Elektrische stoel
wachtte zeven jaar
Sacco en Vanzetti
Crisis in
middelbaar
onderwijs
MAMMOETWET NIET ENIGE OORZAAK CRISIS
Leraren voelen zich slachtoffer van
maatschappelijke stroomversnelling
Gay Twenties
begonnen
niet bijster
vrolijk
ATERDAG 10 JULI 1971
LEIDSE COURANT
Welke zijn de werkelijke oorzaken van
de crisis in het middelbaar onderwijs? Op
,die vraag probeert onderstaand artikel
een antwoord te vinden. Dat gebeurt
tegen de achtergrond van twee voorgaan
de artikelen. Daarin werd aan de hand
van de discussie over de middenschool
en de rol van de lerarenorganisaties een
indruk gegeven van de positie van de
leraren in het vernieuwingsproces. In een
vierde artikel wordt de mogelijkheid be
sproken dat de onrust onder de leraren
tot een uitbarsting komt.
tal scholen loopt terug, de omvang van de
scholen stijgt.
Een belangrijk gevolg van deze schaalver
groting zijn massaliteitsverschijnselen. Die
worden door de leraren negatief ervaren.
Er wordt denigrerend gesproken van „mam
moet-onderwijsfabrieken". De kleine school,
waar elke leraar op de hoogte is van de ver
jaardag van zijn collega, wordt vervangen
door de grote scholengemeenschap met een
functionele, licht verstarrende organisatie.
Het contact binnen het lerarenkorps wordt
zakelijker. Leraren zien elkaar, mede dooi
het systeem van urenleraren versus volle
dige betrekkingleraren, eerder als concur-
mnasia
(van onze parlementaire redactie)
DEN" HAAG Er sluimert een crisis in het
middelbaar onderwijs. Niet de drugs, de seks
of enkele „kritische leraren", maar de op
het eerste gezicht vrij algemene gelatenheid
onder leraren is het belangrijkste symptoom.
Het zijn vooral leraren bij de lange school
typen van het voortgezet onderwijs, vwo
(gymnasium, atheneum) en havo, die het niet
I best meer zien. Het is vaak de mammoetwet
die het moet ontgelden. Maar de mammoet
vormde niet veel meer dan aanleiding voor
vernieuwingswerk. Drs. J. de Wit, voorzitter
van de katholieke lerarenvereniging St. Bo-
naventura, formuleert het zo: „De mam
moetwet was het startpunt voor een casca-
dische versnelling in de onderwijsproblema
tiek". Als probleemgebieden noemt hij onder
meer tempo-differentiatie (proberen elke
leerling in zijn eigen tempo te laten wer
ken). veranderde methodiek, andere stof, an
dere aanpak van de leerlingen, de interne
democratisering op school, verzwaring van
het schoolmanagement vooral door de snelle
ontwikkeling naar schoolgemeenschappen,
het achterblijven van de extra faciliteiten
die het ministerie geeft, die vanwege geld
gebrek by het departement.
De eerste belangrijke oorzaak van de crisis
is de schaalvergroting. In elf jaar tijds. tus
sen 1958 en 1969, steeg volgens C.B.S.-cijfers
het totaal aantal leerlingen bij het onder
wijs met 22 procent. Het aantal leerlingen
da bij het ophouden van de leerplicht op
15-jarige leeftijd de school de rug toekeert,
wordt steeds kleiner. Van de 14- tot 18-
jarigen volgde in 1969 bijna 60 procent vol
ledig dagonderwijs (jongens 66 procent,
meisjes 53 procentHet leerlingenaantal bij
vwo, havo en mavo groeit nog veel sneller,
met 4 tot 5 procent per jaar. In augustus
1967 was dat aantal 512.000. Dit jaar zal
het de 612.000 ver overtreffen.
Dit ptoces van schaalvergroting krijgt nog
een exlra accent, doordat steeds meer vroe
ger zelfstandige scholen voor byvoorbeeld
alleen havo. alleen atheneum, gaan fuseren
tot schoolgemeenschappen. Het absolute aan-
Voor een begaafd en werkwillig kind is vol-
Tegen de ontwikkeling naar scholengemeen
schappen komen vooral de zelfstandige gym
nasia in verzet. Er is zelfs een actiecomité
gevormd van ouders. Zij krijgen vooral bij
val van leraren klassieken. Eén van hun
woordvoeders is dr. G. Muskens uit Nijme
gen. onder meer redacteur van het Week
blad voor Leraren.
