Vietnam: Europa wat nu? Mieke houdt van haar knorrige vrienden WIE WAARBORGT DE VEILIGHEID? „GEORGE HEEFT AL WEL KAPSONES" ZATERDAG 27 JANUARI 1973 Van een onzer redacteuren DEN HAAG Het akkoord over een wapenstilstand in Viet nam is gereed gëkomen. Morgen zwijgen voor het eerst sinds vele jaren de wapens op dat ver minkte oorlogsterrein. Er komt i eind aan de dodelijke regen Amerikaanse explosieven, brandbommen en splinterbom- m, aan de gruwel van de me thode van overkill, het meer slachtoffers maken dan nodig voor het te bereiken doel. En daarom ondanks de ontzetten de vernieling die is aangericht, i ondanks de verwachting dat het akkoord geen einde zal bete kenen voor de binnenlandse twisten is enige dank op zijn plaats omdat een einde is geko- aan de gruwelen van de laatste jaren. nensen die er het meest van te lijden hadden, waren de Viet- namezen zelf. Zij die het mmst i staat waren zichzelf te laten horen de dorpelingen en de stadsbevolking van Zuid-Viet- mogen nu hopen op een minder onzeker bestaan. Hun land is overigens in een puinhoop veranderd. Dorpen en gehuchten zijn aangevallen door de Vietkong, uitgebrand door Amerikaanse bommen, heroverd door Zuidvietnamese troepen, is niet eenmaal gebeurd, r vele malen. De provinciès die het dichtst bij de noordgrens liggen, zijn vrijwel geheel ver woest. De oogsten zijn jaren achtereen verloren gegaan, gro te aantallen mensen zijn dak loos, verminkt, gescheiden van hun familie. In het noorden ls de schade nau welijks minder. De oorlog heef er niet de handel ten gronde ge richt, zoals in het zuiden is beurd, maar de bombardemen ten en de blokkade hebben he transport ontwricht, vele duizen den gedood en het land gedwon gen te leven in een oorlogseco nomie. De hele krachtsinspan ning van Noord-Vietnam i richt geweest op de oorlog en de poging om het zuiden te verde len of te veranderen. Die strijd is noch gewonnen, noch verlo ren. Maar terwijl de Vietnamezen als volk rechtstreeks zijn getroffen, zullen de gevolgen van deze oor log zich over de hele wereld doen gevoelen. Nooit meer, ten minste in deze eeuw, zullen de Amerikanen aan een oorlog be ginnen buiten Noord-Amerika of Europa. Zelfs de binding met Europa is beschadigd, meer dan de meeste Europeanen zich al gerealiseerd hebben. Welke uitleg er ook komt van de bombardementen in de laatste oorlogsfase, er bestaat een hard nekkige achterdocht dat Nixon bijna niemand geraadpleegd heeft, zelfs niet in het Witte Huis. De vraag lijkt gewettigd 'of de Amerikaanse president, die het bevel voert over een al- leven ontdaan. les vernietigende kernmacht, geen gehoor geeft aan advies. De vraag is pijnlijk, maar zal gesteld moeten worden. Ter rechtvaardiging van Nixon zal gesteld worden dat zijn be sluit vruchten heeft afgeworpen. De Noordvietnamezen zijn weer aan de conferentietafel gaan zit ten, maar het is niet zeker dat dit een gevolg is geweest van de bombardementen. Maar zelfs dan is het optreden van de Ame rikaanse luchtmacht in de laat ste oorlogsfase verachtelijk en onmenselijk geweest. Er werd gebruik gemaakt van een over dadig geweld om een beperkt di plomatiek effect te bereiken. Er zaten ook fundamenteel foute kanten aan deze oorlog. De Amerikanen hebben van het be gin af niet beseft dat de sociale en politieke structuur in Zuid- Vietnam te zwak was; de Ame rikanen hebben bijna voortdu rend op los zand gebouwd. In de tweede plaats hebben zij niet be seft dat de oorlog gevoerd moest worden door een reeks kleine gevechten in moerassen, rimboe en rijstvelden. De oorlog kon niet gewonnen worden door bombardementen die het land in een ruïne veranderden. Tamelijk laat, twee jaar na de interven tie, is McNamara dit gaan in zien. Hij heeft geprobeerd het overdadig gebruik van zware wapens te beperken, maar na het Tetoffensief in 1968 zijn de aanvallen opnieuw in hevigheid toegenomen. De overweging werd weer, dat stukken land verwoest moesten worden om gered te kunnen worden. Voor Europa blijft de vraag of Nixon, als hij zelfstandig is op getreden tijdens de decembercri- sis, dit ook zou doen bij een Eu ropese crisis. Laten we hopen dat de omstandigheden die een dringend presidentieel besluit noodzakelijk maken, ver weg zijn. Want nog steeds voert de Amerikaanse president het bevel over het grootste kernwapenar senaal van de hele