Dagelijks lieve woordjes per postkaart (22) DE KENNEDY VROUWEN h°P DINSDAG 19 OKTOBER 1971 ■an LEIDSE COURANT PAGINA 13 ?thel Kennedy gelooft dat kinderen de geluk kigste jeugd moeten hebben die hun ouders hun verschaffen kunnen. „Als ze ouder worden", zegt ze, „is het leven al moeilijk genoeg. Onze kinderen hebben goddank al zoveel voorrechten genoten. We hebben ge probeerd ze het bewustzijn bij te brengen dat ze, als ze groot zijn, hun bijdrage zul len moeten leveren aan de gemeenschap. Dat leren ze door voor elkaar te zorgen en elkaar te helpen". 8;e is geen geraffineerde vrouw; ze is onge kunsteld, open, vriendelijk, vrolijk. Zelfs dals ze ziek is klaagt ze niet en dat doet ze zelfs niet tegen haar man. Als ze boos is, wat zelden voorkomt, zegt ze ronduit haar mening en vergeet het verder. Ze is een v uit één stuk en draait niet om de n heen. Ik kan me niet voorstellen, dat ze sex als een wapen of als een belo ning zou gebruiken, zoals zoveel vrouwen doen. Ze staat tegenover het moederschap a»net zo gezond als ze tegenover alles staat, misschien in het bijzonder de manier waarop ze tegenover het vrouw zijn staat. wist dat haar man vele interesses had, hoewel zijn politieke leven en ambities op de voorgrond stonden. Ze nam hem zijn voorliefde voor sport niet kwalijk, en deel- in als ze kon. Ze aanvaardde het feit mannen het gezelschap van andere mannen nodig hebben en was niet jaloers P op zijn vrienden en andere vrouwen, v istlwist dat ze onmisbaar voor hem was en dat was haar genoeg. Ze speelde nooit de martelares. Als hij thuis kwam viel ze '^hem niet lastig met een lijst moeilijkheden klachten. Ze loste haar eigen problemen op en haalde hem er alleen bij als ze er t u niet uitkwam. Ze had geen behoefte aan de liefde en de instemming van anderen; aan de zijne had ze voldoende. Als hij in het buitenland was zond hij haar elke dag een paar lieve woordjes in de taal van het land waar hij verbleef. Ze stelde, zoals iedere vrouw zou doen, die spontane bewijzen van zijn toewijding zeer op prijs, maar als hij het niet gedaan had, zou ze zich geen zorgen gemaakt hebben. Ze wa ren waarlijk man en vrouw en ze wilden graag kinderen, veel kinderen, hebben. Ze vond het heerlijk een kind van hem te ver wachten. Ze was er trots op. Natuurlijk kende ze het gevaar waarin hij leefde. Ze wist dat hij, als hij het presi dentschap zou verwerven, waarschijnlijk vermoord zou worden. Ze leefde in voort durende angst, maar dat wilde ze hem niet laten merken. Ze had al geleerd met het noodlot te leven: haar beide ouders en haar lievelingsbroer waren bij vliegtuigon gelukken omgekomen en acht maanden la ter stikte zijn vrouw, Joan Patricia, tijdens een diner in een kippebotje. Ethel had echt wel tragedies meegemaakt. Ze leidde haar eigen drukke leven in het gro te huis vol kinderen, gelukkig, altijd bezig, vrolijk, ze keurde altijd alles goed wat hij deed, moedigde hem altijd aan te doen wat hij wilde zoals hij het wilde doen. Maar in het geheim bereidde zij zich voor op wat er ook gebeuren kon. Ze wist wat haar te wachten stond en overdacht hoe ze het moest verwerken en wat ze zou doen. Ze zou het gezinsleven voortzetten precies zoals het op Hickory Hill toeging, alleen zou hij er dan niet meer zijn. De kinderen mochten hem niet vergeten. Zijn foto's, zijn eigendommen mochten niet worden op geborgen. Alles moest precies zo blijven alsof hij er nog was. Inmiddels genoot ze van ieder ogenblik van haar leven met hem. Ze reisde met hem mee zo vaak ze kon, tussen haar zwanger schappen in. In 1961 zond de president haar met haar man naar de viering van het eerste jaar van de onafhankelijkheid van Ivoorkust en ze sprak het Frans dat ze zich van school herinnerde en lachte met de mensen mee als ze om haar lach ten. Ze hielden van haar zichzelf wegcijfe rende, vriendelijke manier van doen. Het volgende jaar zond de president hen op een goodwillreis rond de wereld. De Sov jet-Unie nodigde hen voor een bezoek uit, maar dat werd van de hand gewezen. -El ders waren de bezoeken buitengewoon ge slaagd en Ethel genoot er van. In Italië kreeg ze van de Amerikaanse correspon denten een scooter, waarmee ze een lichte aanrijding met een Fiat had. In Thailand ergerde ze de man die Buitenlandse Zaken met hen meegestuurd had doordat haar koffers niet op tijd gepakt had, maar ze sloot vrede met hem. Ze was gelukkig, want ze was samen met haar man. Weer thuis ging het gewone, opgewekte leven verder. De familie had vaak gasten die