Brazilië vereert Brabantse boerenzoon als een heilige KERSTMIS 1972 HUUBKE VAN LIESHOUT IMPORTEERDE WATER VAN LOURDES EN WERD WONDERDOENER VOOR TIENDUIZENDEN LEIDSE COURANT Zijn graftombe wordt be schermd door een stevig hekwerk, om te voorko men dat fanatieke bezoe kers uitgerust met hamer en beitel stukjes van de marmeren opbouw ais re likwie zouden meenemen. Wie nu bloemen op het graf wil neerleggen, moet zijn arm helemaal door de tralies steken. Maar drie maal per dag ruimt men letterlijk een berg van bloemen (echt, papier, plastic) op, omdat anders het graf niet meer te zien is. In een hoek van de nis branden voortdurend hon derden kaarsen bij het in gelijste fotoportret van de overledene, die ook 29 jaar na zijn dood nog de reputatie heeft van een geheiligd wonderdoener. De kerk van de pater der H.H. Harten in Belo Hori- zonte, waar hij in 1959 op nieuw begraven werd, is een pelgrimsoord voor tien duizenden, die „padre Eustaquio" komen vragen om genezing, verlossing van hun armoede, voor spraak in de hemel. Zij willen, dat de kerk hem eens officieel heilig zal verklaren. De man met de vierkante kop, de ernstige blik en het witte priesterboordje, die naast zijn graf uit de fotolijst kijkt, is geen Bra ziliaan. Niettemin wordt hij op grotere schaal ver eerd dan voetballer Pele, autocoureur Emerson Fit- tipaldi of Dom Helder Ca mera, ook al heeft hij het nadeel reeds gestorven te zijn. In Belo Horizonte zijn slagerijen naar hem genoemd, buslijnen en bars, straten, drogiste rijen. In de meeste gezin nen heet de oudste zoon Eustaquio. Taxichauffeurs hebben zijn beeltenis, als een beter soort Christof- fel, op hun dashboard. En bij de jaarlijkse herden king van zijn sterfdag moet het openbaar ver voer extra materieel in zetten om de toevloed van duizenden te verwerken, die de bedevaart in de naar hem genoemde bui tenwijk (die eigenlijk „O Progresso" heet, maar bij iedereen als ..Bairro Pa dre Eustaquio" bekend is) komen bezoeken. Dan staat Brazilië op stelten voor een Brabantse boe-' renzoon. Navolging Hij heette gewoon Huubke van Lieshout en hij was in 1890 in het dorp Aarle- Rixtel geboren. Voordat hij in 1924 naar Brazilië kwam, als missionaris van de congregatie der H.H. Harten, had hij to taal geen opvallende din gen gedaan. Hij deed de Latijnse school in Gemert, 9 Bars, winkels en straten zijn genoemd naar de pater waar hij (zoals zijn kame raden zich later herinner den) nogal onder de in druk geraakte van het heldenverhaal van pater Damiaan, die zich op het eiland Molokai opofferde voor de melaatsen. Later loopt voor hem 'n zaligver klaringsproces in Rome. Huub van Lieshout, die bij zijn priesterwijding in 1919 de naam Eustachius aannam, is daar nooit op uitgeweest. Niettemin zou hem na zij dood hetzelfde overkomen. Hij was geen subtiele in tellectueel, maar in uiter lijk en gedrag een stevige Brabander, die hield van een biertje en een flinke sigaar. Eerst werkte hij ais aalmoezenier, en later als kapelaan in de paro chie van Roelofarends- veen. Toen de congregatie in 1924 een missiegebied in Brazilië kreeg toegewe zen, hoorde pater van Lieshout bij de eerste drie priesters, die zich in scheepten. Zijn stand plaats werd Agua Suja in het bisdom Uberaba, een Maria-heiligdom, waar het zedelijk levenspeil van de bevolking echter zwaar beneden de maat lag. Pa ter Eustachius, bezield met de degelijke geloofsij ver der oude generatie, gooide zich op de kerste ning. Hij kondigde aan, dat wie niet kerkelijk ge trouwd was geen peter of meter mocht zijn, en dat mensen die ,,hun Pasen" niet hielden ook niet ker kelijk zouden worden be graven. Toen hij inder daad weigerde om de bur gemeester, die als onker kelijk bekend stond, een graf op het kerkhof te ge ven, kreeg de bevolking ontzag. Voorts wilde het toeval, dat Agua Suja een oord van spiritisme was. Men geloofde in de kracht van het „geestrijke water", dat zieken kon genezen en allerlei menselijke wensen in vervulling kon doen gaan, terwijl de kerk er niets tegenover kon stel