j* )P? TOT HOEVER GAAT HET RECHT VAN IEDERE AUTOMOBILIST OP DE WEG DIE HIJ VERKIEST? Stap eens bij ons binnen we zijn zo gemakkelijk dichtbij RaiffeisenbankOBoerenleenbank J f§eeft juto J2 9501" a 8e,g (Van onze correspondent) US goea^DEN „Als iemapd u zou ?,e' Jeooftellen dat hij slierten schade- mode>je gassen tussen de gebouwen a een stad heeft zien optrek- ve9 5- i, zwarte rook die de zon on- htbaar maakte, grote gaten in hoofdstraten met gehelmde Sl3iï53l nnen erin, vliegtuigen die bo- z'ïn hoofd rondcirkelden om- ze niet konden landen en Izenden mensen die de straten ^tfstikten, duwden en voortscho- fB in een radeloze poging om de stad weg te komen >o zou het u niet meevallen uit maken of hij het over een d in oorlogstijd had of over l stad in het spitsuur". Aldus /n'ak eens de Amerikaan Alan 404^d, die enige tijd minister 7533,r vervoer heeft mogen wezen de Luxe| het een zeer korte tijd, het- F6']n ons misschien niet hoeft te aan me| een citaat. In een vernieti- SD^fg®a5<le analyse van de krachten 6 oègsi'Kmerika die alsmaar op meer jen aandringen schrijft Helen ii aan meJivitt: „Onze cultuur is zich •I vw va'an bewust dat in iedere auto Ford i275M^e weS gemiddeld maar 1,6 967 1 2 oooisonen vervoerd worden en '3?9st roi derhaive per uur nog geen it> mensen over een enkele 16 %n van een snelverkeersweg* 750'nnen reiZen, terwijl er in dat- fde uur 50.000 kunnen worden prijs met een dubbelspoors n v Isysteem. En toch geven we 16 "-e'den voorkeur aan de geur van laatgassen en het oneindig wil een Bochten in files". garant'ie6 planning en aanleg van ver- q mogejijk 'rswegen berust in de VS op oersterk politiek motto van jheid voor de individuele au- asions. Ru'^jobilist en efficiency voor de |ksweg'eAmenmerciële vrachtrijder. Die de ainijticuijere automobilisten beta- fe' eik jaar echter 15 miljard llar belasting voor een sys- J® la's-P dat sneller verstopt raakt i) het zich kan uitbreiden. En ,65 Qt terwijl het elk jaar bijna 10 5 66 f60o|joen nieuwe auto's moet op s'1 pgen. Verkeerswegen door ^7ne!den kunnen hun taak alleen 21 Paiias de kleine uurtjes behoorlijk. 70 3650» I 3250 Re 68"m25oV975 za' Amerika miljoen 68 4250roners hebben, die er met el- 6v w' 3i63oó|ïr miljoen auto's op na 2950 F0ro|len houden. Dat wil bijna zeg- ca moo 69h; op iedere twee personen io sU"éOudélet slechts: op iedere twee 7 c,nancie-iwassenen) een auto. Als je denkt dat het aantal auto's aan pa, i afgedankt wordt gelijk is 12-4-"65 p ongeveer 40% van het aan- Gemmekej aut0>s dat nieuw geregi- perd wordt, vraag je je af men al die auto's moet la- Het ziet ernaar uit dat de ornaamste bevolkingsgroei v^o'ho*" Pr'°pig in de stedelijke gebie- n zal blijven plaatsvinden en >i Rekord1 de aut0 no§ we' een tijdje ido staat t overheersende middei van hngedand roe' blijft. In dat geval wor- e"m r "ei p de centra van alle grote ste il enorme bergplaatsen voor iangwagenP°'s. Los Angeles heeft vro- jeisoiee'd k het voorbeeld gegeven: in '0 werd al tweederde van de rervlakte van die conglomera- ingenomen door voortbewe- nde en geparkeerd staande door middenstandsgezinnen. Het is duidelijk dat deze stad allang het loodje zou hebben gelegd, in dien alle forensen erop gestaan hadden om de stad met hun auto binnen te gaan (sommige vreemdelingen die het New York tussen Kennedy en Man hattan bezien, zullen misschien zeggen dat dat loodje inderdaad al gelegd is). Er is echter een zelfregelend mechanisme gaan optreden: bij een telling van het aantal auto's in 1970 bleek het particulier autobezit in New York City te zijn teruggevallen op het niveaij van 1929. Maar dit is een heel bedriegelijke consta tering: de crisis is namelijk ver huisd naar de voorsteden en de kleinere steden van