Oudercomité in de bres voor kinderen met hartafwijkingen èn hun ouders 'f L J. TEUNISSE ONTWIERP SCHIP VOOR HARTPATIENTJES OGODQQQ DDOODQÖDD muk ZATERDAG 3 MAART 1973 DEN HAAG „Ons dochtertje is met een hart afwijking geboren. Vanwege de moeilijke be vallingen en opgedane ervaringen bij onze eer der geboren kinderen, achtte de huisarts het be ter de geboorte in een ziekenhuis te doen plaats vinden. Dat zij na de bevalling nogal blauw zag verontrustte ons dus in eerste instantie niet". Het relaas van een ouderpaar. Het begin van een verhaal dat door tientallen ouders verteld kan worden, aangevuld met persoonlijke bele venissen, emoties, spanningen. Jaarlijks worden in ons land 2000 kinderen geboren met een hartafwijking. Voor evenzovele ouderparen begint daarmee de moeizame weg van het groot brengen van een kind met een gebrek waarvoor nauwelijks of geen voorzieningen zijn buiten de medische wetenschap. Pas sinds kort is er een instantie die zich bezighoudt met het wel en wee van die kinderen en hun ou ders: het Oudercomité Kinder hartenfonds van de Nederlandse Hartstichting. Voorzitter daarvan is de heer Ch. H. Minderman uit Den Haag, zelf vader van een kind met een hartafwijking. Hij en de Naardense mevrouw G. A. J. M. van Griethuysen-Siersema heb ben midden 1971 het besluit ge nomen iets te gaan doen voor hartpatiëntjes en hun ouders. Het komt er eigenlijk op neer, dat hartpatiëntjes in ons land gemakkelijk, veel te gemakke lijk tussen wal en schip vallen als het om hun opvang in de maatschappij gaat. Voor invali de, blinde, doofstomme of ach tergebleven kinderen bestaan bijzondere vormen van onder wijs. Voor het kind met een hart afwijking is het tempo in nor- De onder- en bovenbouw van de „Kinderhartenark" zoals de heer J. Teunisse ze ontwierp. Duidelijk blijkt, dat deze ontwerpen als handleiding hebben ge diend voor de tekening van de heer Das. Van speel ruimte, zitje, pantry, hutten tot lift, keuken en wasserij toe zijn in de opengewerkte tekaening op precies dezelf de plaats geprojecteerd. Enkele verfraaiingen zoals de rails waarop de bedden lo pen zijn niet van de hand van de ontwerper. maal onderwijs te hoog, maar naar geestelijke vermogens past het evenmin op een Mytylschool of een Lom-school. De instellin gen waar deze kinderen voor hun onderwijs wel terecht kun nen zijn op de vingers van één hand te tellen. De Haagse Bui tenschool is er een zeldzaam voorbeeld van. De meeste hartpatiëntjes zijn dus toch op de Mytylschool of de Lom-school aangewezen. Als ze na hun lagere schoolperiode verder willen leren is er alweer een gesloten deur. Het is tenslot te vrijwel ondenkbaar dat een kind van een dergelijke school naar een Havo of een Atheneum zal gaan. Hoogstens staat de Mavo voor ze open. De heer Minderman heeft het aan den lijve ondervonden. Toen zijn dochter het Mavo-diploma in de zak had begon de ellende op nieuw, want geen enkele baas wilde een hartpatiënt in dienst nemen. Tenslotte kon zijn doch ter via bemiddeling in dienst van de Nederlandse Hartstich ting komen, maar tussen het be halen van het eindexamen en de baan zat wel een periode van twee jaar. „Veel ouders weten niet goed wat ze met hun kinderen met een hartafwijking aanmoeten", ver telt de heer Minderman. „Zo ken ik een voorbeeld van ouders die hun dochter naar een LTS stuurden. Op zich natuurlijk een aardige opleiding, maar als ze verder gedacht hadden, zouden ze begrepen hebben, dat er voor hun dochter met die opleiding geen enkele mogelijkheid is. Nu werkt ze ergens in de keuken van een bejaardentehuis als keu kenhulpje". Het Oudercomité, bestaande uit vier leden, wordt met raad en daad terzijde gestaan door een kindercardioloog, een kinderpsy choloog, de directeur van de Ne derlandse Hartstiching, de heer Kierkels en de medisch direc teur van de Hartstichting, de Speelruimte Kasten, berging speelgoed i. Uitschulftafel 1. Vouwwand i. Rail voor verschuiven van de bedden Bedden overdag tegen el kaar geschoven Slaapzaal