s
In het spookhuis
buiten
de stadspoort
Schapenboet en tuinwal
vragen om behoud
DE AVONTUREN VAN PIET POTLOOD
Ml
Texels landschap in gevaar
VAGINA I
LEIDSE COURANT
ZATERDAG 8 JULI 1972
M
B22-72
VLAK BUITEN DE poort van het
stadje stond een leeg huis waar
voor geen huurders kwamen.
Waarom wilde niemand er gaan
wonen? Dat is toch zeker duide
lijk; het spookte er! Hoe lang
dan al? De vorige bewoners
hadden daar nooit iets over ge
zegd! Maar dèt waren zulke
oude mensen dat ze best met
spoken konden leven. Ze waren
doof en zagen slecht. Nu waren
ze dood, hun ziel ruste in vrede.
Maar sindsdien hadden de spo
ken het hele huis in bezit geno
men, voor geen goud ging je
daar wonen!
Wie vertelde dat rond? Iedereen
vertelde het aan iedereen en
daarom wist niemand meer dat
die verhalen voor het eerst ver
teld waren door Kwik.
Kwik was de grapjas van het
stadje. En de deugniet. Hij had
geen vast werk en nooit geld.
Hij was aartslui als de handen
uit de mouwen gestoken moes
ten worden, maar vlug als
kwikzilver wanneer er streken
konden worden uitgehaald.
Daarom heette hij Kwik. En hij
had de spookverhalen rondver
teld.
De eigenaar van het huis was een
keurige meneer die in het stad
je een keurig eigen huis be
woonde en niet dringend verle
gen was om de huur van dat
spookhuis vlak buiten de poort.
Maar Kwik was een nietsnut die
nergens woonde en heel best
'dat huis gebruiken kon. Leep
•als hij was, begreep hij best dat
een huis niet lange tijd leeg
moet staan, want daar zakt het
van in elkaar. Als nu helemaal
niemand meer in het spookhuis
wilde wonen, zou hij naar de ei
genaar gaan en hem als een
guns: aanbieden, dat hij. Kwik,
wel zo lief wilde zijn om er zijn
intrek te nemen. Dan zou het
huis onderhouden worden en
van de ondergang gered. Maar
alles ging anders dan hij had
gehoopt.
WANT OP EEN DAG stond een
flink meisje voor de keurige
huiseigenaar en zij vroeg: „Me
neer, mogen wij alstublieft in
uw spookhuis wonen? U weet wel
dat wij geen vader meer hebben
en dat moeder de kost verdient
met kleren naaien. Maar wij
jvonen met ons allen in één ka-
pier en moeder heeft geen
plaats voor de mooie kleren van
deftige dames. Zij wil niemand
om hulp vragen, maar ik dacht:
kom, laat ik eens horen of de
eigenaar van het spookhuis zo
veel méér huur vraagt dan wij
'voor die kamer betalen".
De keurige meneer vond het
meisje heel flink en lief voor
haar moeder. Daarom zei hij:
„Lief kind, ik ben blij zulke
brave bewoners in mijn spook
huis te kunnen krijgen. Je mag
er wonen voor niets. Maar wat
doe je met de spoken?" Het
meisje antwoordde: „Als je met
zijn zessen in één kamer woont,
lijk je alle zes op spoken. Erger
kan het niet worden".
De moeder van het flinke meisje
stond versteld over haar dochter
die zomaar gedurfd had naar
dat spookhuis te vragen. Maar
zij was er dolgelukkig mee. Ein
delijk een aparte kamer om te
werken aan de japonnen voor
deftige dames. Eindelijk een
slaapkamer voor de grotere
meisjes en een voor de kleinere
jongens. De naaister verhuisde
■meteen naar het huis vlak bui
ten de stadspoort. Het had zo
lang leeggestaan dat er van al
les aan mankeerde. Het lekte in
de keuken, ruiten waren kapot,
een schuifraam viel telkens
naar beneden.
Maar wie kwam als hulp-in-de-
nood' binnenvallen? Kwik! Hij
repareerde het lek, zette ruiten
in en maakte een pin voor het
raam. Terwijl hij werkte, vroeg
hij terloops: Al spoken ge
zien?" De naaister antwoordde:
,,Ik geloof niet in spoken en ik
slaap als een blok". En het flin
ke meisje zei: „Ik ben niet
bang". De kleintjes zeiden niets
en keken benauwd.
Die avond werden de meisjes
wakker van gehuil om het huis,
gebons op de deuren, geklepper
van luiken. De twee jongeren
kropen bij hun flinke zusje in
bed. De volgende nacht geeure-
de precies hetzelfde. Toen be
sloot het dappere meisje de der
de nacht op te blijven om het
spook te betrappen. Zij ver
bood de zusjes iets ttn moeder of
de broertjes te zeggen, en vond
dat ze maar troost bij elkaar
moesten zoeken.
DIE AVOND zette het meisje het
gerepareerde schuifraam open.
