y}^ jIAA Vs ■yr v\ de reus met de beren en Imet de j dwerg en [het fluitje DE AVONTUREN VAN PIET POTLOOD Nieuwe Kodak miru-camera van in zakformaat ZATERDAG 23 SEPTEMBER 1972 LEIDSE COURANT H: BR 35-72 a w» - ER was eens een koning die voor zijn plezier rariteiten verzamelde. Wie hem wereldwonderen bracht, werd rijk beloond en zo bezat hij de vreemdste dingen: een hert met drie geweien, een stuk koraal dat gegroeid was in de vorm van een mens, een krokodil met vleu gels, en duizend andere dingen. Maar het meeste plezier had hij in zijn reus en zijn dwerg. Die twee konden luisteren en hem gehoorza men en dat was natuurlijk niet het geval met het hert, het koraal, de krokodil en al die andere duizend dingen. Als de koning zich verveelde, liet hij zich het liefst vermaken door de reus en de dwerg. Dan moest de reus in het dwergenstoeltje gaan- zitten en de dwerg moest proberen met zijn hoofd de zoldering te raken en de koning verveelde zich niet meer maar kon hartelijk la chen. De grote man en het kleine mannetje vonden die sprelletjes niet zo leuk, maar zij mochten het niet laten merken. Wèl zochten en vonden zij een manier om eigen spelletjes te spelen zonder dat de Koning dat merkte. Zo hield de reus, in een bos dat wel zeven honderd reuzenstappen ver lag, twaalf beren die hij had gedres seerd. En de dwerg bezat een geheim fluitje waarop hij in een diep donker hoekje mooie wijsjes speelde. OP een dag gebeurde er iets verschrikkelijks. De reus trapte per on geluk op de voet van de koning, die jammerend weghinkte! Dat was deze vorst nog nooit overkomen dat iemand op zijn voet had getrapt, want die imensen moesten zo diep voor hem buigen, dat hun voeten een heel eind van hem vandaan bleven. Een enkele maal botsten zij wèl eens met het buigende hoofd tegen hem aan, maar dat was dan een bewijs van eerbied. Deze reuzentrap deed boven dien ontzettend pijn, want een reus trapt niet zachtjes. De koning werd zó boos dat hij de grote man aan handen en voeten liet binden en in de gevangenis stoppen, waar niemand hem kon op zoeken. Maar de dwerg slipte gemakkelijk tussen de tralies van de kerker door en vrolijkte de reus wat op. De gevangene smeekte: „Maak mijn handen vrij, dwergje. Ik kan niet eten en me niet was sen!" De dwerg dacht: „Waarom zou ik zijn handen niet los ma ken? Hij kan met vastgebonden voeten toch niet weglopen", en hij maakte de reuzenhanden los. Tot zijn schrik zag hij hoe de reus met zijn handen de gebonden voe ten vrij maakte en de dwerg zorgde dat hij wegkwam.De reus geluk dat het al tegen de avond liep en niemand meer buiten was. passen bij zijn beren. Hij joeg ze naar het paleis en het was een geluk dat het al tegen de avond liep en niemandmeerbuiten was. De koning klom moedig met zijn edelen op de torentrans. De konin gin keek bang met haar hofdames door hooggelegen vensters en de dwerg gluurde vanuit een heel klein venstertje nieuwsgierig toe. De reus stormde achter de beren aan. De koning riep: „Reus, als je die beren niet onmiddellijk terugbrengt, laat ik je doodschieten! Maar de reus zei: „Ik breng ze niet terug". Toen gaf de koning aan zijn scherpschutters opdracht de beren dood te schieten, maar de beren wuifden eens met hun klauwen, alsof ze door kiezelsteentjes waren geraakt. Toen zei de koning: „Reus, als je de beren niet wegbrengt, Iaat ik jou doodschieten!Maar dat hoefden de schutters niet eens te pro beren, want de beren waggelden grommend op de paleisdeuren af en begonnen eraan te rukken zodat het gebouw schudde. Toen be gon de koningin te snikken en dat maakte de dwerg bedroefd. De koningin had hem nooit kunstjes laten maken en was altijd erg vriendelijk geweest. Om dat gesnik maar niet te horen, nam hij zijn fluitje en begon te spelen. En van die muziek begonnen de beren genoeglijk te dansen. Toen waagde de dwerg zich naar buiten en al spelend op het fluitje liep hij naar de reus. „Til me op, vriend", vroeg hij, „en loop in zevenhonderd passen met me naar de plek waar je beren wonen". „Daar heb ik nog geen zin in", was het antwoord. „Ik kan niet verge ten wat de koning mij heeft aangedaan. Het is een machteloos ge voel 'ngësloten te zijn. Eigenlijk zijn jij en ik altijd machteloos in dit kasteel opgesloten". Toen zei de dwerg: „Maar je vergeet toch niet dat je nu je vrijheid aan mij te danken hebt? Breng je beren weg, het is om de koningin een plezier te doen. Was zij niet altijd goed voor ons?" Toen gal' de reus toe, tilde de dwerg op en liep in zevenhonderd passen naar het bos. Intussen floot de dwerg ijverig op het fluitje en de beren dansten achter hem aan. Ze konden het tweetal bijna niet bijhouden. In zevenhonderd passen waren de reus en de dwerg weer op het kas teel. Misschien hadden ze samen wel de wijde wereld in kunnen trekken in plaats van terug te keren. Maar als reus en als dwerg heb je het altijd ovearl moeilijk en de twee dachten dat er na deze geschiedenis zeker een