(uué Jijt ge d'r van content madam?' DE VOGELMARKT IN ANTWERPEN: STUK FOLKLORE VAN ZES EEUWEN OUD Frankrijk wil einde aan massamoord op weg ZATERDAG 16 JUNI 1973 ANTWERPEN Er z ij n wel vogeltjes op de Antwerpse Vogelenmarkt, maar je moet ze met een lampje zoeken. Al zes eeuwen bestaat deze markt, bijna altijd op dezelfde plaats. Van een plek waar inheem se vogels als mezen, vinken en lijsters te koop werden aangeboden, is de Vogelen markt uitgegroeid tot een bont spektakel, waar het hele scale van marktkooplui, stal letjes en „demonstreerders" aanwezig is. Een stukfolklore, een gebeuren, dat een bezoek op zondagmorgen best eens waard Is, ook voor wie helemaal geen vogeltje, hondje, corset of bloedzuiverende pillen no dig heeft. Overigens verraadt een Nederlander zich al gauw in Antwerpen. Terwijl de Antwer penaar zelf spreekt over de Vogel- of Voge lenmarkt, spreekt de Hollander maar al te licht over de Vogeltjesmarkt, misschien met een onbewuste toon van onderschat ting. Geheel ten onrechte, want de Vogelen markt'is net zo goed een wezenlijk stuk Antwerpen als de Onze Lieve Vrouwe-kerk, het Brabo-beeld, het Rubenshuis of de me tro die er gegraven wordt. De Vogelenmarkt wordt gehouden op het Blauwtorenplein en de Oude Vaartplaats. De markt is vanuit Nederland gemakkelijk te bereiken als men „Antwerpen-Centrum" aanhoudt; over de Italiëlei en dan bijna aan het eind van de Frankrijklei is rechts het Blauwtorenplein. De markt begint 's morgens om negen uur en is om één uur 's middags afgelopen. Wie er om half ne gen komt ziet de tientallen cafeetjes langs de markt al aardig vol. Het zijn de hande laars, de demonstreerders, die alvast hun stembanden met een pintje doorsmeren en op vereiste soepelheid brengen. Straks zul len ze er met forse stem een paar uur lang tegenaan moeten. Anderen laden alvast hun spullen uit en richten hun kraampjes in. Want weldra komen de duizenden bezoe kers, Antwerpenaren, andere Belgen, iets later de Nederlanders. Het eerste dat de marktbezoeker tegen, komt zijn de honden. Niet de vogeltjes. Honden zijn er te kust en te keur, vele soorten, kleuren en maten, met en zonder stamboom. De honden en hondjes staan te kijk in kooien, dozen, bakken, of zomaar aan een hek geboden. Er zijn foeilelijke, er zijn er waar er dertien van in een dozijn gaan, er zijn ook echt mooie. En natuurlijk Rafelige duiven wachten, evenals hun verhandelaars, op geïnteresseerde Vogelmarktbezoekers. Behalve te zien is er ook veel te eten op de Antwerpse Vogelenmarkt, zelfs zuurkool met worst. zijn er de alles-en-iedereen-vertederende jonge hondjes, die geaaid en toegefluisterd worden en je aankijken met dieptrouwe ogen waarin menigeen wil lezen; neem me mee,neem me mee. Het kost vele ouders ook zichtbaar moeite om niet toe te geven aan de smeekbeden van de kinderkens. Ze zijn toch zo lief. Ook hamsters en witte muizen zijn er, in allerhande verpakking. Kinderhanden graaien witte muizen uit het zaagsel. Als ze teruggegooid worden leven ze nog. Dan is er de afdeling pluimvee, in een zij straatje van het Blauwtorenplein. Het is er wat stiller, maar af en toe vligen de ve ren je wel om de oren. Er zijn ganzen, zwa nen, eenden, duiven, hanen, kippen, kui kens, in allerlei maten en kleuren. De be handeling die ze genieten van de kooplui getuigt meestal niet van erg hoogstaande ideeën betreffende dat deel der schepping dat op de vijfde en zesde dag uit Genesis het levenslicht zag. In een van de hokken zijn zoveel kippen bijeengeperst, dat er geen plaats genoeg is om ze allemaal te