Overdrijf betaling niet
LEO CANJELS
WILHOGEROP
Ik maakte
Wagtmans
kampioen
Advies voorzitter tennisbond aan clubs
55
55
JOHN BRASPENNINCX (Slol)
Koning van de kerniiskoersen
Koning van de smokkelaars
Amateiirregel
goedgekeurd
(maar mijn kans
verspeelde ik)
IK KON ERG
GOED MET
DE JUSTITIE
OPSCHIETEN
,oJAG 6 APRIL 1971
PAGINA 15 PAGINA 17
AMSTERDAM Coert Beek, de nieuwe voorzitter van de
KNLTB, is een realist. Te midden van „foei" en „fout"
roepende leden neemt de heer Beek een nuchter stand
punt in tegenover de voortschrijdende professionalisering.
„Het is een ontwikkeling, die niet is tegen te houden",
meent de onlangs benoemde tennispraeses. „Het geeft van
weinig gevoel voor realiteit blijkt vast te houden aan een
starre mening ten opzichte van betaling in de tenniswereld".
A. C- LIJSEN
Toch laat de htei Beek (59) enige
rilische geluiden horen eis de geldelij-
beloning ter sprake komt. „De spe-
5 eisen veel te gauw geld. Maar hun
esultalen staan vaak in geen enkele
erhouding met de geleverde prestaties.
nationaal iets hebben bereikt
i'illen ze betaald worden Dear is op
ich natuurlijk niets tegen. Ik zou al-
zowel de clubs als de organisatoren
lillen adviseren: Overdrijf niet met die
etaling, want zo goed zijn ze niet."
De laatste woorden worden onder-
ireept door de resultaten van de Ne-
erlandse tennistop. Nadat 't fenomeen
kker de amateurrijen had verlaten
ntstond een groot gapend gat, waarvan
diepte pijnlijk werd gellustreerd
de rol die het Nederlandse team
leelde in toernooien als die om de
is Cup en Gustaafbeker. Bereikte
land met deelname van Okker ooit
de finale in het Gustaafbel- ertoer-
na diens vertrek werd zelfs nooit
r de eerste ronde overleefd Tegen
inden als Zwitserland en Joeog-Slavië
;gen de Nederlandse tennissers geen
lijn van kans. Zelfs Griekenland dat
«liswaar de beker.de Nikki Kalogero-
oulos had gerecruteerd. maar verder
einig respectabele krachter. op de
kon brengen vormde voor ons
en te groot struikelblok.
er bestaat ook wenig kans op dat
[ederland zijn op internationaal niveau
itërt bescheiden lol eens kan ruilen
m iets meer importantie. Het
lent staat bepaald niet te dringen om
ieder geval in de tweede gaiinituur
ijn partij mee te blazen. Terwij1 lan-
als Frankrijk, Oostenrijk en Spanje
c>ch herhaaldelijk nieuw? nrmcn naar
?n schuiven is er in ons land de
ste jaren niet cèn speler opgedoken
het etiket „talent" kon worden op-
iplakt. Zelfs een oudere speler als
i-ert Schneider kan zich op nationaal
eau in de top staande houden. Vorig
r bereikte hij zelfs in Scheveningen
de nationale titelstrijd nog de finale
erenenkelspel, waarin hij na een aan-
ankelijk gewonnen stand na een door
>len als twijfelachtig bestempeld) be
de titel aan de velen jaren
ongere Fred Hemmes moest laten
Geen succes voor
tafeltennissers
.YAGOYA
Frans Schools en Carel
ffcen 'Aj»i cr "«et in geslaagd zich te
|aatsen voor de derde ronde herenenkel-
pel van de strijd om de wereldtitels
jfeltennis in Nagoya. Schoofs verloor
kn de Japanner Ohya (721. 12—21.
ifc-21) en Deken moest met 1721.
