Overdrijf betaling niet LEO CANJELS WILHOGEROP Ik maakte Wagtmans kampioen Advies voorzitter tennisbond aan clubs 55 55 JOHN BRASPENNINCX (Slol) Koning van de kerniiskoersen Koning van de smokkelaars Amateiirregel goedgekeurd (maar mijn kans verspeelde ik) IK KON ERG GOED MET DE JUSTITIE OPSCHIETEN ,oJAG 6 APRIL 1971 PAGINA 15 PAGINA 17 AMSTERDAM Coert Beek, de nieuwe voorzitter van de KNLTB, is een realist. Te midden van „foei" en „fout" roepende leden neemt de heer Beek een nuchter stand punt in tegenover de voortschrijdende professionalisering. „Het is een ontwikkeling, die niet is tegen te houden", meent de onlangs benoemde tennispraeses. „Het geeft van weinig gevoel voor realiteit blijkt vast te houden aan een starre mening ten opzichte van betaling in de tenniswereld". A. C- LIJSEN Toch laat de htei Beek (59) enige rilische geluiden horen eis de geldelij- beloning ter sprake komt. „De spe- 5 eisen veel te gauw geld. Maar hun esultalen staan vaak in geen enkele erhouding met de geleverde prestaties. nationaal iets hebben bereikt i'illen ze betaald worden Dear is op ich natuurlijk niets tegen. Ik zou al- zowel de clubs als de organisatoren lillen adviseren: Overdrijf niet met die etaling, want zo goed zijn ze niet." De laatste woorden worden onder- ireept door de resultaten van de Ne- erlandse tennistop. Nadat 't fenomeen kker de amateurrijen had verlaten ntstond een groot gapend gat, waarvan diepte pijnlijk werd gellustreerd de rol die het Nederlandse team leelde in toernooien als die om de is Cup en Gustaafbeker. Bereikte land met deelname van Okker ooit de finale in het Gustaafbel- ertoer- na diens vertrek werd zelfs nooit r de eerste ronde overleefd Tegen inden als Zwitserland en Joeog-Slavië ;gen de Nederlandse tennissers geen lijn van kans. Zelfs Griekenland dat «liswaar de beker.de Nikki Kalogero- oulos had gerecruteerd. maar verder einig respectabele krachter. op de kon brengen vormde voor ons en te groot struikelblok. er bestaat ook wenig kans op dat [ederland zijn op internationaal niveau itërt bescheiden lol eens kan ruilen m iets meer importantie. Het lent staat bepaald niet te dringen om ieder geval in de tweede gaiinituur ijn partij mee te blazen. Terwij1 lan- als Frankrijk, Oostenrijk en Spanje c>ch herhaaldelijk nieuw? nrmcn naar ?n schuiven is er in ons land de ste jaren niet cèn speler opgedoken het etiket „talent" kon worden op- iplakt. Zelfs een oudere speler als i-ert Schneider kan zich op nationaal eau in de top staande houden. Vorig r bereikte hij zelfs in Scheveningen de nationale titelstrijd nog de finale erenenkelspel, waarin hij na een aan- ankelijk gewonnen stand na een door >len als twijfelachtig bestempeld) be de titel aan de velen jaren ongere Fred Hemmes moest laten Geen succes voor tafeltennissers .YAGOYA Frans Schools en Carel ffcen 'Aj»i cr "«et in geslaagd zich te |aatsen voor de derde ronde herenenkel- pel van de strijd om de wereldtitels jfeltennis in Nagoya. Schoofs verloor kn de Japanner Ohya (721. 12—21. ifc-21) en Deken moest met 1721. VA—21. 1121 zün meerdere erkennen f in tweede Persson. i feder hadden Schoofs en Deken zich far overwinningen op respectievelijk de II _Ciianees Quaye en de Oostenrijker Heine rde tweede ronde gekwalificeerd. Nico Slobbe werd in de eerste ronde uit- Kchakeld door de Fransman Secretin, "ït Chinese paar Tsjang Sjin Lin/Lin J Tsjing veroverde de wereldtitel ge- *hgd dubbelspel door een overwinning het Roemeens-'Joego-Slavische duo 'aria Alexandru'Anton Stepanovic. (Van onze sportredactie) BREDA Leo Canjels is" veranderd. De man di e als trainer van NAC doorgaans als gematigd werd aangemerkt rees plotseling uit de chaduw en dus ook in de schijnwerpers