Moet vreugde of angst zich meester maken van Rijnders recordjacht? Het fundament van ZIAN'S zwemgSorie AAN VOORAVOND VAN ZWEMSTRIJD ZATERDAG 24 JULI 1971 Het ZIAN-kwartet zit er als vo.lgt bij: Op de bovenste rij Peter Prijdekker en Piet Brouwers met daaronder Rob Vonk en Henk, Mulder. (Van onze zwemmedewerker) J DEN HAAG Zwemmen Is Altijd Nuttig is het devies van de meest toonaangevende zwemvereniging van Den Haag. ZIAN veroverde op de Haagse kampioenschappen, die in juni werden gehouden. 73 titels op 110 programmanummers. Ploegen als HZPC (16). ZIOS (6) en Excelsior (5) bleven daar verjrij achter. ZIAN is bijna altijd de sterkste en vereniging van Den Haag geweest. De successenreeks op de kring kampioenschappen wérd in het jongste verleden alleen doorbroken door HZPC, dat in 1968 meer gouden medailles dan ZIAN verzamelde. Voor een echte toptraining te weinig water De zwemglorie van ZIAN is volgens voorzitter J. P. Schouten gebaseerd op drie fundamenten: „Er is van jongs af aan een selectie bij de jeugdige zwemmertjes en zwemster- tjes. De kwaliteit van de trainers bij ZIAN staan momenteel drie mannen en één vrouw op de kant is prima en de hele organisatie van de vereniging komt het topzwemmen ten goede" Daarnaast zijn er volgens de heer Schouten, die nu vijf jaar de voor zittershamer bij ZIAN hanteert, nog enkele, niet te onderschatten punten. „Wij hebben drie artsen in de ver eniging, allen met kinderen in de zwemploeg, die een goede medische begeleiding verzorgen. De wil van de kinderen zelf is natuurlijk ook enorm belangrijk. In de vakantie- tijd liggen ze drie keer per dag in het water Ze komen dan dik boven de tien kilometer. Dat is alleen maar mogelijk, omdat de ouders zich opoffergn. Ze staan vroeg op en op het financiële vlak blijft het niet bij de contributie alleen. Ver der hebben wij veel -buitenlandse contacten". Aantrekkingskracht De heer Schouten, bijna vijftig jaar en in het dagelijkse leven calcula tor bij een drukkerij, moet ook er kennen dat zijn vereniging een be paalde aantrekkingskracht uitoefent op talentvolle zwemmers in „klei- nere" clubs. „Een topvereniging is altijd attractief. Dat is in elke sport zo", meent hij. „Kijk maar naar RVC bij het amateurvoetbal. Een zwemmer, die op een redelijk niveau staat, gaat naar de topvereniging, Waar hij dat peil nog verder om hoog kan brengen. In Den Haag is dat nu eenmaal ZIAN. Toch heb ik altijd geprobeerd om in onze zwemkring een goede sa menwerking met andere vex-eni- gingen te krijgen. Momenteel heb ben wij al nauwere banden met ZCR en Vitesse. Ik zou niets liever wil len, dan dat er nog meer clubs bij kwamen." Ook de voorzitter van ZIAN ontkomt niet aan het oude liedje in de vaderlande zwemmerij: gebrek aan ruimte. De heer Schou ten: „Voor een echte toptraining is er in Den Haag te weinig water. De samenwex-king met de gemeente en de particuliere baden laat weliswaar niets te wensen over, maar het aan tal zwemuren schiet gewoon tekort. Mijn droom is altijd, dat er hier een topclub komt met een eigen bad en alle daarbij behorende accommo daties Voor het geld, dat daarvoor nodig is. denk ik onder meer aan de mogelijkheid van sponsors. In Veenendaal is Ritmeester de VZC gaan steunen. Andere verenigingen kunnen eigenlijk niet meer buiten steun van het bedrijfsleven. Van alleen contributies kan topsport niet betaald worden". ZIAN organiseerde als laatste voor bereiding op de Nederlandse kam pioenschappen, die van 25 juli tot 1 augustus in het Haagse zwembad Overbosch worden gehouden, op 11 en 18 juli wedstrijden in het Zui- derprrkbad. „Zoals bij alle zwem wedstrijden, moest hier ook geld bij", zegt de heer Schouten. „Maar toch hadden we een gunstige gene rale repetitie voor de nationale kampioenschappen. De Haagse clubs hebben dit jaar het voordeel dat deze titelstrijd in Den Haag komt. De deelnemers