VA—21. 1121 zün meerdere erkennen
f in tweede Persson.
i feder hadden Schoofs en Deken zich
far overwinningen op respectievelijk de
II _Ciianees Quaye en de Oostenrijker Heine
rde tweede ronde gekwalificeerd. Nico
Slobbe werd in de eerste ronde uit-
Kchakeld door de Fransman Secretin,
"ït Chinese paar Tsjang Sjin Lin/Lin
J Tsjing veroverde de wereldtitel ge-
*hgd dubbelspel door een overwinning
het Roemeens-'Joego-Slavische duo
'aria Alexandru'Anton Stepanovic.
(Van onze sportredactie)
BREDA Leo Canjels is" veranderd. De man di e als trainer
van NAC doorgaans als gematigd werd aangemerkt rees plotseling uit de
chaduw en dus ook in de schijnwerpers op. „Business", zegt Canjels.
■Keiharde business. Een puur zakelijk trainer ben ik. En dat wil ik ook
'nn op het hoogste niveau. In ben modern opgeleid, ik weet wat het
ramerschap is en ik heb een goede scholing gehad. Dat moet nu dan maar
*ns geld gaan opbrengen. Ik voel me niets minder dan andere trainers en
wil nu wel eens een full-proftrainer zijn".
Meer tekenend voor net peil van de
huidige nationale top wordt hei echter
wanneer men weet dat Schneider als
vrijetijdstennisser" nog vrijwe' van
gelijke sterkte is el? Hemmes cr. Hor
dijk, die bijna doorlopend op de baan
staan. Deze situatie in het herentennis-
baarl de bond uiteraard zorgen Maar
een oplossing ziet men niet een-twee
drie. „We zijn ervan overtuigd", zegt de
heer Beek, „dat mei een betere begelei
ding betere resultaten zouder. kunnen
worden bereikt. We moeten et in de
eeiste instantie echter naar streven dat
tennis niet onbetaalbaar wordt Daar
door wordt de jeugd afgeschrikt deze
sport t gaan beoefen.
Wanneer contributies van 75 tot 175
gulden voor een seizoen moet et. worden
betaald gaat men liever wat anders
doen. In dit opzicht moet er in overleg
met overheid en de betrokken particu
lieren naar worden gestreefd de baan-
huren niet te blijven verhogen. De
clubs zijn in dat geval ook genoodzaakt
hun contributies op to trekken met als
gevolg minder ledenaanwas
„Belangrijker voor de verbetering
van de top" vervolgt de heer Beek," is
echter de begeleiding. De bond is an
derhalf jaar geleden begonnen met het
aanstellen van een directeur-spertif in
volledige dienst, de heer Be- Lijsen. hij
is onder meer verantwoordelijk voor de
top en treedt als begeleidei op bij
internationale wedstrijden lk heb ech
ter een paar ideeën ontwikkeld voor
verbetering van de top. De bor.n zou,
volgens plan, een paar veelbelovende
spelers en speelsters moeten op en
begeleiden, zowel cp speiteehnisch als
maatschappelijk gebied. Waanneer een
dergelijke speler internationaal aanslui
ting vindt en hij ons land verlaat vind
ik het redelijk dal hij een contrapresta
tie levert. De bond heeft jarenlang in
hem geïnvesteerd. liet is niet meer dan
billijk dat de betrokken speler van zijn
verdiensten als prof of onafhankelijke
jaarlijks aan de bond een bepaald be
drag terugbetaald. We zijn niet, zoals
velen menen, een rijke bond. Dt. tennis
bond is financieel gezond, maar daar
mee houdt het dan ook we1 op. We
kunnen ons geen buitengewone dingen
veroorloven."