alle met hetzelfde informele gemak ont vangen werden. Ze werd door haar vrien den uitgeroepen tot „Huisvrouw van het jaar", hoewel ze niet koken kon. Maar ze hoefde ook niet te koken, er was altijd wel iemand die het voor haar deed. Ze had elf man personeel. Ze maakte het iedereen naar de zin. Ze amuseerde iedereen en stelde haar gasten op hun gemak. Toen de hertogin van Devonshire eens op Hickory Hill lunchte bad Ethel aan tafel en voegde eraan toe: „En alstublieft, lie ve God, laat Bobby een grotere eettafel voor me kopen". En aldoor wist ze het. Ze was er over begin nen te denken in de dagen nadat de presi dent vermoord was. Ze zag haar mans geest verslappen. Hij leek lichamelijk weg te kwijnen. Hij werd mager, zijn kleren hin gen om hem heen. Hij maakte lange, een zame wandelingen, alleen vergezeld door zijn grote hond, Brumus. Hij was nooit een groot prater geweest, maar nu zweeg hij uitzonderlijk veel. Hij wijdde zich bijna fanatiek aan Jack's we duwe en kinderen. Hij toonde openlijk vooroordeel tegen zijn broers opvolger, Lyndon Johnson. Maar ze begreep het en hield zo mogelijk meer dan ooit van hem, omdat ze wist... Toen hij besloot zich kan didaat te stellen voor het presidentschap wist ze het zeker. Eminenties, excellenties, meneer de pre sident. Uit naam van mevrouw Kennedy, haar kinderen en de ouders en zusters van Robert Kennedy wens ik onze gevoelens tot uitdrukking te brengen tegenover hen die heden met ons in deze kathedraal en over de gehele wereld met ons rouwen...". De datum was 8 juli 1968. De plaats was St.- Patrick's Cathedral in New York. De stem was die van Edward Moore Kennedy. Ethel Kennedy, in het zwart, met een sluier die haar gezicht verborg, luisterde door Pearl S. Buck met haar kinderen. Ze had gedacht dat ze er op voorbereid was. Ze had de dood, de plotselinge dood, eerder leren kennen Maar niets had haar werkelijk voorbereid niets. Nu hij er niet meer is, zet ze zijn werk op haar eigen manier voort. Ze komt eerlij ker dan ooit voor de dingen uit waarvoor haar man gevochten heeft. Hoewel ze pas eenenveertig is bestaat er voor haar geen andere man dan Robert Kennedy. Ze is een getrouwde Kennedy. Maar ze is ook uitgesproken zichzelf. Haar leven verloopt geordend. Ze doet niet aan zelfbespiege ling, ze veroorlooft zichzelf geen droefheid en accepteert die ook niet van anderen. Haar tijd wordt door haar kinderen in be slag genomen. Ze is gewend aan een groot gezin, van zeven kinderen. Haar Nederlandse vader was een selfmade man, die was begonnen als spoorwegbeambte, iets wat hij nooit verge ten heeft. Haar moeder was een drukke, vrolijke Ierse. Wellicht heeft Ethel Kenne dy van hen haar standvastige, praktische, vriendelijke manier van doen geërfd. In weerwil van het grote huis, in weerwil van de uitgestrekte terreinen er omheen, in weerwil van haar vele kinderen, leeft ze betrekkelijk eenvoudig. Ze ontbijt vroeg, om zeven uur, met haar kinderen. Ze brengt er een paar naar school, ze baadt en voedt de baby, Rory. Ze luncht met een paar van haar kinderen, ze leest voor. Ze heeft veel vrienden. Toen Bobby nog leef de kwamen er horden beroemdheden op Hickory Hill. Sommigen doen dat nog. Ze heeft als vast- regel ingesteld nooit samen met een beroemdheid de graven van de Kennedy's te bezoeken. Ze bezoekt haar doden slechts alleen. Ze is zeer godsdienstig, net als Rose Kenne dy, en leest haar kinderen uit de Bijbel voor. Er zijn feitelijke overeenkomsten tus sen de twee vrouwen, die zich uiten in hun geestkracht. Ik geloof dat die uit hun dos- dienst voorkomt. „Ik weet niets van gods dienst als een nationale of politieke aange legenheid", heeft Rose Kennedy eens ge zegd, „maar ik weet dat godsdienst iets geweldigs is voor kinderen. De meeste kin deren zoeken deze stabiliteit". Het is ook mogelijk dat beide vrouwen deze stabiliteit van nature hebben en die een voudigweg tot uitdrukking brengen door middel van de godsdienstige sfeer waarin ze ook zijn opgegroeid. Wat de oorsprong ook is, het blijft een feit dat beide vrouwen het rooms-katholieke geloof belijden, het beiden in hun dagelijkse leven in praktijk brengen en hun kinderen erin opvoeden. En hun geloof geeft hun de moed het leven zoals zich dat aan hen voordoet zonder wanhoop te aanvaarden. om en Marian Pak meteen deze Wehkamp prijspakker! Elegante slankkledende japon van turquoise polyester wevenit zie pag. 30 A van uw katalogus. Normale prijs 59,95

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 13