1ELEK SCHWARTZ: SPORT Go Ahead is verplicht zich arm te verkopen „Binnen de regels moet je hard spelen Eindelijk eens wat nieuws bij NAC I SPORTBIJLAGE 1 Voor NEC is de opgave: niet bij top achterraken EREDIVISIE 1971-1972 MVV is in de opbouwperiode MAANDAG 9 AUGUSTUS 1971 Elek Schwartz was nauwelijks terug van zeven jaar weggeweest of hjj kon zjjn kennis van de Nederlandse taal ver rijken. In een voetbalperiodiek stond een commentaartje met de nogal venijnige opmerking: „Elek Schwartz heeft, ge zegd dat hij het Bulgaarse voetbal kent als zijn broekzak. Dat is iets om te ont houden". Want Sparta speelt ln het toernooi om de Europa Cup II tegen de Balgaarse bekerhouder. Met een glim lach, die om de lippen wordt geplooid wanneer men wil aangeven het niet zo erg te vinden, zegt Elek Schwartz in zjjn kantoor in het „Kasteel" van Sparta „Ik heb er weer een uitdrukking by geleerd. Ik heb gezegd dat ik het Bul gaarse. voetbal ken, en goed. Ilc heb er tweemaal een vrij langdurige tournee gemaakt. Die uitdrukking van die broek zak had ik nog nooit, géhoord. Nou ja, die journalist zal het wel goed bedoeld hebben en ik ken er een typisch Neder lands gezegde bij". Elek Schwartz neemt zoiets niet meer zo nauw. In vroeger jaren wond hij zich nog wel eens op als er negatief of cy nisch over hem werd geschreven. Dat De manager van NEC, Wil Jan van talloze maanden in binnen- en buitenland heel eerlijk: „Als je achteraf ziet wat voor moeite je allemaal gedaan hebt om aan een goede spitsspeler te komen, moet ik inderdaad zeggen dat ik niet voor honderd procent tevreden hen over het verloop van de tnnsferperiode. Maar over het geheel genomen zijn we toch niet slecht door de transferperiode ge- Al heel vroeg, voordat de competi tie 1970-1971 ten einde was, kon' men manager Jansen en trainer Wiel Coerver gescheiden of sa men op vele voetbalvelden aan treffen, op zoek naar die ene hele goede spitsspeler die men zo graag zou hebben gehad. Want aan een afwerker van formaat ontbrak het de Nijmeegse club. Maar ondanks alle besprekingen, contacten en vergevorderde on derhandelingen bleef het gewen ste resultaat, uit. NEC kocht Felix Muller van Blauw Wit en op de valreep Tomislav Prosen van de Joego-Slavische vereniging FC Maribor. De achterhoede werd versterkt door Stije Visser van Hermes DVS en Chris Kronshorst van Holland Sport. Het afgelopen seizoen moest Theo de Jong naar de voorste linie omdat de man op wie Wiel Coer ver zijn hoop had gevestigd, Henny Oosterveld, volledig faalde. Hoewel ook Theo de Jong kansen liet liggen, kon hij toch een flin ke plaats bereiken op de vader landse topscorerslij st. Accent o|) jeugd NEC. dat er alles aan zal doen om in ieder geval niet achterop te raken bij de topclubs en het liefst de aansluiting nu al tot stand wil brengen, gaat zich dit seizoen vooral op de jeugd toeleg gen. De gemeente heeft NEC dit jaar nog wel gesteund, maar heeft daaraan de voorwaarde verbonden dat het accent veel meer naar de jeugd moet wordèn verschoven. Dit is gebeurd. Be halve dal aan enige jonge spelers een contract werd aangeboden, o.a. aan de SCE-spelers Wim Kamps (broer van eerste elftal speler Piet) en Eugène Vijfkerken kom ook een aantal jonge ama teurs bij NEC. Zij krijgen geen contract, maar zullen onder lei ding van hulptrainer Looyen ook al afkomstig van SCE flink aan de tand worden ge voeld. Wil Jansen: „Wij hopen dat ver- scheidenen van die jongens dit jaar al zullen doorbreken. Waar bij ik op de eerste plaats niet denk aan een vaste plaats in het topteam maar toch wel aan een plaats op de reservebank, waar door zij mogelijk wel eens in de gelegenheid worden gesteld in te vallen en al vast kunnen kennis maken met de sfeer van de ere divisie". Te duur NEC hield ook een flinke uitver koop. Liefst zes spelers werden aan andere verenigingen overge daan, onder meer Dimitri Davido- vic die dermate hoge eisen stelde, dat het bestuur het niet verant woord achtte hem nog langer te houden, en Jürgen Jendrossek die geen zin meer had in