BIJ
VRIENDEN
ACHTER
DE
MUUR
Op zoek naar oude
kennissen
II
I M;
m
Hen Jaar geleden van IS augustus tot eind
september 1961 werd Ulbrichts Muur ge
metseld. Tien jaren van volstrekt Isolement
voor 17 miljoen Oostduitsers. Een medewerk
ster die daar opgroeide, als tiener naar het
Westen vluchtte en de Nederlandse nationali
teit verwierf is onlangs naar haar vroegere
vaderland teruggeweest. Op bexoek, als Neder
landse toe riste. En op zoek naar een ant
woord op de vraag: Hoe zou myn leven gewor
den *yn, wanneer ik dest(jds niet was ge
vlucht Daarvoor reisde zy gedurende vier
weken door de D.D.R. en sprak er met vele
vrienden en bekenden van vroeger. Sommigen
bleken overtuigde communisten te z^n gewor
den; anderen waren anti-communist gebleven;
de meesten hebben zich min of meer „aange
past" na zoveel jaren. Onze medewerkster
onthoudt zich van een waarde-oordeel. zy
geeft in deze reportage alleen weer wat zy
hoorde en zag, gedocumenteerd met cijfer
materiaal dat zowel door Oost-Berlijn ais door
Bonn werd verstrekt. Het is vooral de Oost-
duitse vrouw die in dit artikel aan het
woord komt. Over haar werk buitenshuis, haar
gezinsleven, emancipatie, geboortenregcling,
echtscheiding, maar ook over haar dageiyks
leven met Marx.
i de partij; mijn i
OOST-BERLIJN. Ruim driekwart van alle Oostduitse
vrouwen (en meisjes van zestien jaar en ouder) heeft een beroep.
Een percentage (78 procent) dat nergens ter wereld wordt
overtroffen. En ook nergens komt u vrouwen tegen in zoveel
uiteenlopende beroepen-
Eén op elke drie Oostduitse rechters is een vrouw (34
procent); één op elke drie artsen (31 procent); één op elke
vijf deurwaarders (19 procent).
In de D.D.R. zijn dertienhonderd vrouwelijke directeuren
van bedrijven en tweeduizend hebben er een chefsfunctie.
i In de industrie bestaat 41 procent van alle arbeiders en
employés uit vrouwen en in het (polytechnisch) middelbaar
onderwijs zijn drie van de vier docenten (70 procent)
f J vrouwen.
I I i Elke vierde volksvertegenwoordiger is een vrouw, evenals
i elke achtste burgemeester, elke tweede boer op een LPG
(collectieve boerderij), elke achtste bouwvakker.
In de Volkskamer (het hoogste orgaan in de D.D.R.) zitten
153 vrouwen naast 347 mannen: bijna één op drie.
De meeste buitenlanders zijn
van deze cijfers nogal onder
steboven en het is ook indruk
wekkend wat onze vrouwen
presteren, maar in politiek op
zicht hebben wij verdraaid
weinig te vertellen". Dat zeg
gen niet alleen vrouwen die
nogal kritisch of afwijzend
staan tegenover de regering,
maar (vooral) ook vrouwelijke
partijleden. Dat één op de drie
afgevaardigden in de Volkska
mer een vrouw is, wordt als
een „zoethoudertje" en als een
„reclamestunt" beschouwd, om
dat in de top waar tenslotte
aan de touwtjes wordt getrok
ken bijna geen vrouwen
voorkomen.
,In het Politburo van de Partij
zitten 20 mannen en slechts één
vrouw, Margarete Müller, een
jonge boerin, die niet eens
stemrecht heeft omdat ze geen
lid maar kandidaat is", aldus
een lerares. „In de Staatsraad
zitten er een paar méér (5)
maar ook nog te weinig. En de
enige vrouw van de minister
raad is ook nog de vrouw van
de grote Erich Honecker, die
Ulbricht kortgeleden als partij
secretaris is opgevolgd".
