door het contrast
van de koude, doffe steen tegen
het glanzende metaal. Het zijn
elementaire vormen, soms met
een enkele zachte uitholling of
uitstulping. De maker Godfried
Pieters noemt ze zonder meer
„Organische vorm" of „Reliëf".
Naar mijn smaak zijn er wel
bij die al te nietszeggend zijn
maar daarnaast staan er objek-
ten die opvallen door schone
en originele lijnen. Vooral de
beelden „Koning" en „Konin
gin" spreken in ehun slangach-
tiggerekte vormen aan. Mooi
was ook het enige brons van
zijn Inzending „Duikvlucht",
een vogel, die ondanks de bol
ronde vormen toch een bepaal
de beweeglijkheid suggereert.
Al met al een gevarieerde en over
het algemeen intressante col
lectie, al vrezen we dat vele on
derdelen vele bezoekers niet zo
zullen aanspreken. Al te grote
opzettelijke eenvoud in de
vormgeving kan op den duur
toch wat gaan vervelen door een
zeker starheid van de voorstel
ling.
WILLEM PRINS
Een willekeurige greep uit de ove
rige toneelvoorstellingen bena
drukt vooral de grote verschei
denheid aan stukken: „Ik Clau
dius" naar het boek van Robert
Grave door het Zuidelijk Toneel
Globe; „Ik hou van uw vrouw"
een vrije productie met Luc
Lutz en Marijke Merckens;
„Blauw blauw", een bewerking
van de hand van Hugo Claus
van „Private Lives", van Noël
Coward, en niet te vergeten
„Vrouw zoekt moordvent", een
nieuwe versie van „De man, de
vrouw en de moord" van Rous-
sin, bewerking Ernst van Altena
en gespeeld door hetzelfde
team, dat gedurende het vorige
seizoen zo'n succes had met
„Wie is bang voor Virginia
Woolf?", Kitty Janssen en An-
dré van den Heuvel. Bij het mo
derne buitenlandse repertoire
ligt het zwaartepunt natuurlijk
in het Mickery-circuit, waarvan
nu nog lang niet alle gegevens
bekend zijn.
De Nederlandse kleinkunst is met
minder grote namen vertegen
woordigd dan vorig jaar (alleen
vier voorstellingen van Wim
Kan in de maanden november-
december), maar daar staat te
genover dat er ruimschoots aan
dacht is geschonken aan de jon
geren: Tekstpierement komt in
oktober met het nieuwe pro
gramma „Blijf zitten waar je
zit", Don Quishocking herhaalt
in december het uitermate suc
cesrijke programma „Zand in
je badpak" en in de tweede
helft van het seizoen presente
ren Elsje de Wijn, Frits Lam-
brechts en Martin Brozius het
programma „Beter zo dan an
dersom". Drie voorstellingen
vragen echter onze speciale
aandacht: 3 november komt de
jonge en veelbelovende cabare
tier Robert Krels naar Leiden
met zijn programma „Polichi-
nelle", in januari komt in het
Rijnlands Lyceum één enkele
voorstelling van de one-woman-
show van Marjol Flore en op 10
november wordt in dezelfde
zaal een herhaling gegeven van
een van de hoogtepunten van
het vorige seizoen: de Funhou-
se-revue. De lijst van de overi
ge kleinkunstprogramma's is te
lang om in zijn geheel vermeld
te worden, maar één voorstel
ling mag toch niet ongenoemd
blijven: op 9 november treedt
in de Stadsgehoorzaal het be
roemde Franse kwartet Les
Frères Jacques op.
De rest van het programma biedt
werkelijk voor elk wat wils: een
programma rond Albert Mol (28
september). Brasil Tropical (ok
tober), Féerie Africaine, Fiesta
Gitana en de operette „Die Lus
tige Witwe" (november) en in
april vindt er in Leiden voor het
eerst sinds jaren zelfs een ope
ra-voorstelling plaats: „L'His-
toire du Soldat" van Strawinsky
met het Nederlands Blazersen
semble o.l.v. Edo de Waart.
Paul Korenhof.
LEIDEN Het Nederlandse Ma
drigaalkoor neemt op 25 sep
tember afscheid van zijn diri
gent Herman Strategier. Op die
dag zal hij voor het laatst dit
koor leiden, hetgeen tevens zijn
afscheid betekent als uitvoerend
kunstenaar. Herman Strategier
zal dan eindelijk de tijd vinder)
voor de twee dingen, die hem
na aan het hart liggen: concert
bezoek en componeren.
Nadat hij in 1959 Willem Mizee
als dirigent had opgevolgd,
heeft hij het Madrigaalkoor
naar vele uitnemende concerten
geleld. In 1912 geboren, kreeg
Herman Strategier na zijn
H.B.S.-tijd, zijn eerste grondige
en brede vakkennis op de Kerk-
muziekschool in Utrecht, die ui
teraard op de kerkmuziek was
gericht. Later zou vooral Hen
drik Andriessen van grote bete
kenis worden voor zijn composi
torische vorming. Bij deze grote
Nederlandse componist ontmoet
te hij Albert de Klerk en Jan
Herman Strategier
Mul. De vriendschapsbanden
met de laatste is bijzonder
hecht geworden. Herman Strate
gier vond in de oorlogsjaren bij
Jan Mul in Arnhem een veilig
onderduikadres. Beiden hebben
door bezetting en oorlogsgeweld
dramatische tijden gekend.
Van deze verbondenheid wil Her
man Strategier getuigen met
zijn laatste concert, dat groten,
deels aan de nagedachtenis van
Jan Mul is gewijd. Zo zal het
Madrigaalkoor op 25 september
een eerste uitvoering geven van
de cantate „L'homme désar-
mé", een werk dat Jan Mul in
1942 als mis had geschreven
voor 5 ongelijke stemmen en or
gel, en dat hij later omwerkte
tot canthe koor, vier solisten en
orkest. Het was zijn laatste
compositie. De titel heeft een
tweeledige betekenis, In de eer
ste plaats een verband met de
tijd, waarin het werd geschre
ven. En in de tweede plaats de
reminiscentie aan een oud
volkslied .L'homme armé", dat
vroeger voor het eerst door Du-
fay, representant van de eerste
Nederlandse school in de vijf
tiende eeuw, in een van zijn
missen werd gebruikt en dat la
ter veel als cantus firmus in de
kerkmuziek herleefde. Het mo
tief van dit volksliedje zal men
herkennen in het Agnus Dei van
Mul's cantate. Van deze compo
nist wordt verder uitgevoerd het
Te Deum, in zijn nieuwe (geor
kestreerde) vorm. Voorts een
aan Jan Mul opgedragen com
positie van Herman Strategier
„Mors responsura", en tot slot
van Honegger een eerste uitvoe
ring van diens „Dnnse des
morts", voor spreekstem, so
praan, alt, tenor, bas, koor en
orkest.
De solisten zijn Elisabeth Cooy-
mans (alt), Ank Reinders (so
praan), Esther Hillinga (so
praan), Jan Waayer (tenor) en
Bernard Kruysen (bas en réci-
tant in de „Danse des morts").
Het Utrechts Symphonie Orkest
verzorgt het orkestrale deel. Wij
komen later nog op dit concert
terug.
B. Rijnders.