Moeilijkheden
Tot die buitengewone dingen behoort
het aantrekken van een buitenlandse
trainer, die de top onder handen zou
kunnen nemen- Want. zo leert de erva
ring, waarschijnlijk slechts met eer. er
varen trainer is hel mogelijk de lacune
op_ te heffen. „De financiën vormen
zoals zo vaak de moeilijkheid' vertelt
de" heer Beïiic. „We zouden al een 'stap
verder zijn als de 60 tot 80.000 tennis
sers die recreatief wat spelen lid van
de bond zouden worden. Dat betekent
300.000 gulden extra-contributie. Een
bedrag waarmee iets gedaan kat. wor
den. In vergelijking met bet buitenland
ligt onze bondsconlnbujie van vijf gul
den zeer laag. Dat kan het bezwaar dus
De KNLTB is in groote de vierde
sportbond vau Nederland. Des u zorge
lijker wordt 't als uit 't aantal van ruim
110.000 tennissers al sinds enige jaren
geen uitgesproken talenten meer naar
voren komen. Fred Hemmes en Jan
Hordijk vormden enige tijc". geleden de
toekomst waarop de tennisbond zijn
hoop had gesteld. Hordijk vcmac met
FRED HEMMES,
Okker liet duo da', doorstootte naar de
finales van het Koning Güstaafbeker-
toernooi, maar bleek op zichzelf niet de
man die ons land internationaal wat
Beek. „Een maniei om hteraar te kn-
is sponsors aan trekken Dp tijd
„geen borden 't park" is voorbij.
De gehele aanpak moet professioneler
■rden. Maar voordat c-en sponsor er
5 in ziet moet er wel etage publieke
belangstelling bestaan. En die komt er
maakte vorig voorjaar een t
Zuid-Afrika, waar hij een pa kleine
succesj es boekte.
Meer moeite
Op de nt.'.ionale titei. J hij
echter meer moeite met Sihnilcer. dan
van hem op grond van zijn presentaties
mocht worden verv. acht. Paul van Min
vertoefde vorig jaar eni„e tijd bi.. Lew
Hoad in Spanje, n aar aanwijsbare re
sultaten lieert dat niet gehad De enige
die. nationaal gezien althans, doorstoot
te was Fried Schmitz. H> reikte in
Scheveningen tot de halve finales, waar
in hij echter werd uitgeschakelc door
Evert Schneider- De service, eer be-
Schmitz is echter vo zwak dat hem op
een iets hoger niveau weinig mogelijk
heden blijven.
Nederland is internationaal alleen
door de dames enigszins in aanzien
Met als exponent nalionaai kampioene
Betty Stove hebben de Nederlancse da
mes de laatste jaren wat aan de wg
getimmerd, maar op grote, belangrijke
toernooien zijn successen ir. het enkel
spel uitzondeiingen „Voor onze plannen
hebben we geld nodig", zegt de. heer
pas
hoogd
Zo beweegt de KNLTB zich in een
vicieuze cirkel. Zonder meer geld geen
spelverbetering, zonder beter spel geen
FRANK WERKMAN
Jeu gdtitel sch aken
ROZENBURG De vierde ronde van
liet schaaktoernooi óm het jeugdkam
pioenschap van Nederland kan met recht
^cn vcchtronde genoemd worden. Slechts
een van de negen partijen eindigde in
remise, namelijk het duel Kóópman-Van
der Wey.
Merbis. Van der Wey. Hofland en Van
Bentum leiden na deze ronde met drie
punten.
De woorden klinken hard uit de mond
t de man, die altijd de rust zelve
s. „Ik ben een idealist", klinkt het
in later, „en ik wil ook als trainer
top halen. Ik streef naar het hoog-
iln mijn tijd als voetballer", de stem
'fn Canjels vervaagt even, „heb ik
ok steeds de limiet voor ogen gehad,
'et Nederlands elftal bijvoorbeeld,
'aar deed je alles voor. Als ik nu hoor
een Aad Mansveld van ADO een
'oprol maakt omdat hij geselecteerd is
'oor Oranje, dan kan ik dat goed be-
rÜpen. Ik zou dat ook gedaan heb-
En ook nu weer. Nu ik me van
'oetballer heb ontwikkeld tot trainer
Jen ik weer zoals vroeger. Een idealist.