Dat de scholen grotei moeten worden en
moeten concentreren, acht Muskens een be-
leidsstelling waarvan de juistheid onderwijs
kundig zeer twijfelachtig is. Hij is ervan
overtuigd dat het vwo aan niveau zal ver
liezen door de nieuwe ontwikkeling. De po
ging om het voortgezet onderwijs voor een
hoger percentage van de bevolking toegan
kelijk te maken, wordt volgens Muskens
„om propagandistische doeleinden" demo
cratisering genoemd.
Het uitstellen van de richtingkeuze via brug
klasstelsels zet. volgens Muskens, het onder
wijs in de lagere klassen op de spaarbran
der en maakt het zo voor de latere periode
onvruchtbaar. „Invoering van middenscholen
zal straks in de meeste scholen heel een
voudig zijn: zij zakken er vanzelf naar toe".
lang ongestoord hun vertrouwde gang gaan.
Nu horen ze van buiten dat het onderwijs
sleutelfactor is voor een nieuwe betere sa
menleving. De traditioneel ingestelde leraar
voelt zich opgejaagd en raakt geïrriteerd.
Toen dan ook in januari jl. een actiecomité
van verontruste ouders opstond om de reac
tie te prediken tegen ondermijning van de
moraal, legaliseren van soft drugs, verpoli
tieken van het onderwijs, legaliseren van
abortus, en de reeks zou niet volledig zijn
de eenzijdige gerichtheid van de massa
media, toen bleef de instemming vanuit het
onderwijs niet lang uit. Onderwijsbladen
maakten melding van de actiegroep, meestal
met instemming. De ouderactie voorzag in
een behoefte aan reactie op het rode boekje
van „kritische leraren".
Drs. H. Michielsen, voorzitter van de Raad
van Leraren, werkte als rector van een
avondlyceum in Utrecht mee aan een serie
artikelen in Elseviers Weekblad over drugs,
seks en politiek op school. „Het valt wel
mee op de gemiddelde school. Het is vooral
in bepaalde, grotere steden, veel minder op
het platteland of in het oosten. Wat ik er
in mijn eigen omgeving van merk. doet me
geloven dat maar een vrij klein gedeelte van
de leerlingen erdoor wordt getroffen".
Motivatie
de aandacht.
Ten tweede is er gemiddeld een verminderde
motivatie. Bij oudere, zelfbewuste leerlingen
kan maatschappijkritiek aan de studie de
zin ontnemen van voorbereiding op een
plaats in de samenleving. Een factor die on
getwijfeld invloed heeft, is de externe de
mocratisering van het onderwijs, dat wil
zeggen dat uit grotere bevolkingsdelen kin
deren naar het vwo en havo komen. Daar
door komen relatief meer kinderen uit zgn.
cultuurarme milieus, waarin het studeren
geen traditie is.
Een derde factor die de motivatie nadelig be
ïnvloedt, is de grotere algemene waardering
voor lust en de afnemende algemene waar
dering voor ascese. Zaken als versterving,
celibaat, een appeltje voor de dorst bewaren,
worden niet hoog meer gewaardeerd, in te
genstelling tot doen waar je zin in hebt.
Er schijnen nogal wat leraren te zijn die
deze veranderende houding bij hun leerlin
gen negatief waarderen. Dat kan grote
spanningen geven in de klas of groep. Het
heet dan dat de leerlingen moeilijker han
teerbaar zijn, geen interesse tonen, zich niet
meer willen inzetten. Deze leraren zullen het
des te moeilijker hebben naarmate zij zelf
nog verkeren in de sfeer van prestatiedrang
en competitie, die zo lang het onderwijs
heeft gekenmerkt (beste-van-de-klas-syste-
den gegeven, moet voor de betreffende kan
didaat dat vak immers aan het eind van
het vierde jaar tot een afronding komen.
