COR VAN DER HART „De beste speelt en dat kan afhangen van de vorm van de zelfs dag" Voetbalkrant in de krant H „Als je er zeven in kunt schoppen, moet je het niet bij vijf laten" Fadrhonc: „Nu moeten we toeslaan" Centraal in de belangstelling staat voor het aanstaande voetbalsei zoen de strijd van het Nederlands elftal om de eindronden van 't we reldkampioenschap voetbal '74 in West-Duitsland te halen. „Halve" bondscoach dr. Frantisek Fadr honc spreekt zelfs van de vier be langrijkste maanden voor het Ne derlandse voetbal. Dat is dan de periode van augustus tot en met november. Immers, in die tijd worden de interlands gespeeld te gen IJsland, Noorwegen en boven al België (op 18 november) die beslissen over wel of n'Kt naar Duitsland. Over die problematiek hebben niet alleen de eigen bondscoaches Fadrhonc en Van der Hart ge dacht en gesproken, maar ook coaches van voetballanden, die geacht mogen worden een grote rol te spelen in het eindtoernooi of, zoals Sir Alf Ramsey, een coach die volop in de moeilijkhe den lijkt te vertoeven. Ook zij ko men aan bod in de „voetbalkrant in de krant", waarvan dit de eer ste pagina is. Tot en met zater dag 12 augustus zullen hierin de stemmen klinken van de Brazi liaanse coach Zagallo, van de Duitse verantwoordelijke man Schön, van Ramsey. Maar ook zullen voetballers, die van nabij het vaderlandse spekta kel hebben meegemaakt, maar thans „in den vreemde" verblij ven, hun visie geven: op het voet bal in Nederland, op dat in Bel gië, waar zij hun carrière voort zetten (Wietse Veenstra) of nood gedwongen moesten beëindigen (Nico Rijnders). Als representant van het Belgi sche voetbal zal Wilfried van Moer, in zijn land beschouwd als „de Cruyff van de witte duivels", zijn licht laten schijnen op voet bal en eveneens op de hoogst waarschijnlijk beslissende wed strijd Nederland—België. Naast dat centrale thema, dat evenwel slechts voor een deel het voetbalgebeuren In de naaste toe komst beheerst, komen uiteraard ook andere aspecten voor het voetlicht. De nationale competitie o.a. is een niet te verwaarlozen gebeuren, dat, hopelijk, weer tien duizenden naar de tribunes zal lokken. Trainers, coaches en spe lers van de achttien eredivisie clubs leveren hun bijdragen aan deze „voetbalkrant In de krant" Het spektakel zal na een rustpe riode op de twaalfde augustus weer losbarsten. Rustperiode? Voetbal houdt de gemoederen vrijwel het gehele jaar bezig. Vandaar dat clubs, coaches, spe lers en trainers reeds nu uit de startblokken schieten. WOENSDAG 1 AUGUSTUS 1973 LEIDSE COURANT ZEIST Cor van der Hart prefereert een ge sprek op de kamer van de doctor. In het voorbij gaan pakt hij zijn sporttas niet van d&t merk maar van het andere en in de gang van het „hotel" op het KNVB-sportcentrum in Zeist klinkt door de halfopenstaande deur al de acterende stem van doctor Frantisek Fadrhonc, door zijn mede-coach Cor van der Hart ook consequent met die titel aangesproken, zoals schakers de hele groten met „maitre" benaderen. De doctor is nog bezig een beginnend trainer te helpen met het opstellen van een programma. Hij geeft aanwijzingen, verandert hier en daar wat aan de opzet, schuift dan bij aan een ronde tafel en barst meteen los. „We hebben de belangrijkste maanden voor het voetbal voor ons liggen. Die kans mag niet verloren gaan, door wat dan ook. Ons uitgangspunt moet zijn dat we ons allemaal inspannen, allemaal, en bereid zijn alles te doen. Dan worden de problemen ook kleiner. We zitten allemaal op het schip en dat schip moet naar Duitsland. Dat is het doel en de rest komt op de achtergrond". Doctor Frantisek Fadrhonc is er meteen hele maal in. Hij buigt zich naar voren, de pupillen