met 12 bedden Gngkasten Toiletten Douches Hljdraulische lift met kooi voor bedden (rugzaklift) Ingang op le verdieping niveau Kantoor arts Onderzoekkamer Nachtzuster Slaapzaal-dagverblijf voor 10 kinderen Bedden voor bedlegerige kinderen, op wielen voor evt. plaatsing op zonedek Extra-lage ramen voor uit zicht uit bedden Zonwering i. Toegang naar longroom Longroom verpleegsters Pantrij-bar Douche-toilet 2-persoons hut Zithoek 2 4-persoons hutten Gang Tanks in ponton i. Toegang naar lift i. Keuken Koelcel-provislekmer Wasserij i. Air-conditioning-ruimten Zonnedek-speeldek Trappehuis Liftschacht Berging ligstoelen i. Toilet bovendek Loopplank T.V.-antenne cardioloog dr. E. Dekker. Kort geleden heeft men tevens beslo ten tot het aanstellen van twee maatschappelijk werkers, mej. H. Smits uit Amsterdam en de heer J. le Cessie uit Kerkdriel. Zij zullen zich dagelijks gaan bezighouden met de begeleiding van ouders en kinderen. De heer Le Cessie zal bovendien de re creatie van de hartpatiëntjes on der zijn hoede nemen. Recreatie is voor deze patiëntjes trouwens een heel belangrijk punt. Al in 1971, voor de oprich ting van het Oudercomité, ont stonden er binnen de Hart stichting plannen om iets te gaan doen aan die recreatie. Uiteinde lijk is er een uniek projekt gebo ren, de „kinderhartenark". Ter voorbereiding van vakanties op die ark is het Oudercomité het vorig jaar al gestart met een vakantie-experiment. Daarvoor werd het Henri Dunant-huls in Zeist gekozen. Twee weken lang stond het open voor twee groe pen hartpatiëntjes. Voor de ou ders was het tevens een periode om even op verhaal te komen, want het valt niet mee om voor een hartpatiëntje te zorgen. „Waar ligt de grens tussen een goede, liefdevolle verzorging en het gevaar van verwennen", vragen veel ouders zich af. Over een gezonde baby, die huilt, wordt vaak gezegd „het is goed voor de longen", maar als een kind met een hartgebrek huilt van het moe zijn en van be- De door Rudolf Das in op dracht van de Hartstichting vervaardigde opengewerkte tekening van de „Kinderhar tenark". nauwdheid, is het logisch dat het uit zijn bedje gehaald wordt. Deze kinderen kunnen ook niet buiten ravotten met vriendjes. Het bleek dan ook in de eerste dagen in Zeist dat sommige kin deren wat moeite hadden met het „samen bezig zijn". Voor hen was dat iets heel nieuws, waar ze wel even aan moesten wennen. „Ouders kunnen ook wel eens al te bezorgd zijn", vertelt de heer Minderman, die beide weken in Zeist meemaakte. „De kinderen weten over het algemeen precies wat ze wel en niet kunnen doen. Ze voelden het als een bevrij ding, dat er niet steeds iemand zei, dat ze het rustig aan moes ten doen en dat niemand vroeg of ze misschien moe waren". Ook dit jaar weer gaan de hart patiëntjes naar Zeist. Nu is het Henri Dunant-huis voor liefst vier weken hun domein; naar leeftijd in vier groepen verdeeld zullen ze er ongetwijfeld een heerlijke week hebben. Het oudercomité wil trachten op alle fronten deuren open te ma ken voor de hartpatiëntjes. Zo is er bijvoorbeeld de verzekering. Als een ouder een verzekering voor zijn kind wil afsluiten en het blijkt een hartafwijking te hebben, ziet de verzekering er in vele gevallen van af. Op die manier komen ouders met grote schulden te zitten, als het kind behandeld moet worden. De bij standswet zou voor de ouders veel meer moeten kunnen doen, maar de ouders zelf hebben drempelvrees en de bijstandswet DEN HAAG Nederland is een zeevarende natie. We willen zelfs onze zieken laten genie ten van Ihet leven op het water en houwen daarvoor speciale snhepen. Op 24 februari doopte prinses Margriet het Rode Kruis-schip de Henri Dunant II, waar het Nederlandse volk de nodige miljoenen voor bijeen bracht. Naast dit hospitaalschip Is eveneens dankzij onze goedgeefsheid nog een ander uniek schip mogelijk geworden: de „kinderharten- ark". Via een puzzelwedstrijd in het dames blad Margriet werd onder aanvoering van Mies Bouwtman het bedrag van ruim 