;k ben nog jong en ik kan beter nu
iroberen mijn idealen te verwezenlij-
en dan wanneer ik ouder ben".
'ertuigend
Kerluiging spreekt uit zijn woorden,
'jj lijkt een Canjels-nieuwe-stijl. De
oah met de image van „ik weet wat
k wil". Canjels wil weg bij NAC, de
'ub, die hem na aan het hart ligt. De
'ub echter ook, waarbij hij zijn plan-
niet zal kunnen verwezenlijken.
NAC en Canjels zijn sterk aan elkaar
iobonden" geeft hij zelf toe. „Maar ik
kies nu voor mijn idealen en mijn geld.
daarom heb ik deze beslissing moe-
nemen. Bij NAC zijn mijn moge
lijkheden beperkt".
'if'j spreidt de armen en zegt: „Als ik
Ls morgens opsta kan ik niets doen.
Alleen maar denken en plannen maken,
cz,-jn er niet. Dan kan ik
niet trainen. Als ik om twee of drie
uur op het veld ben is er nog niemand.
Dan zet ik wat attributen klaar. Maar
ik kan niets doen. En ik ben toch trai
ner. Wat moet ik dan hier? Ik ga hier
weg en zoek naar een club met meer
mogelijkheden. Financieel moet alles
goed zitten en de trainingsfaciliteiten
moeten zeer ruim zijn. Ik moet zeker
enige middagen met de spelers kunnen
trainen. Ik moet trainen, full-proftrai-
ngr kunnen zijn.
Bekijken
Canjels: „Ik heb zo vroeg deze be
slissing genomen om ruim de tijd te
krijgen alle aanbiedingen, er zijn er al.
te bekijken. Ik weet, dat hel moeilijk
zal zijn een club naar mijn wensen te
vinden. Toch gok ik daarop. Als het
niet lukt, nou ja, dan kan ik slechter
terecht komen dan bij NAC of beter
In ieder geval wept ik nu wat ik aan-
Over zijn periode bij NAC als trainer
drie jaar vertelt hij: „Ik geloof
dat ik het beter heb gedaan als mijn
voorganger. NAC heeft nooit echte de-
gradatiezorgen gekend. Ik heb steeds
een prettige tijd gehad en de enige
moeilijkheden, die ik heb gehad, spruit -
ten volgens mij voort uit het feit, dat
ik altijd al professioneel was ingesteld.
Dat is er nu uitgekomen, maar dat
leefde reeds lang. A1s ik de spelers
keihard op hun fouten wees, werd dal
niet altijd even goed opgevangen. Dat
komt door het amateurisme. Een full
prof moet je op zijn fouten kunnen wij
zen, hij zal het aanvaarden. Maar ik
Joegoslavische
pers tevreden
BELGRADO. „In een wed
strijd, waarover niemand zich kon
opwinden, heeft ons nationale
team een belangrijke en verdiende
overwinning behaald op de taaie
Hollanders, die door hun beweeg
lijkheid moeilijk te bespelen
waren". Dat is het oordeel van
het Joego-Slavische blad „Sport"
over de ontmoeting Joego-Slavië-r-
Nederland, zondag in Split ge-
„Eind goed al goed. we wonnen met
20. Toegegeven de doelpunten waren
het gevolg van gelukkige omstandig
heden. Maar voetbal is nu eenmaal een
spel. waarin vele factoren meespelen en
geluk is daar één van", stelt „Politika"
vast. Het blad vervolgt met: „We ver
sloegen de Nederlanders met gering ver
schil. Maar het was verdiend. In zulke
gevallen zijn doelpunten hun gewicht in
goud waard".