)e politieke invloed van de Oost
duitse vrouw is dus maar ge
ring. Maar geleidelijk krijgt ze
meer touwtjes in handen. Eén
ding heeft ze op de Westduitse
(en ook op de Nederlandse) ze
ker vóór: volgens de Grondwet
van de DDR hebben mannen
en vrouwen precies dezelfde
rechten. Voor gelijke arbeid
krijgen ze dan ook gelijke lo
nen en dat is in een samenle-
De verdeelde stad. Maar
ook achter de muur is de
welvaart in tien jaar
toegenomen.
ving waar de meeste huismoe
ders tevens een baan hebben,
van grote invloed op het gezins
inkomen.
Waarom werken zoveel Oostduit
se vrouwen? Ik heb die vraag
aan tientallen mensen in de
DDR gesteld. „Om het socialis
me te doen zegevieren", ant
woordde een partijfunctiona
ris, „en om enze staat mee op
te bouwen". Maar zijn vrouw,
die bij het gesprek aanwezig
was, voegde er eerlijk aan toe:
„En vooral ook omdat we dat
extra-geld best kunnen gebrui
ken". Zo ligt het wel ongeveer.
Het mes snijdt aan twee kan
ten: de DDR heeft (na de uit
tocht van meer dan 3 miljoen
vluchtelingen) een schrikba
rend tekort aan arbeidskrach
ten en is dus zonder meer op
de produktiebijdrage van de 3,6
miljoen werkende vrouwen
aangewezen. Anderzijds zijn
de gezinsinkomens zodanig, dat
de meeste vrouwen wel ge
noodzaakt zijn er een baan bij
te nemen. Zo wast de ene hand
de andere, en profiteren zowel
burger als staat. Dat de meeste
vrouwen niet in de eerste
plaats aan „de zegepraal van
het communisme" denken maar
veel prozaïscher zijn ingesteld,
toont de enquêteuitslag aan,
van een Oostberlijns instituut.
70 procent van de ondervraag
de (werkende) vrouwen ver
klaarde daarn, dat zij in de
eerste plaats werken „om de
inrichting van de woning te
kunnen moderniseren".
De meeste vrouwen werken bui
tenshuis. Maar het gezin dan?
Dat is allemaal op papier
althans heel keurig geregeld
bij de nieuwe Gezinswet 1966,
die het levenswerk is van
uiteraard een vrouw: dr.
Hilde Benjamin, minister van
Justitie. „De socialistische staat
beschermt en bevordert huwe
lijk en gezin zo begint para
graaf 1 van de Gezinswet en
paragraaf 2 voegt daaraan toe:
„Het gelijkberechtigd zijn van
man en vrouw bepaalt het ka
rakter van het gezin in de
socialistische samenleving. Het
verplicht de echtgenoten hun
betrekkingen tot elkaar zoda
nig te vormen, dat beiden het
recht op ontplooiing van hun
bekwaamheden ten behoeve
van zichzelf en de gemeen
schap kunnen benutten". De
staat helpt daarbij een stevig
handje, door het beschikbaar
stellen van crèches en kleuter
scholen voor de kleintjes. De
grote kinderen profiteren van
de goedkope, warme maaltij
den, die in de scholen worden
verstrekt.
Maar ook van Meneer de Echtge
noot wordt medewerking ver
langd. In paragraaf 10 van de
Gezinswet staat geschreven:
„De echtgenoten dienen de be
trekkingen tot elkaar zodanige
vorm te geven, dat de vrouw
haar beroeps- en maatschappe
lijke bezigheden in overeen
stemming kan brengen met het
moederschap". Duidelijke taal:
vader moet meewerken. In de
Oostduitse pers wordt daar ook
regelmatig op getamboerd. Ide
alistische partijmensen propa
geren zelfs aldus:' „"Niet het ge
brek aan arbeidskrachten in de
DDR is het sterkste motief voor
ons streven naar inschakeling
van alle vrouwen in het pro-
duktieproces, maar het bevor
deren van de emancipatie! En
een herverdeling van de huis
houdelijke taken kan de har
monie in het gezin alleen maar
ten goede komen". Hoe dat in
de praktijk gaat, vertellen en
kele werkende vrouwen.