Examenpakket
Een crisisfactor die vanwege zijn mogelijke
gewicht snel nog veel verder onderzocht
moet worden, is de veranderde instelling van
de leerling. Daarop is de aandacht onder
meer gevestigd in het jaarverslag van de ex
perimenten op de Nijmeegse scholengemeen
schap. Er is een andere mentaliteit, aldus
het verslag. De indruk bestaat dat in den
ken en handelen van de leerlingen de school
een steeds minder belangrijke plaats in
neemt. Zorg voor huiswerk en aandacht tij
dens de les nemen duidelijk af.
„Bij veel leerlingen van de lagere klassen.
Mammoetwet
De mammoetwet bracht niet alleen prakti
sche problemen met extra werk voor de le
raren. Als crisisfactor is van meer betekenis
dat sinds de invoering van de mammoetwet
zo ongeveer alles ter discussie is gekomen,
wat zo lang zo onbetwist en vertrouwd was
geweest. De relatieve rust in het Nederlands
voortgezet onderwijs maakte dat de klap
van de hedendaagse onderwijskundige on
zekerheid extra hard aankwam.
Er is al sinds 1967. nog voor de mammoet
Dan is er de discussie over de geldigheid
van het vwo-diploma. Moet elke leerling met
zo'n diploma toegang hebben tot alle uni-
verltaire studies, ongeacht het gekozen
examenpakket' Onder andere de rechten
faculteit van de Nijmeegse Universiteit
schreef een brief aan de scholen in Nijme
gen en omgeving, waarin stond dat de kan
didaten die rechten zouden komen studeren,
het beste dit en dat in hun pakket konden
Op 14 april schreef Staatssecretaris Gros
heide een brief aan de scholen, daarin deel
de hij mee dat per universitaire studierich
ting drie vakken verplicht gesteld worden
voor het vwo-examenpakket. Maar dan nog
blijft het probleem bestaan van de leerling
die aan het einde van het vierde jaar, wan
neer gekozen moet zijn, nog niet weet wat
hy wil gaan studeren.
Een andere zaak is de bevordering van klas
vier naar vijf. Moeten de beoordellngscijfers
van alle vakken even zwaar tellen, of wegen
die vakken zwaarder die de kandidaat in
zijn examenpakket kiest? Zo zyn er tal van
praktische moeilijkheden die de mammoet
in zich draagt.
Op de scholen bestaat onbehagen over de
manier waarop het ministerie dergelijke za
ken aanpakt. Er worden de scholen veel te
weinig faciliteiten geboden, vanwege geld
gebrek. Om alle mammoetwerkzaamheden
te verrichten, is veel extra tijd aan voor
bereiding en begeleiding nodig. De scholen
krijgen hiervoor taakuren. Dat zijn uren die
de leraren niet lesgevend besteden, maar die
voor de schoolorganisatie en rechtspositio
neel als lesuren worden gesteld. Het Spinoza
Lyceum in Amsterdam becijferde dat voor
het nieuwe schooljaar 108 taakuren per
gens Muskens straks geen plaats meer, en
hij ziet zijn school, gymnasium, al uitge
scholden voor elite-school.
Stroomversnelling
De tweede oorzaak van de crisisverschijnse
len is het gevoel bij leraren het slachtoffer
te zijn van „de maatschappelijke stroom
versnelling". Rector Th. Hoogbergen van
het Peelland-college in Deurne. in onderwijs
kringen bekend om zijn vooruitstrevende
ideeën: „De laatste jaren is er een orkaan
dooi de school gewaaid. Het w&s ook wel
een geïsoleerde veste, zonder veel invloed
van buitenaf". Hoogbergen meent dat de
entwikkeling op school verband houdt met
de ontwikkeling in met name de Katholieke
Kerk.
Blijkbaar komt, wat veel leraren zien als de
versnelde maatschappelijke ontwikkeling, op
hen af als een bedreiging. Zij konden jaren
aldus het verslag, bespeurt men een on
macht tot concentratie. Bij oudere leerlin
gen, bij wie het verschijnsel evenzeer voor
komt. is men geneigd te spreken van on
wil. Een maximale inzet is ook bij de oudere
leerlingen zeker geen regel meer".
