Heel Sorrento leeft mee met Billy Wilder Zonnige filmkomedie zit zonder zon Een zonnig moment voor de filmploeg. Billy Wilder benut dit door Juliet Mills en Jack Lemmon nog enige laatste aanwijzingen te geven Jack Lemmon „voert" zijn tegenspeelster Juliet Mills, die voor haar rol in Avantiliefst negen kilo zwaarder moest worden En wie weet" vervolgt ze hoopvol „zoekt Billy wel een warm plekje uit". Juliet, in Engels sprekende landen beter bekend van het toneel en de televisie dan in ons land, heeft geen voorkeur voor een bepaald me dium. „Ik vind acteren geweldig en dit is een fijne rol. Eigenlijk heel romantisch want ik speel de dochter van de vriendin van Jack's overleden filmvader, die vindt dat de twee oude gelieven net als Romeo en Julia samen in Italië moeten worden begraven. Als Jack eindelijk toestemt komt er een Amerikaans regeringsambte naar, die roet in het eten dreigt te gooien". Deze „gastrol" zou aanvankelijk worden gespeeld door Lemmon's oude filmpartner Walter Matthau, maar deze werd getroffen door een hartaanval en nu is Edward Andrews, een betrouwbaar karak terspeler, in diens plaats overgekomen. We zien hem nog even in de lobby met een handvol stropdassen in alle kleuren van de regen boog, die hij vol trots aan Billy Wilder laat zien en even later voor de camera alweer voor de ingang van het hotel waar hij zijn entree maakt achterop een hijgend en puffend driewielig bestelwa- gentje. Mollig Billy Wilder zocht voor zijn vrouwelijke hoofdrol „een mollig modern Engels meisje" en toen de keus op Juliet viel moest zij eerst in ge- 1 v/icht zo'n dikke negen kilo aankomen. Met de hulp van de Itlaiaanse keuken Juliet bereidde zich twee maanden op deze rol voor en spreekt nu ook al aardig Italiaans is dat gelukt. Het schijnt haar minder te doen, dan een duik in koud zeewater. Ook Jack Lemmon is geen held op dat gebied en verzucht „Ik duik veel liever in een warm modderbad in lschia". Toch is hij een van de meest tevreden acteurs, die wij ooit hebben ontmoet. Geen won der, hij is dol op reizen en is hier met vrouw en dochtertje. Ook mevrouw Lemmon, de actrice Felicia Farr en destijds tegenspeel ster van Richard Widmark en Van Heflin in westerns als „The last wagon" en „3.10 to Yuma", bevalt het best in Sorrento. Als zij even de kans krijgt sleept zij haar man weg van de set om te gaan win kelen, waar Lemmon dan met gespeelde slachtofferigheid gedwee aan toegeeft. Ook hun zesjarig dochtertje kan goed aarden. Er is een iets ouder jongetje in het hotel, maar die speelt niet graag met meisjes en nu is het zoontje van Juliet Mills gearriveerd, zodat zij niets steeds aan „oom Billy" hoeft te vragen waar haar pappie is. Met vaderlij ke trots laat Jack Lemmon een kralen armbandje om zijn pols zien. „Die maakt zij en verkoopt ze aan de gasten in het hotel." Het is niet duidelijk of de trots voortvloeit uit haar artistieke begaafdheid dan wel uit haar zakelijke inslag. Jack Lemmon is een intens tevreden mens. „Ik heb altijd filmacteur willen worden en ik heb het geluk gehad net ontdekt te worden in een tijd dat men om komedie-acteurs omhoog zat. Cary Gant en zo waren toen al wat aan het ouder worden en men zocht jongere op volgers". Zelfs aan de periode, dat hij de wind tegen had denkt hij met genoegen terug. De eerste vijf rollen die ik kreeg eindigden in ontslag nog vóór de première", zegt hij breed grijnzend met toegeknepen ogen. „Toen j ik zeventien was had ik een rolletje met Bert Lahr in Burlesque. Bert was een oude doorgewinterde perfectionist. Ik speelde Jerry de pianist en moest de huwelijksmars in jazztempo tokkelen. Bert had