NEC. Ver der werden spelers, die slechts af en toe ingezet waren in de hoofd macht, van de hand gedaan. „De ze spelers waren voor ons te duur om hen alleen maar in het B- elftal te laten spelen. Nu gaan we het doen met voor het grootste deel amateurs", aldus manager Wil Jansen. Is voorbij. Voor hem wordt het verleden ingedeeld in twee vakken: zjjn eigen ver leden, dat haarscherp in zijn geheugen is gegrift, dat van anderen waarvan hij alles wil vergeten. Daarom zegt hij ook: „Van het vorige seizoen weet ik alleen dat ik thans twee geblesseerde spelers heb, Walbeek en Heijerman. Voor de rest interesseert niets me. Ook niet hoe de heer Kessler trainde In hemdsmouwen, de pantalon opge houden door smalgesneden bretels die voren trekken in zijn overhemd, duidt hij zijn methode aan met de simpele woor den: „Binnen de regels moet je hard spe len. Ik speelde zelf zeer hard in mijn ac tieve voetbaltijd, maar altijd binnen de regels. Zo vind ik natrappen ronduit schandalig. Een goede duw, daar ben ik helemaal voor". Dit ter geruststelling van hen die van mening mochten zijn dat Elek Schwartz, wijd en zijd bekend als minnaar van mooi spel, van Sparta een weekdier zal maken. Mooi en efficiënt Elek Schwartz omschrijft zijn bedoe lingen nader met: „Inderdaad, ik houd van mooi voetbal. Wie niet? De toe schouwers ook en hen moeten we res pecteren want zfj brengen het geld bin nen. Maar je kunt mooi en tevens effi ciënt spelen als ploeg". Elek Schwartz moet dan toch noodgedwongen even teruggrijpen naar het verleden van een ander want van Kessler werd gezegd dat hij van Sparta een eenheid, een ploeg heeft geboetseerd. Schwartz: „Een goede ploeg is altijd een eenheid, overal ter wereld. Ook in Afrika, ook in China. De speler moet op het juiste moment individueel kunnen optreden, voor de rest collectief. Goede spelers hoef je dat niet te leren. En Sparta heeft goede spelers. Er wordt wel eens gezegd dat er lastige bij zijn. Ik heb liever elf moei lijke maar goede voetballers dan elf zachte die slecht zijn. Bij Sparta zijn trouwens geen lastige spelers. Je moet hen er wel van overtuigen dat hard trainen geen straf is maar noodzaak. Elek Schwartz terug temidden Kantoorbaantje Die overtuiging bijbrengen was, zo kan men opmerken, wel nodig want in de voorbereidingsperiode trainde Sparta elke dag, ook op zondag. „Als je de stij gende lijn wilt bereiken, kun je geen dag de training overslaan. In de compe titie zijn de spelers op maandag vrij, behalve dan de medische controle en de massage. Elke dag moet je met voetbal bezig zijn, goed gedoseerd. Daarom ben ik. enerzijds voor en anderzijds tegen het full professionalisme. Het liefst zou ik zien dat de spelers een baantje hebben waarbij ze niet vermoeid raken of de aandacht van voetbal te veel wordt af geleid. Een rustig kantoorbaantje bij voorbeeld. Het nadeel van volledig pro fessionalisme vind ik dat je niet de hele dag met voetbal bezig kunt zijn, niet steeds kunnen trainen. Je moet je rust nemen en iets anders doen. Te veel en te hard trainen is demagogie. Je moet we ten tot hoe ver je kunt gaan, ook op de training, waarbij je de grenzen van de vermoeidheid niet moet overtreden zo dat de spelers hun grote prestatie in de wedstrijd kunnen leveren". De nieuwe man van Sparta, die de taak van manager-coach met algehele volmachten kreeg opgelegd „als blijkt dat in de tweede transferperiode moet worden gekocht, zal ik dat doen maar tegen een 'normale prijs" werd meteen geconfronteerd met het touw trekken om Willy Kreuz en de contract- moeilijkheden van Janusz Kowalik. Elek Schwartz: „Admira vroeg voor Willy Kreuz tweehonderd en vijftigduizend dollar, jawel dollar. Ze wisten wel dat niemand dat zou betalen. Ik heb al ge hoord dat Kowalik ook heel goed is. Hij maakt doelpunten. Bel even op Schwartz kwam niet als totaal vreem de bij Sparta. Hij kende Eijkenbroek, Doesburg, Terhorst, Bosveld en Kleinjan „allemaal door mij geselecteerd in de jeugdploeg, jong Oranje, militair elftal of Nederlands team toen ik nog bonds