Het verschijnsel is nog onvoldoende onder
zocht. Op het eerste gezicht zou het ver
schillende oorzaken kunnen hebhen, waar
van het Nijmeegs jaarverslag er ook een
aantal opsomt. Ten eerste hebben de leer
lingen meer afleiding. Het gezin is minder
dan vroeger een besloten leefwereld voor het
opgroeiende kind. Vooral de t.v. weet er ge
makkelijk binnen te dringen met informatie
en een presentatie die gemakkelijk de aan
dacht trekt en weinig concentratie vereist.
Vooral door de geestelijke rijpheid op jongere
leeftijd hebben de meeste gezinnen een meer
open karakter. De kinderen hebben gemak
kelijker toegang tot het gebeuren buiten ge
zin en school. Daar verdwijnt een stuk van
in werking trad. een discussie gaande om
atheneum en gymnasium, beide zesjarig, sa
men te voegen tot één „ongedeeld vwo".
Vooral van gymnasiumkant komt verzet.
Maar gezien de houding van het ministerie
zit het erin dat het ongedeeld vwo vroeg
of laat er komt.
In de sector vwo en havo wordt ook een
discussie gevoerd over hel: aantal vakken
dat in de hoogste klassen moet worden ge
geven. Kunnen de vakken, die toch niet door
de kadidaat in zijn pakket voor het examen
zijn gekozen, niet beter vervallen om hem
te ontlasten Daalt daarmee niet het alge
meen niveau Veel leraren, die gewend wa
ren alles zeker te weten en piekfijn geregeld
te krijgen, raken in deze dagen van de kook.
Op 1 augustus moeten de scholen het vierde
jaar vwo inrichten. Maar die inrichting zal
sterk afhangen van hoe het vijfde en zesde
jaar eruit ziet Als in die jaren niet voor
i vakken niet meer wor
week nodig waren, maar volgens de normen
van het ministerie kan op slechts 34 gere
kend worden.
Beslommeringen
Een andere klacht is, dat het ministerie
ijverig regelingen ontwerpt en het land in
stuurt. maar zich te weinig bekommert om
de vele organisatorische beslommeringen
die het gevolg zijn. Een duidelijk voorbeeld
is het schoolonderzoek. Dat moet over enige
jaren het mondelinge examen onder toezicht
van rijksgecommitteerden vervangen. Voor
de eindbeoordeling van de examenkandidaat
telt dan nog het centraal opgezette schrifte
lijke examen en een onderzoek door de
school zelf gedurende het laatste schooljaar
van de kandidaat. De school krijgt daar
mee meer eigen verantwoordelijkheid en het
schoolgebeuren wordt minder door eindexa
mens ontregeld.
Het afgelopen schooljaar werd voor het
eerst het schoolonderzoek gehouden. Rector
Hoogbergen: „Het schoolonderzoek is op
zich een goed ding. Maar ik zou wel eens
willen weten wie dat heeft opgezet. Het is
veel te omslachtig, een enorme papierwinkel,
veel te veel voorschriften en maatregelen".
Dr. Muskens vindt het schoolonderzoek een
aanfluiting. Het eindexamen wordt tot een
vertoning gemaakt, meent hij. Er is geen
controle meer. het niveau van het school
onderwijs kan ongestoord omlaag. De in
specteurs van het ministerie kunnen daarop
nooit voldoende toezicht houden. Drs. Mi
chielsen over het schoolonderzoek: „Een
rampspoed om het uit te voeren".
Een Haagse conrector. „Bij ons hebben een
aantal leraren botweg geweigerd aan het
schoolonderzoek mee te doen. Het departe
ment draaft door en stelt de scholen voor de
consequenties. Die moeten het maar uitzoe
ken. Zien wat ze ervan maken. Ondertussen
worden nieuwe ideeën gelanceerd vanuit het
ministerie. Maar de meerderheid van de le
raren wil eindelijk eens rust. Om tenminste
eerst die mammoet eens aan het lopen te
krijgen. Er is bij velen een zekere defaitis
me een grondige angst dat er nooit meer
rust komt".
Kennisgebrek
Crisisfactor vier werd gevormd door de
praktische moeilijkheden en fysische onze
kerheden sinds de komst van de mammoet.
De gevolgen hiervan worden nog versterkt
door gebrek aan begeleiding en kennis, vUf-
de grote oorzaak van de crisis in het mid
delbaar onderwijs.
De leraar die het onderwys moet vernieu
wen, is voor die taak helemaal niet opge
leid. Het leraarsamot was vanouds een de
gelijk. goedverdienend burgerlijk beroep.
