Albrecht
Dürer
HET
VERHAAL VAN
EEN
VERSIERDER
WAS NIET
ALLEEN KUNSTENAAR
MAAR
OOK ZAKENMAN
HIJ
MAAKTE
VAN KEIZER
KAREL
EEN
PENSIOENTJE
LOS
Haags
Gemeentemuseum
op de plaat
Prentenboek
over
Columbus
-
1971 is een Diirerjaar. Vijf eeuwen grlcdrn zag
Albrecht Dürer. deze kunstenaar van wereldformaat
het levenslicht te Nrcnberg. Reeds eind 1970 her
dacht het Internationaal Cultureel Centrum te Ant
werpen hem pragmatisch met een merkwaardige
tentoonstelling van zijn prentwerk en dit najaar is
er een expositie in het Rijksprentenkabinet te Am
sterdam. Het hele jaar door zal hij in de belangstel
ling blijven. Zeker toeli in de Nederlanden, waar bij
een jaar lang verbleef, zegge van 31 juli 1320 tot 19
juli 1321. Van zijn verblijf in onze gewesten liet hij
een reisjournaal na. Een zeldzaam document, waar
in een stuk verleden tot geschiedenis is gestold.
Evenwel niet zoals men dat zou verwachten van
een kunstenaar. In werkelijkheid is het journaal
grotendeels een soort van kasboek met accuraat
geregistreerde inkomsten en uitgaven. Het is ge
woon verbazend vast te stellen hoe deze kunstenaar
behept was met een kruidcnicrsmentaliteit. als het
op geldzaken aankwam.
Dat hij echter tussendoor noteert wie
wat hem in onze contreien getrof
fen heeft, maakt zijn reisdagboek tot
tn soort fotokopie van zijn tijd. Zijn
e op kunstenaars en kunstwerken.
?n en gewoonten roept voor ons
.d en sfeer op van de Nederlanden
er keizer Karei: een geestelijk,
stick en economisch bloeitijdperk.
dubbel motief had hem tot deze
aangezet. In de eerste plaats com-
lerciele overwegingen: zijn prenten
an brengen, want hij was
lijn eigen uitgever. Eeu zakenreis dus.
ferder hoopte hij van de jonge Karei V
bekrachtiging te bekomen van een
hem eerder door keizer
niliaan toegekend. Ten slotte de
die te Neurenberg ongenadig toe-
terfelijka waard
de duur van zfjn verblflf in de
landen logeerde hij met zijn
•s Frey, en hun dienstbode
een herberg aan de Wol-
le Antwerpen. loos Blanckelt. de
dankt aan dit toeval de onster-
eid. Dürer maakte van hem
I»»e portretten. Eén ervan hangt in
kt Padro te Madrid, een tweede in
kt Stadel-Instituut te Frankfurt. Met
waard was overeengekomen dat
Durer in de herberg zijn maaltijden
noest gebruiken maar dat de vrouwen
ip hun kamer het eigen potje mochten
Dnt het economisch verval van Brugge
de Scheidestad was ten goede geko
men, dankte hij in ruime mate aan het
it dat hi] in de voorhoede van zijn
d wenste te staan. Het moderne
otkapitalisme, het humanisme, de
vonden er een gunstige
ingsbodem. mede door het kosmo-
isme van de talrijke vreemde na-
kooplieden en financiers die
zich gevestigd hadden.
Zo zag Dürer de rede van Ant
werpen in het jaar 1520 (pen
tekening in de Albertina te
Wenen).
offer wordt van een beurzensnijder,
registreert hij nauwgezet deze schade
post. Want hij cijfert als een geboren
kruidenier.
Wat de verkoop van zijn werken op
brengt. komen wij eveneens te weten,
üok dat h(j ze ten geschenke geeft en
aan wie;,en dat hij ze wel eens ruilt
en waarvoor. Onder zijn annkopen
comen vanzelfsprekend kunstwerken
coor. maar méér nog allerhande voor
werpen, die erop wijzen dal Dürer ro-
'ascineerd was door het zeldzame en
vooral het exotische: buffelhorens, een
•landpoot. papegaaien, een schildpad,
'raaie schelpen, juwelen, enz.