Het in Belgrado verschijnende blad
„Borba" commentarieerde de wedstrijd
in dezelfde stijl: „Eind goed. al goed",
concludeerde de verslaggever, na te heb
ben vastgesteld, dat het vertoonde spel
van bescheiden kwaliteit was geweest
als gevolg van de sterke wind en het
slechte veld. „Onze mannen waren geen
moment zeker van de overwinning. De
Nederlandei's waren uiterst beweeglijk.
Ze tackelden meedogenloos in de verde
diging en waren verrassend gevaarlijk
bij de uitvallen".
„Veccernji List", een dagblad dat in
Zagreb uitkomt, vond het evenmin een
hoogstaande wedstrijd. „Maar we won
nen. En de zege op deze taaie tegenstan
der geeft ons een uitstekende basis voor
verdere successen in de strijd om het
Europees kampioenschap
Alle Joego-Slavische dagbladen hebben
de uitlating van de Nederlandse coach
dr. Fadrhonc opgenomen. waarin
hij zegt dat Joego-Slavië verdiend won,
maar dat het geluk een beslissende rol
speelde.
LAUSANNE. De 74 leden van
het Internationale Olympische
Comité hebben unaniem het voor
stel voor een gewijzigde redactie
en interpretatie van regel 26 van
het olympische reglement, betref
fende de omschrijving van het
begrip „amateur", goedgekeurd.
De nieuwe tekst van regel 26 behelst
onder meer de definitie van het begrip
„amateur",^ hoewel dit woord niet als
zodanig genoemd wordt, en de toelatings
normen van sportmensen tot de Olym
pische Spelen. Het is bovendien aan
iedere deelnemer verboden uit zijn naam.
zijn foto of zijn sportieve successen direct
of indirect financieel voordécl te trek
ken. Hc-t I O C. is van plan een speciale
commissie te belasten met de controle
op de naleving van regel .26.
Op de wereldkampioenschappen rustte voor mij een vloek. Hel liep geen
ene keer goed af, In 1935 wees de bond me aan voor het amateurkampioen
schap in Floreffe na een eindeloze discussie of ik er al clan niet sterk genoeg'
voor was. Terwijl ik notabene de ene overwinning na de andere haalde.
Uiteindelijk mocht ik starten nadat ik in alle selectiewedstrijden eerst reed.
Het parkoers in Floreffe liep over zwaar golvend terrein en er lag een
flinke berg in. Mancini, een Italiaan, kwam met 3 minuten voorsprong op
kop te liggen maar ik hield me rustig tot er 150 kilometer gereden waren.
Met de Fransman Carpentier aan mijn
wiel ben jk toen aan de achtervolging
begonnen. Op 8 kilometer van de finish
lagen we nog maar 100 meter achter.
Normaal gesproken moest ik het gaan
winnen, maar ik kreeg een lekke ach
terband. Ik gooide er een andere tube
op en daar ging, zo kort voor het einde
te veel tijd mee weg. Veertiende werd
ik. In mijn eerste wereldkampioenschap
bij de profs in 1937. viel ik ook plat. Na
twee rondes al. Gelukkig, mag ik wel
zeggen, want ik reed slecht die dag.
Het jaar daarop, mijn beste seizoen,
was ik de grootste kanshebber in het
wereldkampioenschap van Valkenburg.
Zé noemden me de uitgesproken favoriet
en daarom hield ik me zo lang mogelijk
koest. Ik wist intussen ook dat je in
zo'n wedstrijd voorzichtig moest zijn
met je krachten en zeker op de Cau-
berg. Na 180 kilometer ging ik met 4
anderen dn de aanval. Het liep zoals ik
wilde, tot in de beklimming van de
Cauberg mijn crank brak. Terwijl het
tweede groepje me passeerde, liep ik
naar boven waar net over de top de
verzorgers stonden. Ze gaven me de
reservefiets en met een achterstand
van Ü2 minuut begon ik aan de ach
tervolging. Ik had nog geen 10 meter
getrapt of ik voelde al dat het mis was.