Wie twintig jaar geleden voor dit vak sol
liciteerde, had heel andere bedoelingen dan
geconfronteerd te worden met wat zich nu
in het middelbaar onderwijs afspeelt. In zijn
ervaring werd de mammoet bruusk inge
voerd. Door geldgebrek bleef voldoende be
geleiding van de leraar uit.
Drs. J. Struijk, rector van de experimente
rende Nijmeegse scholengemeenschap. „Wij
ervaren gebrek aan wederzijdse informatie
bij experimenten. Je kunt het nauwelijks ex
perimenten noemen, want er is niet of nau
welijks evaluatie. En dat is toch erg nood
zakelijk om herhaling van fouten te voor
komen. Het is ook geen wonder, want wij
zijn er niet voor opgeleid. Er is geen bij
scholing geweest. Wij worden telkens voor
opdrachten geplaatst, waarvoor we niet vol
doende zijn geëquipeeid.
Wiens schuld het is? Er valt haast niemand
iets te verwijten. De inspectie is met deze
zaken bezig. De pepdagogische centra doen
hun best, maar zijn niet sterk bemand. Veel
problemen zouden er ook zonder mammoet
zijn geweest. De maatschappelijke ontwik
keling loopt er doorheen. Dat hebben de ma
kers van de mammoet ook niet tevoren ge-
Er is ook betere begeleiding nodig van de
leerlingen. Daar is veel geld voor nodig.
De vraag is, mag je dat pakken, ten koste
van bijvoorbeeld kleuter- en basisonderwijs
Wy hier geloven juist dat men by het basis-
en kleuteronderwijs moet beginnen wil er
werkelijk van onderwijsvernieuwing sprake
zijn. Wij willen hier eigenlijk onze proble
men voorlopig wel voor lief nemen, als het
geld voor het basisonderwijs wordt aange
wend", aldus drs. Struijk.
Intussen is men, rijkelijk laat, gestart met
een nieuwe lerarenopleiding, voorlopig nog
met het etiket „experimenteel". Binnenkort
komt een rapport uit van de commissie-
Mossel over de didactische aspecten van die
nieuwe opleiding. Algemeen is het inzicht
ontstaan dat een vernieuwd onderwijs alleen
kan werken onder daartoe opgeleide leraren.
De „gay twenties" begonnen niet zo bijster vrolijk in de
Verenigde Staten; de smaak van de overwinning in
1918 was weggespoeld, de gedemobiliseerde soldaten
vormden een burgerleger van mannen, die niet meer
aan de slag konden komen of niet meer konden wennen
aan het gewone levensritme en iets van de revolutie, die
in Europa de onrust gaande hield, was overgewaaid naar
de States. Dat laatste kon het minst kwaad: de oude
machtsverschijnselen, waartegen in Europa de commu
nisten en anarchisten storm liepen, bestonden in het
democratische Amerika niet, er vielen geen koningen
op te ruimen en over het kapitaal dacht de gewone ar
beidende Amerikaan nu eenmaal anders dan zijn uit
gebuite Europese collega. Maar de gedachte, dat de
dingen, die in Europa gebeurden ook wel eens zouden
kunnen gaan botsen tegen de Amerikaanse levensop
vattingen. maakte de burgerlijke Amerikanen arg
wanend jegens alles, wat ook maar even afweek van de
traditionele lijn.
Voor de politici, die zich gesteld zagen
tegenover grote naoorlogse moeilijkhe
den, kwam die argwaan niet ongelegen.