2 miljoen gulden bijeen gebracht. De Kinderhartenark is bestemd voor het Ou dercomité Kinderhartenfonds van de Neder landse Hartstichting. De Margrietlezeressen en -lezers werden extra warm gemaakt voor het project door een fraaie opengewerkte tekening van Rudolf Das. In rijn enthousiasme over die plaat vergat Hartstichting-directeur P. J. H. Kierkels echter te vermelden dat het ontwerp voor de tekening niet van Das afkomstig is, maar van de Hagenaar J. Teunisse. „Ik ben werktuigbouwkundige en ik werk bij de Nederlandse Verenigde Scheepsbouw Bu reaus in Den Haag, „vertelt de heer Teunisse. „Samen met de heer Kierkels zing ik in het koor van Die Haghe Sangers Op een gegeven moment vroeg hij mij of ik mijn gedachten niet eens kon laten gaan over zo'n ark. Ik ben toen begonnen met een lijst te maken van al les wat ik dacht dat nodig was op zo'n schip. Uiteindelijk heb ik er een heel weekend aan besteed om het ontwerp op tijd voor de heer Kierkels klaar te krijgen." Daarna heeft hij er niets meer van gehoord, tot het moment dat tot zijn verrassing de teke ning van Das in Margriet verscheen. „Hij heeft bijna al mijn gegevens precies zo neer gelegd in zijn ontwerp, maar zijn naam stond er wel op, terwijl nergens met een woord over mijn ontwerp werd gerept," aldus de ontwer per. De heer Teunisse beschouwt het maken van de tekening als een vriendendienst, maar dat hoeft natuurlijk niet te betekenen dat een ander met de eer gaat strijken. Hoe dan ook, het schip zal er komen. Men is momenteel druk doende een aanlegplaats te vinden. Castricum lijkt daartoe de aangewezen plaats. „Maar er komt nog heel wat bij kij ken. Met zo'n schip alleen ben je er niet; er moet telefoon zijn, en gas, 'licht en water. Er moet een behoorlijke aanvoerweg komen en ga zo maar door", aldus oudercomité-voorzit ter Ch. H. Minderman. Ook de bouwkosten vallen beslist niet mee. In eerste instantie leek de twee miljoen van Mar griet alle kosten te zullen dekken, maar bij een plan zoals het nu ter tafel ligt gaat de bouw van het schip alleen al 1,8 miljoen kos ten. „We zouden natuurlijk al een heel eind opschieten als de overheid voor deze keer geen BTW zou berekenen, dat scheelt ons 2 ton", suggereert de heer Minderman hoopvol. „Giro 300 blijft in elk geval open voor giften, want we kunnen nog heel wat gebruiken." Deze zomer zal het schip er in elk geval nog niet liggen, maar men hoopt dan wel de plan nen definitief klaar te hebben. Misschien kun nen Nederlandse hartpatiëntjes volgend jaar genieten van een vakantie op het water. zit hier vol haken en ogen. En wat gebeurt er straks, als het hartpatiëntje 21 jaar is gewor den en niet meer onder de be scherming van het Oudercomité valt. Er zal nog naar Veel oplos singen gezocht moeten worden, maar als het aan de heer Min derman ligt, zullen ze er alle maal binnen afzienbare tijd ko men. ANK VAN DUGTEREN Pfay Aoofit S/AAfi Van een onzer verslaggevers Den Haag De lera ren <n het vak Frans zijn in een droeve stemming. Hun vak staat er slecht voor. Met de koms. van de mammoetwet in 1968 hebben de leerlingen in het voortgezet on derwijs meer keuze mogelijkheden gekre gen voor het vakken pakket waarin zo examen willen doen. En wat de leraren al zagen aankomen, ge beurde: Frans was van ile drie moderne talen het minst In trek. Alsof dat al niet org genoeg was, kwam minister van Veen anderhalf jaar gele den ook nog met zijn bezuinigingsmaatre gel n de schoolweek bii het middelbaar ondei wijs te verkor ten met twee lessen tot dertig lesuren van 50 minuten per week. En opnieuw werd de vrees van de leraren Frans werkelijkheid: osr: ■C lOï-XC Cl/ w/'vt /i'uiuvn u -/omii/Ze, .