Secretaresse (39), gehuwd met
een partijfunctionaris: „Ik
werk van 's morgens acht uur
tot 's middags half drie. Dat
valt ongeveer samen met de
schooluren van onze kinderen,
's Avonds eten we gezamenlijk.
Vroeger werkte ik hele dagen,
maar dat is me niet zo goed
bevallen. Nu we het niet meer
zo hard nodig hebben, ben ik
wat meer. thuis. Mijn man wast
vaak af; hij kookt soms ook,
maar hij moet 's avonds vaak
weg voor de partij".
Fabrieksarbeidster (33). gehuwd
met een automonteur: „Omdat
er geen plaats is in de crèche
voor onze kleine van 20 maan
den, is mijn moeder bij ons
ingetrokken, hoewel we maar
een kleine flat hebben. Niet
ideaal, maar we ziengeen an
dere oplossing. Met het loon
van mijn man alleen (590
Mark) komen we de maand
niet rond. Ik verdien aan de
montageband 530 Mark. 't Is
hard werken, maar daar slaat te-
geno"» er dat we nu ook geen
financiële zorgen hebben. Ik
Boerin op een LPG (45), gehuwd
met een tractorchauffeur: „Ik
denk dat ik meer vrije tijd heb
dan de meeste boerinnen in het
Westen. Ik werk per dag op de
LPG drie a vier uur, behalve
in oogsttijd, dan werk ik mee
zolang het dag is. Mijn ouders
waren boerenarbeiders; die
hebben zich doodgewerkt voor
hun rijke baas. De DDR kent
geen slaven; wij zijn mede
eigenaar van onze LPG. Ons
gezamenlijke maandinkomen is
ruim 1000 Mark schoon. Met
natuurlijk volop aardappelen,
groenten, vlees enz. Ja, ik ben
lid van de DBD, de (communis
tische) boerenpartij".
Huisvrouw (43), gehuwd met een
afdelingschef in een chemisch
bedrijf: ,.Ik heb jarenlang in
een HO-winkel gewerkt, maar nu
twee van onze kinderen op de
middelbare school zijn, ben ik
met mijn baan gestopt. Het
scheelt in de portemonnee, dat
wel, maar ik heb er vrede mee.
Mijn gezin is me dat wel
waard. Nu ik toch thuis ben,
hebben we ook weer gelegen
heid om ons gezin uit te brei
den. Volgende maand verwacht
ik ons derde kind; een meisje
hoop ik. Nee, ik ben geen par
tijlid; mijn man wel, maar niet
met enthousiasme. Hij draagt
zijn speldje nooit. Hij schaamt
zich er eigenlijk voor. dat hij
zich tenslotte toch heeft laten o-
verhalen. Voor z'n broer, die geen
lid is".
Onderwijzeres (27). gehuwd met
assistent-bedrijfsleider: „Sinds
we getrouwd zijn dat is nu
vijf jaar geleden zien we
elkaar meestal alleen in de
weekends. Want mijn man zit
in de nachtploeg en komt 's
morgens om acht uur thuis.
Dan ben ik al de deur uit met
de kinderen (4 en 3). Als ik 's
middags om drie uur thuis
kom, staat mijn man op en
drinken we samen koffie. Dan
moet ik thuis aan het werk;
mijn man knutselt dan wat.
doet kleine reparaties of werkt
in de tuin. Om zes uur gaan de
kleintjes (die overdag in de
crèche en de kleuterschool zijn)
bed. Daarna eten mijn
l ik,
i af c
dan gaat hij weer naar zijn
drukkerij. Of dit leven mij be
valt? Och, 't is anders. Ja. ik
ben met hart en ziel partijlid.
