WERELDKAMPIOEN RICHARD ROSS „Zuster, u bent ons geheime wapen" Gewoon „japen van munten" laten verdwijnen en weer zichtbaar maken ra i ÉÉAéJ Amsterdam Richard Ross, diie zich met zeven mijlslaar zen in het spoor van Fred Kaps dlrie jaJar lang wereld kampioen goochelen mag noe men, nadat hij vorige week nog vingervlugger was dan 130 vingervlugge collega's, blijkt in het dagelijkse leven gewoon Rozeboom te heten, in een saai straatje achter de Amsterdamse oude RAI te wonen en er voor zijn 24 le vensjaren nog schooljongens achtig uit te zien. Bijna een lieverdje, inclusief het accent. De por, die de goede fee van het succes hem met haar staf in de ribben heeft gegeven, is vooralsnog zonder gevolgen. l1 Of het lang duren zal? Voordat hij de Tourmaiet van de zware goochelkunst bedwong vroeg hij voor een avondje optreden 100 tot 200 gulden. Inmiddels heeft, hij haastig allerlei documentatie materiaal over contracten, impresario's en percenten opgevraagd. De trouw plannen, die hij reeds enige tijd smeed de met zijn verloofde Tilly Stam zijn versneld. Het vooruitzicht van lege ho telkamers in buitenlandse vermaakcen- tra schrikken hem nogal af. Zijn leven gaat drastisdh veranderen en hij weet liet. De titel „wereldkampioen" brengt zijn verplichtingen met zich mee. Eddie Merokx kan ook niet zeggen: „Ik neem in het vervolg de tram". „Denk niet, dat ik kan toveren", zegt hij met een verontschuldigend lachje. „Als ik dat kon, zat ik op mijn luie achterste aan de Caraïbische Zee". Hij heeft voor de gelegenheid van dit interview niet een speciaal pak aan getrokken. Toch Iaat hij een waaier van speelkaarten, die per stuk 11 bij 20 cm groot zijn, uit zijn hand ver dwijnen en in de andere hand ver schijnen, alsof het bovennatuurlijke plotseling boven de tafel met koffie kopjes werkzaam geworden was. ..Het formaat", legt hij uit, „daar zit het hem in. Ik werk in wezen met attributen, die al heel oud zijn. Alle manipulators gebruiken ze. Kaarten, munten en zo. Collega's hebben me gewaarschuwd. Manipuleren is het ei genlijk niet, zeiden ze, want het pu bliek in de zaal ziet je attributen niet. Het is allemaal te klein. Nou, heb ik gedacht, dan ga ik grote attributen gebruiken. Het was een soort uitda ging voor me. Ik moest er totaal nieuwe technieken voor bedenken". Zijn jeugd had nauwelijks iets ma gisch. Mulo. Postzegelver zamelen. Ti goochelen was hij niet geïnteresseerd. Zijn vriend Hans wel. Die kende een paar trucjes en liet folders met goo- chelmateriaal komen. Op een dag zei hij: „Ga je mee naar die zaak op de Haarlemmerdijk?" Richard Ross: „Ik zal het nooit verge ten. Ik had drie gulden op zak. Wat die persoon achter de toonbank liet zien, boeide me. De truc met de ver dwijnende sigaret.... het zwevende vaasje.ik vond het lollig. Ik kocht het spul, ging oefenen en pakte ermee uit op een verjaardagsfeestje. Ze von den het leuk, gek genoeg. Dat was voor mij de prik met de injectienaald. Ik ging terug naar die winkel en kocht meer. Dat is zeven jaar geleden." Sindsdien is de goochelkunst zijn le ven gaan beheersen. Hij nam geen opleiding. Hij bestudeerde geen vakli teratuur. Hij oefende. Hij experimen teerde. Hij probeerde uit. „Het is of je iets over je krijgt", zegt hij. „De uren, die mijn vrienden door brachten op het voetbalveld of in de bioscoop, zat ik te goochelen. Soms deed ik een maand niks. Soms was ik dagen achter elkaar bezig. Dik wijls vroeg ik mezelf af: waarom doe ik het? Ik denk. dat een wielren ner zich ook wel eens afvraagt: jon- een hoek en ging vissen. Maar de volgende dag kon ik het weer niet laten. Je wilt graag iets bereiken in het leven, geloof ik. Ik heb dat gevon den in de goochelkunst". Goochelen ls