van zijn blauwe ogen worden groter en als een volmaakt „biihnemeister" laat hij zijn stem zwellen en dalen, naargelang de belangrijkheid van de woorden die als uit een machinegeweer geschoten de ruimte in worden geslingerd. Voor alsnog zwijgt Cor van der Hart, die mèt Fadr honc erbij wilde praten om de twee-eenheid te benadrukken die geboren werd toen hij naast Fadrhonc als bondscoach werd benoemd. De twee zijn het volkomen met elkaar eens, bevestigen el- kaars zienswijze en hoeven niets aan te vullen als een van de twee aan het woord is geweest. „Er is", zegt Van der Hart, „een schijnbare rust geweest maar dat er achter de schermen gewerkt wordt, daar kun je donder op zeggen". Er is, zo blijkt, gedacht en gepraat: door de beide coa ches, met de chef d'équipe Jack van Zanten, met bondsbesruurders, spelers en clubs. Er is een ste vige basis geschapen „om het schip naar Duits land te laten varen". Dr. Frantisek Fadrhonc houdt een vurig pleidooi voor „de belangrijkste vier maanden in ons voetbal". Hij laat zich vol gens zijn aard meeslepen door zijn grenzeloos enthousiasme. „Er moet een eenheid zijn tussen leiders, spelers en de persmedia. Jawel, die ook. Het publiek moet niet kritisch er tegenover staan maar spontaan. Er moet een sfeer komen als bij een wedstrijd Ajax-Bayern Mllnchen. Ik ben daar een beetje jaloers op..Als Ajax naar MUnchen gaat, wordt het publiek daarop weken tevoren voorbereid door de nieuwsmedia. Nu vraag ik dat één keer in de vier jaar. Dat is toch niet te veel. Ik heb het nooit gevraagd in onbelangrijke jaren maar nu doe ik het. In vier jaar vier maanden helemaal en allemaal achter ons gaan staan ach ter het Nederlands elftal. Een keer in de vier jaar, alstublieft". Cor van der Hart heeft de doctor rustig aan het woord gelaten. Later zegt hij: „De doctor houdt de supervisie en blijft de verantwoordelijke man. De doctor wil een groeiproces en daar ben ik zeer blij mee. Hij heeft ook veel ervaring met het Nederlands elftal en introduceert me overal en daar ben ik ook verheugd over. Ook hij ver klaart dat er veel gepraat en nagedacht is. Dat gebeurde dan ineen periode waari nCor van der Hart pendelde tussen Bergen aan Zee en Zeist. Half augustus betrekt hij de zevenkamerflat „ik krijg nooit meer een huis zoals ik in Bergen had maar het voornaamste is dat ik hier eenmaal zit met het gezin" in wat de „Berekuil" wordt genoemd, een „kom" tegenover het stadion van FC Utrecht. „We hebben gesproken in fazen en faze 1 is Duitsland bereiken. De twee wedstrijden tegen IJsland en de ene tegen Noorwegen moeten het steuncunt vormen voor de wedstrijd tegen België op 18 november. Daarna, als we ons gekwalifi ceerd zouden hebben, breekt faze 2 aan. We heb ben dan nog ongeveer zes maanden de tijd voor het toernooi om de wereldtitel begint. In feite kunnen we nog niet zo gek veel doen als we nog niets bereikt hebben, dat is logisch", legt Van der Hart uit op rustige wijze, die in flagrante te genstelling is met de bijna opgewonden betoog trant van Fadrhonc. Faze I: het bereiken van het eindtoernooi, of zoals Fadrhonc zegt: „Over de grens komen is het belangrijkste stadium. Augustus en november worden de belangrijkste maanden. Daaraan heb ben de clubs zich ook aangepast". Begin augustus moet ook aan de FIFA de selectie van twee en twintig spelers worden doorgegeven. Hoe denken de bondcoaches daartoe te geraken? Van der Hart: „Begin augustus wijzen we die vanzelfspreknd aan. Van dat aantal zullen er zes tien geselecteerd worden. We weten dat er dan teleurstellingen zullen optreden maar het ligt aan de spelers zelf of zij ert>ij zijn. Na Duitsland, als we het halen, gaan er ten minste twee en