de staat New York. Verzadigingspunt Blijft de groei van het autobezit in het huidige tempo aanhouden, dan kunnen de Europeanen zich erop verheugen dat tegen het jaar 2000 het verzadigingspunt zal zijn bereikt een volledige stilstand van de verkeersstroom en een instorting van het com plete bedieningssysteem. Maar, zoals de Brit Jack Parsons in zijn boek „Bevolking contra vrijheid" opmerkt, verzadiging is een dubbelzinnig begrip dat we voorzichtig moeten gebruiken. „Het is gemakkelijk om weg te lopen met het idee dat, als we omstreeks 2000 het verzadi gingspunt bereiken, de situatie niet meer verder kan verslechte ren, hoe erg die misschien ook al is. Deze uitleg is verkeerd". Verzadiging en verzadiging is dus twee. Het woord wijst op de eerste plaats op het aantal au to's per hoofd van de bevolking, en op de tweede plaats op de overstroming van het wegennet. Die laatste betekenis is voor ons het moeilijkst te accepteren: „geen van ons wenst te aanvaar den dat ons milieu eindig is, dus misschien mogen we niet alle schuld op de politici afschuiven desondanks zullen de pro blemen niet uit zichzelf verdwij- Geen enkel land heeft op elke auto zo'n klein aantal personen als Amerika. In het midden van de jaren '60 waren de cijfers: 2,5 voor de VS, 3.2 voor Canada, 4 voor Zweden, 4,7 voor Frank rijk, 5.2 voor Groot-Brittannië, 8 voor Nederland (thans 4,6), 264 voor Japan en 1052 voor India. Volgens vele deskundigen hebben de Amerikanen, Canadezen en Zweden al het verzadigingspunt per hoofd van de bevolking be reikt. Maar in West-Europa na dert ook het tweede soort verza digingspunt: de verstopping der wegen, met rasse schreden. En hoe dichter wij het verzadigings punt bereiken, des te duidelijker worden de gevolgen van iedere nieuwe auto. We zullen merken Verstopping van alle wegen, straks elke individuele automobilist. de verkeersstroom: vrijheid van dat naarmate we steeds grotere (en steeds meer geld verslinden de) maatregelen nemen om de groei op te vangen, we daarmee steeds minder bereiken. Nieuwe wegenbouwprogramma's worden steeds kostbaarder in sociaal en monetair opzicht en steeds minder doelmatig. Daarbij komt nog eens de bevol kingsgroei. Als de bevolking ge durende de laatste twintig jaar constant was gebleven, dan zou de autoverzadiging per hoofd van de bevolking wel binnen af zienbare tijd bereikt worden, maar het tweede verzadigings punt de overweldiging van het wegennet, zou veel langza mer zijn benaderd. Voor Groot- Brittannië, waarvoor Parsons gegevens heeft verzameld, zou dit betekenen dat in het jaar 2000 er ongeveer 35% minder auto's zouden zijn dan men nu kan verwachten. Parsons gelooft dat de eerste vorm van verzadiging die per hoofd onvermijdelijk is. Maar de tweede vorm zou veel beter in de hand gehouden kunnen worden. Nu, in de huidige om standigheden, rennen de beide vormen van verzadiging nek aan nek naar hun voltooiing. Nu is het erg gemakkelijk om te zeggen dat we het allemaal al eens eerder gehoord hebben en dat de cijfers misleidend zijn. Het is gemakkelijk om jezelf zoet te houden met het geloof dat de vraag naar auto's ver voor de beide punten van verza diging zal gaan afnemen. MaarV zo is het natuurlijk niet. We kunnen allemaal zien, ruiken en voelen dat de toestand erger wordt. We zijn bezig onze steden aan te doen wat Los Angeles zichzelf heeft aangedaan. Met twee soorten maatregelen kunnen we dit gigantische pro bleem te lijf gaan: mechani sche, technologische maatrege len (waarschijnlijk met gebruik making van computers) en so ciaal-juridische. De mechani sche, technologische aanpak schiet hopeloos tekort doordat hij wordt overweldigd door de enorme aantallen die er elke dag bijkomen. De sociaal-juridi sche