blijven in een ver trouwde omgeving. Het is alleen te hopen, dat het ploegverband even goed is. als wanneer we ergens anders zijn. De jongens en meisjes gaan nu steeds van het bad naar hun eigen huis en dat is qua „uitje" minder interessant. Het is in ieder geval wel beter voor de zwem- prestaties". Gunstig Voorzitter Schouten. De heer Schouten ziet de toe komst van Nedei'land in het alge meen en Den Haag in het bijzon der op zwemgebied gunstig tege moet „Ik hoop dat we weer snel aansluiting hebben met het Euro- pese peil. Misschien is er binneft niet al te lange tijd dan weer een wereldrecord in Nederlandse han den. Dat ik op de zwemtoekomst van Den Haag een gunstige kijk heb komt mede dankzij de medewerking van de gemeente Het gemeentebe stuur van Den Haag ziet sinds het wethoudersschap van Maarten Vro lijk de vele moeilijkheden van de sportverenigingen volledig onder ROEL PRAAT AMERSFOORT De record- jacht van Anke Rijnders heeft de zwemwereld de af gelopen maanden niet alleen met stijgende vreugde, maar ook met verbazing en angst vervuld. Wat betekent het om in de aanloop op de Ne derlandse kampioenschap pen, die morgen in het super snelle „Overbosch" zullen beginnen, liefst elf courante records omver te kegelen en dan nog wel met een air als of ze nooit bestaan hebben? Wie zó overdonderd wordt, vraagt zich af: Kan Anke Rijnders dit volhouden? In een minimum van tijd opwer ken tot de onbetwiste sprint koningin van ons land, en passant ook de „eeuwen oude" limiet van Erica Terp stra 1C0 meter vrije slag in 1.01.6 opzij schuiven, is een prestatie, waarvan de angst het dreigt te winnen van de vreugde. Eén man, AZPC-trainer Wout GerritSL', grijnst volop als dit bezwaar wordt geopperd. Hij weet, dat de Naarden- groep met levensgevaarlijke concur renten als Hansje Bunschoten, Linda de Boer, Annemarie Groen en Ton van Klooster zich bewust „in de scha duw" heeft voorbereid met de bedoeling op de nationale zich kandidaat te stel len voor vrijwel alle medailles. Maar, ook aan de vooravond van het zeven daagse zwemfestijn, heeft Wout Ger- ritse er nog geen spijt van Anke Rijnders niet teruggenomen te hebben. Zijn vx-ijpostigheid vex-klaart hij met: „Er is niemand in Nederland, die het raadsel van het pieken in de zwem- sport kan oplossen of al opgelost heeft. Waar zou ik dan bang voor zijn?" En. ook al zou de Naardengi-oep net op het goede moment de „top" bereiken, dan boezemt dat voorgevoel hem nog geen vrees in. „Anke Rijnders heeft in trainingen duidelijk betexe tijden ge maakt. Oók dan sommige bestaande records. Het zal dus wel meevallen". Het optimisme, dat ook het vorig jaar aan de vooravond van de Nederlandse kampioenschappen van hem afstraalde, is nog altijd in onverminderde vorm aanwezig. In de maanden, die er zijn verstreken, heeft Wout Gerritse een trainer uit de Carlileschool veel ge piekerd. Over Anke. die terugviel zonder dat het verwacht werd, en over ~.M, J|H u -*■- - hemzelf, welke fout hij eventueel ge maakt zou kunnen hebben. Wout Ger ritse wil nou niet zeggen, dat hij het „geheim" opgelost heeft. Maar alles wat de Amersfoorter als een gunstige ervaring opdeed, is wel verwerkt in de „glanzende" voorbereidingstijd, waarop anderen jaloers zijn. Nuchtere visie van Wout Gerx-itse: „Het belangrijkste is, dat Anke nu weet wat een teleur stelling is. Iedereen herinnert zich nog wel, en wij natuurlijk in het bijzonder, hoe ze het vorige jaar bij de nationale kampioenschappen in Leeuwarden voor de bijl ging. Dat is haar beste leerschool geweest, die ze nodig had. Ze weet wat het wil zeggen niet meer mee te spelen op het voorste plan. En daar heeft zè go'ed de schrik van tel pairken". Een bijkomende stimulans was' voor Anke' Rijnders ook de uit daging, die ze na Barcelona aannam. De adviseurs van de Koninklijke Nederlandse Zwembond zeiden Wout Gex-ritse dat er meer