len. Pater Eustachius besloot er iets aan te doen: hij liet een vat Lourdeswater overkomen uit de Pyre neeën. Daarmee concur reerde hij zo succesvol, dat het ontzag van de mensen omsloeg in open lijke verering. Toen hij in 1934 werd overgeplaatst naar het stadje Poa, wilde de bevolking hem aanvan kelijk niet laten vertrek ken, maar Eustachius ging. In zijn bagage be vond zich opnieuw een ka raf Lourdeswater, dat hij in Poa als geneeskrachtig aanprees. Daarmee legde hij de grondslag voor zijn onuitroeibare naam als wonderdoener. De ontwik kelingen groeiden hem over het hoofd, totdat hij eraan bezweek. er kort daarop in Poa en kele wonderen, die later in de zaligverklaringsdos siers werden opgenomen. Poa werd een bedevaart plaats, waar tenslotte op zondagen een brandweer man moest assisteren om de watervoorraad bij de grot op peil te houden, zo veel „wonderwater" na men de mensen mee naar huis. En Eustachius ze gende maar. De Brazilia nen vonden bij hem een uitlaatklep voor hun sim pele devoties, waarin zo veel magische invloeden voorkomen. Toen de stroom bede vaartgangers bleef aan houden. moest in 1940 een grotere Lourdes-grot wor den gebouwd. De mensen waren niet meer tevreden met een beetje gezegend water, maar zij wilden „Padre Eustaquio" ook zien en hem spreken. In 'n in 1958 door de congre gatie uitgegeven brochu re staat: „toen de eersten de weg naar pater Eusta chius gevonden hadden, begon voor de missionaris een lijdensweg, die tot aan zijn vroegtijdige dood zou duren. Een weg van totale overgave, van volle dige zelfonthechting, van bidden en werken, de zwa re weg van een mens die voor heilige wordt versle ten..." Duizenden per week wil den hem zien en de zoom van zijn priesterkleed aanraken. In februari 1941 begon de Braziliaanse PTT uit het gehele land verzoeken te bezorgen, waarin de hulp van pater Eustachius werd aange vraagd. Opzienbarende ge nezingen vergrootten het aantal pelgrims, op som mige dagen telde men er meer dan tienduizend. Ra dio Sao Paulo opende zelfs een wekelijkse rubriek over genezingen in Pao, die aan wonderen deden denken. Eustachius en zijn kapelaans zaten 10-12 uur per dag in de biecht stoel. Zijn overste verbood hem tenslotte elk persoon lijk kontakt met de men sen, zodat hij nog uitslui tend vanaf de loggia van de kerk zijn dagelijkse ze gen kon uitspreken over de massa. Wonderen In Poa bouwde hij een Lourdesgrot, goot het wa ter uit zijn karaf in een spaarbekken en verdunde het tot de bak vol was. Maar toen de afname met de dag groter werd, be sloot hij zelf water te ze genen. Hij deed dat met de absolute overtuiging, dat het door deze wijding geneeskrachtig zou wor den. Inderdaad gebeurden 1 Pater Eustachius, kapelaan in Roelofarendsveen, aalmoezenier en missionaris; in Brazilië een heilige Waarschuwing Om hem tegen zichzelf te beschermen werd pater Eustachius verschillende keren overgeplaatst, tot dat hij in 1942 pastoor werd in een buitenwijk van Belo Horizonte. Daar sprak ik onlangs met pa ter Vicente da Rocha Di- niz (42), die zijn misdie naar was geweest. Hij herinnert zich: „Eusta quio Was een ernstige man, voor wie wij schrik hadden. Hij ging zwaar gebukt onder de last van de publieke opinie, die in hem een heilige zag. In werkelijkheid voelde hij zich een consequent pries ter met een rotsvast ge loof in de kracht van God. Ik was nog heel jong, maar ik zal die enorme mensenmenigten nooit vergeten, die elke dag buiten bij de kerk stonden om zijn zegen te ontvan gen. Wij dachten alle maal, dat hij wonderen kon doen". Gebeuren er nog steeds wonderen op voorspraak van pater Eustachius, die op 30 augustus 1943 aan vlektyfus overleed? Reeds in 1941 liet het Va- tlcaan een officiële waar schuwing horen tegen de uitwassen van volkshyste rie, die de Brabantse priester in Brazilië had losgeslagen. Pater Vicente meent: „Echte wonderen hebben nooit plaatsgevon den. Er zijn echter geval len bekend van mensen, die ten dode waren opge schreven en plotseling be ter zijn geworden. Ik heb vandaag