Maar wat zijn zakelijk bijgehouden
reisjournaal tot een uniek document
naakt voor de kunsthistorie. z(jn de
onschatbare gegevens die men et-
vindt uitgezaaid over het artistieke
leven in de Nederlanden tijden* een
periode van sterke geestelijke gi -.trg:
de hervorming en de renaissance
Hij pelgrimeerde van dc ene stad na u
«Ie andore: Brussel. Gent, Brugge.
Mechelcn. Middelburg. Veere. enz om
er de kunstwerken te beoordelen van
voorgangers Van Eyck. Van der VVey-
den. Van der Goes, c.n.i en tijdgenoten.
Met enkele van deze laatstcn heeft hfj
peisoonlijk contact gehad Wij noemen
slechts Joachim PatenieiBa: «mi v.m
Orle\de hofschilder van Margaretha
van Oostenrijk, de beeldhouwers Con
rad Meyt en Jan Mone en de schilder
Lucas van Leyden. stuk vooi stuk top-
kunstenaars van dc doorbrekende re-
gewoonte vereert de stadsmagistraat
hem met het protocollaire aantal kan
nen wijn. Zijn kunstbroeders onthalen
hem met vrouw en dienstmeid in hun
Schilderskamer op een lucullisch fes
tijn, geserveerd in zilveren vaatwerk.
Als 'n grand seigneur wordt hij diep
in de nacht met lantaarnlicht naar zijn
logement begeleid.
Bij een bezoek aan meester Quinten
(Matsys), krijgt Dürer hem niet te
zien. Dat hij er verder geen woord
meer aan spendeert, is wel erg be
vreemdend, te meer daar hij het bij
herhaling heeft over zijn omgang met
vrienden van de meester, o.m. de stads-
griffier»en humanist Petrus Aegidius,
de grote vriend van Erasmus en Tho
mas Morus, Erasmus zelf en de naaste
medewerker van Matsys. Joachim Pa
tenier. die Dürer ,,dé goede landschap-
schUder" noemt, met' wie hij vertrou
welijk omgaat en aan wiens bruilofts
maal hij mede aanzit.
Van de stadssecretaris, de geleerde hu
manist Cornelis Grapheus die hij por
tretteert. krijgt hij ..De Babylonische
gevangenschap der Kerk" ten ge
schenke. Een werk van Luther, die
Dürer ,,die brave man" noeint. Het zal
de gever, die naar de hervorming
overhelde, zwaar worden aangerekend
als kort daarop de Inquisitie Antwer
pen in haar wurgende greep krijgt.
De nieuwe leer werd er inderdaad dooi
de augustijner monniken in hun kluo -
terkerk i thans Sl.-Andries) openlijk
beleden. Twee hunner zullen overigens
de trouw aan hun geloofsovertuiging
met de brandstapel bekopen. Hun na
men luiden Henricus Voes en Joannes
Esch. de eerste martelaars van de her
vorming in Europa. Ook vele van de
in de ScheldestRd residerende Duitse
kooplieden waren de nieuwe leer toe
gedaan. Met beiden hield de overtuigde
lutheraan Dürer doorlopend contact.
De geldaristocratie, één van de ver
schijningsvormen van de renaissance,
koketteert met de gevierde kunstenaar
aan hun rijke tafels. Vooral de finan
ciële zaakgelastigden van de koning
van Portugal en andere prominenten
onder de te Antwerpen gevestigde
kooplieden onthalen hem prinselijk. Als
tegenprestatie schetst hij wel eens hun
portret of geeft een tekening cadeau.
Men wil ook werk van hem, maar ver
geet hem soms daarvoor te honoreren.
Boeiend Antwerpen
In Dürers reisdagboek komt ook het
monumentale Antwerpen van toen aan
de beurt. Bewonderend laat hij zich uit
over de hoofdkerk. Hij is zo ruim. no
teert hij. dat er gelijktijdig verschillen
de missen worden gezongen, zonder
dat de één de ander hindert. Vooral de
slanke, kantfijne toren maakt indruk
op hem en hij heeft hem dan ook be
stegen. Lovende woorden heeft hij
eveneens voor de machtige i thans
verdwenen) St.-Michielsabdij aan de
Kloosterstraat met zijn gebeitelde
koorbanken en zijn kerk met zuilen
in zwarte goudsteen, alle uit één stuk.