De tekortkomingen in het beleid en de
onrust onder de arbeiders konden langs
die argwaan worden afgeleid: het goede
oude Amerika kon onmogelijk schuldig
zijn aan tekortkomingen. Waar er on
rust heerste, moest die zijn aangestoken
door elementen van het soort, dat ook
Europa in onrust hield: door communis
ten en anai-chisten. De afleidingstactiek
slaagde uitstekend: de burgerlijken
keerden zich tegen alles wat rood en
anarchistisch was en er ontstond een
heksenjacht op de vaak zielige profeten
van de revolutie, van welke jacht pro
cureur-generaal A. Mitchell Palmer de
grote animator was. Zijn legertje van
„G-men" wist wel raad met arrestan
ten, die hun „rebellie" niet wilden be
kennen: de arme kerels werden meestal
op een ochtend ergens dood gevonden,
zonder dat iemand gezien of gehoord
had was er precies was gebeurd. Het
was een krampachtige toestand, die
eigenlijk in het geheel niet gerecht
vaardigd werd door de „macht" van de
„oommies' en de anarchisten: als er
over de hele V.S. ongeveer 150.000 wa
ren, dan was het al veel en die 150.000
hadden geen vaste binding, ze vielen
uiteen in kleine partijtjes en groepjes,
die maar weinig staatsgevaarlijk waren,
maar dat was voor de jacht niet be
langrijk. Belangrijk was, dat door de
jacht de aandacht van de wérkelijke
problemen werd afgeleid en dat lukte
bijzonder.
Salsedo
schakeld" heette Salsedo, natuurlijk
Europeaan van afkomst, want die wa
ren het meest verdacht. Salsedo werd
in New York gegrepen en een dag na
zijn „verhoor" ergens op een stoep
gevonden, vermoord. In zijn nadeel kon
worden gezegd, dat hij geprobeerd had,
aan de ondervragers te ontkomene maar
so what. De moord op de man zette zijn
collega-anarchisten aan tot grotere
activiteiten en tot degenen, die met
klem protesteerden op „openbare bij
eenkomsten" behoorden Nico Sacco en
Bartelomee Vanzetti. Italianen van huis
uit en in de buurt van Brockton (Massa
chusetts) profetische vechtertjes tegen
de gevestigde maatschappij. Sacco had
niet het uiterlijk van een anarchist hij
was keurig gladgeschoren, op de bank
had hij een klein spaarcentje en thuis
een vrouw en twee kinderen, voor wie
hij de kost. verdiende op een schoenen
fabriek. Tochtgenoot Vanzette was de
anarchist van het prentje met een wilde
Italiaanse snor en hij kon gloeiende
redevoeringen houden. Ze organiseerden
bijeenkomsten, waarheen ze in een
brikje toerden met aan boord pamflet
ten met als tekst: „Kameraden arbei
ders. jullie hebben alle oorlogen uitge
vochten, jullie hebben voor alle kapi
talisten gewerkt, jullie hebben gezwor
ven door vele landen. Maar hebben
jullie de vrucht van je werk geplukt,
de prijs voor de overwinning ontvan
gen?" Het was het goede, opruiende
spul, waar de politie oog en oor voor
had. En de politie pakte het tweetal
wegens opruiing op 5 mei 1920. toen het
op weg was naar een bijeenkomst in
Brockton (Massachussetts). Sacco en
Vanzetti belandden in de gevangenis en
daarmee begon hun lijdensweg, die pas
zeven jaar later zou eindigen: op de
elektrische stoel, na een der schandalig-
Overvallen
Het was Sacco en Vazetti's pech. dat :n
de manden voor hun arrestatie in de
streek twee overvallen waren gepleegd
een in Bridge water op 24 december 1919
(een ovei val, die trouwens mislukt was)
en een in South Brainstree op 5 mei
1920, waarbij een gewapende bende
twee mannen doodde en er tussenuit-
kwam met. een buit van ongeveer 15.00(1
dollar aan loongelden. De politie had
geen spoor van de daders kunnen vin
den en de politionele autoriteiten kon
den het maar moeilijk verdragen, dat
„communisten en anarchisten" (wie an
ders zouden die overvallen hebben ge
pleegd?) slimmer waren dan zij. De
aanhouding van Sacco en Vanzetti
kwam als een geschenk uit de hel: die
twee anarchisten waren voor de ver-
dachtenro! geschapen.