Mijn trapper sloeg steeds door. Met veel
sukkelen haalde ik de Cauberg weer,
maar toen ik er tegenop wilde tolden
m'n trappers aan één stuk rond zonder
dat de ketting pakte. Ik wéér te voet
naar de top waar ik hoorde dat mijn
fiets nog niet gerepareerd was. Intussen
had ik zo'n grote achterstand gekregen
dat ik niet meer opstapte. Natuurlijk
zocht ik uil hoe die reservefiets zo
gammel kon zijn. En wat bleek? Guus
Schilling en Gerard Bontekoe hadden
een splinter v tandwigltje van die
fiets gesloiv jmdat Theo Middelkamp
er een rr. - hebben. Ze konden er
geen vinden, tot ze mijn materiaal za
gen staan. Het oude, versleten, tandwiel
van Middelkamp zetten ze er bij mij op
en tja. daar sloeg die nieuwe ketting
by
heb er veel mee geleerd. Trainer zijn
bij Feijenoord is nu eenmaal anders
dan trainer bij NAC".
Ondanks die enkele moeilijkheden, die
Canjels wijdt aan het verschil tussen
de instelling bij hem (sterk professio
neel) en bij NAC (nog te amateuristisch)
vindt hij toch dat het voor een aanta)
spelers voordeel heeft gehad. „Ik heb
een man als Kitzmann naar boven ge
bracht. Die jongen ontwikkelt zich nu
tot een prima eredivisiekeeper. Ik heb
Arie Delmotte van de amateurs op
eredivisieniveau gebracht en met Stan
ley Bish was ik al een heel eind. Met
een goede begeleiding schopt die het
ver. Dat zijn toch allemaal positieve
punten en een heleboel jongens zullen
later plezier hebben van een professio
nele instelling. Die heb ik nu al een
ondergrond gegeven, want onbewust
heb ik ook bij NAC gestreefd naar de
top. naar een volledig professionele
aanpak".
Timman brak af
LEEUWARDEN In Llcuwardtn is
gisteren dc eerste ronde om het schaak
kampioenschap van Nederland gespeeld.
Er zün twaalf spelers aan dc start ver
schenen. onder wie grootmeester Donner
en titelhouder Eddie Scholl. Daarnaast
vier internationale meesters, te weten:
Langeweg, Ree. Hartorb en Timman.
De uitslagen zijn: Langeweg—Ree
Scholl afgebroken
natuurlijk steeds overheen. Zo verspeel
de ik mijn kansen. Marcel Kindt werd
nu wereldkampioen. MarceJ Kindt. In
dat seizoen had ik hem al wel acht
keer verslagen. Zo sterk als toen, voel
de ik me ook in 1949. Enfin, de manier
waarop ik Wout Wagtmans kampioen
maakte, zegt genoeg. Ik draaide gewel
dig. En wéér werd ik gearresteerd in
een periode dat ik aan mijn terugkeer
werkte. Net als in 1947. Precies dezelfde
situatie. Ook chantage. Iemand wist dat
ik bij mijn bekentenis een goudsmokkel
verzwegen had. Die zaak speelde in
194"). Ik kocht toen - in Sliedrecht een
goudstaaf van 12li kilo voor f 65.000.
KILO LICHTER
Om 'm te verkopen ging ik ermee naar
Antwerpen. We wogen daar en het
bleek dat die staaf een kilo lichter was
dan ze verteld hadden. Ik terug naar
Sliedrecht, die man opgehaald en mee
genomen naar Antwerpen. Hij dacht
dat de weegschaal niet deugde. Pak in,
zei ik, we gaan op neutraal terrein
wegen. Ik stapte de eerste de beste
winkel binnen, een groentezaak, en ja
wel. Weer ll'i kilo. Achteraf deed ik
er verschrikkelijk stom aan om zo te
zeuren over die kilo. Ik had 'm beter
gewoon als verliespost kunnen nemen,
want nou ging die verkoper tegen een
andere smokkelaar vertellen wat ie met
me meemaakte. Daar werd vun geprofi
teerd in '49. Hij begon me te chanteren
en toen het niet lukte liep hij naar de
politie. Ik kwam er af met de minste
straf: 4 maanden cel in Dordrecht. Ook
daar kon ik goed met de officier op
schieten. Typisch hè. Hij vroeg eens of
ik mee wilde werken aan de opsporing
van die goudstaaf in Antwerpen. Wij
met taxi's naar België waar ik hem
natuurlijk op een dwaalspoor zette. Ik
nam hem mee naar de buurt van het
centraal station waar op de hoek van
een straat altijd handel werd gedaan.