Niet minder bewondert hij het beken
de Függerhuis met zijn fraaie toren
en siertuinen. een van de talrijke pa
triciërswoningen van de geldadel.
In zijn reisdagboek heeft hij het breed
uit over de grote O.-L.-Vrouweproces-
sie. waarvan hij het kleurig vertoon
met zijn schildersblik gulzig moet heb-
men bekeken, al voelt men daar niets
van natrillen in z(jn zakelijk proza.
Deze ommegang duurde, eer hij voor
bij was. noteert Dürer. meer dan twee
uur. En hij vermeldt dat wereldlijke
geestelijken en kloosterlingen van di-
schakeringen. nonnen en begij
nen. alle standen, ambachten, gilden en
handwerklieden in een walm van grote,
kostbaar opgesierde flambouwen voor-
bijschreden. begeleid door de plechtige
an zilveren bazuinen, door pij
pers en tamboers. Daarop volgden de
wereldlijke overheden in groot ornaat,
omringd door hun wapenlieden en ge
volgd door de rijk uitgedoste kooplieden
van vreemde naties, te Antwerpen ge
vestigd.
In die tijd nu waren het profane en het
religieuze nog innig met elkaar ver
vlochten. Dat was ons b(jgebleven uit
de middeleeuwen. Ongenadig zal de
hervorming daarop inhakken. Dürer
vermeldt dan ook in de processie sp«.*-
len op agens en schepen, en velerlei
kleurige taferelen uit de bijbel en de
hagiografie: de boodschap van de en
gel Gabriel, de drie koningen op kame
len. vreemdsoortige dieren, de vlucht
naar Egypte. St.-Margaretha en haar
maagden met een grote draak aan de
ketting. St.-Joris te paard in volle
wapenrusting, enz.
De kanunniken van de hoofdkerk met
de hele priesterschaar in kostbare pa
ramenten slolen dc processie. Twintig
man droegen de maagd Maria en het
kindje Jezus, prachtig uitgedost tct
meerdere glorie van God.
Oud manneke Erasmus
Hel is datzelfde beeld dat vóór enkele
jaren nog in de Antwerpse processie
werd meegedragen en waarop nog
steeds 'de spon-n te zien zijn van het
heiligschennend geweld der beelden
stormers (1586).
Op 23 september )520 maakte Dürer
de feestelijke intrede mee van Karei V
onder cle monumentale praalbogen van
een jubelende renaissance. Begin okto
ber reist hij naar Aken om er de kro
ning van Karei V tot keizer bij te wo
nen. Opgetogen keert hij naar de
Scheidestad terug met het felbegeerde
pensioenbrevet op zak.
Hij zag ook een stuk skelet van de reus
Druon Antigoon. dat straks de nuch
tere wetenschap zal ontluisteren tot
de heenderen van een vulgaire walvis.
In het hartje van de winter schrikt
hij zelfs niet terug voor een pericu
leuze tocht naar Zeeland, om in de
buurt van Zierikzee een gestrande
walvis te zien. die echter vóór zijn aan
komst al weer was weggespoeld.
Uit Dürers journaal weten wfl, dat hij
zeker viermaal met Erasmus contact
heeft gehad Zij gaven elkaar geschen
ken en bezochten samen gemeenschap
pelijke vrienden. Een paar maal heeft
de illustere kunstenaar tijdens zijn ver
blijf in de Nederlanden Erasmus gete
kend. Slechts één tekening is ons be
waard gebleven (Louvre. Parjjsi.