laten staan. Het gevolg is, dat er voortdurend enkele kippen boven de anderen uitgedrukt worden, er boven zweven. Door het konstante deinen van de verenmassa zakken ze even later plots weer omlaag, met beide poten op de grond, terwijl er weer een andere kip naar boven schiet. Andere kooien zitten propvol duiven. In een provisorisch rennetje huizen een paar trieste eenden, helemaal vuil en met af gesleten vleugel- en staartveren. Een stukje verder probeert een grote gans er met veel geschreeuw tussenuit te knij pen, maar hij krijgt weinig kans. Hij wordt meteen weer bij de kladden gegrepen, door de bolronde dame die de hoedster is van dit afdelinkje uit het dierenrijk. Als volleerde deskundigen staan twee jon- getjes van een jaar of twaalf in krielkippen te knijpen, daarmee demonstrerend dat ze precies de kneepjes van het keurvak in de vingertoppen hebben. Misschien is het wel zo. Bij de volgende kraam staan drie Noorda- frikaanse gastarbeiders alle kippen uit een ren te keuren. Ze pakken ze stuk voor stuk op, buigen de vleugels naar achteren tegen elkaar, zodat de dieren hulpeloos spartelen, proeven met hun vingers en gooien ze ten slotte weer terug. Uiteindelijk blijven er drie kippen over die blijkbaar een gramme tje zwaarder aanvoelen dan de andere. Er wordt wat over de prijs gemompeld met de beheerder van de kippen die onverschillig tussen petklep en shaggie door staat te kij ken. Na wat dralen besluiten ze tot de koop. De handelaar pakt een schoenendoos, propt er de drie kippen zonder pardon in, een touwtje erom en alstublieft. De Noord- afrikanen lopen de markt af. Kip en man op weg naar de pan. De bezoeker kan zich tussen de rijen kraampjes maar het beste laten voortstu wen door die duizenden anderen-die ook zo nodig naar de Vogelenmarkt moesten.Soms is het zelfs onmogelijk je niet* te laten voortduwen. Langs de kraampjes met over hemden, corsetten, jurken en stoffen. Langs de dikke flanellen onderbroeken met kleppen. Langs de dame die een „re- klaam" van dekens heeft. Langs de man die sponzen demonstreert die onvoorstelbare hoeveelheden water opzuigen. Het is één grote vrolijke drukte, met daar hoog boven uit kleurige trossen ballonnen. Verder weer, langs de man die borstels verkoopt, „Zijt ge d'rvan content madam?" langs de worstkraam waar het suddert en spat en waar je zuurkool met worst kunt eten. Daarnaast een verlopen kerel die pro beert een antiroestmiddel aan de man te brengen. Hij zit te poetsen op een roestig fietswiel ,,waar Eddie Merck geen toer mee kon winnen". En natuurlijk krijgt hij het wiel schoon. Naast hem zit de man die loten verkoopt en zingt dat het morgen trekking is. Naast een landkaart van het zenuw- en spierstelsel van het menselijk li chaam staat een heer in witte jas onduide lijke zalven, pillen, kruiden te verkoper- Volgens de heelmeester zijn dit de midde len die verlichting brengen waar andere medische hulp faalde. En temidden van de voortschuffelende massa probeert zich een mannetje te hand haven dat zo van een schilderij van Pleter Breughel weggelopen kon zijn. Met zijn misvormde benen in houten hulpstukken schuift hij over de keien, hopend een paar centimes te krijgen en niet onder de voet Een man die beslist opvalt in het gezel schap van luidkeelse handelaren met hun sappige taal is Armand Peeters. Hij werd bij de verkiezing van vorig jaar uitgeroe pen tot Keizer van de Vogelenmarkt. Dat had hij te danken aan de manier waarop hij schroevedraaiers verkoopt. Het is inder daad de moeite van het aankijken en aan horen waard. Hij zit