op. „Business", zegt Canjels. ■Keiharde business. Een puur zakelijk trainer ben ik. En dat wil ik ook 'nn op het hoogste niveau. In ben modern opgeleid, ik weet wat het ramerschap is en ik heb een goede scholing gehad. Dat moet nu dan maar *ns geld gaan opbrengen. Ik voel me niets minder dan andere trainers en wil nu wel eens een full-proftrainer zijn". Meer tekenend voor net peil van de huidige nationale top wordt hei echter wanneer men weet dat Schneider als vrijetijdstennisser" nog vrijwe' van gelijke sterkte is el? Hemmes cr. Hor dijk, die bijna doorlopend op de baan staan. Deze situatie in het herentennis- baarl de bond uiteraard zorgen Maar een oplossing ziet men niet een-twee drie. „We zijn ervan overtuigd", zegt de heer Beek, „dat mei een betere begelei ding betere resultaten zouder. kunnen worden bereikt. We moeten et in de eeiste instantie echter naar streven dat tennis niet onbetaalbaar wordt Daar door wordt de jeugd afgeschrikt deze sport t gaan beoefen. Wanneer contributies van 75 tot 175 gulden voor een seizoen moet et. worden betaald gaat men liever wat anders doen. In dit opzicht moet er in overleg met overheid en de betrokken particu lieren naar worden gestreefd de baan- huren niet te blijven verhogen. De clubs zijn in dat geval ook genoodzaakt hun contributies op to trekken met als gevolg minder ledenaanwas „Belangrijker voor de verbetering van de top" vervolgt de heer Beek," is echter de begeleiding. De bond is an derhalf jaar geleden begonnen met het aanstellen van een directeur-spertif in volledige dienst, de heer Be- Lijsen. hij is onder meer verantwoordelijk voor de top en treedt als begeleidei op bij internationale wedstrijden lk heb ech ter een paar ideeën ontwikkeld voor verbetering van de top. De bor.n zou, volgens plan, een paar veelbelovende spelers en speelsters moeten op en begeleiden, zowel cp speiteehnisch als maatschappelijk gebied. Waanneer een dergelijke speler internationaal aanslui ting vindt en hij ons land verlaat vind ik het redelijk dal hij een contrapresta tie levert. De bond heeft jarenlang in hem geïnvesteerd. liet is niet meer dan billijk dat de betrokken speler van zijn verdiensten als prof of onafhankelijke jaarlijks aan de bond een bepaald be drag terugbetaald. We zijn niet, zoals velen menen, een rijke bond. Dt. tennis bond is financieel gezond, maar daar mee houdt het dan ook we1 op. We kunnen ons geen buitengewone dingen veroorloven." Moeilijkheden Tot die buitengewone dingen behoort het aantrekken van een buitenlandse trainer, die de top onder handen zou kunnen nemen- Want. zo leert de erva ring, waarschijnlijk slechts met eer. er varen trainer is hel mogelijk de lacune op_ te heffen. „De financiën vormen zoals zo vaak de moeilijkheid' vertelt de" heer Beïiic. „We zouden al een 'stap verder zijn als de 60 tot 80.000 tennis sers die recreatief wat spelen lid van de bond zouden worden. Dat betekent 300.000 gulden extra-contributie. Een bedrag waarmee iets gedaan kat. wor den. In vergelijking met bet buitenland ligt onze bondsconlnbujie van vijf gul den zeer laag. Dat kan het bezwaar dus De KNLTB is in groote de vierde sportbond vau Nederland. Des u zorge lijker wordt 't als uit 't aantal van ruim 110.000 tennissers al sinds enige jaren geen uitgesproken talenten meer naar voren komen. Fred Hemmes en Jan Hordijk vormden enige tijc". geleden de toekomst waarop de tennisbond zijn hoop had gesteld. Hordijk vcmac met FRED HEMMES, Okker liet duo da', doorstootte naar de finales van het Koning Güstaafbeker- toernooi, maar bleek op zichzelf niet de man die ons land internationaal wat Beek. „Een maniei om hteraar te kn- is sponsors aan trekken Dp tijd „geen borden 't park" is voorbij. De gehele aanpak moet professioneler ■rden. Maar voordat c-en sponsor er 5 in ziet moet er wel etage publieke belangstelling bestaan. En die komt er maakte vorig voorjaar een t Zuid-Afrika, waar hij een pa kleine succesj es boekte. Meer moeite Op de nt.'