In de prins der humanisten ziet Dürer
een hoge ethische waarde. Toen dan te
Antwerpen het valse) gerucht liep.
dat Luther was omgebracht, richtte hij
in zijn reisdagboek de bekende patheti
sche oproep tot Erasmus: ..Zet gij het
werk van Luther voort en verwerf de
kroon der martelaren. Gij zijt immers
toch maar een oud manneke, want
naar uw eigen zeggen hebt gij nog
slechts twee jaar nuttig leven in het
vooruitzicht". Maar het wereldwijs oud
manneke voelde er niets voor zichzelf
heiligheid toe te wuiven met de palm
der martelaren. HU leefde overigens
nog zestien jaar.
Dürers dagboek is een allegaartje van
de meest uiteenlopende notities. Op een
Stuiver na vindt men er zijn uitgaven
voor logies, voedsel, kleding, reizen,
geschenken, fooien, tot zijn verliezen
hij het spel toe. Zelfs als zijn vrouw
in de O.-L.-Vrouwekerk het slacht-
Dürers reisjournaal ontleent dan ook
in hoofdzauk zijn waarde aan deze
kostbare gegevens. Voor dc kunst
historici zijn zij inderdaad gebleken
gouderts te zijn
MARCEL LAMBIN
Erasmus, houtskooltekening door Dürer. Bovenaan slaat het jaartal
1520 en de tekst Erasmus fon Rottertam" (Louvre Parijs).
Ook buiten Nederlands grenzen ttoat
hei Haags Gemeentemuseum bekend
nu zijn boeiende en goed-geë.rposrer-
ie verzameling historische muzirkln-
itnimentcn. Dc groep die dc ont-
rikkrling ran de piano manifesteert,
s in deze verzameling één van de
iieest representatieve. De laatste ja-
■en loordcn de beste van deze instru-
nenten regelmatig op concerten be
speeld. His Master's Voice is on dr
goede gedachte gekomen deze kt/nit
uit hel Gemeente museum in concert-
vorm vast ie leggen op een stereo-
plaat: label EMI no Sc063 14317
Hel
üen plaat du-
niet al lei
ziek aanbevelen,
die
hoogtepunten van de romantiek en of
dc cigonti.id.se tophits.
Interpretatief is de plaat beslist ook
tut aanschaffen waard: de verschil
lende instrumenten waaronder nok
enkel. kamerorgcls - worden be
speeld door Jaap Spigt. één van onze
beste klavecinisten en daarnaast een
man met oen grote interesse in het
eigen van de verschillende oude toets
instrumenten Bi) zijn spel vormen
de korte, heldere beschrijvingen van
Willy Lievcnse. wetenschappelijk me
dewerkster van het Haags Gemeent»-
Maar het voornaamste blijft het ken
nis nemen van de oude instrumenten
zelf: een heel oud octaafvirginaal uit
de zeventiende eeuw. klavecimbels uit
de zeventiende en achttiende eeuw.
een hamerklavier van Duleken jr.. een
tafelu:ano van Broadwood en een k!a
ichord. Daarnaast, /.oals reeds gezegd,
enkele kamerorgeltjes, waarvan het
oudste omstreeks 1650 vervaardigd
Jaap Spipt heeft over het algemeen
cru goede keuze uit de muzieklitera
tuur gemaakt om hel eigene van de
verschillende instrumenten goed tot
:i in recht te laten komen- composities
van Frobergcr. Pachclbcl. de tnrniHe
Bach. Coupcrin, Haydn, Clementi en
Eén van de grote winstpunten van da
plaat is. dat men «Ie verschillende
Instrumenten achter elkaar hoort en
dan vaak „open oor" krijgt voor het
eigen timbre. Wie daar nog vreemde
ling in Jeruzalem" is. zal na het draal
en van Jaap Splgts bijzonder.» recital
beslist st na een bezoek moeten bren
gen aan de muziekcollectie van het
Gemeentemuseum: ook visueel zijn de
voorgangers van onze plano best een
kijkje waard.