een hekel aan iedereen die meedeed, maar mij mocht hij. Tot het moment dat hij er achter kwam dat ik geen noot kon lezen. Toen lag ik er uit. Het was tientallen keren uitstekend gegaan op repeti ties, maar het feit dat dk op gevoel speelde was deze oude „wor rier" die altijd bang was dat er op de voorstelling iets mis zou gaan, te veel. De rol, die ik wel kreeg is ook een verhaal op zichzelf. Roddy McDo- wall had de hoofdrol in een stuk van John van Druten ik weet echt de naam niet meer dat op een Engelse kostschool speelde. Roddy is een geweldige vent ,maar zijn moeder had de leiding op de audities .Nadat de ene vlekkeloos kostschool-Engels sprekende ac teur na de andere roemloos was afgegaan kwam ik aan de beurt. Stel je mijn stomme verbazing voor toen na de test mevrouw opge lucht uitriep: „Godzijdank, eindelijk een jongen die Engel» spreekt! Steeds meer „Maar film is mijn favoriet" vervolgt Jack Lemmon, die nu bijna niet meer te stuiten is". Je kimt zoveel meer laten zien dan op het toneel. De techniek gaat met sprongen vooruit en ieder jaar wordt ik meer verliefd op films. Ik heb geluk gehad en krijg vele rollen aangeboden waaruit ik kan kiezen. Andere zeer begaafde acteurs, die al jaren prima werk doen, wachten nog steeds op het moment dat zij „ontdekt" worden. De meeste scripts, die ik onder ogen krijg zijn komedies, maar al» het goed .is accepteer ik ook andere. Mijn laatste film gaat bijvoor beeld over een man, die plotseling geconfronteerd wordt met zijn huidige situatie. Alle idealen van vroeger heeft hij één voor één overboord gegooid. Hij heeft zolang op allerlei wijze de wet om zeild, dat hij het verschil tussen goed en kwaad niet meer zo best ziet zitten. Hij is zelfs bereid zijn fabriek in brand te steken voor de verzekerirtgscenten al zal dat duizenden werkloos maken' Aan klassieke rollen heeft Jack Lemmon nog niet gedacht. „Het natuurlijk fijn om Shakespeare te spelen of een van de moeilijker rollen van Shaw, maar dan zou ik er eerst een heleboel bij moeten leren. Ik ben nu 47 en mijn belangstelling gaat eigenlijk uit naar de regie. Ik heb zojuist met Walter Matthau mijn eerste eigen film ge maakt. Een geschikt script voor een volgende film heb ik nog niet kunnen vinden. Maar ik waag me beslist weer aan een filmregie. Er zijn nu zo'n stuk of vier films, waarin ik de hoofdrol heb, die nog in première moeten gaan. Ik kan dus best een jaartje van het scherp weg, zonder dat het publiek me vergeet. Zelf in mijn films optrf* den? Nee. dat liever niet. Hoogstens in een kleine bijrol maar dan wel met een tape, die ik bij de proefopnamen kan afdraaien zodat ik niet alleen weet hoe het er uit ziet, maar ook hoe het klinkt. Nee, in mijn eigen films optreden doe ik liever niet. Ik vind acteren zo al moeilijk genoeg". Eenmaal op zijn praatstoel is Jack Lemmon niet meer te stoppen. Alleen door zijn vrouw die met hem wil winkelen. Met een hulpe loze grimas huppeSt hij braaf achter haar aan. „Zorg dat je niet met te veel antiek thuis komt", roept Billy Wilder hem nog na. OTTO MILO. SORRENTO ,,Wat is dat nou voor onzin. Nou moeten ze ineens allemaal weer omrijden!zei een klein grijs man netje naast mij plotseling in onvervalst Nederlands doe lend op een legertje agenten, dat ijverig en met driftige gebaren het drukke marktpleintje van het Italiaanse va kantieoord Sorrento van alle verkeer schoonveegde. Voor zichtig trachtte ik hem uit te leggen, dat Billy Wilder be zig was met buiten-opnamen voor zijn nieuwe filmkome die „Avanti", maar het zei de brave man allemaal niks. Met stijgende verontwaardiging zag hij deze inbreuk op het vrije