aanpak komt op pijnlijke wijze in botsing met wat de au tomobilist altijd als zijn funda mentele rechten heeft be schouwd: het recht om op de weg te zitten (de weg die hij verkiest) en hel recht om dan nog vooruit te komen ook. Maar een van de meest onhan delbare problemen is niet „hoe krijgen we onze auto van de ene plaats naar de andere?", maar ..wat doen we met die auto wan neer we eenmaal zijn gearri veerd?". De verstopping in ste den, bijvoorbeeld, wordt hoofd zakelijk veroorzaakt door de au to's van pendelaars. En hoe zit het met al die schone streken waar de lustige, naar rust hunkerende automobilist op z'n gemakje vrijuit kan toeren en van de natuur kan genieten? Dat is een niet minder bedroe vend hoofdstuk. In gebieden die qog niet zo lang geleden het doel waren van een serieus autotochtje zijn vele wegen ge durende de zomermaanden naar volle capaciteit bezet. De automobielorganisaties en de wegenbouwindustrie klagen dik wijls dat de automobilist wordt „beroofd" en „uitgezogen" en dat hij tot „politieke zondebok" wordt gemaakt. Keer op keer doet men het voorkomen alsof zijn enige schuld aan de natie uit de kosten voor de aanleg van nieuwe wegen en de voorziening van de hoogst noodzakelijke diensten bestaat. Men negeert de verborgen kos ten: routine-politietoezicht op de afhandeling van verkeers overtredingen: inhechtenisne ming en voorbrengen; proces sen: veroordeling; kosten voor het bestuursappa raat: werk op departementen; kostbare tijd in het parlement: wegenonderzoek door overheid en universiteiten; schade aan eigendommen: verwoesting van het wegdek, enz.; schade door trilling; scha de door milieuverontreiniging; verliezen door geluids- en ver keersoverlast; verliezen voor de economie door investering in particulier vervoer (minus een passende som voor extra investering in openbaar vervoer) in plaats van gelijkstaande investering in ka pitaal- en consumptiegoederen; kosten voor gezondheid (d.w.z. andere dan door ongeluk ken); kosten van de voorziening van gratis en gesubsidieerde parkeerruimte. In Groot-Brittannië heeft men een realistische schatting ge maakt van dit alles tezamen plus de betrekkelijk nauwkeurig berekende kosten van opstoppin gen en ongelukken. Men kwam uit op 21,5 miljard gulden - on geveer 8.3 miljard meer dan men inzamelt door benzinebelas ting, autobelasting, rijbewijsbe lasting en belasting bij aankoop van de auto. Faillissement Wat moeten we eraan doen? We stevenen af op ons faillissement en onze verstikkingsdood en ver minken elkaar met ons gesubsi dieerd recht op het gebruik van een privé-vervoermiddel. Zou gratis openbaar vervoec - een punt dat de Britse Labour-partij mogelijk in haar verkiezingspro gram gaat zetten - de situatie flink verlichten? Velen zeggen van niet: zij menen dat als de wegen zouden worden vrijge maakt voor de doorgang van bussen, er eenvoudig niet ge noeg bussen zouden kunnen zijn voor de extra passagiers. Op het ogenblik gebruikt de helft van de mensen die dagelijks cen traal Londen binnengaan de bus; het halve miljoen dat de auto gebruikt reist met 13 perso nen per 10 auto's - waardoor zij ongeveer 13 maal zoveel Parson maakt gewag van drie verschillende oplossingen: 1. De oplossing van de planners- gedu rende de komende twintig, der tig jaar miljarden guldens uitge ven teneinde al de auto's die er gaan verschijnen op een zo men selijk mogelijke wijze op te vangen. In de steden is dit on mogelijk, zoals Buchanan heeft erkend, en op de lange duur zal het overal onmogelijk zijn (zoals hij niet heeft erkend), aangezien een land nu eenmaal beperkte opvangmogelijkheden heeft. 2. Drastische maatregelen om het particulier autogebruik in te perken. 