Maar zij stak niet de pin in het
kozijn. Zij zette een stokje on
der het raam en bond er een
touw aan dat over de grond
naar de gang liep. Toen ging zij
op de bovenste trede van de
trap zitten met een emmer wa
ter.
Spoken beginnen hun werk om
middernacht. Toen de klok
twaalf had geslagen, begon de
spookstem om het huis te huilen
en luiken klapperden. Maar
daarna werd het stil... het meis
je spitste de oren. Hoorde zij
gestommel in moeders werkka
mer? Jazeker, de list was ge
lukt, het spook was door het
open raam naar binnen geko
men. Daar piepte de gangdeur
Natuurlijk hebben jullie wel eens
gehoord van Leonardo da Vinei.
Hij werd in 1452 in Italië gebo
ren en was een van de knapste
mannen die ooit geleefd hebben.
Hij is een wereldberoemd schil
der, oeeldhouwer en architect.
Bovendien was hij musicus, uit
vinder en man van de weten
schap. In het beroemde mu
seum het Louvre in Parijs han
gen zijn schilderijen „Mona
Lisa" en „Het Avondmaal".
Leonardo da Vinei maakte ont
werpen van vliegtuigen, helikop
ters, onderzeeboten, filmappara
ten en vele andere dingen die
we nu heel gewoon vinden. Het
model van een helikopter dat
Leonardo da Vinei maakte. was
zo goed dat zijn ontwerp zeker
de lucht in had gekund als men
toen maar de benzinemotor had
gekend. Hij ontwierp een olie
lamp die tot in het midden van
de negentiende eeuw werd nage
maakt. Hij stierf toen hij 67
jaar was. Zijn tijdgenoten heb
ben niet geweten welk een groot
genie hij was. Dat bleek pas la-
Oplossing
De hoeden, die vorige week in de
juniorhoek stonden, worden ge
dragen in: 1. Amerka, 2. Noor
wegen, 3. Frankrijk, 4. Enge
land, 5. Rusland, 6. Egypte, 7.
Afrika.
JUNIOR-HOEK
al open en een witte gedaante
slipte jammerend erdoor. Het
meisje versteende van angst..
maar ze had nu eenmaal die
emmer met water. Daarom til
de ze hem op en goot hem uit
over het zwevende spook, dat
opeens zeer menselijk vloekte, en
struikelend in zijn lang gewaad,
vluchtte naar het raam in de
werkkamer.
Terwijl hoofd en an
buiten staken, maar benen
voeten nog binnen waren, trok
het meisje aan het touw.
Boem!, daar viel het
dicht en het spook zat gevan-
ge. Van al dat lawaai schrok
de naaister wakker en de moedi
ge vrouw nam de matteklopper
om ermee te slaan alsof zij het
stof van eeuwen uit het spook
moest timmeren.
„Genade, genade!' smeekte het.
En wie kwam er uit de natte wit
te lappen te voorschijn? Kwik,
die gehoopt had de nieuwe be
woners uit het huis te verdrij
ven. Misschien zou de naaister
hem dat nog vergeven hebben.
Maar zij zag dat natte gewaad
niets anders was dan de prach
tige bruidsjapon die zij juist
aan het maken w
dochter van de huiseigenaar!
Die schitterende japon bedor
ven!
Kort en goed, alles kwam terecht.
De huiseigenaar was blij dat de
spookverhalen uit de wereld
ren en er bleef nog tijd genoeg
over om een nieuwe bruidsjapon
te maken. Het dappere meisje
kreeg een medaille voor betoon
de moed. Alle dames uit het
stadje wilden voortaan japonnen
passen in het spookhuis vlak
buiten de stadspoort: de maai-
ster had werk in overvloed.
Kwik, die zich vreselijk schaam
de, verdween zo vlug als kwik
zilver uit het stadje en als nie
mand hem nog weerom gezien
heeft, dan is hij nog altijd
gens anders.
BR 22-72
We willen niet nog meer herrie op straat hebben maar als je dit stuk
je speelgoed maakt en je klapt er niet uren achter elkaar mee, kan
het nog wel. Je vouwt een stuk papier van 20 bij 30 centimeter
zoals op de tekening is aangegeven. Als je dan de twee uiteinden
beetpakt en je slaat het papier stevig door de lucht geeft het een
knal(letje) als het openspringt.
Lange lijd geleden dat de goede
helften van de tekeningen bij el
kaar gezocht moesten worden.
Hier is er weer een, een kik
vorsman. Bij het bovenste
plaatje moet je de goede tweede
helft zoeken, h het 1, 2, 3 of 4?
lEXEL Het aantal leden van
de werkgroep schapenboeten zal
worden uitgebreid, zodat alle
belanghebbende partijen erin
vertegenwoordigd zijn: aan de
werkzaamheden van de groep
zal o.a. het adviseren inzake het
(jchoud van tuinwallen worden
toegevoegd. Aldus besloot de ge-
.meenteraad van Texel in zijn
jongste openbare vergadering.