voor Richard Ross een sport geworden. De sport om collega's te overbluffen. Daarbij zoekt hij het niet louter in de vingervlugheid. De psychologie speelt een belangrijke rol. Hij probeert zich te verplaatsen in de gedachten van andere magiërs, die hem op de vingers kijken. Zijn speci aliteit is het ongecompliceerde werk. „recht voor de raap". Hij schuwt the atrale effecten. Dat heeft hem. denkt hij de wereldtitel opgeleverd. Het is er tevens debet aan, bekent hij dat zijn prijswinnende nummer, waaraan hij met de spiegel als enige kriticus vele nachtelijke uren heeft gewerkt, achteraf bij het gewone pu bliek minder blijkt aan te slaan dan bij de vakbroeders. Het was te veel afgestemd op goochelaars. Het was te technisch en te weinig commercieel. Hij had toegeleefd naar het internati onale congres met de belendende titel strijd niet naar een zaal vol met leken. Daar gaat hij nu wat aan veranderen. Zou hij zijn vakbroeders laten delen in de geheimen van de door hem ontwikkelde kakelverse technieken? „Zonder meer", zegt hij. „Ik ben geen mysteriemannetje. Ik ga geen patent aanvragen. Maar bang voor concur rentie hoef ik, geloof ik, nauwelijks te WERK OP DE VIERKANTE MILLIMETER: DAT IS HET HELEMAAL zijn. Als je weet hoe het moet, kun je het nog niet. Vergelijk het maar met een viool en een strijkstok. Als je die koopt, betekent dat nog niet dat je een violist bent. Zelfs niet, wanneer je perfect muziek kunt lezen.". De kassaklaroen van buitenlandse aanbiedingen schalt in zijn oren oktober in Parijs stagt al vast - maar hij moet er nog aan wennen. „Ik ben gewoon naar het congres toe gegaan met de gedachte: ik laat een nummer zien en hoop er het beste van", zegt hij. „De dingen, die ik doe, zijn zo simpel, dat je er verbaasd van staat, als het goed overkomt. Dingen, waarvan ik zelf niet in de galen had, dat collega's er voor zouden vallen en dan opeens de wereldtitel. Ja, dat was prachtig. Wanneer je het Wilhel mus hoort spelen en de Nederlandse vlag ziet komen, gaat er door een echte Amsterdamse jongen wel het een en ander heen". Hij kan dames doorzagen en laten zweven, als hij wil. Hij heeft met duiven gewerkt, maar moest in dienst en kon de dieren niet meenemen. Hij gaf ze weg en begon er nooit meer aan. Er zijn al zoveel goochelaars, die met duiven werken, vindt hij. Zijden doekjes zijn hem eveneens te min. Hij heeft zijn hart verpand aan de mani pulaties zijn inziens het edelste on- ."•-■Tv 'n^T1 v werk op de vierkante millimeter,' pal onder de nieuwsgierige neus van Jan Publiek. Geen tromgeroffel. Geen fanfare. Ge woon japen van koperen munten, die nauwelijks in de vuist passen laat staan in de strakke mouwen van het rokcostuum. dat hij bij zijn optreden draagt in het niet laten verdwijnen en uit het niet tevoorschijn plukken. Het formaat van zün attributen dat is. wat hem op 24-jarige leeftijd tot een goochelaar van wereldformaat heeft gemaakt. PIET SNOEREN DEN HAAG. In de Schilders wijk zeiden de mensen eerst tegen zuster Van de Ven: „Wat moeten wij met zo'n heilig wijf?". Nu klinkt dat anders: „Zuster, u bent ons geheime wapen ge worden" Hoe ziet dit „geheime wapen" eruit? Zuster Marie Josèph, 57 jaar oud. congregatie van de „Zusters van Lief de" in Tilburg, oudste van 3 kinderen. der de zustersluiter uit. Bril onderkant zonder rand, een kruis hangt om haar hals, de rok van de zusterkleding eindigt vijf centimeter onder haar knieën. Ze zit nu zoals bekend als kloosterlin ge voor de K.V.P. in de Haagse ge meenteraad. De pas gekozene „Dolle Mina hebben ze mij genoemd! Dol ben ik misschien,maar geen suf fragette". Door haar dringt de kerk weer door in de maatschappij; zij overschrijdt ook de streep naar de leken; als