twintig, wellicht vijf en twintig. Om tot dat eerste aantal van twee en twintig te komen, zijn we in juli trainingen gaan bezoeken en hebben we met spe lers gepraat. Ook met de clubs hebben we con tact gehad en dat waren zeer fijne gesprekken. Ze hebben hun pogramma aan ons aangepast. Als we met de spelers praatten, hebben we gezegd wat van hen wordt verwacht. Ze begrijpen donders goed dat door onze groep prestaties moeten wor- man achter ons te gaan staan. Ten opzichte van den geleverd als we het publiek vragen als één het publiek moet je de spelers ervan doordringen dat er gepresteerd moet worden. We willen een mentaal sterk elftal hebben, en daarmee bedoelen we ook: als je er zeven in kunt schoppen, moet Je het niet bij vijf laten". Faze I: de wedstrijden tegen IJsland, Noorwegen en België die de brug moeten vormen waarover Oranje de grens over trekt. Van der Hart is ge lukkig met die duels met IJsland en Noorwegen, „Daarenboven hebben we nog wedstrijden tegen Polen en Spanje en speelt Jong Oranje nog. Als de eerste wedstrijd tegen IJsland een goede uit slag oplevert, kunnen we in de tweede wat spe lers proberen. Maar we leggen niets vast. We zul len in de toekomst niets meer beloven, waardoor je moeilijkheden kunt krijgen. Dit staat zo vast als een muur: de beste speelt en dat kan zelfs afhan gen van de vorm van de dag". De twee-eenheid zou daarbij best met verrassirv gen voor de dag kunnen komen. Niet voor niets trekken ze het gehele land door om „bij de clubs te gaan kijken". Het staat niet als een paal bo ven water dat de „gerenommeerden" ook zonder meer in het Oranjeshirt worden gestoken. De twee zijn bezeten van het denkbeeld om die kans op Duitsland niet te verspelen. Fadrhonc gooit er zelfs tegenaan: „Het is leven of dood In vier maanden. Er is geen lijd om te zeu ren. Nu moeten we toeslaan. Ondanks verkeerde dingen die zijn gebeurd, is er een goed uit gangspunt. De zaak is niet verpest". Na de achttiende november breekt faze II aan. Van der Hart: „Als we erdoor komen, gaan we oefenwedstrijden organiseren om tot uitbreiding van de groep van zestien te komen. Daar was tot nu toe geen tijd voor. Het programma voor kwa lificatie valt voor het Nederlands elftal vrij gun stig. In het begin van een nieuw seizoen zijn de spelers fris. De datum 18 november valt, mag ik gerust zeggen, fantastisch. Met de clubs en de bond zit alles goed. Er mag geen enkele wan klank zijn of komen. We willen rust rondom het Nederlands elftal. Maar de geselecteerden moe ten er terdege van doordrongen zijn dat van hen alles wordt geëist en verwacht. En dan moet het lukken. We hebben immers kwaliteit genoeg in ons land. Als we Duitsland halen, gaan we mis schien ook nog met zeer ervaren mannen als Schön en Ramsey praten. Kunnen we altijd iets van opsteken". Cor van der Hart heeft zich vastgebeten aan het bereiken van het eindtoernooi. Men kent hem en weet dat hij zich niet van een voorgenomen plan zal laten afbrengen door stromingen van buitenaf. Met vaste hand zal hij de koers handhaven die is uitgestippeld, zonder aanzien des persoons. De doctor zal met flikkerende blauwe ogen en stem-met-dieptewerking d» daden met woorden onderstrepen. „Duitsland halen is belangrijk voor ons voetbal maar ook voor het land. Voor de kaasboer, de In dustrie en de groenteboer. De naam van Nederland moet schitteren. Ik vraag vier maanden sportlef begrip, spontane steun. Alstublieft HERMAN VAN BERGEM. Eén keer in de vier jaar, alstublieft Het driemanschap dat Oranje naar Duitsland moet brengen en begeleiden: dr. Frantisek Fadrhonc, Jack van Zanten (staand), Cor van der Hart

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1973 | | pagina 11