wereld, ter wijl de hele strategie van de NAyO berust op de waarborg van deze Amerikaanse kernwa pens. Voor zover bekend, zijn de be veiligingssystemen voor de kern wapens ontworpen om te voorko men dat er een onjuist gebruik gemaakt kan worden van Pola ris, Poseidon of andere wapens door een generaal, admiraal, en om te voorkomen dat iemand bij vergissing op de atoomknop drukt. Of er een soortgelijk be veiligingssysteem bestaat om een onstuimige beslissing van de president te voorkomen is niet bekend. De Nationale Veilig heidsraad wordt verondersteld bij elke belangrijke crisis in contact te staan met de presi dent, maar hij heeft geen over wicht op hem. De meest effec tieve veiligheid zou bestaan in een adequate kernmacht bij de tegenpartij. Maar de Noord-Viet- namezen hadden er geen. Er is misschien niet veel dat de regeringen van de NAVO-landen zouden kunnen bereiken. Nixon sluit zich af voor elk advies. Maar een tijdige raadpleging van de bondgenoten zal noodza kelijk zijn bij de komende voort gezette besprekingen met het Warschaupact, de voorbereiding tot een Europese veiligheidscon ferentie en de besprekingen over wederzijdse troepenverminde ring. De strijdkrachten van Rusland en de landen van het Warschau pact heben een groot overwicht op de westerse strijdkrachten, maar gelukkig bestaat er min der kans dat zij die gaan ge bruiken dan 10 of 20 jaar gele den. Voor West-Europa wordt nu de vraag van belang of het al dan niet formeren van een klei ne kernmacht noodzakelijk wordt. Die vraag zal men, zij het met tegenzin, onder ogen moeten zien. Want nu de conflict haard van Vietnam dan wel niet is gedoofd, don toch heel wat lager gaat branden, komt onze eigen veiligheid weer in de schijnwerpers van de belangstel ling te staan. Vietnam gaat zijn eigen lot bepalen. Voor Europa lijkt do tijd voor een eigen standpunt ook te gaan aanbre ken. Zuidvietnamese moeders en hun ken bij bombardementen bunkers hoeven te zoe- BARNEVELD „Ik vind het vreselijk al die belangstelling voor mij en mijn varkens. Ik wil niets ten nadele van U zeg gen, maar als U niet was geko men had ik de varkensschuur kunnen schoonmaken en nu moet ik dat straks doen." Dit recht-voor-de-raapse binnenko- mertje doet iedere andere ver welkoming vergeten. Mieke Ro- mijn zit tegenover me op de bank in de woonstede van een Barneveldse boerderij. £e kruist haar spijkerbroekbenen en zegt: „U heeft geluk gehad, er heerst jeukpest in de buurt, maar wij hebben er nog geen last van. Het is alleen dubbel oppassen want anders sterven me alle biggetjes". Mieke Romijn schudt even haar zeventien jaar jonge hoofd, wrijft een blonde haarlok in een andere verkeerde richting en geeft dan een korte causerie over de aardse wezens waarmee zij haar puberjaren verslijt: varkens. „Men zegt vaak", zegt Mieke om dingen alvast recht te zetten voordat zij krom gaan staan, „Dat ik een varkenshoedster ben. Dat is pertinent niet waar. Varkens hoeden is ouderwets, dat is een soort herder met var kens in plaats van schapen. Nee, ik houd varkens, en var kens houden is een zeer inten sief werk. Je hebt weinig tijd voor iets anders, je bent er al tijd mee bezig. Ik dacht dat dat altijd zo is, als ja met levend materiaal werkt". Dan is hoe den ook intensief en misschien hetzelfde? Mieke Romijn kijkt langs de stadsmens naar het Barneveldse platteland, waar een regen mie zert op het dak van de biggen- schuur. ,,Ik voed mijn varkens op, ik verzorg ze en zorg dat het bedrijf loopt. Ik heb vijftig fok- zeugen, waarvan momenteel zes hoogdrachtige en 92 jonge big gen. De fokzeugen laat ik dek ken door mijn beren Pedro, Bram, eigenlijk Abraham en George. George is de jongste. Hij is nog een klein beertje maar hij heeft wel al kapsones. Voorlopig moet hij nog rustig bij zijn zusters slapen. Abraham is een enorme beer, voor mensen kan hij agressief zijn, maar mij kent ie. Als ik zijn naam roep, dan is hij een en al aandacht". Mieke Romijns kennis van var kens gaat duidelijk verder dan dat zij de voortschrijdende eta lages zijn van model- en keur slagers. Geen haar op het blon de meisjeshoofd dat denkt aan koteletten en varkenshaasjes, want het geknor van de varkens is voor Mieke wat de under- groundmuziek is voor 'n hippie. Mieke geeft nadere teksten uit leg: „Je moet je dieren in opti male conditie brengen