-/wfclt if/lC y rtwi/- i'fic 'vi zc aLjuuii het vak Frans moest, naast de expressie vakken, weer een veer laten. Bij leerlingen en ou ders is Frans niet erg metr in trek. Tot zo'n 50 jaar geledeD was oat volstrekt an ders. In deftige gezin nen werd toen Frans gesproken, en er wa ren complete middel bare scholen waar Frans in plaats van Nederlands de voer taal was. Het was nog een overblijfsel uit oe Franse tijd aan het begin van de vorige eeuw. In het onderwijs was Frans een belangrijk vak met vele lesuren per week. Tot voor kort werd op .ie lagere school nog veel Franse bij les gegeven. In 19"6 kregen ruim 81.000 kinderen op de lagere school Frans. Twee jaar eeleden was dat gedaald tot nog geen 17.000 leerlingen. In dezelfd - oeriode steeg het Engels in de belangstelling on der lagere scholieren van bijna 9000 in 1966 tot bijna 33.000 twee jaar geleden. Het Engels heeft de plaats van het Frans ingenomen. Terwijl in de achter ons liggen de eeuw veel Franse woorJen in de Neder landse taal werden opgenomen, is het nu allemaal Engels wat de klok slaat, van shoppingcenter via beatclubs tot occa sion dealers toe. Eind vorig Jaar hield de heer J. Egger- mont, secretaris van de Franse sectie van leraren levende talen een onquete onder de scholen naar de posi tie van het Frans. Hij komt in zijn rap port tot de bereke- ning dat bij mavo, havo en vwo samen dit jaar ongeveer 5000 lessen minder frans worden gegeven dan vorig schooljaar. Dat betekent verlies van 700 volledige be trekkingen voor lera ren, on dit op een to taal van ongeveer 3300 leraren Frans. Hierbij moe* worden bedacht dat steeds meer kinderen langer voortgezet onderwijs volgen. Het aantal leerlingen aan de on dervraagde scholen samon steeg dan ook met ruim 20.000. Nor- maal zou dan ook een sterke toename van het aantal lessen Frans te verwachten zijn geweest. Eggermont vermoedt op grond van zijn rapport dat zo'n 150 leraren Frans het af gelopen jaar ontslag hebben gekregen. Blijkens de enquête hebben velen echter al ander werk gevon den bij het onderwijs. Bij het mavo levert het verlies van lessen Frans geen grote pro blemen voor de rechtspositie van de docenten. De meeste mavo-leraren zijn in meer dan een vak be voegd. Als zij hun ei gen vak, Frans, ver liezen, krijgen zij ge makkelijk meer les sen in een ander vak, due ronder ontslagen te worden. Voor de leraren bij havo f.n vwo ziet het er slechter uit. Zij hebben in doorsnee slechts bevoegdheid in één vak. De meer derheid van de lera ren Frans heeft bo vendien geen vaste betrekking aan één school (een „volledi ge betrekking" ofwel bv ^an 26 lesuren per week plus correctie, lesvoorbereiding en aanvullende schooi en onderwijstaken). De meeste leraren Frans zijn „urenle- raren" en komen aan een volledige baan door aan verschillen de scholen les te ge ven. De rechtspositie van de urenleraren is echter veel minder bescnermd dan die van de vb'ors. Als er lessen moeten verval len gaat dat prak tisch altijd eerst ten koste van de urenle raren. Intussen werkt de Stichting voor onder zoek van het Onder wijs m opdracht van de minister van On derwijs aan een on derzoek naar de be langstelling van ou ders en leerlingen voor onderwijs in mo derne talen, en de be hoefte aan dit onder wijs In de huidige en toekomstige samenle ving. Hierover be staan thans alleen nog maar veronder stellingen De sterk terugiopende belang stelling voor het Frans was een van de uanleidingen voor het onderzoek Dit onderzoek is vori ge maand gestart. Het wordt uitgevoerd door het Instituut voor Toegepaste So ciologie in Nijmegen. Onderzoeker drs. Mens kan er echter nog heel weinig over zeggen. Hij is begon nen niet twee litera tuurstudies. Eén stu die 's gericht op de belangstelling bij de leerling voer de mo derne talen en op de behoefte van de maatschappij aan on derwijs in deze talen. De 'weede literatuur studie betreft de voorwa ardenstruc tuur bij de leerlingen voor het leren van ta len. Vragen daarbij zijn: op we'ke leeftijd moet je me* onder wijs in vreemde talen beginnen? Moet je met drie talen tege lijk beginren zoals thans in de brugklas gebeurt, of is het ge makkelijke: wanneer de leerling eerst een vree Tide taal goed kent voordat hij aan een tweede begint?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1973 | | pagina 14