coach was" en had tijdens zijn ver blijf in het buitenland nauwkeurig de ontwikkeling van het Nederlandse voet bal bijgehouden. Hij kende bijv. Ove Kindvall niet maar kan feilloos opsom men welke belangrijke doelpunten hij heeft gescoord, ook in de competitie. „Laten ze dan maar vertellen dat hij niet zo'n groot voetballer was maar hij heeft ettelijke zeer belangrijke doelpun ten gemaakt, ook in de competitie als Feijenoord met 1-0 won of het derde doelpunt voor de 3-2 maakte. Zo'n spe ler is toch goud waard". Niet alleen Sparta's manager-coach maar ook diens vrouw en dochter hoop ten vurig ooit weer in Nederland te kun nen leven. „In het buitenland spraken we af en toe Nederlands met elkaar om het niet te verleren". De droomwens van Schwartz werd op miraculeuze wijze de voormalige bondscoach droeg vervuld. „Ik wist helemaal niet dat Sparta een trainer wilde hebben. Ik respondeerde nog wel altijd met mijn vrienden van DFC en opeens kreeg ik een telegram: bel even op. Dat deed ik en de voorzitter van DFC vroeg: wil je in Nederland komen werken, bij Sparta Ik antwoordde: ja graag. In tien minuten was het voor elkaar. Maar het was mij een even grote verrassing als iedereen". Hij verliet ijlings zijn flat in Straats burg, kampeerde op het kasteel en sliep in een Dordts hotel, tot hij zijn woning onlangs kon betrekken. In een paar kas ten in het kantoortje hingen kleren, lagen ondergoed en sokken. In de boe kenkast stond een rijtje favorieten en achter een deurtje lagen de schetsboe ken en tekenspullen die Schwartz overal mee naar toe neemt. Hij zal geen vloed van vrije tijd hebben om te schil deren, te tekenen of te lezen. Sparta wacht een druk seizoen, Schwartz heeft er niets tegen. „Die toernooien kunnen geen kwaad. Spelers die van voetbal leven, gaan daar niet aan dood". Elek Schwartz, de filosoof van voetbalveld, die van zichzelf zegt dat hij harder kan zijn dan menigeen van hem zou venvachten, moet noodgedwongen nog tweemaal teruggrijpen in het leden van een ander. Er is bij Sparta wel eens deining geweest over een inter view van een speler. Schwartz: „Als eer voetballer van twee en twintig jaar de oorlog in kan, kan hij ook een interview geven. Dan moet hij daarin ook volwas sen zijn. Ik ben niet voor een spreekver bod, maar als er over de ploeg als totaal moet worden gesproken, dient dat met de aanvoerder te gebeuren. Ik vind de spelers intelligent genoeg om over zich zelf te praten en daarbij de ethiek in En nogmaals in het nabije verleden duikend: „Ik ben niet voor zoveel oefen' wedstrijden. We zijn tien dagen in Exloo in een trainingskamp geweest. Er ston den zes wedstrijden op het programma, veel te veel maar er was niets meer aan te doen. Dat was contractueel vastge legd". Elek Schwartz had zichtbaar moeite om die grens van zijn heden en andermans verleden te overschrijden toen hij zei: „De heer Kessler had dat nog gedaan". En daarmee was het ver leden voor hem definitief dichtgeklapt. De periode-Schwartz is het belangrijk ste. De periode van: „Ik zal Sparta geen damesvoetbal laten spelen. Voor mij mag het hard gaan, als het maar correct ge beurt. Daar sta ik op". HERMAN VAN BERGEM. NAC, oerdegelijk onderhouden, elk jaar opnieuw gepoetst, geverfd, gerepa reerd. Maar zelden komt er werkelyk iets nieuws. Geen geld en „men moet roeien met de riemen die men hpeft", is een veel gebruikt steeds wederkerend gezegde in de leiding by de Bredase sm* - dan toch iets NAC en Leo Canjels zijn niet meer een. Leo Canjels, met hart en ziel aan z'n club verbonden, heeft liet beperkte van de mogelijkheden by NAC gezien. Hij heeft de grens bereikt en is overge stapt naar een breder front, F.C. Brug ge, voor hem een club met Europese mogelijkheden. Een club met geld, an ders dan NAC. En terwijl hij in België met de macht van het geld sterspelers als Rijnders (Ajax) en Veenstra (PSV) aantrok, en bovendien een bod deed op Lex Schoen maker (ADO) en Dick van Dijk (Ajax) keek men bij zijn oude club uit naar een trainer die bereid was wel te werken