.ionale titei. J hij echter meer moeite met Sihnilcer. dan van hem op grond van zijn presentaties mocht worden verv. acht. Paul van Min vertoefde vorig jaar eni„e tijd bi.. Lew Hoad in Spanje, n aar aanwijsbare re sultaten lieert dat niet gehad De enige die. nationaal gezien althans, doorstoot te was Fried Schmitz. H> reikte in Scheveningen tot de halve finales, waar in hij echter werd uitgeschakelc door Evert Schneider- De service, eer be- Schmitz is echter vo zwak dat hem op een iets hoger niveau weinig mogelijk heden blijven. Nederland is internationaal alleen door de dames enigszins in aanzien Met als exponent nalionaai kampioene Betty Stove hebben de Nederlancse da mes de laatste jaren wat aan de wg getimmerd, maar op grote, belangrijke toernooien zijn successen ir. het enkel spel uitzondeiingen „Voor onze plannen hebben we geld nodig", zegt de. heer pas hoogd Zo beweegt de KNLTB zich in een vicieuze cirkel. Zonder meer geld geen spelverbetering, zonder beter spel geen FRANK WERKMAN Jeu gdtitel sch aken ROZENBURG De vierde ronde van liet schaaktoernooi óm het jeugdkam pioenschap van Nederland kan met recht ^cn vcchtronde genoemd worden. Slechts een van de negen partijen eindigde in remise, namelijk het duel Kóópman-Van der Wey. Merbis. Van der Wey. Hofland en Van Bentum leiden na deze ronde met drie punten. De woorden klinken hard uit de mond t de man, die altijd de rust zelve s. „Ik ben een idealist", klinkt het in later, „en ik wil ook als trainer top halen. Ik streef naar het hoog- iln mijn tijd als voetballer", de stem 'fn Canjels vervaagt even, „heb ik ok steeds de limiet voor ogen gehad, 'et Nederlands elftal bijvoorbeeld, 'aar deed je alles voor. Als ik nu hoor een Aad Mansveld van ADO een 'oprol maakt omdat hij geselecteerd is 'oor Oranje, dan kan ik dat goed be- rÜpen. Ik zou dat ook gedaan heb- En ook nu weer. Nu ik me van 'oetballer heb ontwikkeld tot trainer Jen ik weer zoals vroeger. Een idealist. ;k ben nog jong en ik kan beter nu iroberen mijn idealen te verwezenlij- en dan wanneer ik ouder ben". 'ertuigend Kerluiging spreekt uit zijn woorden, 'jj lijkt een Canjels-nieuwe-stijl. De oah met de image van „ik weet wat k wil". Canjels wil weg bij NAC, de 'ub, die hem na aan het hart ligt. De 'ub echter ook, waarbij hij zijn plan- niet zal kunnen verwezenlijken. NAC en Canjels zijn sterk aan elkaar iobonden" geeft hij zelf toe. „Maar ik kies nu voor mijn idealen en mijn geld. daarom heb ik deze beslissing moe- nemen. Bij NAC zijn mijn moge lijkheden beperkt". 'if'j spreidt de armen en zegt: „Als ik Ls morgens opsta kan ik niets doen. Alleen maar denken en plannen maken, cz,-jn er niet. Dan kan ik niet trainen. Als ik om twee of drie uur op het veld ben is er nog niemand. Dan zet ik wat attributen klaar. Maar ik kan niets doen. En ik ben toch trai ner. Wat moet ik dan hier? Ik ga hier weg en zoek naar een club met meer mogelijkheden. Financieel moet alles goed zitten en de trainingsfaciliteiten moeten zeer ruim zijn. Ik moet zeker enige middagen met de spelers kunnen trainen. Ik moet trainen, full-proftrai- ngr kunnen zijn. Bekijken Canjels: „Ik heb zo vroeg deze be slissing genomen om ruim de tijd te krijgen alle aanbiedingen, er zijn er al. te bekijken. Ik weet, dat hel moeilijk zal zijn een club naar mijn wensen te vinden. Toch gok ik daarop. Als het niet lukt, nou ja, dan kan ik slechter terecht komen dan bij NAC of beter In ieder geval wept ik nu wat ik aan- Over zijn periode bij