toekomst voor haar lag .op de korte dan op de lange afstanden. Zelfs toen Anke Rijnders op een zonnige julimiddag van dit jaar, in hét Utrechtse bad Den Hommel, vol komen tegen de verwachting in het record op de 400 meter vrije slag aan diggelen zwom, x-ees er geen moment de twijfel of men wel op de goede weg was. „Zij blijft zich concentreren op de kortere nummers", herhaalde Gerritse, die niet van zijn stuk te krijgen was. Zijn standvastigheid was de basis. waarop Anke Rijnders met haar recordjacht doorging. Hij stelt nu: „Zij is niet meer kapot te krijgen". Wout Gerritse is in vele opzichten een tegenpool. Hij was nooit één van die mensen, die zo' warm liep voor, het alsmaar meer kilometers trainen, waar tóch de meeste van zijn collega's veel vertrouwen in hadden. En nog, ook al wekt Naarden bewust de indruk mini maal tien kilometer per dag te zwem men, is zijn standpunt onveranderd. Anke Rijnders heeft hij ook niet anders naar de top gebracht. „Als ik het ver gelijk met 1970, trainen we iets meer, maar niet veel. Als ik het goed heb zaten we de laatste weken aan vijf kilometer per dag en het vorige seizoen drieëneenhalf. Ondanks deze veran dering zitten we nog altijd de helft onder wat anderen gewend zijn". En toch, daar blijft Wout Gerritse bij, hoeft zijn toppupil niet op conditie verslagen te worden. Integendeel, uit zijn visie Anke Rijnders slaat zich door het water. Zal zij in haar record jacht nog te stuiten zijn op de Nederlandse kampioenschap- moet blijken, dat hij minder trainen als een voordeel ziet. „Als je zó de nadruk legt op het zwemmen, kom je er niet, is mijn mening. Het vlammetje is dan zo snel uitgeblust, als u begrijpt wat ik bedoel. Wat heb je daaraan? Ik persoonlijk wex*k liever naar een top toe". En weer glundert Wout Ger ritse volop. Want op deze conclusie, volgt maar één antwoord en dat gaf hij al eerder: „Ik zei u toch al: Anke Rijnders is niet meer kapot te. krijgen". Om deze houding van de image „hau tain" te ontdoen, wees Wout Gerritse op de recordlijst. Zijn vertrouwen stoelt op elf prestaties, die niet meer uit zijn herinnei-ing zijn te bannen. In de damessector wekte Anke opzien met de verbeterde Tcrpstratijd van 1.01.2 op de 100 meter vrije slag, het verrassen de record in het Zuiderpark op de 200 meter (2.10.8) en de 400 meterlimiet in Den Hommel (4.37.1). De laatste ver richting moest de vorige week ook al weer uit de KNZB-reglsters worden geschrapt, omdat haar rivale Hansje Bunschoten zich in Heiloo niet liet kennen (4.35.7). Voor meisjes onder de 16 jaar was de doorbraak van Anke Rijnders zo mogelijk nog opzienbaren der. Haar tijden, buiten de vrije slag, waren ook van allure. Op de 100 meter vlinderslag kwam ze tot 1.07.1 (4 mei in Den Hommel) en op de 200 meter vlinderslag was ze eveneens een keer sneller (2.37.4) dan het bestaande bas tion, dat ervoor stond. Uit deze „waslijst" is maar één con clusie te trekken: Anke Rijnders heeft zich niet willen sparen in tegenstelling tot wat anderen deden. „Maar ik wil best zeggen, dat ik in dit opzicht zélf ook vreemd sta te kiiken", meende Wout Gerritse. „Vroeger was Naarden altijd de ploeg, die nergens om gaf. Ze zag welNu zijn de rollen omge draaid. Anke Rijnders ziet wel. „Hel gezonde wat ik in dit streven zie is het feit, dat ze niet bang meer hoeft te zijn. Kijk, als ze per ongeluk de nationale mocht verprutsen, blijft haar seizoen goed. Alleen het idee van de zure appel moet dan worden weggebeten". Daar aan wil Gerritse niet denken. Waarom zou hij dan ook? „De vox'ige week stap ten Anke en ik in een verkeerde trein naar Heiloo. We arriveerden daardoor slechts vijf minuten voor de start van dc wedstrijden. Na twee baantjes wist ze al dat ze een nieuw record zou ves- Maar het is niet alleen Anke Rijnders wat AZPC tot een zeer succesvolle club maakt. Misschien, dat die indruk op