en hou den. Als een dier iets heeft, dan constateer ik dat zelf. Ik kan bijvoorbeeld heus wel het ver schil zien tussen een long en vruchtziekte Ik behandel ze zelf, tegen longziekte geef ik ze een spuit die ik krijg van de vee-arts. De vee-arts laten ko men is veel te duur". Mieke Romijn dankt haar kennis aan de opleiding van de pluim veevakschool te Barneveld, waar zij als best geslaagde de schoolbanken verliet. De var kens trokken haar het meest aan en daarom verwondert het maar matig wanneer Mieke zegt: „Ik heb een band met mijn dieren. De beren kennen me en ook de zeug Sophia. Ik volg een avondcursus MAVO en als ik in mijn schoolkleren in de stal kom, kennen ze me niet. Ik moet mijn spijkerbroek, shirtje en pet dragen, dan voelen ze zich goed. Varkens zijn bijzon der intelligente beesten. Mijn vader kan niets bij hun klaar spelen. Ais een zeug 's nachts moet werpen, dan ben ik in de stal, dan voelt de aanstaande moeder zich stukken beter. Nee, ik verveel me nooit, ik verzorg ze en bovendien neem ik mijn studiemateriaal mee naar de stal". Daarmee hepft Mieke haar le venswandel zo'n beetje gete kend. Want naast haar bedrij vigheid in en rond de varkens stallen en haar studieboeken heeft Mieke geen enkele verpo zing. Mieke wil blijven studeren om straks naar een ontwikke lingsland te gaan. Natuurlijk om te werken in de veeteelt. Een meisje dat haar neus slechts steekt in boeken en varkensspek zou toch best eens iets ander Willen? „Ja", slaakt Mieke ver zuchtend. „Ik wil best wel eens op vakantie, maar ik zou geen moment rust hebben. Ik zie me al ergens arn het strand en dan de hele dag denken hoe is het met Sophie, 'I George wel dek ken of zal Pedro geen nukken vertonen? Niemand kan dat van mij overnemen. De dieren zijn aan mij gewend." Hoe gewend, laat Mieke even la- Mieke Romijn mei e i haar knorrige vriendjes. ter zien, wanneer geposeerd moet worden voor de fotograaf. Een jonge beer wordt taktisch uit de schuur geloodst, terwijl George en Pedro het gebeuren nauwlettend gadeslaan. De naamloze held krijgt een touw op zijn rechterachterpoot, knort in allo richtingen maar blijkt verder gespeend te zijn van elk gevoel voor publiciteit. Mieke sjort en rukt wat aan ons foto model, maar het indolente var ken wil alleen poseren wanneer wat voederbrokken op de Barne veldse zandgrond worden ge strooid. Anonymus moet na zijn bijdrage weer terug in de schuur, maar hiermee heeft Mieke de meeste moeite, ze geeft de beer beurtelings, een paar fikse lellen op zijn linker haaskarbonade en trekt hem aan zijn guitige oortjes. Als het moeizame karwei achter de rug is, zegt Mieke ongevraagd: „Deze behandeling lijkt wat hardhandig, maar is doodnor maal. De stadsmensen hebben er geen kaas van gegeten. Hoe vaak wordt de agrarische sector niet negatief gezien. Over zul ke dingen kan ik emotioneel worden. Ze zien ons al barba ren. Het is nu mode om grote eenheden te houden. In mijn stallen zijn veel biggen bij el kaar. En denk maar eens aan een kippenbatterij. De mensen vergeten dat je zo de dieren be ter kunt voeden en controleren. Door de eigen warmte voelen ze zich behaaglijk, Wat doen stads mensen eigenlijk? Zij hokken toch ook samen in grote flatge bouwen. Ik kan zo 100 mensen bellen en vragen wie er neurose heeft. Dat kan ook bij de dieren gebeuren. Ik zie zo. als een zeug, die wordt vastgebonden, wat aan de poten heeft. Dan maak ik haar log totdat het eu vel genezen is. A1b biggen wor den geboren met een open rug dan worden ze tegen de muur kapot gegooid. Het klinkt vrese lijk. maar het is voor het diertje beter dan te worden vertrapt. Bij iedere worp worden wel big gen geboren met open rug, po ten, buikvlics of gesloten anus. Die dieren lijden vreselijk en kunnen beter worden afge maakt". Mieke Romijn mot spijkerbroek, t-shirt en haar blonde krullen verborgen onder een boerenpet maakt dagelijks vele uurtjes;., rond met haar varkensstal. Zo houdt vun haar knorrige krul staarten Pedro, Bram, George en Sophia. „In deze kleren en met die pet op, lijk ik net een jongen. Ik doe ook mannenwerk, maar ik vind het heerlijk. Van mij mag het zo blijven, al ben ik toch heus een meisje hoor". En met die wetenschap nemen we afscheid van Mieke Romijn en haar varkens. LEON VANKAN I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1973 | | pagina 15