3. Een volledige inbe slagneming van het wegennet. Nummer twee is duidelijk de enige realistische oplossing (het betreft hier fysieke en juridische hindernissen rantsoeneringspro gramma's enz.; als ditrectc mid delen liggen nieuwe prijsmecha nismen en gestegen „reële" kos ten van het autogebruik het meest voor de hand). Maar nie mand schijnt te willen accepte ren dat dit verband houdt met 't uitblijven van de eenvoudigste methode van allemaal: zelfkri tiek, zelfbeheersing. Want op een malle enkeling na wil ieder een een eigen automobiel, on geacht de prijs die hij en de hele maatschappij ervoor moe ten betalen. Rechtvaardiging Misschien heb ik het verkeerd. Misschien zijn er duizenden au tomobilisten en gezinnen die be reid zijn om de redenen, waar om ze hun auto gebruiken zoals ze hem gebruiken, eens grondig en eerlijk te bestuderen. In veel gevallen kost het meer tijd, moeite en geld om het wekelijk se winkelen in de stad per auto uit te voeren dan per openbaar vervoer. Wie is bereid om dat te erkennen, als dat voor hem hel geval blijkt? Talloze mensen rij den elke dag in een verder lege auto naar hun werk en passeren onderweg mensen die op de bus staan te wachten. Wie is er be reid om zijn auto te vullen door passagiers te zoeken die onge veer hetzelfde vertrek- en eind punt hebben? Wie wil het weten dat hij een hoop ritjes die hij met zijn auto maakt in feite ge bruikt als rechtvaardiging voor het autobezit? Wie is ertoe be reid om actie te voeren voor grote verbeteringen in het open baar vervoer ten koste van de particuliere automobilist? Zouden programma's om voer tuigen voor de gemeenschap be schikbaar te stellen kunnen wer ken? We zullen het pas weten als we het geprobeerd hebben, maar misschien is het aardig om te denken aan het Montpel- lier TIP (Transport Individuel- Publiquel-systeem, dat 18 maan den geleden werd aangekondigd, alsmede aan een soortgelijk ex periment in Japan waarbij een vloot van stadsauto's is ingezet die men gebruikt en weer ach terlaat (een soort witte auto plan, zeg maar). Als een dergelijk plan slaagt zou het een geweldige verlichting kunnen geven. Veilig en doelma tig autogebruik in steden als on derdeel van een totaal vervoers systeem) zou hierdoor binnen 't bereik van alle inkomensgroe pen komen. De totale kosten van het personenvervoer zouden er door kunnen worden verminderd en tegelijkertijd zouden de ver voersproblemen van ouden van dagen, kinderen, hulsvrouwen en gehandicapten gemakkelijk kun nen worden opgelost. Bij fabrie ken, kantoren, amusementsgele genheden, e.d. zou minder par keerruimte nodig zijn. aangezien meer mensen gebruik zouden maken van gedeeld vervoer en openbaar vervoer. Die ruimte zou worden bespaard voor de mensen, hun woningen en hun leefmilieu. Dit lijkt, geloof ik, meer op wer kelijke vrijheid dan de vrijheid die zo energiek namens de auto mobilist wordt verdedigd door de klassieke, alleen in hun eigen belang geïnteresseerde groepen die de afgelopen driekwart eeuw de scepter hebben gezwaaid. (Copyright The Guardian). Want waarom zoeken naar wat u vlakbij kunt vinden? U stapt eenvoudig even bij een Raiffeisenbank of Boerenleenbank binnen. Er zijn 3000 vestigingen. Dus overal gemakkelijk dicht bij u in de buurt. Om te kiezen uit wel 8 verschillende spaarvormen, met elk een aantrekkelijke rente. Zodat u kunt sparen op de manier die het beste bij uw bedoelingen en mogelijkheden past. Een deskundige adviseur helpt u graag bepalen welke spaarvorm juist voor u het' meest geschikt is. Bij de Raiffeisenbank en Boerenleenbank, de bank waar de helft van alle Nederlanders al bij spaart. V kunt zoveel méér doen met onze bank debanKVoor iedereen 3000 vestigingen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1972 | | pagina 13