G. van L.
Prentenboeken zijn tegenwoordig weer
in de mode. ook voor volwassenen. De
groep mensen, die nog echt lezen en die
niet afgeschrikt worden door een dik
boek met niets dan lettors, lijkt stecd»
minder talrijk te worden. Maar kijken
naar platen en prenten doet men nog
altijd graag. Aan deze voorliefde vol
doet een nieuwe serie Do Groten van
Alle Tijden, die door de Geïllustreerde
Pers N.V. te Amsterdam wordt uitge
geven. Het is oorspronkelijk een bit-
gave van dc bekende Italiaanse uit
geverij v.in A. Mondadorl. en ze staat
onder redactie van En/.o Orlandi. Een
voorbeeld en an is het deel gewijd aan
Columbu de door God uitverkorene,
die naar Amerika voor en daar hot land
veroverde voor Ferdinand en Isabella,
Het boel: telt vijfenzeventig bladzijden
en wordt voor het giootste deel inge
nomen door een rijke keuze van illus
traties, heel oude. maar vooral ook «o-
mantische uit de negentiende eeuw. De
tekst daarbij is uiteraard beknopt, maar
Cesare Giardini wist er toch Columbu»
als een markante persoonlijkheid le lo
nen, een man zeker van zijn zaak en
zijn uitverkorenheid, een man die wist
Ie imponeren, maar wie vernederingen
allerminst bespaard bleven, ondanks
zijn aan-'- nkelijke successen. Ook o.in
de tragiek in dit leven win de grote zee
vaarder werd speciaal aandacht be
sleed
Verlangen om te biechten
leulenhoffpockels een
nieuwe uitgave verschenen van Rood Paleis van
F. Bordewijk. Toen dat het eerst verscheen
maakte De Litteraire Gids. destijds een interes-
Haags tijdschrift, zich er vrolijk over. dat
Bordewijk in zijn nawoord angstvallig verklaar
de. dat hij geen bordeelbezoeker was. Als dal
juist was. meende de Litteraire Gids moest zijn
boek. dat over een bordeel handelde, toch niet
geheel en al betrouwbaar zijn. J. W. Ilolsbergen
in zijn nieuwste publikatie bij de Bezige Bij tc
Amsterdam, in de kleine roman, onverbloemd
Wimpie de Naaidoos genoemd, heelt een soortge
lijk nawoord geschreven. Hij verklaart daarin
..Alle personen cn situaties in dit boek bestaan
alleen in de gedachtenwereid van de schrijver
elke overeenkomst met de werkelijkheid is puu.
Ook Wimpie de Naaidoos zelf heeft nauwelijk
gelijkenis met de auteur, absoluut geen versier-
ier en pas na zeventien jaar opnieuw verliefd oj
-an oprechtheid Men zou haast vergeten, dat d«
edachtenwereid van de auteur zich wel bijzon
Ier veel met de verslerderij heeft beziggehouden
Wimpie de Naaidoos cn dat is gezipn de tlte
niet verwonderlijk is herhaaldelijk een gei
boek. Het is dat onomwonden en wie dit soort
lectuur, en met reden, verwerpelijk vindt, moe:
het beslist niet lezen, het is niets voor haar of
hem.
Het erotisch avontuur wordt er zakelijk met al
de details beschreven als een natuurlijke en in
bepaalde zin onafwendbare zaak. Het wordt niet
getoond als verschrikkelijk duister en zondig.