met de voor Canjels te schaarse mogelijkhe- Ben Peeters, die met Feijenoord de landstitel veroverde, zag het wel zitten. Hij, de man die bij Feijenoord moest wij ken voor Ernst Happel die op zijn succes verder bouwde en de Europa Cup en Wereldbeker veroverde, heeft de plaats van Leo Canjels ingenomen. Geen spec taculaire aankopen, dat wist hij. „Maar de ploeg heeft echt wel mogelijkheden", stelde hij vast. „Ik ben reëel", zei hij, „Voor NAC is geen plaats bij de boven ste drie weggelegd. Dat is niet haalbaar. Maar een goede plaats in de middenmoot dat wel. En NAC kan voor elke club een gevreesd tegenstander zijn èn dan ben je al een heel eind. Dat trekt publiek en het publiek dat brengt het geld. Zo kun je wel iets opbouwen. Je hoeft niet al tijd de top te halen maar wel moet je eruit halen wat erin zit. Dan heb je als trainer je doel bereikt". En Ben Peeters gebruikt daarna na genoeg dezelfde woorden als zijn voor ganger bij zijn vertrek had gebezigd: „Met een goede spits bij NAC kan de club bij de bovenste zeven eindigen", Leo Canjels was weg. Bij NAC ging men op zoek naar een spits, de man die de ploeg een plaats bij de bovenste ze- ven kon bezorgen. En terwijl men zocht, dook plotseling het doelmansprobleem op. Peter van der Merwe, vaste rots in het Bredase doel, moest op medisch ad vies stoppen. Natuurlijk, men had nog wel een Mari van Dongen en een Wislaw Kitzmann, maar men oordeelde dat deze twee toch niet zo goed waren als Van der Merwe en dat kon wel eens een aan tal punten kosten in de competitie, waardoor de club in degradatiegevaar kon komen. Van Dongen kent veel in zinkingen en Kitzmann, is te veel gecon centreerd op de lijn. Men vergat even de spitsspeler en ging op zoek naar een goede vervanger voor Peter van der Merwe .Safety first. Jan de Jong, van het naburige DFC bleek de oplossing. De Jong, wel erkend als talent, maar bij DFC niet geheel uit de verf gekomen, kostte echter veel geld. Althans voor Bredase begrippen. En ineens kwam, de bronnen werden geheim gehouden, bijna anderhalve ton op tafel voor de doelman die men wilde. Van achter het IJzeren Gordijn trok men spitsspeler Alexander Mandriana, een 29-jarige Pool aan. MVV-trainer George Knobel staat voor het nieuwe seizoen voor een expe riment. Hijzelf noemt het weliswaar niet zo, maar gezien het feit dat hU vier semi-profs (Gaedackers, Toennaer, Brassé en Szefer) moet vervangen door amateurs, mag dat toch wel een probeersel genoemd worden. „Het is voor mij een uitdaging, Ik geloof er namelijk in dat we met ama teurs in de komende jaren een goed elftal kunnen opbouwen. Het zal niet van vandaag op morgen gaan, maar als ik de tijd krijg om hen serieus voor te bereiden op het voetbal in de eredivisie moet dat mogelijk zijn". George Knobel weet dat het seizoen voor MVV moeilijk zal worden. Er was bij de Maastrichtse ploeg weer geen geld om spectaculaire aankopen te doen. Zestien jonge amateurs werden aangetrokken, van wie er vijf (Lacroix, Schellings, Colombain, Van Bergen en De Regter) geen contract krijgen. De rest wordt toegevoegd aan het opleidingskader, waarmee Knobel al geruime tijd bezig is. „Lacroix en Colombain zullen er wel komen. Lacroix heeft veel internationale ervaring. Hij speelde diverse malen voor het nationale team en Colombain mag gerekend worden tot de beste amateur-verdediger van Nederland' George Knobel heeft geen bepaalde verwachtingen voor het nieuwe seizoen. „Als we gespaard blijven voor blessures is ons team zeker niet slechter dan twaalf andere eredivisieploegen. Met een beetje geluk, en dat is in voetbal beslist noodzakelijk, kunnen we een behoorlijke plaats in de middenmool bezetten. Hebben we echter weer net zoveel pech als aan het begin van het vorig seizoen, dan wordt het weer modderen. Vergeet niet dat ik het vorige seizoen mijn drie aanvallers praktisch moest missen. Brokamp had een knie blessure die maar niet wilde genezen. Nico Mares werd geplaagd door een blessure in de rug en Ivan Mraz was een hele tijd ziek. Een heel team