Mijn man is ook in de partij,
maar niet actief. Hij voelt wei
nig voor politiek".
Abortus
De eerste Duitse arbeiders-
en boerenrepubliek (zoals
de DDR zichzelf graag noemt)
is trots op haar vrouwen, die
zoveel in het belang van de
staat presteren. De DDR heeft
de vrouwen eigenlijk dubbel
nodig. Als werkkracht en als
voortbrengster van potentiële
werkkrachten. Maar de vrouw
in het kraambed kan niet tege
lijkertijd aan het arbeidsproces
deelnemen. Daarom gaf de
Staat tenslotte toch de voor
keur aan werkende vrouwen
eri propageerde (sinds vorig
jaar) de pil, in de DDR Ovosis-
ton geheten. Ook abortus is op
ethische en sociale gronden
toegestaan, wanneer een com
missie van deskundigen daartoe
besluit. In dat geval wordt de
zwangere vrouw in het zieken
huis behandeld. Wie de com
missie overslaat en zich op ille
gale wijze laat aborteren, is
strafbaar. Opvallend is aldus
de Westduitse vrouwenarts dr.
Herbert Heiss, die de abortussi
tuatie in Europa bestudeerde
dat zowel in de DDR alsook
in andere landen waar abortus
is toegestaan (Hongarije, Joe-
go-Slavië, Polen en Rusland) het
aantal illegale abortussen is
gestegen. „Uit schaamte neemt
men deze risico's", meent dr.
Heiss.
Ondanks de pil en de abortus,
worden er jaarlijks een kleine
300.000 baby's geboren, meestal
(95 procent) in een kraamkli
niek. en dat alles op kosten
van de staat. Met het geboorte-
geld van 500 Mark (voor de
eerste baby, oplopend tot 1000
Mark bij de vijfde) en een
betaald verlof van veertien we
ken, kan de jonge moeder me
teen weer aan de slag, wan
neer ze tenminste haar pasge
borene in een crèche kan
plaatsen. Er worden echter
jaarlijks tweemaal zoveel
baby's geboren als de crèches
(indien ze leeg waren) zouden
kunnen herbergen. Menige
moeder blijft dan ook zeker het
eerste jaar na de bevalling
gedurende welke periode ze
verzekerd blijft en haar recht
op de vroegere arbeidsplaats
houdt - thuis. Drie jaar lang kan
ze kosteloos een van de (11.500)
consultatiebureaus bezoeken. En
dan is er de kleuterschool (Kin
dergarten of Wochenheim), waar
bijna zestig procent van alle kin
deren van drie tot en met zes
jaar gedurende de werkda
gen wordt verzorgd voor 30
cent per dag. (inclusief de war
me maaltijd). Maar de vrou
wen zijn niet tevreden. Op het
2e Vrouwencongres van de 1,3
miljoen tellende DFD, waren
vele van de 2000 aanwezige
dames ondanks alle gebrui
kelijke lof op de staat het
er roerend over eens, dat er
meer kleuterscholen moeten
komen en dat de kwaliteit van
de schoolmaaltijden dikwijls te
wensen overlaat.
Echtscheidingen
Een relatief groot aantal vrouwen
is ook niet tevreden over het
eigen huwelijk. Zo ontevreden
soms, dat echtscheiding wordt
aangevraagd. Jaarlijks gaan er
ruim 25000 echtparen uit elkaar,
tegenover elke zes huwelijksslui
tingen staat één echtscheiding,
bijna het dubbele van het toch
al niet rooskleurige cijfer in
West-Duitsland. De argumenta
tie in beide Duitssprekende
landen is nagenoeg gelijk:
„Ontrouw van de man of over
matig alcoholgebruik door de
man of (bij jonge echtparen)
een wat ondoordacht gesloten
huwelijk".