Hier heb ik hem verkocht, zei ik, aan
een man met een baard. Na 3 uur voor
niks wachten, vond die officier het wel
letjes. Hij was het beu en moest boven
dien naar een diner met de procureur.
Brengen jullie Braspennincx maar naar
de Begijnenstraat, zei hij tegen de re
chercheurs die erbij waren. Da's hele
maal leuk, riep ik. Ben ik net eens
even los en u laat me weer opsluiten!
Kan ik niet mee naar dal diner? Hij
begon te lachen. Ik kreeg hem zo ver
dat ik in gezelschap van die recher
cheurs tot 's avonds 8 uur vrij mocht
rondlopen. Heb je centen om te gaan
eten, vroeg die officier. Niet bij me. zei
ik. maar ik vind wel wat. Wij naar een
adres in Brasschaat. waar ik een hoop
centen verstopt had. Ik haalde bij de
madam 5000 franc op en trakteerde de
recherche, en mezelf natuurlijk, op een
geweldig diner met heel wat drank.
Maar zat kreeg ik ze niet. Wel gepro
beerd. 's Nachts zat ik weer achter de
tralies in Dordrecht,'waar ik na 4 maan
den weg mocht.
VRIJ MAN
Op 11 februari 1950 was ik weer vrij
man. Ik ben meteen op de fiets ge
sprongen voor een reis naar Rome.
Daar heb ik de paus gezien. In veertien
dagen reed ik op-en-neer. Die trip
maakte ik als een bedevaart (het was
heilig jaar) en voor training. We waren
met 7.'n drieën. Harrie van de Elshout,
Ko Geerts en ik. Gelachen dat we
hebben. Enorm. Ik vergeet nooit hoe
Harrie in Rome ging biechten. Maar
Harrie, zeg ik, die geestelijke kon jou
toch niet verstaan. Daar was' 't nou net
om begonnen, zei Harrie. Toen ik te
rugkwam uit Rome en wilde gaan
koersen weigerde de wielerbond me
een licentie omdat ik in de gevangenis
had gezeten. In 1947 probeerden ze
datzelfde geintje uit te halen maar toen
zorgde de reclassering ervoor dat ik
toch kon rijden. Nou moest ik er een
advocaat voor inschakelen en alles bij
elkaar kostte het zoveel tijd dat ik pas
in 1951 weer kon koersen. Bij mijn
eerste trainingen woog ik 104 kilo. Jij
komt nooit meer terug, zeiden ze tegen
me. In een paar maanden had ik er 44
pond af en ik won dat jaar 7 wedstrij
den. In 1952 haalde, ik 8 eerste prijzen.
En ineens stopte ik. M'n materiaal ver
kocht ik aan amateurs. Het was ge
beurd met mijn wielerleven. Tenminste,
dat dacht ik. Twee maanden later belde
een Duitse manager me. Of ik voor 100
mark achter de derny wilde komen
rijden in een wegwedstrijd. Ik vroeg
mijn materiaal terug, ik reed naar een
kennis in Aken met wie ik tot 7 uur
's morgens op stap ging en 's middags
reed ik in Dortmund. Ik vertrok van
kop af en toen ik na een paar kilome
ter omkeek, zag ik niemand meer. Ik
won met ruime voorsprong. Daarna ben
ik definitief opgehouden.