nog een pastoor KT" hij begraven ligt, heeft men een sociaal hulpcentrum gebouwd bij me gehad, die twee honderd kilometer hier vandaan werkzaam is. Hij vertelde me, dat er weer iemand op voorspraak van padre Eustaquio ge nezen zou zijn en dat het volk hem nu weer mas saal begint te vereren. Brazilianen hebben maar weinig nodig om in een wonder te geloven". Vrij kort na zijn dood zag de congregatie der paters van de H.H. Harten zich (onder druk van fle pu blieke opinie in Brazilië) genoodzaakt, een proces tot zaligverklaring van pater Eustachius van Lieshout te openen. In 1959 werd zijn lichaam op gegraven, door namens het Vaticaan benoemde deskundigen geïdentifi ceerd, en bijgezet in een nieuw kerkgebouw. Nog altijd houdt de pelgrims- stroom aan. Dit jaar kwa men op 30 augustus ruim 10.000 mensen naar zijn graf. Achter de kerk is een bureau ingericht, waar men allerlei devotio- nalia kan kopen, van zak- kalenders tot bidprentjes met relikwie (enkele mili- meters van zijn oude toog) en foto's. Stopgezet De missiecongregatie maakt geen propaganda voor de nagedachtenis van wijlen Huubke van Lieshout uit Aarle-Rixel, die in Brazilië nog duizen den in zijn ban heeft. Men heeft het beter geoor deeld, in zijn naam een sociaal fonds te stichten, het „Acao Social Padre Eustaquio". dat nu een hulpcentrum is voor de al lerarmsten van Belo Hori zonte. Het Aspe-gebouw, vlak naast de kerk met de graftombe, aan de Rua Padre Eustaquio en tegen over drogisterij Padre Eustaquio, verleent medi sche en sociale bijstand. Er is een staf van medici, maatschappelijk werksters en onderwijskrachten werk zaam, die gefinancierd worden uit giften. In tegenstelling tof zijn grote voorbeeld, pater Da miaan van Molokai, maakt Huubke van Lies hout maar weinig kans om ooit tot de eer der al taren verheven te worden. De paters der H.H. Harten hebben het bureau voor zijn zaligverklaring, dat in 1958 nog in Breda was ge vestigd, gesloten en er zijn in Nederland ook geen „plaatjes met nove nen en relikwie" meer van hem te krijgen. Het „heerlijke voorbeeld van ware naastenliefde", zoals Eustachius in het voor zijn proces te Rome ont worpen schietgebedje wordt betiteld, is in Ne derland vergeten. Men hoeft geen gebedsverho ringen meer te melden hij het secretariaat in Glnni- ken, post Bavel. De Brazilianen geven ech ter niet op. Van honder den kilometers uit het bin nenland komen ze om zijn gunsten af te smeken, elke dag op de marmeren dekplaat van zijn graf worden de bloemen opge stapeld, hoewel er nergens in de nabijheid van de kerk bloemenwinkels te bekennen zijn. In de loop der jaren is de publieke drukte wat afgenomen, maar niemand verwacht dat ze ooit helemaal zal ophouden. Op de juiste momenten vindt er wel weer ergens een wonder baarlijke gui t t of ander soort j 1 Isver 1 ring plaats, ule de O tiecultus rond deze Bra bantse boerenzoon met zijn uit Lourdes geïmpor teerde wijwater weer nieuw leven Inblaast. Misschien zou pater Eus tachius zelf al deze drukte maar nauwelijks hebben kunnen waarderen. Ten slotte is hij aan zijn eigen heiligheid ten onder ge gaan. Hij was een heilige tegen wil en dank, of eer der een martelaar van de volksaanbidding die hij zelf had opgeroepen van uit zijn kijk op het pries terlijk ambt. „Zijn graf wordt vooral bezocht door studenten, die komen bidden voor een goede afloop van hun examen", aldus pastoor Vicente Diniz. De Padre uit Aarle-Rixtel staat dus ook bij de jeugd hoog in aanzien. ,,En dat, terwijl hij in zijn seminarietijd een aantal malen is blij ven zitten en eigenlijk nooit goed thuis is ge weest in geestelijke vak ken", aldus zijn opvolger, die ooit misdienaar bij hem was. In Brazilië kijkt men niet zo nauw. Voor het volk doet Padre Eus taquio nog altijd wonde ren. terwijl er nimmer éën werkelijk bewezen is. Het enige wonder zou kun nen zijn, dat hij ook 29 jaar na zijn dood nog voor eer wo tderdooner wordt p id- Brazilië is ten- si A irle-Rlxtel niet. JAN DERIX

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 27