Schapenboeten en tuinwallen
vormen reeds vele tientallen ja
ren een aantrekkelijk onderdeel
var. de stoffering van het Texel
se landschap. Economisch zijn
ze crater een probleem, dat al
leen kan worden opgelost met
behulp van overheidsgelden.
Vorige geslachten hebben de
schapenboeten met kwistige
hand rondgestrooid op het ei
land. Eenvormig van model zijn
ze, met scherp afgeknotte voor
kant en naar drie zijden geren
de overkapping. Maar er is een
honderdvoudige variatie in
grootte, gebruikt materiaal en
soort dakbedekking. Bovendien
zijn ze pittoresk en volgens ve
len onmisbaar in het Texelse
landschapsschoon. Omdat ze
oud zijn en schilderachtig
spreekt het haast vanzelf, d;^
Monumentenzorg graag een vin
ger .n de pap houdt bij verbou
wing en verplaatsing.
Even onmisbaar voor het land
schap zijn de tuinwallen, uit zo
den opgezette wallen rond de
weilanden op de hoge gronden.
Wie op het idee gekomen is
deze, destijds goedkope omhei
ningen te maken, is niet be
kend. Wellicht bestonden ze al
in beperkte mate, toen in 1640
de gemeenschappelijke weide
gronden werden afgeschaft. Ze
ker is, dat na die tijd, het aan
tal van deze wallen sterk is uit
gebreid.
Ondingen
Door ruilverkaveling en de uitvoe
ring van openbare werken zijn
reeds vele schapenboeten en
honderden meters tuinwal ver
dwenen. Een reden te meer om
zuinig te zijn op hetgeen men
nog heeft! Maar de boeren kun
nen daarvoor weinig enthousias
me opbrengen. Zij vinden dat
schapenboeten en tuinwallen in
deze tijd economische Ondingen
zijn geworden. Van hun stand
punt gezien hebben zij gelijk.
De tijd, dat schapenboeten ge
bruikt werden voor het ophok-
ken van schapen in de lammer-
tijd, ligt ver in het verleden.
Juist in die periode van het jaar
hebben de dieren extra zorg en
extra aandacht nodig. Daarom
is het gemakkelijker ze in goed
verlichte schuren bij huis, dan
in veelal van elektriciteit ver-
stoker. en veraf gelegen scha-
penbocten onder te brengen.
Bovendien was vroeger, in tegen
stelling tot tegenwoordig, de wol
belangrijker dan het vlees.
Daarom zijn de schapenboeten
gedegradeerd tot opbergplaat
van allerlei rommel, waar-
men elders geen plaatsje
heeft kunnen vinden. Van de
tuinwallen zeggen de boeren uit
deze tijd. dat ze ondeugdelijk
zijn; zelfs verhoogd met dubbe
le puntdraadlijnen zijn ze
afdoende om de lammeren van
de wegen te houden. Hoogstens
dienen zij tot bescherming tegen
regen en wind van de beesten.
Voorts is het onderhoud zeer ar
beidsintensief, en dus veel duur
der dan dat van het nu alge
meen gebruikte schapengaas.
De werkgroep schapenboeten zal
een compromis moeten vinden
tussen de landschappelijke- en
de economische belangen. Nog
dit jaar wordt een rapport van
de groep verwacht. Dat de ca.
70 km. tuinwal die Texel nog
rijk is geheel gehandhaafd zal
kunnen blijven, is daarbij niet
te verwachten.
Overigens werden reeds met
medewerking van Monumenten
zorg in de laatste tijd twee
schapenboeten van de onder
gang gered. Enige jaren gele
den moest een dergelijke boet
wijken voor de weg. Het ge
bouwtje werd toen uiterst om
zichtig afgebroken en later el
ders op het eiland opgebouwd.
De tweede schapenboet die be
hoed werd voor een roemloos
einde was omstreeks 1800 in De
Hemmer gebouwd. Jarenlang
was de schuur een sta-in-de-weg
op een stuk bouwland, en de ei
genaar was blij. dat hij het ge-
De schapenboet is een van de kermerken van het Texels landschap
bouw kwijt kon aan de Stichting Bij afbraak bleken echter v
Agransch Bedrijf ten behoeve
van het Natuurbehoud Texel
(Sabena), die het in het begin
van dit jaar Het slopen met de
bedoeling het op te laten bou
wen tussen Den Burg en Oude-
/sChild.
schillende onderdelen door
we tc moeten worden vervan
gen, terwijl oude stenen moeten
worden gezocht voor de her
bouw van een der muren. Door
dat bij de bouw van die muur
^"stijds specie is gebruikt die
harder is geworden dan de ste
nen, kQn net materiaal bij af
braak niet onbeschadigd blijven.
De onderdelen van de boet zijn nu
opgeslagen en zodra het beno
digde bedrag van f 17.000,bij
een is, zal met de herbouw kun-
na» worden begonnen.