NAC als trainer drie jaar vertelt hij: „Ik geloof dat ik het beter heb gedaan als mijn voorganger. NAC heeft nooit echte de- gradatiezorgen gekend. Ik heb steeds een prettige tijd gehad en de enige moeilijkheden, die ik heb gehad, spruit - ten volgens mij voort uit het feit, dat ik altijd al professioneel was ingesteld. Dat is er nu uitgekomen, maar dat leefde reeds lang. A1s ik de spelers keihard op hun fouten wees, werd dal niet altijd even goed opgevangen. Dat komt door het amateurisme. Een full prof moet je op zijn fouten kunnen wij zen, hij zal het aanvaarden. Maar ik Joegoslavische pers tevreden BELGRADO. „In een wed strijd, waarover niemand zich kon opwinden, heeft ons nationale team een belangrijke en verdiende overwinning behaald op de taaie Hollanders, die door hun beweeg lijkheid moeilijk te bespelen waren". Dat is het oordeel van het Joego-Slavische blad „Sport" over de ontmoeting Joego-Slavië-r- Nederland, zondag in Split ge- „Eind goed al goed. we wonnen met 20. Toegegeven de doelpunten waren het gevolg van gelukkige omstandig heden. Maar voetbal is nu eenmaal een spel. waarin vele factoren meespelen en geluk is daar één van", stelt „Politika" vast. Het blad vervolgt met: „We ver sloegen de Nederlanders met gering ver schil. Maar het was verdiend. In zulke gevallen zijn doelpunten hun gewicht in goud waard". Het in Belgrado verschijnende blad „Borba" commentarieerde de wedstrijd in dezelfde stijl: „Eind goed. al goed", concludeerde de verslaggever, na te heb ben vastgesteld, dat het vertoonde spel van bescheiden kwaliteit was geweest als gevolg van de sterke wind en het slechte veld. „Onze mannen waren geen moment zeker van de overwinning. De Nederlandei's waren uiterst beweeglijk. Ze tackelden meedogenloos in de verde diging en waren verrassend gevaarlijk bij de uitvallen". „Veccernji List", een dagblad dat in Zagreb uitkomt, vond het evenmin een hoogstaande wedstrijd. „Maar we won nen. En de zege op deze taaie tegenstan der geeft ons een uitstekende basis voor verdere successen in de strijd om het Europees kampioenschap Alle Joego-Slavische dagbladen hebben de uitlating van de Nederlandse coach dr. Fadrhonc opgenomen. waarin hij zegt dat Joego-Slavië verdiend won, maar dat het geluk een beslissende rol speelde. LAUSANNE. De 74 leden van het Internationale Olympische Comité hebben unaniem het voor stel voor een gewijzigde redactie en interpretatie van regel 26 van het olympische reglement, betref fende de omschrijving van het begrip „amateur", goedgekeurd. De nieuwe tekst van regel 26 behelst onder meer de definitie van het begrip „amateur",^ hoewel dit woord niet als zodanig genoemd wordt, en de toelatings normen van sportmensen tot de Olym pische Spelen. Het is bovendien aan iedere deelnemer verboden uit zijn naam. zijn foto of zijn sportieve successen direct of indirect financieel voordécl te trek ken. Hc-t I O C. is van plan een speciale commissie te belasten met de controle op de naleving van regel .26. Op de wereldkampioenschappen rustte voor mij een vloek. Hel liep geen ene keer goed af, In 1935 wees de bond me aan voor het amateurkampioen schap in Floreffe na een eindeloze discussie of ik er al clan niet sterk genoeg' voor was. Terwijl ik notabene de ene overwinning na de andere haalde. Uiteindelijk mocht ik starten nadat ik in alle selectiewedstrijden eerst reed. Het parkoers in Floreffe liep over zwaar golvend terrein en er lag een flinke berg in. Mancini, een Italiaan, kwam met 3 minuten voorsprong op kop te liggen maar ik hield me rustig tot er 150 kilometer gereden waren. Met de Fransman Carpentier aan mijn wiel ben jk toen aan de achtervolging begonnen. Op 8 kilometer van de finish lagen we nog maar 100 meter