De twee, die van de prins geen kwaad
wisten, maakten het de ondervragers
niet erg moeilijk. Geen flauw idee heb
bend van de beschuldiging, die tegen
hen zou worden uitgebracht, verklaar
den ze desgevraagd niet precies te we
ten wat ze hadden gedaan op 24 decem
ber (de dag van de overval in Bridge-
water. Sacco wist het overigens wél
precies: op 24 december was hij ge
woon op de fabriek geweest en op die
vijfde mei had hij een bezoek gebracht
aan het Italiaanse consulaat, omdat hij
een reis naar zijn zieke moeder in
Italië wilde gaan maken. Beide man
nen hielden hun verklaringen echter
opzettelijk vaag, omdat ze vermoedden,
dat hun verklaringen gebruikt zouden
worden om er „geloofsgenoten" mee te
pakken. Hun vaagheid op die dag zou
zich later tegen hen keren, evenals Sae-
co's bezoek aan het consulaat dat zou
doen. Het was de heren ondervragers
wel duidelijk anarchist Sacco had voor
bereidingen getroffen om met de buit
van zijn overval naar Italië te verdwij
nen. Dat er geen spoor van een buit
bij Sacco te vinden was, deerde minder
Zondebokken
De stand van zaken: er waren twee
misdrijven men had twee verdachten
Er was de heksenjacht van Palmer, in
het kader waarvan de haat der Yankees
tegen de „rebellen" hoog oplaaide. Er
was de sfeer rond Bridegnter. waardoor
de twee Italiaanse Amerikanen al bij
voorbaat werden gedoodverfd als de
schuldigen van de twee overvallen. Het
moest voor de procureur van het dis
trict. Katzer, niet moeilijk zijn om in
een showproces een bewijs tegen de
twee te construeren, als er maar getui
gen gevonden konden worden, die de
twee herkenden als „deelnemers aan de
'ten we Sacco en Vanzetti kort
voordat zij stierven op de elektrische
stoel- Deze laatste foto van de beide in
Amerika wonende Italianen werd
genomen toen ze werden overgebraeb'
naar de Penitentiarygevangenis
overval". Wat de overval in Bridge-
water betrof, incasseerde hij spoedig
zijn eerste tegenvaller. De werkgever
van Sacco kon het bewijs produceren,
dat Sacco op dag en uur van de over
val rustig op zijn plekje in de fabriek
had gezeten. Maar een getuige „her
kende" Sacco als een dergenen, die de
overval op 5 mei hadden gepleegd. De
andere getuigen herkenden hem niet.
maar evenmin werd Vanzetti herkend
en dat was een merkwaardige zaak,
want wie Vanzetti met zijn anarchisten-
uitrelijk eenmaal gezien had, kon hem
moeilijk meer vergeten. Erg veel hou
vast had de procureur derhalve niet,
maar da: houvast kon worden gecon
strueerd. Katzer draaide de strop om de
hals van Vanzetti. die op de dag van
de overval in Bridgewater met vis had
geleurd, een van zijn vele bezigheden.
Of verdachte Vanzetti maar bewijzen
wilde, da hij op de bewuste dag en op
het bewuste uur ergens anders was ge
weest dan op de plaats van de overval
en dat kon de met vis rondzwervende
Vanzetti niet. Daarop werd het hele
verdere proces gebouwd: Vanzetti moest
Icoste wat kost schuldig zijn. En als
Vanzetti schuldig was, dan moest Sacco
medeschuldig wezen, al had hij dan op
het ogenblik van „Bridgewater" ergens
ander gezeten dan op de plek van de
misdaad.
Natuurlijk kwam er hulp voor de twee
beklagenswaardige Italianen. De com
munisten trokken zich hun lot aan en
ze betaalden een advocaat. Afgezien
van het ïeit, dat die advocaat geen
beste pleiter was, was zijn persoon al bij
voorbaat verdacht: als hij door de „com
mies" betaald werd. aan kon het geen
zuivere koffie wezen.
Schuldig
Toen op 31 mei 1921 in Dedham, Massa
chussetts, de moordzak tegen de twee
werd geopend, stond hun lot al by voor
baat vast. Achter de groene tafel zaten
magistraten, die slachtoffers nodig had
den tot redding van het Amerikaanse
aanschijn en het gezicht van henzelf;
in de jur.vbanken zaten twaalf gezwo
renen, die omwille van het Yankee-
vaderland iedereen schuldig wilden be
vinden, die aan hen werd voorgeleid.
Sacco kreeg het bijzonder moeilijk, toen
hij moest uitleggen, waarom hij naar dc
Italiaanse consul was geweest op de
dag van de moorden in South Braintree.
Hij kwam weliswaar met de werkelijk
heid op de proppen, maar die luidde
anders dan zijn opzettelijk valse ver
klaringen, die hij in eerste instantie
had afgeiegd. Het was voor de jury
duidelijk: de anarchist stond te liegen.