Je versierder erin. Willem Dunlop. die al toe.i
hij nog basisonderwijs volgde, zijn bijnaam
Kreeg, is bepaald n et als een t> Ic.oci
op uit om arme, onnozele meisjes in het ongeluk
.e storten. Hij is maar zelden de beginner in het
•rotisch avontuur, en het hele boek door ontmoet
nj geen enkel meisje dat onnozel is. Rud>
Kousbroek heeft nog onlangs, naar aanleiding
■an de eerste sexmesse. opgemerkt dat in het
.rotisch avontuur de vrouw het actiefst is en
ai schijnt in Wimpie de Naaidoos bevestigd l«
Vis men het goed beschouwt is Willem Dunlop u
iolsbergens boek. in feite een haast opmerkelijk
rgeloze en onschuldige figuur. Hij is ook wal
n moderne romans een zeldzaam verschijnsel
een soort held Men wordt als het wart
itgenodigd om met hem mee te ler en en in zijn
riomfen en overigens zeldzame nederlagen dee
hebben. Hij is ambtenaar van de gemeente
Vmsterdam. en houdt zich met onderwijszaken
ezig. Hij denkt dat hij nogal gezien is ondei
ijn collega's, Dijkstra, een bijzonder vervelend
oort strever, uitgezonderd. Hij is dat ook wel
naar dat is niet hetzelfde als bijzonder geliefd
-lij zegt te veel dingen Juist zoals ze in zijn
geest opkomen en dat lijkt herhaaldelijk ironi-
cher en sarcastischer dan hij eigenlijk heefl
bedoeld. Iemand moet hem dat uitleggen om dit
in te zien en dan doet hij dat nog maar ten dt l<
Zo argeloos en zo onschuldig is hij wel Mi
maakt zeker een grote indruk op vrouwen. Dal
.«It niet te ontkennen
Hij heeft het bepaald met slecht 111j heefl zijn
•>aan en zijn secretaresse Anouk op wie hij wal
het werk betreft bouwen kan. Hij trekt zich niets
«n van de plagerijen en dc intriges van Dljk-
tra. Bovendien heeft zijn vader hem aardig wat
tagelaten Hij heeft het nooit erg. goed met zijn
ader kunnen vinden, van enige vertrouweli'k
cid tussen hen. was geen sprake. In een nagela-
en brief van zijn vader blijkt echter, dat de/«
cm ondanks dat gebrek aan vertrouwelijkheid
leeds zeer genegen is geweest Dat drukt eei
•eetje op zijn zoon Willem, want ook die is in d<
rond een gevoelig man Als wc hem voor lu i
eist ontmoeten is hij in het zuiden van Frank
rijk druk bezig de vrouw van Pierre. Frangolsc
versieren. Hij heeft ei echter nog men
avonturen, altijd erg nadrukkelijk meegedeeld
en op de duur in hun gelijkgeaardheid wat te
melig en vervelend Voor hij weer teruggaat
naar Amsterdam vraagt Willem Dunlop Fi aivoise
met hem te trouwen. Ze zegt niets. Hij gaat du»
naai zijn ulo. Als hij het hoofd uit het raam
steekt, l.ekl ze het bijna van zijn romp. zo «tijf
drukt ze het tegen zich aan ..Adieu Wiemme,
adieu, ik '.al je nooit vergeten"
Hij heeft r.a'uurlijk een avontuur op de terug
tocht, n.«t«ir eenmaal thuis begint hij na
denken Het leven dat hij geleid heeft Is toch
niet alles. Intussen wordt liet bureau van de
gemeente waar hij werk „doorgelicht" ep effi
ciency Dijkstra helpt dc doorlichter» waar hij
maar kan. Maar bij de uitslag wordt een afde
ling. die men overbezet achtte nog meer overbe-
«•l cn wordt aangeraden Dijkstra te verwijderen
l e het -Ge der ode:en t< wm
•cmoeilljkt.
Die doorlichting, waar Willem Dunlop niet zo
iel om geeit. bi., hem nog nadei tot ziln
ccretaresse Anouk. Op een, bepaald ogenblik
Indt ze zelfs dat ze met elkaar dienen te
rouwen Willem vindt dat best en doet het.
Jaar hij wordt daardoor toch niet geheel gerust.
Er lijkt tussen Anouk en hem toch nog iets niet
n orde Eerst als hij ziek wordt cn in zijn koorts
'in hele amoureuze leven aan Anouk opbiecht en
nouk hem vertelt dat haar verleden ook niet
n smetten vrij is. leven ze voortaan lang «*ri
•lukklg Willem die dc erotiek zo vnnzclfspre-
end vond. hoeft klaarblijkelijk toch In zijn
lepste innerlijk er schuldgevoelens over gehad
ommlgcn /uilen dat vreemd vinden, anderen
uist niet. Maar zo is dc mens. zelfs nog <>p dit
ogenblik. Dat wordt in dit bock. waarin Holsher-
•en weer beschikt over een stecd* originele
'antasie wel duidelijk. Men zou het haast een
boek met een moraal kunnen noemer