achter. Normaal gesproken moest ik het gaan winnen, maar ik kreeg een lekke ach terband. Ik gooide er een andere tube op en daar ging, zo kort voor het einde te veel tijd mee weg. Veertiende werd ik. In mijn eerste wereldkampioenschap bij de profs in 1937. viel ik ook plat. Na twee rondes al. Gelukkig, mag ik wel zeggen, want ik reed slecht die dag. Het jaar daarop, mijn beste seizoen, was ik de grootste kanshebber in het wereldkampioenschap van Valkenburg. Zé noemden me de uitgesproken favoriet en daarom hield ik me zo lang mogelijk koest. Ik wist intussen ook dat je in zo'n wedstrijd voorzichtig moest zijn met je krachten en zeker op de Cau- berg. Na 180 kilometer ging ik met 4 anderen dn de aanval. Het liep zoals ik wilde, tot in de beklimming van de Cauberg mijn crank brak. Terwijl het tweede groepje me passeerde, liep ik naar boven waar net over de top de verzorgers stonden. Ze gaven me de reservefiets en met een achterstand van Ü2 minuut begon ik aan de ach tervolging. Ik had nog geen 10 meter getrapt of ik voelde al dat het mis was. Mijn trapper sloeg steeds door. Met veel sukkelen haalde ik de Cauberg weer, maar toen ik er tegenop wilde tolden m'n trappers aan één stuk rond zonder dat de ketting pakte. Ik wéér te voet naar de top waar ik hoorde dat mijn fiets nog niet gerepareerd was. Intussen had ik zo'n grote achterstand gekregen dat ik niet meer opstapte. Natuurlijk zocht ik uil hoe die reservefiets zo gammel kon zijn. En wat bleek? Guus Schilling en Gerard Bontekoe hadden een splinter v tandwigltje van die fiets gesloiv jmdat Theo Middelkamp er een rr. - hebben. Ze konden er geen vinden, tot ze mijn materiaal za gen staan. Het oude, versleten, tandwiel van Middelkamp zetten ze er bij mij op en tja. daar sloeg die nieuwe ketting by heb er veel mee geleerd. Trainer zijn bij Feijenoord is nu eenmaal anders dan trainer bij NAC". Ondanks die enkele moeilijkheden, die Canjels wijdt aan het verschil tussen de instelling bij hem (sterk professio neel) en bij NAC (nog te amateuristisch) vindt hij toch dat het voor een aanta) spelers voordeel heeft gehad. „Ik heb een man als Kitzmann naar boven ge bracht. Die jongen ontwikkelt zich nu tot een prima eredivisiekeeper. Ik heb Arie Delmotte van de amateurs op eredivisieniveau gebracht en met Stan ley Bish was ik al een heel eind. Met een goede begeleiding schopt die het ver. Dat zijn toch allemaal positieve punten en een heleboel jongens zullen later plezier hebben van een professio nele instelling. Die heb ik nu al een ondergrond gegeven, want onbewust heb ik ook bij NAC gestreefd naar de top. naar een volledig professionele aanpak". Timman brak af LEEUWARDEN In Llcuwardtn is gisteren dc eerste ronde om het schaak kampioenschap van Nederland gespeeld. Er zün twaalf spelers aan dc start ver schenen. onder wie grootmeester Donner en titelhouder Eddie Scholl. Daarnaast vier internationale meesters, te weten: Langeweg, Ree. Hartorb en Timman. De uitslagen zijn: Langeweg—Ree Scholl afgebroken natuurlijk steeds overheen. Zo verspeel de ik mijn kansen. Marcel Kindt werd nu wereldkampioen. MarceJ Kindt. In dat seizoen had ik hem al wel acht keer verslagen. Zo sterk als toen, voel de ik me ook in 1949. Enfin, de manier waarop ik Wout Wagtmans kampioen maakte, zegt genoeg. Ik draaide gewel dig. En wéér werd ik gearresteerd in een periode dat ik aan mijn terugkeer werkte. Net als in 1947. Precies dezelfde situatie. Ook chantage. Iemand wist dat ik bij mijn bekentenis een goudsmokkel verzwegen had. Die zaak speelde in 194"). Ik kocht toen - in Sliedrecht een goudstaaf van 12li kilo voor f 65.000. KILO LICHTER Om 'm te verkopen ging ik ermee naar Antwerpen. We wogen daar en het bleek dat die