Wat Vanzetti betreft: er kwam een
deskundige opdagen, die „aantoonde"
dat de kogel, die in een der slachtoffers
was gevonden, afgevuurd was uit het
wagen dat Vanzetti bezat. Het bewijs
was allesbehalve waterdicht, maar dal
deed er voor de jury niet toe, evenmin
als voor rechter Thayer, die de jury
naar de conferentiekamer verwees met
een van cie schijnheiligste toespraken,
die ooit bij een rechtbank gehouden zijn,
en waarin God letterlijk met de gezwo
renen werd meegezonden, opdat het
allemaal ,.tot heil van Amerika en tot
het dienen van de waarheid" zou zijn.
Na zeveneneenhalf uur was dc jury
gereed: unaniem sprak zij het schuldig
uit; rechter Thayer bevestigde die uit
spraak: nu precies vijftig jaar geleden
Schandaal
Intussen echter had het schandaalproces
in Dedham zovéél opschudding bij hel
weldenkende deel van de Amerikaanse
natie en in andere landen verwekt,
dat men met de terechtstelling toch nie-
ver wilde wachten. Een advocaat uit
trok zich het lot van de twee veroor
deelden aan, niet in de eerste plaats
omdat hij die twee vrij wilde hebben,
maar omdat hij niet verdragen kon, dat
in Amerika een gerechtelijke moord zou
worden gepleegd. Hij hield het gevecht
zeven jaar vol, maar rechter Thayer
gaf niet toe. Thomson probeerde bewij
zen te krijgen voor de onschuld van de
twee en hij kreeg ze van de merkwaar
digste ka n. Een reeds ter dood veroor
deelde moordenaar, Madeiros. gaf in de
gevangenis ongevraagd toe. dat hij de
dader was van de moord in South
Braintree- er was bovendien bij hem
geld gevonden, dat welhaast afkomstig
moest zijn van de bewuste roof. Rech
ter Thayer zag daar geen enke le reden
in om zijn halsstarrige houding te wij
zigen, Thompson vocht zeven jaar te
vergeefs. In het late voorjaar van 1927
sprak rechter Thayer officieel het dood
vonnis uit Hij was nerveus. De twee
verordenden waren kalm. Vanzetti zei:
..Niemand kan beschrijven, wat we heb
ben doorgemaakt in de afgelopen zeven
jaren, maar desondanks beef ik niet. Ik
hoef mij niet te schamen of bang te
zijn. Ikka i U recht in de ogen kijken."
Sacco: „In de hele geschiedenis kan ik
mij niet-s voorstellen dat zo wreed is
als deze icehtbank".
Geen gratie
Er was nog één mogelijkheid om de
twee mannen te redden: begenadiging.
De man, die daarover moest beslissen
was gouverneur Fuller, een selfmade
man, die zich geplaatst zal tussen twee
vuren. Zou hij voor genade kiezen, dan
zou hij tienduizenden kiezers tegen zich
in het harnas jagen. Anderzijds vreesde
hij de kritiek, die vanuit het buiten
land op zijn arme hoofd neerdaalde.
Fuller wilde wél voorgelicht worden cn
hij stelde een commissie van drie des
kundigen in. die hqm van advies zou
moeten dienen. De deskundigen stelden
vast. dat er „geen enkele onregelmatig
heid bij de voortgang van het proces"
was geweest en dat het doodvonnis
terecht was uitgesproken. Fuller trok
zijn conclusie er was geen reden tot
gratieverlening.
Op 23 augustus 1927 werden Sacco en
Vanzetti or: de elektrische stoel terecht
gesteld in de gevangenis van Dedham.
die door een sterke politiemacht was
omringd om betogers op een afstand te
houden. Er werd bij de terechtstelling
maar één vertrouwde journalist
toegelaten, die het nieuws de wereld
inbracht, dat Caceo's laatste woorden
waren geweest: „Viva anarchia". En
dat nieuws kon dan ten overvloede
nog eens dienen als ..bewijs" dat Ame
rika terecht had afgerekend met mis
dadige Europese elementen, die uit den
vreemde waren gekomen om Amerika
ln het ongeluk te storten
JO VEUGELERS