„Zo ziet u maar, dat het hoge
percentage echtscheidingen
niet teruggevoerd kan worden
op de omstandigheid dat de
meeste vrouwen een beroep
hebben", gaf een partijfunctio
naris mij ongevraagd -als com
mentaar. Maar er is evenveel
reden om zijn conclusies in twij
fel te trekken. Het is immers ook
mogelijk, dat de gesignaleerde
zwakheden van zovele DDR-man-
nen niet alleen oorzaak (van de
echtscheiding), maar tevens ge
volg van de veranderde gezins
structuur zijn. Een conclusie van
de Oostduitse psycholoog dr. Her-
bert König wijst enigzins in die
richting: „Steeds meer mannen
in de DDR lijden onder de
situatie dat hun vrouwen
steeds meer prestige en inko
men boeken. Door dit succes
buiten het gezin worden bij
veel mannen minderwaardig
heidscomplexen gekweekt".
Als het eenmaal zover is en er
(in 60 procent van de gevallen:
door de yrouw) echtscheiding
wordt aangevraagd, probeert
Vadertje Staat er nog iets aan
te verhelpen door middel van
de huwelijksadviesbureaus.
Maar ook de marxistische sa
menleving wordt geacht mee te
sleutelen. Het vrouwentijd
schrift „Für Dich", dat een en
quête hield over huwelijkspro
blemen, publiceerde als uitslag,
dat 64 procent van de onder
vraagden het juist acht (w.v. 46
procent onder bepaalde om
standigheden), om zich met
dergelijke zeer persoonlijke
aangelegenheden van de buren
te bemoeien. En opperrechter
Reinwarth is het helemaal eens
met deze inmenging van de
samenleving rondom. Het hu
welijk in de DDR is immers
niet alleen maar een zaak van
twee mensen „Met de socialis
tische ontwikkeling in de DDR
ontstaan gezinsrelaties van an
dere aard", schreef minister
Hilde Benjamin ter introductie
van haar Gezinswet-1966.
Meer tederheid
Intussen gaat de Oostduitse
vrouw verder op de weg naar
haar emancipatie. Ze wordt
weliswaar nog geweerd op ho
ge politieke posten en ook
komt ze minder snel hogerop
dan haar mannelijke rivalen
(van de vrouwelijke afgestu
deerden heeft slechts 1 op de
17 een leidinggevende positie;
bij de mannen 1 op de 3), maar
elk jaar wordt er winst ge
boekt. Wie advertenties als die
van Ika Electra in „Für Dich"
leest („Zijn mannen minder
mannelijk als ze thuis in de
keuken staan? Onze mixer
verricht het werk spelender
wijs. En mannen spelen zo
graag"), wie dit leest, is
geneigd de conclusie te trekken
dat de Oostduitse vrouw bin
nenkort helemaal het heft in
handen gaat nemen. Drie be-
Oost-Berlijn
achter de muur.
richten uit „Für Dich" wijzen
in tegenovergestelde richting
Gevraagd aan een aantal direc
teuren, hoe het komt dat vrou
wen zoveel moeilijker hogerop
komen op de sociale ladder,
kwam als antwoord: „Vrouwen
hebben te weinig zelfbewust
zijn; daarom zijn ze meestal
geen goede leiders".
In een enquête onder 1028 oudere
meisjes verklaarde 71 procent
van de ondervraagden, dat zij
na hun trouwdag of na de eer
ste bevalling zouden willen op
houden met werken buitens
huis. Slechts 26 procent zei van
plan te zijn als gehuwde vrouw
een beroep te blijven uitoefe-
Dr. Rolf Gerlach in een artikol
over sex: „Onze vrouwen voe
len zich verwaarloosd. Een
vrouw heeft tederheid nodig;
zij heeft (veel meer dan de
man) behoefte aan kussen, lief
kozingen en strelingen. Vrou
wen van de DDR verdienen bet
die tederheid te ontvangen".
En dat kan de Oostduitse man
met zijn keukenschort weer
wat moed geven: hij zal wel de
baas blijven. Omdat moeder
het zo wil.