toerisme aan, want het feit, dat hij zich koste lijk had geamuseerd met films als „Some like it hot" en „Irma la Douce" gaf volgens hem deze regisseur nog niet het recht ztijn vakantiegenoegen zo te verstoren. Billy W'illder zetite die middag Sorrento ook wel even op stelten voor een vrij onbelangrijk scènetje. Juliet Mills, dochter van de Britse acteur John Mills en oudere zuster van de meer bekende Hayley, moest getooid met een grote zonnehoed in een koetsje een klein smal straatje komen uitrijden het marktplein op. Teflikens ging er in de ogen van Wilder iets niet goed en de scène werd weer over ge daan. Omdat het paard onmogelijk in het steegje kon keren moest het daarvoor een blokje omrijden. Nieuwsgierige voorbijgangers klitten op de hoeken van de straten, en de in allerijl op de been ge roepen politiemacht had de grootste moeite de steeds meer opdrin gende toeschouwers „buiten het beeld" te houden. Overigens is Billy Wilder best te spreken over de medewerking van de bevolking in Sorrento, die op verzoek wasgoed buiten hangt als een opname dat vereist en ook op ander gebied steeds de helpende hand biedt. Éénmaal slechts waren er moeilijkheden, toen opge schoten jongelui op de vuist dreigden te gaan met de filmploeg, en een vergoeding vroegen voor de „vergunning" op een bepaalde plaats te mogen draaien. Maar dat kon. na een demonstratie van Italiaans temperament, in der minne worden geschikt. Achterstand Minder te spreken is Wilder over het weer. Het zonnig Italië laat hem lelijk in de steek en met de buitenopnamen in lschia nog voor de boeg is hij al vijf-en-een-halve dag achter op het tijdschema. „Dat zou nog veel ergere vormen hebben aangenomen als de Italiaanse technici niet zo fantastisch gewerkt hadden", vertelt Jack Lemmon, die weer eens de hoofdrol speelt in een Wilder-komedie „Die jon gens zijn onvermoeibaar. Ze zijn soms wel twaalf dertien uur per dag in touw en werken vrijwillig in hun lunchpauze door als er maar even zon is". Lemmon heeft die dag vroeg vrijaf gekregen van Wilder. „We maak ten opnamen op het kerkhof en moesten er voor tweeën voor een begrafenis af" zegt hij, als hij ietwat huiverig de bar van het Ex celsior hotel komt binnenstappen. Jack Lemmon vóór de camera en privé zijn dezelfde. Hij loopt iets voorover, tenzij een reusachtige Cubaanse sigaar hem noopt achterover te lopen om in evenwicht te blijven. Zijn broekspijpen zijn net even te kort en zijn gelaatsspie ren krijgen alleen maar rust als hij verbaasd kijkt. Het enige wat hem van de Lemmon-van-de-film onderscheidt is een groenig wind jack, dat Billy Wilder de misprijzende opmerking ontlokt „Dat moet je dragen op St. Patrick's day", de Ierse feestdag, waarop groen de boventoon voert. Vijfde keer Het is de vijfde keer dat Jack Lemmon onder regie van Wilder werkt. „Hij is dit keer in topvorm", zegt Lemmon en zo'n uitspraak wil wat zeggen uit de mond van een man, die zijn grootste succes sen te danken heeft aan rollen in Wilder-films als „Some like it hot", „The apartment", „Irma la Douce" en „The fortune cook ie". „Het is een geweldig, ijzersterk script. Met dialogen van Wil der en Izzie Diamond gaat het er niet eens zo erg om wat zij ge schreven hebben, maar om wat zij niet schrijven. Je kunt als ac teur aan zo'n dialoog wel iets veranderen, maar verbeteren kun je het nooit". Humorloos I. A. L. Diamond, sedert jaren Billy Wilder's vaste mede-auteur is niet aanwezig. Hij is even terug naar Amerika- Zeer ongebruikelijk voor deze man, die altijd onopvallend op de achtergrond met gespit ste oren luistert of iedereen zich wel aan zijn tekst houdt. Haalt een