liaaaleeeh...!
Voor de zoveelste keer heeft de kreet van de
schipper overlangs geklonkenUitzetten maarrr".
En opnieuw gaan de netten overboord, voor de
zoveelste trek vandaag. „Uitzetten.... halecee".
hoe vaak klinkt deze langgerekte kreet over de zee,
voordat het ruim volgestouwd ligt met de haring,
met de andere zeevis. En voordat de visser weer op
koers-huistoe ligt?
Ja. ja: de romantiek van de visserman in volle zee.
Die met de bijbel in de hand Gods zegen afsmeekt
over zijn vangst, over zijn schip en zijn opvarenden.
De romantiek, die „op hoop van zegen" telkens weer
met treiler, logger en kotter mee uitvaart naar de
mooie visgronden...
Voor de visser zelf is maar bitter weinig plaats
overgebleven voor de romantische dag dromerij over
kleurrijke zonsondergangen, die „gouden strepen
trekt over de zilte golven". De mannen leiden een
hard bestaan, daar ergens buitengaats voor de kust
of zelfs tot bij de Doggersbank. Het fraaie keurslijf
van vier uur op en vier uur af. of de nog fraaiere
acht uur op en acht uur af is deze mannen
onbekend. Gekleed en wel gaan ze op van ver
moeidheid plat in hun kooi om op de eerste de
beste kreet van de schipper: Uitzetten maar...."
aan dek te verschijnen, de netten overbood te zetten
en dan maar weer „haleeee" dag-in-dag-uit.
Want het gaat ook in volle zee voor deze mannen
om de besomming, waarvan zij. hun gezinnen, de
reders en het schip moeten leven, of ze willen of
niet. Maar toch.... er is wel degelijk iets van
romantiek rond dit harde bestaan van uitzetten,
halen, strippen, zouten. Ze kunnen het gewoon niet
meer laicn. De wal brandt ze op een gegeven
ogenblik onder de voeten en ze voelen zich alleen
maar bevrijd, wanneer ze eindelijk weer, ook boven
de visgronden, het schip voelen stampen, de zee op
hun gebarsten lippen proeven en de netten uitzet
ten. „In Gods naam. daar gaat-ie dan weer, zolang
--vv ;r
igg