kloosterlinge wordt ze ge confronteerd met de wereld en met politieke zaken, die de volksmond graag als „vies" betitelt; als niet meer tegen de wind in fietsen. De nieuwe bromfiets kreeg ik van de wet houder van Den Haag. Ze staat ook in contact met de oud minister-president dr. W. Drees. Af en toe gaat ze thee bij hem drinken. „Hij heeft mij op alle vragen goede raad Hoe werd ze tot „geheim wapen"? Eigenlijk lerares aan een Haagse meisjesschool, kwam ze toevallig in deze stadswijk. „Toen belde ik op naar de gemeenteraadsleden, volgde raadszittingen, wees journalisten op het probleem, waarmee wij in deze wijk geconfronteerd worden". Tenslot- Haar reactie? „Toen ben ik vrese lijk geschrokken. Ik ben drie dagen naar mijn familie in Tilburg gegaan. Ik dacht, die houden je voor de gek! Van de orde heb ik alles gekregen, die staat tenslotte achter mij. Dus heb ik ook met mijn medezusters alles besproken. Allen zeiden ze nee. ook de provinciale overste. Die meende: „Wij zijn er tegen, s echt gemakkelijker. Uit de lekenwereld kreeg ik alleen aanmoedigingen, met een uitzondering. De doorslag gaf toen mijn neef! Hij is vicaris-generaal bij bisschop Bluyssen in Den Bosch. Hij raadde mij aan het beslist te doen!" De verkiezingsplakkaten hebben haar" in het begin bang gemaakt. „Toen ik mijn foto zag. kreeg ik eerst een rood hoofd en durfde niet meer te kijken". De verkiezingsnacht maakte zuster Van de Ven in het hoofdkwartier van de KVP in Pulchri Studio op het Lange Voorhout mee. 's Avonds om half elf was haar verkiezing definitief. Ze had de stemmen hoofdzakelijk te gen de PvdA in de wacht gesleept. 819 stuks! Zoals iedere kandidaat weet ook zij dat getal bliksemsnel te noe men. Dat is met uizondering van de lijsttrekker van de KVP het hoogste aantal stemmen. „Na het uittellen ging ik meteen naar het klooster. Allen wachtten op mij. Het was hartelijk en gezellig. Sinds dien staat de kloosterfamilie achter Kloosterlinge van Haagse gemeenteraad gaat af en toe thee drinken en goede raad halen bij dr.W. Drees „Vader, je moet nog een keer stem men, alleen nog deze ene keer!" Een communist schreef een briefkaart. Daar stond kort maar krachtig letter lijk: „Ondanks non. Sluit je aan bij de CPN!" Er kwam een anonieme scheld brief. Ik had gezegd, dat we in Den Haag woningen harder nodig hadden dan een metro! De brief kwam overi gens van buiten Den Haag. Is zuster Van de Ven een geëmanci peerde vrouw? „Ja, dat ben ik zeker!" ,We hebben allemaal onze stem aan jou gegeven...' sociale „Daar zitten allerlei ge zindten en ook van alle partijen, tot en met de communisten. Tot dat ogenblik zich in de politiek had ik geen contact gehad met men de mannen waarma- sen, die niet zo dachten als ik. En het telefoontje van de het Willebrordshuis in de Oude Mol straat 35 naar de gemeenteraad. „Fijn, nietwaar? Ik had een kleine hartaan val. De doker zei tegen me: U mag Waren er reacties na de verkiezing? Ja, leuke en minder leuke. Onbeken den stuurden een stuk zeep en ook bloemen. Een priester uit Nijmegen een gelukstelegram. Een vrouw op straat zei tegen me: „Zo, nu zit je lekker in de gemeenteraad. We heb ben allemaal onze stem aan jou gege ven". Een leerling van mij, wiens een mooie boom, daar heb ik echt geen begrip voor hoor!" Het werk in de gemeenteraad? zaal me op de wo ningnood concentreren!" Haar congregatie heeft ook in Duits land vestigingen, in Gütersloh en op nog andere plaatsen. Misschien springt de vonk nog eens over. Zuster Van de Ven: „Ach, er wordt nog zoveel over i geroddeld. Laten we zeg gen: Er zijn bij helemaal niet zo kwaad". bij, die zijn WOLFGANG TREES

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1970 | | pagina 9