dit moment gewekt kan worden, omdat er niemand anders is, die boven de nationale top uitsteekt, maar Wout Ger ritse vertrouwt erop dat het niet bij deze ene zal blijven. Hij heeft een groep „klein spul" achter de hand, waarvan in trainei'skringen de hoogste vex*wachtingen bestaan. En de Amers foorter weet dat ook te verklaren: „Onze groep in zijn totaliteit is gewoon zeer sterk. Er is ook een voorbeeldige sfeer". De veranderde mentaliteit van Anke Rijnders is voor een niet onbe- langrijk deel mede daaraan te danken. „Toen Anke in 1970 op de startblokken ging staan, was ze al verslagen als er maar iemand naar haar glimlachte. Ze voelde zich dan haarzelf niet meer. Nu is Anke degene, die anderen meestal uitlacht". Het „geheim" van Anke Fijnders schuilt dieper. Waaxschijnlijk is het, dat de genegenheid en de opofferings zin van AZPC er ook mee te maken hebben. Ze is nu eenmaal de enige „topper" van de club én alle anderen zijn nog biet toe aan recordprestaties. Dat facet heeft natuurlijk een inspi- xerende en stimulerende invloed op Wout Gerritse. „En ik geef toe", stel de hij gemakkelijk, „dat het een voor deel is. Maar het kan ln mijn ge val ook een nadeel zijn. Het is im- Wout Gerritse kan zijn enthou siasme niet bedwingen als Anke Rijnders op weg is naar weer een nieuw succes. Radio De N.O.S.-radio zal dagelijks reportages verzorgen van de na- lionale zwemkampioenschappen, die van 25 juli tot en met 1 au gustus in Den Haag worden ge houden. Het schema van de re portages, die door Dick van Rijn /an commentaar worden voorzien, luidt als volgt: ZONDAG 25 JULI Tussen 14.02 en 18.00 uur via Hilversum .3 in „Langs de ,Ljjo"- 5 tóJÊAltfÖAG 2'é' JULI DINSDAG 27 JULI Tussen 12.55 en 12.59 uur via Hilversum 2 en 20.30 en 20.40 uur via Hilversum 2. WOENSDAG 28 JULI DONDERDAG 29 JULI 12.55-12.59 uur via Hilversum 2 in AVRO-Sportrevue en van 21.00-21.10 uur via Hilversum 1. VRIJDAG 30 JULI ZATERDAG 31 JULI ZONDAG 1 AUGUSTUS mers ontzettend gevaarlijk als je ver eniging maar van één meisje afhanke lijk is. Het beste voorbeeld zijn in mijn ogen de Haagse meisjes Wilma en Wouda de Ruiter. Zij zwommen in een kleine vereniging (Die Haghe, red.) en konden uiteindelijk niet verder meer komen. Zij stopten toen maar. Wel doodzonde natuurlijk." Ook de opbouw van de conditie zit in Rijnders' voor geschiedenis verweven. „De Nederland se Sportfedex-atie heeft nog niet zo lang geleden een aantal leden van AZPC op een fietsometer gezet. Om te testen, heette het. En dat viel in de smaak. Nu doet AZPC het zelf op de trai ning. De eerste keer was onze conditie goed, een keer erna was er al een belangrijke toename en nu is ze beter dan van de anderen." In de zwemwereld wordt verwacht, dat er na morgen een „regen" van records zal losbarsten. Die mening deelt Wout Gerritse. „Ik ben de vorige week in „Overbosch" wezen kijken. Iedereen had er maar één woord voor: mieters. Het kan dan ook haast niet anders of er moet wat gebeuren. De rest van de concurrentie heeft im mers nog niet gepiekt. De anderen moeten toch eens komen, nietwaar?" Het prettige idee maakt zich van Wout Gerritse meester, dat hij het volgende seizoen als de Olympische Spelen van München in zicht komen niet om trainingsfaciliteiten hoeft te zeuren. „Ik krijg van de gemeente Amersfoort in ieder geval drie middagen vrij om Anke te gaan begeleiden. Er wordt dan één baan voor me vrijgemaakt. Nou wil ik echt niet als een zeurder betiteld worden, die altijd wat te kankeren heeft, maar wat heb ik er nou eigen lijk aan? Anke, die er is, kan doen wat ze wil. Maar de rest wordt ver geten. Moeten ze niet even hard trainen om AZPC de aansluiting met de top te laten behouden? Daarom: Voor Anke blinkt er voorlopig goud. maar voor de ploeg voorlopig nog niet" HANS DE BRUYN FOTO'S: MILAN KONVALINKA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 15