temidden van zeven plastic emmers. In iedere emmer een an dere maat schroevedraaiers. Als hij met overdonderende stem zijn verkiezingstoe spraak gaat houden, begint hij met de grootste schroevedraaier te pakken. Die al leen is al honderd franken waard. Maar let op wat Armand u voor honderd frank alle maal nog meer gunt. Terwijl zijn spraak waterval voort klatert pakt hij nog een „toernevis" (zoals hij de schroevedraaiers noemt), en nóg een en nóg een. Zeven schroevedraaiers biedt hij aan en doet daar nog een duister apparaatje bij dat hij een Amerikaanse mignon noemt. De winkel waarde van het hele pakket is 325 frank, maar nogmaals, van Armand vandaag voor 100 frank. Het is niet te geloven. „Wie?" En hij pakt bundeltjes schroevedraaiers lit doosjes en deelt rond, en meteen 100-frank- biljetten innend. Intussen praat hij maar door: het zweet staat op zijn voorhoofd en het schuim op de mond. Af en toe haalt hij ook adem. En als hij om 1 uur zijn spullen inpakt is hij ongetwijfeld tot enkele dagen fluisteren gedoemd. Dat schreeuwen, geeft hij dan ook toe, is op die manier maar een jaar of twaalf, vijftien uit te houden. En dan, weggedrukt in een uithoek van de markt, toch nog de vogeltjes. Maar het stelt weinig voor. Een paar stalletjes met kooien. Vinken, mezen, kanaries. Intussen zitten de café's tjokvol. Stamkian- ten en mensen die na een uur slenteren wel eens willen uitrusten hebben zich achter een groot glas gouden pils genesteld en bezien het bonte gedoe eens van de andere kant. Ook dat hoort bij het markten in Ant werpen: een eethuisje induiken en genieten van bijvoorbeeld het klassieke patat met mosselen en brood met boter cn daarbij het zonlicht laten spelen in een vorstelijk glas gerstenat. Na één uur 's middags loopt de markt af. De handelaren pakken hun zaken in en gaan nog even de eerste franken verteren in een van de cafeetjes. Wat op het Blauw torenplein overblijft zijn de geraamten van de stalletjes en de rommel, zoals na iedere markt. Zo Is het zondag in Antwerpen. De jonge hondjes, in alle mogelijke soorten, worden op zondagmorgen door hon derden handen gestreeld. Voor de allerkleinsten zijn de grote ballo nnen misschien wel het mooiste van de markt. Kinderhanden zoeken de marmot die mooi genoeg is voor een handvol spaarcenten PARIJS - Zestienduizend Fransen zijn in 1972 om het leven gekomen als gevolg van verkeersongelukken en de televisie heeft het dezer dagen aanschouwelijk gemaakt door zestienduizend „lijken" in de straten van een kleine stad op het scherm te brengen. Men had de bewoners van het Zuidfranse Mazamet, dat zestienduizend inwoners telt, gevraagd als figuranten op te treden. Mazamet ging akkoord, enkele uren lang werd heel de stad stilgelegd en de inwoners gingen op de straten en stoepen liggen in vaak gro teske houdingen om de zestienduizend doden van het wegverkeer van het afgelopen jaar te symboliseren. Deze week heeft de Franse regering besloten tot drastische maatregelen om de verkeersveiligheid, die in Frankrijk een van de laagste, of de laagste van Europa is, te verhogen. Men heeft ze daarm onmid dellijk van kracht verklaard om te voorkomen dat de komende vakantie-uittocht ertoe bijdraagt het ont stellende record van verleden jaar te breken. Al geruime tijd zijn er opiniepeilingen doorgevoerd om na te gaan hoeveel Fransen voor algemene snelheidsbeperkingen zijn, ofschoon aan de resulta ten van dit onderzoek weinig of geen ruohtbaaiheid gegeven is, misschien om president Pompidou niet te mishagen, die een verwoed voorstander van hoge