komt op zo'n manier onder geweldige druk te spelen. De achterhoede durft geen risico te nemen uit angst dat een fout een doelpunt voor'de tegenpartij op levert. Dan sta je meteen achter met het besef, dat er niemand is die een tegendoelpunt kan maken. Dat vreet aan een ploeg en komt de prestaties niet ten goede. Maar dat was het vorige seizoen. Laten we hopen dat we in de nieuwe competitie een beetje meer geluk hebben en dat onze amateurs zich net als Jan den Rooyen vorig jaar, zullen ontwikkelen tot echte betaalde voetballers". Go Ahead, sinds 1902 vrijwel steeds vertegenwoordigd in de top van het Nederlandse voetbal, komt in het volgende seizoen in de eredivisie uit met de toevoeging Eagles (Adelaars). Dat is niet de enige verandering. De ploeg zal niet meer in de vertrouwde roodgele kleuren spelen. Die gaan mee met de amateurafdeling die onder de naam Go Ahead (zonder toe voeging) haar eigen weg zoekt. Go Ahead Eagles heeft als clubkleuren paars-wit. Het voetbalbroekje is ook paars, de kousen wit. De enige nieuweling bij Go Ahead Eagles een aantal gecontracteerde ama teurs buiten beschouwing gelaten) is Egbert ter Mors, die vroeger reeds voor Go Ahead speelde en de laatste jaren fu rore maakte bij Rot Weiss Essen. Geen spectaculaire gebeurtenissen De oorzaak moet in het financiële vlak gezocht worden. Reeds vele jaren kampt de Deventer club met een aanzienlijk exploitatiete kort, dat volgens voorzitter A. M. Brands zal blijven bestaan, zolang Go Ahead op een aanvaardbaar niveau be taald voetbal wil blijven bedrijven. De heer Brands: „Er zijn drie moge lijkheden: a. handhaving van de huidige positie op de ranglijst; dit gaat gepaard met een blijvend jaarlijks tekort; b. het is misschien mogelijk zonder te korten te werken, maar dan zal Go A- head een stap terug moeten doen, wat wellicht degradatie zou inhouden: c. ook het bereiken van de eerste plaats op de ranglijst is te verwezenlij ken, maar dan zal er jaarlijks een ton of vier, vijf bij moeten, en waar moeten die vandaan gehaald worden? Dolksteek Go Ahead wordt financieel gesteund door gemeente en industrie. Maar het (desondanks) tekort en dat is een keiharde realiteit moet worden opge vangen door het verkopen van een top- speler. Het verlies van Nico Rijnders, Wietse Veenstra, Pleun Strik en Dick Schneider is een dolksteek in de harten van de aanhangers geweest. Daar is dit seizoen Oeki Hoekema bij gekomen, die door de opbrengst van een ton of vier het traditionele tekort weer heeft aangezuiverd. De aanvulling bij Go Ahead zal steeds uit de jeugdopleiding moeten kotnen, wat inhoudt dat een speler die zich tot een topspeler ontwikkelt t.z.t. geld moet opbrengen om het traditionele gat te stoppen. Zoals het er nu voor staat, zal bijv. een Bert van Marwijk, wiens contract dit maal overigens moeizaam tot stand kwam, dezelfde weg gaan als zijn illus tere voorgangers. Kortsluiting De veronderstelling dat Oeki Hoeke ma rechtstreeks is vervangen door de middenvelder Egbert ter Mors is onjuist. Hoekema's plaats in de voorhoede wordt ingenomen door Dick Beek. Voorzitter Brands over hem: „In het laatste seizoen bij Telstar maakte Dick Beek, naar ik meen, veertien doelpunten. Barry Hughes hangt gelaten over de omrastering: Hij weet dat de verkoop van Oeki Hoeka een dolksteek in de harte, van de Deventer voetbalaanhang ers is. Ook voordien was hij zeer produktief, maar by Go Ahead is hij nog niet uit de verf gekomen. Toch zeggen Rinus Israël en onze eigen Gerard Somer. dat Beek als spits „levensgevaarlijk" is, Volgens mensen die het weten kunnen, moet et- kortsluiting zijn ontstaan in de begelei ding van Beek, waardoor hij zich moei lijk heeft kunnen aanpassen. Ook een bepaalde animositeit tussen Beek en Hoekema kan tot het teleurstellende op treden hebben geleid. Barry Hughes zal Beek nu alle gelegenheid geven zich vol ledig te ontplooien. Aan de bereidwilligheid van de altijd hardwerkende Beek zal het niet liggen." GERRIT ZWIERS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 13