betere tijd voor ze zou aanbreken. Dat was ook zo. De koning en de koningin waren zo blij dat dit avon tuur goed was afgelopen, dat de grote man en het kleine mannetje voortaan niet meer zulke flauwe spelletjes hoefden te doen voor de koning. Zij mochten zich gedragen zoals alle andere mensen aan het hof en de dwerg mocht fluiten en de reus mocht zijn beren laten optreden. Om te laten zien dat hij ze als echte hovelingen be- Weer een toverkunstje. Je laat een potlod zien en legt daar een zak doek overheen. Dan zeg je ,,hokus-pokus" en het potlood is verdwe nen. Hoe doe je dat nou? Erg simpel. Als de zakdoek over het pot lood ligt, steek je een vinger omhoog en dan denkt iedereen dat je vinger het potlood is. Je laat het potlood intussen snel in je schoot als je zit of in de toverhoed, als je staat vallen. Eerst wel even goed oefenen want als ze het zien, ga je natuurlijk helemaal af. Een televisietoestel is al iets heel gewoons geworden. Maar de Schot John Logie Baird, die leefde van 1888 tot 1946 heeft er lang naar moe ten zoeken en hard op moeten studeren eer hij zo'n apparaat in el kaar kon timmeren. In een kleine dakkamer begon hij in 1922 te proberen of hij iets op een scherm kon krijgen. Zijn hele kamertje zat vol met leidingen, stekkers en knoppen. Twee jaar later slaagde hij er zowaar in een Malthezerkruis op zijn scherm te brengen. Dat was het begin van de televisie. Hij moest nog eens twee jaar, tot 1926, wachten eer men zijn uitvinding serieus nam en in 1929 zei de BBC dat zij er wel iets in zag. De eerste echte televisie-uitzending was pas in 1937 maar toen was het systeem van John Logie Baird al verbeterd door een Amerikaan, Vladimir Zworykin. schouwde, liet de koning twee schitterende harnassen voor ze ma ken, een reuzenhamas voor de een en een heel klein harnasje voor de ander. Als je het niet gelooft, kan ik je vertellen in welk kasteel tot op de dag van vandaag de harnassen zijn bewaard gebleven. En ook nog een schilderij van de grote reus naast de kleine dwerg die maar tot aan de reuzenkuit reikt. JUNIOR-HOEK Oplossing vorige week De stukken op de rechterknie en links bovenaan op de broek van de beer zijn hetzelfde. Zes mensen zonder hoed. Maar de hoed, die bij ieder van de zes past, ligt eronder. Je begrijpt het al. Zoek voor ieder de goede hoed. DEN HAAG Op de Photokina die zaterdag 23 september in Keulen wordt geopend zal Ko dak een nieuwe camera introdu ceren: de Pocket Instamatic ca mera. Mét deze nieuwe camera die een negatiefformaat levert van 13 x 17 mm op een 16 mm film kunnen dia's, kleuren en zwart-wit opnamen gemaakt worden. Er zijn speciale nieuwe miniformaat films ontworpen; de kleurennegatieffilm Kodacco- lor II voor kleurenafdrukken op papier en de Verichrome-pan film voor zwart-wit. Voor de liefhebbers van diaprojectie werden twee diaprojectoren ver vaardigd (de Kodak Retina- mat) die speciaal voor dit jklei- ne formaat zijn bedoeld. De prijzen van de zeven verschil lende uitvoeringen van de mini- camera, van een standaardmo del tot en met een camera met electronische belichtingsregeling en gekoppelde afstandsmeter variëren van 89,25 gulden tot 549 gulden. Intussen is gebleken dat zowel in de Verenigde Staten als in Eu ropa de belangstelling voor de Pocket Instamatic groot is. Na de introductie van de Ameri kaanse modellen in de VS wer den in twee maanden reeds meer dan een miljoen camera's verkocht. Dit aantal is ongeveer de helft van hetgeen in 1963 in een jaar over de gehele wereld aan gewone Instamatic 126 ca mera's werd verkocht. Met het op markt brengen van de Pocket'Instamatic camera komt Kodak nog verder tegemoet aan de wensen van de consument de fotografie te vereenvoudigen. Is het fotograferen met de gewone Instamatic 126 vrijwel niet meer te vereenvoudigen, deze came ra's blijken volgens een onder zoek naar het cameragebruik in het algemeen toch nog te groot te zijn. Bij het ontwerpen van de Pocket Instamatic camera's is men uit gegaan van de voorwerpen die men gewoonlijk bij zich draagt. Dit heeft tot gevolg dat de Poc ket Instamatic camera's glad (vrij van uitstekende bedie ningsorganen) zijn uitgevoerd en dat de afmetingen ongeveer overeenkomen met een pakje Kingsize sigaretten. Alle Kodak Pocket Instamatic ca mera's hebben de volgende ken merken. Zij worden gebruikt in combinatie met het nieuwe cas sette formaat nr. 110. Deze cas settes zijn geladen met een 16 mm brede film. Voor het objec tief is een beschermschuifje dat in gesloten toestand tevens de ontspanknop blokkeert. Er is een beveiliging tegen dubbelop namen. De camera's zijn ge schikt voor de stroomloze flits- blokjes Magicube X. De kleuren afdrukken van de Pocket Insta matic hebben het formaat 9 X 11,5 cm, de diaraampjes zijn 3 X 3 cm. Er zijn aanpasraamp- jes (voor 5X5 cm) verkrijg baar om de dia's met een gewo ne kleinbeeldprojector te projec teren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 12