acteur niet het maximum effect uit de dialoog dan sluipt deze be scheiden oud-Wiskurrd ig-ïovenaar naar Wilder toe en fluistert hem iets in het oor. Als zijn oer-gekke dialogen in het geding zijn is deze Diamond de meest humorloze man, die men zich denken kan. Maar Billy Wilder-alleen staat ook zijn mannetje. Dat blijkt de vol gende dag. Voor het oude, statige Excelsior hotel, dat sedert de da gen, dat Enrico Caruso er zong, niets is veranderd, wordt de aan komst van Jack Lemmon in Sorrento gefilmd. Hij speelt een door het matriarchaat en een maagzweer gekwelde Amerikaanse zaken man, naar Italië gekomen om er het lichaam van zijn overleden va der op te eisen, die met zijn vriendin-voor-de-zomer in een auto van een rots is gestort. Lemmon stapt uit een krakemikkig hotelbusje, kijkt bedenkelijk naar de oude roodgekalkte gevel en zegt „Dit is nou niet bepaald het Hil ton hotel". Waarop de gerant trots antwoordt „Ik beschouw dit als een compliment." De scène moet vijf maal over voordat Wilder te vreden is. Lemmon legde te weinig nadruk op „Hilton" in zijn oren. Dan geeft de regisseur iedereen drie minuten rust om zich te concen treren voor de eigenlijke opnamen. Jack Lemmon gebruikt die om zijn sigaar uit het busje te vissen en een paar trekjes aan deze ko lossale tabakstengel te doen. „Opname!roept Wilder en dit keer zegt Lemmon zijn claus perfect. Maar niemand heeft op de tijd gelet en juist dan begint ergens in het dorp een kerkklok te luiden. De opname moet wéér over. Als de regisseur in overleg met de geluidsman tenslotte met „Print Five" te kennen geeft dat hij de vijfde poging de beste vindt, gaat hij snel over tot de volgende scène. Omdat de camera's toch voor de ingang va nhet hotel staan opgesteld wordt het de aankomst van Lemmon's tegenspeelster Juliet Mills. Zij arriveert achterop een scooter bereden door een in Italië bekend cabaretier Pippo Franco. Pippo blijkt beter thuis op de planken, dan op zo'n gemotoriseerde tweewieler en rijdt een paar maal te ver door voor het oog van de camera. Terug de oprijlaan in en op nieuw starten, wat hem ook al niet te handig afgaat. Al die tijd mogen de „gewone" hotelgasten alleen maar via het sou terrain in en uit. Sommigen maken er het beste van en figureren mee, zoals de Engelse familie Evans, die braaf wel zo'n tien keer de hoteltrap afdaalt op Wilder's bevel. Tenslotte is de regisseur te vreden, zelfs met het kneepje dat Pippo in Juliet's welgevormde achterste geeft en de manier waarop ze daar op reageert. „Ik wil een vertraagde reactie zoals in Laurel en Hardy", roept Wilder. „Trek Pippo's stofbril maar naar voren en laat hem in zijn gezicht terugspringen." Hetgeen gebeurt, uiteraard enkele malen herhaald. Dan gunt de regisseur zijn mensen een kleine rustpauze, steekt zelf zijn zoveelste sigaret op en gaat met „de mensen van het geluid" nog even wat extra scooter-geronk opnemen. Lemmon trekt ten be hoeve van een fotograaf wat gekke gezichten tegen het wat sullige paard voor het koetsje, dat op zijn beurt wacht en Juliet Mills ge bruikt de adempauze om haar achtjarige zoontje naar het hotel zwembad te begeleiden. „Hij liever dan ik" zegt ze, denkend aan de scène van de komende week, wanneer zij in het nog fiks koude zeewater moet duiken. „Ik heb een hekel aan koud water, maar dan zijn we een week verder en is het weer misschien wat beter. Een karakteristiek portret van de regisseur-scenarioschrijver Billy Wider in het Excelsior hotel in Sorrento. Deze veteraan van de fijnzinnige filmkomedie is in topvorm tijdens de opnamen van „Avanti".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 6