staaf een kilo lichter was dan ze verteld hadden. Ik terug naar Sliedrecht, die man opgehaald en mee genomen naar Antwerpen. Hij dacht dat de weegschaal niet deugde. Pak in, zei ik, we gaan op neutraal terrein wegen. Ik stapte de eerste de beste winkel binnen, een groentezaak, en ja wel. Weer ll'i kilo. Achteraf deed ik er verschrikkelijk stom aan om zo te zeuren over die kilo. Ik had 'm beter gewoon als verliespost kunnen nemen, want nou ging die verkoper tegen een andere smokkelaar vertellen wat ie met me meemaakte. Daar werd vun geprofi teerd in '49. Hij begon me te chanteren en toen het niet lukte liep hij naar de politie. Ik kwam er af met de minste straf: 4 maanden cel in Dordrecht. Ook daar kon ik goed met de officier op schieten. Typisch hè. Hij vroeg eens of ik mee wilde werken aan de opsporing van die goudstaaf in Antwerpen. Wij met taxi's naar België waar ik hem natuurlijk op een dwaalspoor zette. Ik nam hem mee naar de buurt van het centraal station waar op de hoek van een straat altijd handel werd gedaan. Hier heb ik hem verkocht, zei ik, aan een man met een baard. Na 3 uur voor niks wachten, vond die officier het wel letjes. Hij was het beu en moest boven dien naar een diner met de procureur. Brengen jullie Braspennincx maar naar de Begijnenstraat, zei hij tegen de re chercheurs die erbij waren. Da's hele maal leuk, riep ik. Ben ik net eens even los en u laat me weer opsluiten! Kan ik niet mee naar dal diner? Hij begon te lachen. Ik kreeg hem zo ver dat ik in gezelschap van die recher cheurs tot 's avonds 8 uur vrij mocht rondlopen. Heb je centen om te gaan eten, vroeg die officier. Niet bij me. zei ik. maar ik vind wel wat. Wij naar een adres in Brasschaat. waar ik een hoop centen verstopt had. Ik haalde bij de madam 5000 franc op en trakteerde de recherche, en mezelf natuurlijk, op een geweldig diner met heel wat drank. Maar zat kreeg ik ze niet. Wel gepro beerd. 's Nachts zat ik weer achter de tralies in Dordrecht,'waar ik na 4 maan den weg mocht. VRIJ MAN Op 11 februari 1950 was ik weer vrij man. Ik ben meteen op de fiets ge sprongen voor een reis naar Rome. Daar heb ik de paus gezien. In veertien dagen reed ik op-en-neer. Die trip maakte ik als een bedevaart (het was heilig jaar) en voor training. We waren met 7.'n drieën. Harrie van de Elshout, Ko Geerts en ik. Gelachen dat we hebben. Enorm. Ik vergeet nooit hoe Harrie in Rome ging biechten. Maar Harrie, zeg ik, die geestelijke kon jou toch niet verstaan. Daar was' 't nou net om begonnen, zei Harrie. Toen ik te rugkwam uit Rome en wilde gaan koersen weigerde de wielerbond me een licentie omdat ik in de gevangenis had gezeten. In 1947 probeerden ze datzelfde geintje uit te halen maar toen zorgde de reclassering ervoor dat ik toch kon rijden. Nou moest ik er een advocaat voor inschakelen en alles bij elkaar kostte het zoveel tijd dat ik pas in 1951 weer kon koersen. Bij mijn eerste trainingen woog ik 104 kilo. Jij komt nooit meer terug, zeiden ze tegen me. In een paar maanden had ik er 44 pond af en ik won dat jaar 7 wedstrij den. In 1952 haalde, ik 8 eerste prijzen. En ineens stopte ik. M'n materiaal ver kocht ik aan amateurs. Het was ge beurd met mijn wielerleven. Tenminste, dat dacht ik. Twee maanden later belde een Duitse manager me. Of ik voor 100 mark achter de derny wilde komen rijden in een wegwedstrijd. Ik vroeg mijn materiaal terug, ik reed naar een kennis in Aken met wie ik tot 7 uur 's morgens op stap ging en 's middags reed ik in Dortmund. Ik vertrok van kop af en toen ik na een paar kilome ter omkeek, zag ik niemand meer. Ik won met ruime voorsprong. Daarna ben ik definitief opgehouden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1971 | | pagina 17