snelheden is. Maar de ijveraars voor snelheidsbeper kingen hebben verklaard dat ..de massamoord als gevolg van het automobilisme de vormen van geno cide heeft aangenomen" dat een en ander het gevolg is van de mateloze behoefte van het zich zelfstandig verplaatsen en van het aantal particulier.e auto's. Dit alles en het onvermogen van 90 procent van de be stuurders om hun wagen bij hoge snelheden in be dwang te houden zijn volgens de voorstanders van de snelheidsbeperking, de oorzaken van de zich da gelijks herhalende ramp. Zij stelden 7 maatregelen voor om het getij te keren: het vermeerderen van de openbare transportmidde len, het weer populair en aantrekkelijk maken van het spoorwegverkeer, het genadeloos afwijzen van allen die niet geschikt zijn een automobiel te bestu ren, het verbieden van reclame gebaseerd op hoge snelheden, snelheidsbeperkingen op het totale wegen net, verzwaring van straffen en boetes voor verkeers overtredingen en een internationale overeenkomst om het vermogen en de snelheden van alle vracht en bestelwagens te beperken. De overheid zal deze ei sen niet alle kunnen onderschrijven, waarbij het eco nomische aspect, zoals steeds in verregaande mate doorslaggevend is. Zij heeft niettemin bepaald maximumsnelheden in te stellen voor alle verkeers wegen met inbegrip van de autosnelwegen; deze snelheden zullen niet overal dezelfde zijn maar aan gepast worden aan plaatselijke en andere omstandig heden. Het vastgorden der veiligheidsriemen wordt nu verplicht gesteld, vooral nadat een Australisch experiment uitgewezen heeft dat daar het aantal do delijke ongelukken met 67 procent verminderd was. In Frankrijk blijkt maar 17 procent van de automo bilisten wier wagen met veiligheidsriemen uitgerust zijn, deze systematisch vast te maken. Daarnaast wil men het plaatsnemen van kinderen naast de be stuurder verbieden. Al drie en een half jaare geleden werden voorstellen gedaan om in heel het land keuringscentrales te stichten voor oude wagens, tweedehands wagens en wagens die na een ongeval gerepareerd waren. Deze centrales zouden na keuring vergunningen moeten afgeven, waarin de snelheden van de gekeurde wa gens, al naar gelang hun conditie, beperkt zouden worden tot 90 km of 130 km per uur. Er rijn nu in Frankrijk 5 miljoen „oude" wagens en 3 miljoen die na beschadigingen gerepareerd zijn. Met de keuring daarvan zouden elk jaar 650 miljoen gulden gemoeid zijn. Men begrijpt dat de repara teurs deze kans niet graag voorbij willen laten gaan, maar daar wordt tegenin gebracht dat men er moei lijk vrede mee kan hebben dat garagehouders de veiligheids- of keuringscertificaten afgeven, die voor de overheid, voor de verzekeringsmaatschappijen en enkele andere organisaties een officieel karakter be horen te hebben .Men wijst erop dat een garagehou der een klant moeilijk een keuringsbewijs kan wei geren, dat de mogelijkheid tot omkoperij bestaat en dat er geen algemene maatstaven bestaan voor de ;bekwaamhcid en de betrouwbaarheid van de re parateurs. Met name de verzekerinsmantschappijen eisen een officieel certificaat. In 1972 hebben 11 mil joen verkeersongevallen de verzekeringen zeseneen half miljard gulden gekost; een derde van de onge lukken was het gevolg van de slechte conditie waar- In de betrokken auto's verkeerden. Een behoorlijk toezicht en een nauwgezette keuring zouden dus logi scherwijze het eantai ongelukken aanzienlijk moeten b" zens redden en tot aanmerkelijke bejpariflf leiden. JAN DRUMMEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1973 | | pagina 17